← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 133/2016 van 20 oktober 2016 Rolnummer 6224 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 10, derde lid, van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van
een inkomensgarantie voor ouderen, gesteld door het Arbei Het Grondwettelijk Hof, samengesteld
uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de recht(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 133/2016 van 20 oktober 2016 Rolnummer 6224 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 10, derde lid, van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen, gesteld door het Arbei Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de recht(...) | Extrait de l'arrêt n° 133/2016 du 20 octobre 2016 Numéro du rôle : 6224 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 10, alinéa 3, de la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées, posée par la Cour La Cour constitutionnelle, composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. (...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 133/2016 van 20 oktober 2016 | Extrait de l'arrêt n° 133/2016 du 20 octobre 2016 |
Rolnummer 6224 | Numéro du rôle : 6224 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 10, derde lid, van | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 10, alinéa |
de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor | 3, de la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux |
ouderen, gesteld door het Arbeidshof te Gent. | personnes âgées, posée par la Cour du travail de Gand. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de | composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. |
rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. | Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. |
Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. | Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée |
Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, | du greffier F. Meersschaut, présidée par le président E. De Groot, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij arrest van 5 juni 2015 in zake J. V.G. tegen de Rijksdienst voor | Par arrêt du 5 juin 2015 en cause de J. V.G. contre l'Office national |
Pensioenen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen | des pensions, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le |
op 12 juni 2015, heeft het Arbeidshof te Gent de volgende prejudiciële | 12 juin 2015, la Cour du travail de Gand a posé la question |
vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 10, derde lid van de Wet van 22 maart 2001 tot | « L'article 10, alinéa 3, de la loi du 22 mars 2001 instituant la |
instelling van een inkomensgarantie voor ouderen de artikelen 10 en 11 | garantie de revenus aux personnes âgées viole-t-il les articles 10 et |
van de Grondwet door te bepalen dat het eerste lid van hetzelfde | 11 de la Constitution en prévoyant que le premier alinéa du même |
artikel, dat stelt dat wanneer de betrokkene en/of de personen waarmee | article, qui dispose qu'un revenu est porté en compte à titre de |
hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt roerende of onroerende goederen | ressources lorsque l'intéressé et/ou les personnes avec qui il partage |
om niet of onder bezwarende titel hebben afgestaan (in de loop van de | la même résidence principale ont cédé à titre gratuit ou à titre |
tien jaren die voorafgaan aan de datum waarop de aanvraag uitwerking | onéreux des biens mobiliers ou immobiliers (au cours des dix années |
heeft) een inkomen als bestaansmiddel in rekening wordt gebracht, niet | qui précèdent la date à laquelle la demande produit ses effets), ne |
van toepassing is op de opbrengst van de afstand van het woonhuis van | s'applique pas au produit de la cession de la maison d'habitation de |
de betrokkene en/of van de personen waarmee hij dezelfde | l'intéressé et/ou des personnes avec qui il partage la même résidence |
hoofdverblijfplaats deelt die geen ander bebouwd onroerend goed bezit | principale, qui n'a pas ou n'ont pas d'autre bien immeuble bâti, dans |
of bezitten, in zover de opbrengst van de afstand nog geheel of | la mesure où le produit de la cession se retrouve encore entièrement |
gedeeltelijk in het in aanmerking genomen vermogen wordt | ou en partie dans le patrimoine pris en considération, alors que ce |
