← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 44/2016 van 17 maart 2016 Rolnummer : 6194 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 202 2 , derde lid, van het Wetboek diverse rechten
en taksen, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. H samengesteld
uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, J(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 44/2016 van 17 maart 2016 Rolnummer : 6194 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 202 2 , derde lid, van het Wetboek diverse rechten en taksen, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. H samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, J(...) | Extrait de l'arrêt n° 44/2016 du 17 mars 2016 Numéro du rôle : 6194 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 202 2 , alinéa 3, du Code des droits et taxes divers, posée par la Cour d'appel d'Anvers. La Cour consti composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snapp(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Uittreksel uit arrest nr. 44/2016 van 17 maart 2016 | Extrait de l'arrêt n° 44/2016 du 17 mars 2016 |
| Rolnummer : 6194 | Numéro du rôle : 6194 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 2022, derde lid, | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 2022, alinéa |
| van het Wetboek diverse rechten en taksen, gesteld door het Hof van | 3, du Code des droits et taxes divers, posée par la Cour d'appel |
| Beroep te Antwerpen. | d'Anvers. |
| Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
| samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de | composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. |
| rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. | Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. |
| Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. | Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée |
| Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van rechter A. Alen, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le juge A. Alen, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
| Bij arrest van 28 april 2015 in zake de nv « Merit Capital » tegen de | Par arrêt du 28 avril 2015 en cause de la SA « Merit Capital » contre |
| Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | |
| ingekomen op 6 mei 2015, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de | l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 6 |
| volgende prejudiciële vraag gesteld : | mai 2015, la Cour d'appel d'Anvers a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Doet artikel 2022, derde lid WDRT [Wetboek diverse rechten en | « L'article 2022, alinéa 3, du Code des droits et taxes divers, qui |
| taksen], luidend als volgt: ' Ingeval het verzet tegen dwangschrift | dispose : ' Dans le cas où l'opposition à contrainte a été rejetée, |
| verworpen werd, kan geen beroep tegen de rechterlijke beslissing | aucun recours contre la décision judiciaire ne peut être valablement |
| geldig aangetekend worden alvorens het bedrag der verschuldigde sommen | introduit avant que le montant des sommes dues ait été consigné. ', |
| geconsigneerd werd. ', een discriminatie ontstaan tussen de vermeende | établit-il une discrimination entre les redevables présumés qui ont |
| belastingschuldigen die de financiële middelen hebben om het bedrag | les moyens financiers de consigner le montant des sommes dues et ceux |
| der verschuldigde sommen te consigneren en dezen die deze middelen | qui n'ont pas ces moyens, et cet article est-il donc contraire aux |
| niet hebben, en is dit artikel aldus in strijd met artikel 10 en/of 11 | articles 10 et/ou 11 de la Constitution ? ». |
| van de Grondwet ? ». | |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1. Artikel 2022 van het Wetboek diverse rechten en taksen bepaalt : | B.1. L'article 2022 du Code des droits et taxes divers dispose : |