teruggevonden, terwijl dit eerste lid wel toepassing vindt indien de | premier alinéa est d'application si l'intéressé et/ou les personnes |
betrokkene en/of de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats | avec qui il partage la même résidence principale a ou ont un autre |
deelt wel een ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten ? ». | bien immeuble bâti ? ». |
(...) | (...) |
III. Ten gronde | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1.1. Artikel 10 van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een | B.1.1. L'article 10 de la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie |
inkomensgarantie voor ouderen, zoals het van toepassing is op het voor | |
de verwijzende rechter hangende geschil, bepaalt : | de revenus aux personnes âgées dispose : |
« Wanneer de betrokkene en/of de personen waarmee hij dezelfde | « Lorsque l'intéressé et/ou le conjoint ou le cohabitant légal avec |
hoofdverblijfplaats deelt roerende of onroerende goederen om niet of | qui il partage la même résidence principale, ont cédé à titre gratuit |
onder bezwarende titel hebben afgestaan in de loop van de tien jaren | ou à titre onéreux des biens mobiliers ou immobiliers au cours des dix |
die voorafgaan aan de datum waarop de aanvraag uitwerking heeft, wordt | années qui précèdent la date à laquelle la demande produit ses effets, |
een inkomen als bestaansmiddelen in rekening gebracht. | il est porté en compte un revenu à titre de ressources. |
De Koning bepaalt : | Le Roi détermine : |
1° het inkomen uit de afstand forfaitair op basis van de verkoopwaarde | 1° forfaitairement le revenu résultant de la cession sur la base de la |
van de goederen op het tijdstip van de afstand; | valeur vénale des biens au moment de la cession; |
2° op welke wijze de verkoopwaarde van de afgestane goederen wordt | 2° de quelle manière la valeur vénale des biens cédés est établie, |
berekend wanneer niet de volle eigendom ervan werd afgestaan; | lorsque la pleine propriété n'est pas cédée; |
3° onder welke voorwaarden een aftrek mag worden toegepast op de | 3° à quelles conditions des déductions peuvent être effectuées sur la |
verkoopwaarden van de afgestane goederen; | valeur vénale des biens cédés; |
4° in welke mate en onder welke voorwaarden met de inkomsten rekening | 4° dans quelle mesure et à quelles conditions il est tenu compte des |
wordt gehouden wanneer het roerend of onroerend goed tegen betaling | revenus, lorsque les biens mobiliers ou immobiliers ont été cédés |
van een lijfrente werd afgestaan; | contre le paiement d'une rente viagère; |
5° op welke wijze de opbrengst van de onteigening ten algemene nutte | 5° de quelle manière le produit d'une expropriation pour cause |
op de inkomensgarantie in mindering wordt gebracht. | d'utilité publique est déduit de la garantie de revenus. |
De bepalingen van dit artikel zijn evenwel niet van toepassing op de | Les dispositions du présent article ne sont toutefois pas applicables |
opbrengst van de afstand van het woonhuis van de betrokkene en/of van | au produit de la cession de la maison d'habitation de l'intéressé |
de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt die geen | et/ou des personnes avec qui il partage la même résidence principale, |
ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten, in zover de opbrengst | qui n'a pas ou n'ont pas d'autre bien immeuble bâti, dans la mesure où |
van de afstand nog geheel of gedeeltelijk in het in aanmerking genomen | le produit de la cession se retrouve encore entièrement ou en partie |
vermogen wordt teruggevonden. Op die opbrengst zijn de regels van | dans le patrimoine pris en considération. A ce produit sont |
artikel 7, § 1, eerste lid, en, naargelang van het geval, de | applicables les dispositions de l'article 7, § 1er, alinéa 1er, et, |
bepalingen van de artikelen 8 of 9 van toepassing. | selon le cas, les dispositions des articles 8 ou 9. |
De Koning kan bepalen wat met een woonhuis wordt gelijkgesteld ». | Le Roi peut déterminer ce qui est assimilé à une maison d'habitation |
B.1.2. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel | ». B.1.2. La Cour est interrogée sur la compatibilité de l'article 10 de |
10 van de wet van 22 maart 2001 met de artikelen 10 en 11 van de | la loi du 22 mars 2001 avec les articles 10 et 11 de la Constitution, |
Grondwet in zoverre het bepaalt, in het derde lid ervan, dat artikel | |
10, eerste lid, van de in het geding zijnde wet niet van toepassing is | en tant qu'il dispose, en son alinéa 3, que son alinéa 1er ne |
« op de opbrengst van de afstand van het woonhuis van de betrokkene | s'applique pas « au produit de la cession de la maison d'habitation de |
en/of van de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt | l'intéressé et/ou des personnes avec qui il partage la même résidence |
die geen ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten », terwijl | principale, qui n'a pas ou n'ont pas d'autre bien immeuble bâti », |
artikel 10, eerste lid, wel wordt toegepast « indien de betrokkene | alors que l'article 10, alinéa 1er, est d'application « si l'intéressé |
en/of de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt wel | et/ou les personnes avec qui il partage la même résidence principale a |
een ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten ». | ou ont un autre bien immeuble bâti ». |
B.2.1. De in het geding zijnde bepaling vindt haar oorsprong in | B.2.1. La disposition en cause trouve son origine dans l'article 67 de |
artikel 67 van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en diverse | la loi du 20 juillet 1991 portant des dispositions sociales et |
bepalingen, dat artikel 7 van de wet van 1 april 1969 tot instelling | diverses, qui modifie l'article 7 de la loi du 1er avril 1969 |
van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden wijzigt. | instituant un revenu garanti aux personnes âgées. |
B.2.2. Artikel 7, § 1, van de voormelde wet van 1 april 1969 bepaalde | B.2.2. L'article 7, § 1er, de la loi du 1er avril 1969 précitée |
: | disposait : |
« Wanneer de aanvrager of zijn echtgenoot roerende of onroerende | « Lorsque le demandeur ou son conjoint ont cédé à titre gratuit ou à |
goederen om niet of onder bezwarende titel hebben afgestaan in de loop | titre onéreux des biens mobiliers ou immobiliers au cours des dix |
van de tien jaren vóór de datum waarop de aanvraag om gewaarborgd inkomen uitwerking heeft, wordt een inkomen in rekening gebracht dat forfaitair door de Koning vastgesteld wordt op basis van de verkoopwaarde van de goederen op het tijdstip van de afstand. De Koning bepaalt op welke wijze de verkoopwaarde van de afgestane goederen wordt berekend wanneer de aanvrager of zijn echtgenote niet de volle eigendom ervan hebben afgestaan. De Koning bepaalt eveneens onder welke voorwaarden aftrek mag worden toegepast op de verkoopwaarden van de afgestane goederen. Voor de toepassing van dit artikel bepaalt de Koning forfaitair en volgens de landbouwstreken de verkoopwaarde van de goederen die de bedrijfsbekleding van een landbouwbedrijf zijn. Het bepaalde in dit artikel is niet toepasselijk op de opbrengst van de afstand, inzover die opbrengst geheel of gedeeltelijk nog in het in aanmerking genomen vermogen wordt teruggevonden. Op die opbrengst zijn | années qui précèdent la date à laquelle la demande de revenu garanti produit ses effets, il est porté en compte un revenu fixé forfaitairement par le Roi, sur la base de la valeur vénale des biens au moment de la cession. Le Roi détermine de quelle manière la valeur vénale des biens cédés est établie lorsque le demandeur ou son conjoint n'en ont pas cédé la pleine propriété. Le Roi fixe également les conditions dans lesquelles des déductions peuvent être effectuées sur la valeur vénale des biens cédés. Pour l'application du présent article, le Roi détermine forfaitairement et suivant les régions agricoles, la valeur vénale des biens qui constituent l'équipement d'une entreprise agricole. Les dispositions du présent article ne sont pas applicables au produit de la cession dans la mesure où celui-ci se retrouve encore entièrement ou en partie dans le patrimoine pris en considération. A |
de bepalingen van artikel 4, § 1, tweede lid, en naar gelang van het | ce produit sont applicables les dispositions de l'article 4, § 1er, |
geval de bepalingen van de artikelen 5 of 6 toepasselijk ». | alinéa 2, et selon le cas les dispositions des articles 5 ou 6 ». |
De voormelde wet van 20 juli 1991 wijzigde het laatste lid van artikel | La loi du 20 juillet 1991 précitée a modifié le dernier alinéa de |
7, § 1, van de wet van 1 april 1969 door de uitzondering, waarin tot | l'article 7, § 1er, de la loi du 1er avril 1969 en limitant au produit |
dan bij het laatste lid van artikel 7, § 1, was voorzien, ten voordele | de la cession de la seule maison d'habitation du demandeur ou de son |