| « Voor de invordering van de diverse rechten en taksen gevestigd door | « Pour le recouvrement des droits et taxes divers établis par le |
| dit Wetboek, alsmede van de interesten en onkosten heeft de openbare | présent Code, ainsi que des intérêts et frais, le Trésor public a un |
| schatkist een algemeen voorrecht op al de roerende goederen van de | privilège général sur tous les biens meubles du débiteur et une |
| schuldenaar en een wettelijke hypotheek op al zijn onroerende | hypothèque légale sur tous ses biens immeubles. Le privilège prend |
| goederen. Het voorrecht neemt rang onmiddellijk na deze vermeld onder | rang immédiatement après ceux mentionnés aux articles 19 et 20 de la |
| artikel 19 en 20 van de wet van 16 december 1851 en onder artikel 23 | loi du 16 décembre 1851 et à l'article 23 du livre II du Code de |
| van boek II van het Wetboek van koophandel. De wettelijke hypotheek | |
| neemt rang te rekenen van de dag waarop inschrijving ervan gedaan | commerce. L'hypothèque légale prend rang à compter du jour de |
| wordt krachtens het dwangschrift uitgevaardigd door de ontvanger en | l'inscription qui en est faite en vertu de la contrainte décernée par |
| uitvoerbaar gemaakt door de gewestelijke directeur van de belasting over de toegevoegde waarde, registratie en domeinen. Bovendien, in geval van verzet tegen het dwangschrift, kan de schuldenaar, op vervolging van de administratie belast met de vestiging of de inning en de invordering van de taksen bedoeld in het Wetboek en vóór het vonnis dat het geschil beslecht, veroordeeld worden, volgens de rechtspleging ingesteld door artikelen 1035 tot 1041 van het Gerechtelijk Wetboek, tot het verstrekken, binnen de termijn door de rechter vast te stellen, hetzij van een provisionele storting, hetzij van een borgtocht, voor het geheel of een deel van de door het dwangschrift gevorderde sommen. Het bevel is uitvoerbaar niettegenstaande beroep. Ingeval het verzet tegen dwangschrift verworpen werd, kan geen beroep tegen de rechterlijke beslissing geldig aangetekend worden alvorens het bedrag der verschuldigde sommen geconsigneerd werd ». B.2. De verwijzende rechter vraagt of het derde lid van artikel 2022 van het Wetboek diverse rechten en taksen bestaanbaar is met de | le receveur et rendue exécutoire par le directeur de l'Enregistrement et des domaines. En outre, en cas d'opposition à la contrainte, le débiteur peut, sur la poursuite de l'administration en charge de l'établissement ou de la perception et du recouvrement des taxes établies par le Code et avant le jugement vidant le débat, être condamné, selon la procédure instaurée par les articles 1035 à 1041 du Code judiciaire, à fournir, dans le délai à fixer par le juge, soit un versement provisionnel, soit un cautionnement, pour tout ou partie des sommes réclamées par la contrainte. L'ordonnance est exécutoire nonobstant appel. Dans le cas où l'opposition à contrainte a été rejetée, aucun recours contre la décision judiciaire ne peut être valablement introduit avant que le montant des sommes dues ait été consigné ». B.2. Le juge a quo demande si l'article 2022, alinéa 3, du Code des |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het een verschil in | droits et taxes divers est compatible avec les articles 10 et 11 de la |
| behandeling zou doen ontstaan tussen de belastingplichtigen naargelang | Constitution, en ce qu'il ferait naître une différence de traitement |
| dat zij al dan niet de financiële middelen hebben om de verschuldigde | entre les contribuables, selon qu'ils ont ou non les moyens financiers |
| sommen te consigneren. | de consigner le montant des sommes dues. |
| B.3.1. Bij zijn arresten nrs. 73/92, 43/93, 44/95 en 75/95 heeft het | B.3.1. Par ses arrêts nos 73/92, 43/93, 44/95 et 75/95, la Cour s'est |
| Hof uitspraak gedaan over de bestaanbaarheid, met het beginsel van | prononcée sur la compatibilité de l'article 92, alinéa 2, du Code de |