van elke afstand te beperken tot de opbrengst van de afstand van het | conjoint qui n'a ou n'ont pas d'autre bien immeuble bâti l'exception |
enige woonhuis van de aanvrager of van zijn echtgenoot die geen ander | qui était jusqu'alors prévue par le dernier alinéa de l'article 7, § 1er, |
bebouwd onroerend goed bezit of bezitten. | au profit de toute cession. |
B.2.3. Die beperking werd als volgt verantwoord : | B.2.3. Cette restriction a été justifiée de la manière suivante : |
« In de administratieve praktijk werd vastgesteld dat de mogelijkheid | « Dans la pratique administrative, l'on constate que la suppression de |
tot het niet aanrekenen van de opbrengsten uit afstanden van roerende | la prise en compte des cessions de biens mobiliers ou immobiliers en |
of onroerende goederen, indien zij werden ' wederbelegd ', aanleiding | |
gaf tot een oneigenlijk gebruik van de wettelijke bepalingen. Om die | fonction de leur réemploi conduit à un usage impropre des dispositions |
reden wordt voorgesteld die mogelijkheid te beperken tot het geval van | légales. C'est pourquoi il est proposé de limiter cette possibilité au |
de wederbelegging van de opbrengst van de verkoop van het woonhuis, | cas de ' réemploi ' qui provient du produit de la cession de la maison |
enig bebouwd onroerend goed van de aanvrager of van zijn echtgenoot » | d'habitation, qui constitue le seul bien immobilier bâti du demandeur |
(Parl. St., Senaat, 1990-1991, nr. 1374/1, p. 28). | ou de son conjoint » (Doc. parl., Sénat, 1990-1991, n° 1374/1, p. 28). |
« De Staatssecretaris verduidelijkt dat deze bepaling er vooral is | « Le Secrétaire d'Etat explique que cette disposition a été insérée |
gekomen op vraag van de administratie, die meer duidelijkheid in de | principalement à la demande de l'administration qui souhaitait une |
betrokken reglementering wenste. | plus grande clarté dans la réglementation en question. |
Het is de bedoeling dat eigenaars die hun enige woning om een of | L'objectif est de ne pas pénaliser les propriétaires qui, pour l'une |
andere reden wensen te verkopen, hiervoor niet worden gestraft. Het | ou l'autre raison, désirent vendre leur unique maison d'habitation. Le |
feit dat met de opbrengst van het huis al dan niet een andere woning | fait d'acheter ou non une autre habitation grâce au produit de la |
wordt gekocht, speelt geen enkele rol » (Parl. St., Senaat, 1990-1991, | vente de la maison ne joue aucun rôle » (Doc. parl., Sénat, 1990-1991, |
nr. 1374/3, p. 13). | n° 1374/3, p. 13). |
B.2.4. Wanneer de afstand het woonhuis betreft, en voor zover is | B.2.4. Lorsque la cession concerne la maison d'habitation, et pour |
voldaan aan de andere voorwaarden vastgelegd in het laatste lid van de | autant que les autres conditions fixées au dernier alinéa de la |
in het geding zijnde bepaling, wordt de opbrengst van de verkoop die | disposition en cause soient remplies, le produit de la vente encore |
nog in het bezit van de aanvrager is « enkel ten titel van roerend | détenu par le demandeur n'est pris en compte « qu'au seul titre de |
kapitaal » in aanmerking genomen en « [wordt] het bedrag van de | capital mobilier » et « le montant de ce capital replacé sera par |
wederbelegging [...] bijgevolg op de opbrengst van de verkoop in | conséquent porté en déduction du produit de la vente » (Doc. parl., |
mindering gebracht » (Parl. St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-0934/001, p. | Chambre, 2000-2001, DOC 50-0934/001, p. 12). Si le demandeur « cède |
12). Indien de aanvrager « afstand doet van zijn woning en er | son habitation pour en acquérir simultanément une autre » de moindre |
tegelijkertijd een andere verwerft », van geringere waarde, « wordt | valeur, « seule la différence [...] est prise en compte à titre de |
als bestaansmiddelen alleen het verschil [...] in aanmerking genomen, | ressources, de même que le revenu cadastral de l'habitation |
alsmede het kadastraal inkomen van de nieuw verworven woning » (Parl. | nouvellement acquise » (Doc. parl., Chambre, 2000-2001, DOC |
St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-0934/003, p. 32). Indien de waarde van | 50-0934/003, p. 32). Si les deux habitations sont de valeur égale ou |
de twee woningen gelijk is of indien de nieuwe woning een hogere | si la nouvelle habitation a une valeur supérieure à l'ancienne, seul |
waarde heeft dan de vroegere, wordt alleen het kadastraal inkomen van | le revenu cadastral de la nouvelle habitation est pris en compte. En |
de nieuwe woning in aanmerking genomen. In essentie wordt de waarde | substance, la valeur de l'immeuble cédé n'est donc prise qu'une seule |
van het afgestane onroerend goed bij de raming van de bestaansmiddelen van de aanvrager slechts eenmaal in aanmerking genomen. Wanneer de afstand daarentegen een ander onroerend goed betreft dat aan de aanvrager toebehoort, of wanneer hij het woonhuis betreft terwijl de aanvrager andere onroerende goederen bezit, wordt de verkoopwaarde van het afgestane goed in aanmerking genomen op basis van artikel 10 van de wet van 22 maart 2001. Tevens wordt de opbrengst van de verkoop die zich nog geheel of gedeeltelijk in het kapitaal van de aanvrager bevindt, in aanmerking genomen op basis van artikel 9 van die wet en zal, indien met de opbrengst een nieuw onroerend goed wordt | fois en considération lors de l'évaluation des ressources du demandeur. En revanche, lorsque la cession concerne un autre immeuble appartenant au demandeur, ou lorsqu'elle concerne l'habitation du demandeur mais que celui-ci possède d'autres biens immeubles, la valeur vénale du bien cédé est prise en compte sur la base de l'article 10 de la loi du 22 mars 2001. Le produit de la vente qui se trouve encore, entièrement ou partiellement, dans le capital du demandeur est aussi pris en compte, sur la base de l'article 9, et, si un nouveau bien immeuble |
gekocht, de waarde ervan in aanmerking worden genomen op basis van | est acquis au moyen du produit de la vente, la valeur de ce nouveau |
artikel 8 van diezelfde wet. Aldus kan de waarde van het afgestane | bien est prise en compte sur la base de l'article 8 de cette même loi. |
onroerend goed bij de raming van zijn bestaansmiddelen tweemaal in | La valeur de l'immeuble cédé peut ainsi être prise en compte deux fois |
aanmerking worden genomen. | lors de l'évaluation des ressources du demandeur. |
B.3. Artikel 10 van de wet van 22 maart 2001 regelt de wijze waarop de | B.3. L'article 10 de la loi du 22 mars 2001 règle la prise en compte |
roerende en onroerende goederen die worden afgestaan in de loop van de | des biens mobiliers et immobiliers cédés au cours des dix années qui |
tien jaar die voorafgaan aan de datum waarop de aanvraag voor de | précèdent la date à laquelle la demande de garantie de revenus produit |
inkomensgarantie uitwerking heeft, in aanmerking worden genomen. Het | |
geschil voor de verwijzende rechter heeft evenwel geen betrekking op | |
het onderzoek van de bestaansmiddelen bij de aanvraag, doch wel bij | ses effets. Le litige dont est saisi le juge a quo ne concerne |
een latere ambtshalve herziening door de Rijksdienst voor Pensioenen | toutefois pas l'examen des ressources lors de la demande mais lors |
van het bedrag van de initieel toegekende tegemoetkoming, doordat | d'une révision ultérieure, par l'Office national des pensions, du |
onroerende goederen werden afgestaan na de datum waarop de aanvraag | montant de l'allocation initialement octroyée, étant donné que des |
uitwerking heeft. In de interpretatie van de verwijzende rechter zou | biens immeubles ont été cédés après la date à laquelle la demande a |
het vermelde artikel 10 ook in dat geval van toepassing zijn. | produit ses effets. Dans l'interprétation du juge a quo, l'article 10 |
mentionné serait également d'application dans ce cas. | |
B.4. In de regel komt het de verwijzende rechter toe de normen vast te | B.4. Il revient en règle à la juridiction a quo de déterminer les |
stellen die toepasselijk zijn op het hem voorgelegde geschil. Wanneer | normes applicables au litige qui lui est soumis. Toutefois, lorsque |
evenwel aan het Hof bepalingen worden voorgelegd die klaarblijkelijk | des dispositions qui ne peuvent manifestement pas être appliquées au |
niet op het bodemgeschil kunnen worden toegepast, onderzoekt het Hof | litige au fond sont soumises à la Cour, celle-ci n'en examine pas la |
de grondwettigheid van zulke bepalingen niet. | constitutionnalité. |
B.5.1. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid, met de | B.5.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité de l'article 10, |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 10, derde lid, van de | alinéa 3, de la loi du 22 mars 2001 avec les articles 10 et 11 de la |