| gelijkheid en niet-discriminatie, van artikel 92, tweede lid, van het | la taxe sur la valeur ajoutée (ci-après : le Code de la TVA) - qui |
| Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (hierna : | prévoit un régime similaire - avec le principe d'égalité et de |
| BTW-Wetboek), dat in een soortgelijke regeling voorziet. | non-discrimination. |
| Bij zijn arresten nrs. 73/92 en 43/93 heeft het Hof in B.1 erop | Par ses arrêts nos 73/92 et 43/93, la Cour a souligné, en B.1, que, |
| gewezen dat blijkens de parlementaire voorbereiding van artikel 92, | d'après les travaux préparatoires de l'article 92, alinéa 2, du Code |
| tweede lid, van het BTW-Wetboek de wetgever inspiratie heeft gevonden | de la TVA, le législateur s'est inspiré de l'article 2022, |
| in het thans in het geding zijnde artikel 2022 van het Wetboek diverse rechten en taksen. | actuellement en cause, du Code des droits et taxes divers. |
| Zowel de verwijzende rechter als de partijen voor het Hof refereren | Le juge a quo comme les parties devant la Cour renvoient à un ou |
| aan één of meerdere van de voormelde arresten. | plusieurs des arrêts précités. |
| Bij zijn arresten nrs. 44/95 en 75/95 heeft het Hof voor recht gezegd | Par ses arrêts nos 44/95 et 75/95, la Cour a dit pour droit que |
| dat artikel 92, tweede lid, van het BTW-Wetboek, in de interpretatie | l'article 92, alinéa 2, du Code de la TVA, interprété en ce sens qu'il |
| waarin die bepaling aan de bevoegde ambtenaar een gebonden bevoegdheid | confère une compétence liée au fonctionnaire compétent, viole les |
| toekent, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, maar dat die | articles 10 et 11 de la Constitution, mais que cette disposition, |
| bepaling, in de interpretatie waarin zij aan de bevoegde ambtenaar een | interprétée en ce sens qu'elle confère un pouvoir discrétionnaire au |
| discretionaire bevoegdheid toekent, die grondwetsbepalingen niet | fonctionnaire compétent, ne viole pas ces dispositions |
| schendt. | constitutionnelles. |
| De nv « Merit Capital » leidt daaruit af dat bijgevolg ook de | La SA « Merit Capital » en déduit que, dès lors, l'obligation |
| onvoorwaardelijke consignatieverplichting, waarin de thans in het | inconditionnelle de consignation prévue par la disposition |
| geding zijnde bepaling voorziet, het beginsel van gelijkheid en | actuellement en cause violerait également le principe d'égalité et de |
| niet-discriminatie zou schenden. | non-discrimination. |
| B.3.2. In tegenstelling tot wat die partij lijkt te beweren, voorziet | B.3.2. Contrairement à ce que cette partie semble affirmer, l'alinéa 3 |
| het derde lid van artikel 2022 van het Wetboek diverse rechten en | de l'article 2022 du Code des droits et taxes divers - contrairement à |
| taksen - anders dan het niet in het geding zijnde tweede lid van dat | |
| artikel en anders dan artikel 92 van het BTW-Wetboek - in geen enkele | l'alinéa 2 (non en cause) du même article et à l'article 92 du Code de |
| bevoegdheid van een ambtenaar om tot consignatie te verzoeken, zodat | la TVA - ne confère aucune compétence à un fonctionnaire pour demander |
| er op dat punt geen analogie tussen het in het geding zijnde derde lid | la consignation, de sorte que, sur ce point, il n'y a pas d'analogie |
| van artikel 2022 van het Wetboek diverse rechten en taksen en artikel | entre l'alinéa 3, en cause, de l'article 2022 du Code des droits et |
| 92 van het BTW-Wetboek bestaat. | taxes divers et l'article 92 du Code de la TVA. |
| B.4.1. Artikel 2022 van het Wetboek diverse rechten en taksen werd | B.4.1. L'article 2022 du Code des droits et taxes divers a été |
| ingevoegd bij artikel 53 van het koninklijk besluit nr. 127 van 28 | introduit par l'article 53 de l'arrêté royal n° 127 du 28 février 1935 |
| februari 1935 « bevattende vereenvoudigingsmaatregelen en maatregelen | contenant des mesures de simplification et des mesures préventives de |
| tot voorkoming van bedrog in zake zegelrechten en met het zegel | la fraude en matière de droits de timbre et de taxes assimilées au |
| gelijkgestelde taxes » (Belgisch Staatsblad, 3 maart 1935). | timbre (Moniteur belge, 3 mars 1935). |
| In het verslag aan de Koning bij het voormelde koninklijk besluit | Le Rapport au Roi relatif à l'arrêté royal précité indique : |
| wordt vermeld : « [Sinds] eenigen tijd, gebeurt het meer en meer dat schuldenaars | « [Depuis] quelque temps, il devient de plus en plus fréquent que des |
| vervolgd tot betaling van ontegensprekelijk verschuldigde rechten, de | débiteurs, poursuivis en paiement de droits incontestablement dus, |
| vordering van het bestuur verlammen door de zaak vóór het gerecht te | paralysent l'action de l'administration en portant l'affaire en |
| brengen zonder eenige ernstige bewijsvoering en, zoo doende, ertoe | justice sans aucune argumentation sérieuse et parviennent, de la |
| geraken jaren lang de betaling hunner schuld te verdagen. Daaruit | sorte, à ajourner pendant plusieurs années le paiement de leur dette. |
| volgt eene hoogst nadeelige vertraging in het invorderen der | Il en résulte un retard hautement préjudiciable dans le recouvrement |
| Staatspenningen en, wat erger is, in sommige gevallen het totaal | des deniers publics, et, chose plus grave, dans certains cas, la perte |
| verlies van de schuldvordering van den Staat, omdat de belanghebbende | totale de la créance de l'Etat, parce que l'intéressé est devenu |
| intusschen heelemaal onvermogend is geworden, iets waarop hij | |
| overigens soms gerekend heeft wanneer hij zulke handelwijze aanwendde | entre-temps tout à fait insolvable, ce que parfois, d'ailleurs, il a |
| » (Belgisch Staatsblad, 3 maart 1935, p. 1280). | escompté en usant de ce procédé » (Moniteur belge, 3 mars 1935, p. |
| Bij artikel 58 van de wet van 13 augustus 1947 « betreffende de | 1280). L'article 58 de la loi du 13 août 1947 relative aux droits |
| registratie-, griffie-, successie- en zegelrechten en de met het zegel | d'enregistrement, de greffe, de succession et de timbre et aux taxes |
| gelijkgestelde taxes » (Belgisch Staatsblad, 17 september 1947) is het | assimilées au timbre (Moniteur belge, 17 septembre 1947) a remplacé |
| derde lid van artikel 2022 vervangen en sindsdien niet meer gewijzigd. | l'alinéa 3 de l'article 2022 et, depuis lors, cette disposition n'a plus été modifiée. |
| De parlementaire voorbereiding van artikel 58 van de voormelde wet van | Les travaux préparatoires relatifs à l'article 58 de la loi du 13 août |
| 13 augustus 1947 vermeldt : | 1947, précitée, mentionnent : |
| « [Artikel 2022] werd in het wetboek [der met het zegel gelijkgestelde | « [L'article 2022] a été introduit dans le Code [des taxes assimilées |
| taxes] ingevoerd door artikel 53 der besluitwet van 28 Februari 1935. | au timbre] par l'article 53 de l'arrêté-loi du 28 février 1935. Il n'a |
| Hij werd niet bijzonder uitgelegd in de memorie van toelichting die | pas été spécialement expliqué par l'exposé des motifs qui précède cet |
| bedoelde wetgevende akte voorafgaat maar uit den commentaar van de | acte législatif, mais il résulte clairement du commentaire des autres |
| andere bepalingen van hetzelfde artikel blijkt duidelijk dat de | dispositions du même article que le législateur a voulu assurer une |
| wetgever een vlug binnenkomen van de fiscale middelen heeft betracht | prompte rentrée des ressources fiscales et prémunir l'Etat contre les |
| en tevens den Staat heeft willen behoeden voor de vertragingen en de | retards et les pertes de créances résultant ou pouvant résulter du |
| verliezen van schuldvorderingen voortspruitend of kunnende | fait que certains contribuables portent devant les tribunaux des |