wet van 22 maart 2001. Uit de formulering ervan en zoals ook de | Constitution. Il ressort de la formulation de cette disposition - |
verwijzende rechter aangeeft, bevat die bepaling een uitzondering op | comme l'indique également le juge a quo - qu'elle prévoit une |
de regeling vervat in artikel 10, eerste lid, van diezelfde wet. B.5.2. Volgens de laatstvermelde bepaling wordt een inkomen in rekening gebracht wanneer de aanvrager of de personen met wie hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt roerende of onroerende goederen om niet of onder bezwarende titel hebben afgestaan « in de loop van de tien jaren die voorafgaan aan de datum waarop de aanvraag uitwerking heeft ». Uit de in B.2.3 aangehaalde parlementaire voorbereiding blijkt dat de wetgever ernaar streefde financiële nalatigheid, en zelfs bedrieglijke handelingen, van de aanvrager in de loop van de tien jaren die aan de aanvraag om bijstand voorafgaan, te vermijden. B.6.1. In casu heeft de betwisting voor de verwijzende rechter evenwel geen betrekking op de periode die aan de aanvraag voorafgaat, doch betreft zij enkel wijzigingen in het onroerende en het roerende vermogen van de begunstigde van een inkomensgarantie voor ouderen, die hebben plaatsgevonden na de toekenning van de uitkering, en die een | exception à la règle contenue dans l'article 10, alinéa 1er, de cette même loi. B.5.2. Selon la dernière disposition citée, un revenu est porté en compte lorsque le demandeur ou les personnes avec lesquelles il partage la même résidence principale ont cédé à titre gratuit ou à titre onéreux des biens mobiliers ou immobiliers au cours des dix années qui précèdent la date à laquelle la demande produit ses effets. Il ressort des travaux préparatoires cités en B.2.3 que le législateur visait à éviter la négligence financière, voire les manoeuvres frauduleuses, du demandeur au cours des dix années précédant la demande d'assistance. B.6.1. En l'espèce, la contestation devant le juge a quo ne porte toutefois pas sur la période précédant la demande, mais uniquement sur les modifications du patrimoine immobilier ou mobilier du bénéficiaire d'une garantie de revenus aux personnes âgées, qui sont intervenues après l'octroi de l'allocation et qui ont entraîné une révision |
ambtshalve herziening van die uitkering tot gevolg hebben gehad. | d'office de cette allocation. |
B.6.2. Wat de herziening van een reeds toegekende inkomensgarantie | B.6.2. En ce qui concerne la révision d'une garantie de revenus aux |
voor ouderen betreft, vermeldt de wet van 22 maart 2001 in haar | personnes âgées déjà accordée, la loi du 22 mars 2001 mentionne |
artikel 5, § 6, 2°, enkel dat de Koning bepaalt in welke gevallen en | uniquement, en son article 5, § 6, 2°, que le Roi détermine dans quels |
vanaf wanneer de toegekende inkomensgarantie wordt herzien. Aan die | |
bepaling werd, zoals van toepassing op de zaak voor de verwijzende | cas et à partir de quand la garantie de revenus octroyée est revue. |
rechter, uitwerking verleend bij artikel 14 van het koninklijk besluit | Cette disposition a été exécutée par l'article 14 de l'arrêté royal du |
van 23 mei 2001 tot instelling van een algemeen reglement betreffende | 23 mai 2001 portant règlement général en matière de garantie de |
de inkomensgarantie voor ouderen. | revenus aux personnes âgées, applicable à l'affaire soumise au juge a |
B.6.3. Aldus blijkt niet uit artikel 10 van de wet van 22 maart 2001 | quo. B.6.3. Il ne ressort donc pas de l'article 10 de la loi du 22 mars |
dat die bepaling ook van toepassing is bij de ambtshalve herziening | 2009 que cette disposition s'applique également en cas de révision |
van een reeds toegekende uitkering. | d'office d'une allocation déjà accordée. |
B.7. Bijgevolg is het antwoord op de prejudiciële vraag kennelijk niet | B.7. Partant, la réponse à la question préjudicielle n'est |
nuttig voor het geschil ten gronde. | manifestement pas utile à la solution du litige au fond. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
De prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. | La question préjudicielle n'appelle pas de réponse. |
Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi du 6 janvier 1989 sur la Cour |
op 20 oktober 2016. | constitutionnelle, le 20 octobre 2016. |
De griffier, | Le greffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
De voorzitter, | Le président, |
E. De Groot | E. De Groot |