| voortspruiten uit het feit dat sommige belastingplichtigen gewaagde, | |
| ja soms onverdedigbare zaken vóór de rechtbanken brengen » (Parl. St., | causes risquées, voire parfois indéfendables » (Doc. parl., Chambre, |
| Kamer, 1946-1947, nr. 44, p. 84). | 1946-1947, n° 44, p. 84). |
| B.4.2. Artikel 2022, derde lid, van het Wetboek diverse rechten en taksen strekt ertoe de rechten van de Schatkist veilig te stellen tegen dilatoire beroepen. De wetgever vermocht te oordelen dat, om die doelstelling te bereiken, in de mogelijkheid moest worden voorzien om de consignatie te vorderen van een geldsom, tot de betaling waarvan de appellant door een rechterlijke beslissing is veroordeeld. B.4.3. Behalve in strafzaken bestaat er geen algemeen beginsel waarbij de dubbele aanleg wordt gewaarborgd. Weliswaar is de wetgever verplicht, wanneer hij in het rechtsmiddel van het hoger beroep voorziet, geen discriminerende ontvankelijkheidsvereisten te stellen. B.5.1. Het recht op toegang tot de rechter, dat een onderdeel is van het recht op een eerlijk proces, kan worden onderworpen aan ontvankelijkheidsvoorwaarden, met name wat betreft het instellen van een rechtsmiddel. Die voorwaarden mogen echter niet ertoe leiden dat het recht op zodanige wijze wordt beperkt dat de kern ervan wordt aangetast. Dit zou het geval zijn wanneer de beperkingen geen wettig doel nastreven of indien er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het nagestreefde doel. De | B.4.2. L'article 2022, alinéa 3, du Code des droits et taxes divers vise à préserver les droits du Trésor contre des recours dilatoires. Le législateur a pu considérer qu'il y avait lieu, pour atteindre cet objectif, de prévoir la possibilité de requérir la consignation d'une somme au paiement de laquelle l'appelant a été condamné par décision judiciaire. B.4.3. Sauf en matière pénale, il n'existe aucun principe général garantissant le double degré de juridiction. Certes, lorsqu'il prévoit la voie de recours de l'appel, le législateur ne peut imposer des exigences de recevabilité discriminatoires. B.5.1. Le droit d'accès au juge, qui constitue un aspect du droit à un procès équitable, peut être soumis à des conditions de recevabilité, notamment en ce qui concerne l'introduction d'une voie de recours. Ces conditions ne peuvent cependant aboutir à restreindre le droit de manière telle que celui-ci s'en trouve atteint dans sa substance même. Tel serait le cas si les restrictions imposées ne tendaient pas vers un but légitime et s'il n'existait pas un rapport raisonnable de |
| verenigbaarheid van die beperkingen met het recht op toegang tot een | proportionnalité entre les moyens employés et le but visé. La |
| rechterlijke instantie hangt af van de bijzonderheden van de in het | compatibilité de ces limitations avec le droit d'accès à un tribunal |
| geding zijnde procedure en wordt beoordeeld in het licht van het | dépend des particularités de la procédure en cause et s'apprécie au |
| proces in zijn geheel (EHRM, 29 maart 2011, R.T.B.F. t. België, § 69). | regard de l'ensemble du procès (CEDH, 29 mars 2011, R.T.B.F. c. Belgique, § 69). |
| B.5.2. Meer in het bijzonder zijn de regels betreffende de | B.5.2. Plus particulièrement, les règles relatives aux formalités et |
| vormvoorschriften en termijnen om beroep in te stellen gericht op een | délais fixés pour former un recours visent à assurer une bonne |
| goede rechtsbedeling en het weren van de risico's van | administration de la justice et à écarter les risques d'insécurité |
| rechtsonzekerheid. Die regels mogen de rechtzoekenden echter niet | juridique. Toutefois, ces règles ne peuvent empêcher les justiciables |
| verhinderen de beschikbare rechtsmiddelen te doen gelden. | de se prévaloir des voies de recours disponibles. |
| Bovendien « dienen de rechtbanken, door de procedureregels toe te | De surcroît, « les tribunaux doivent, en appliquant des règles de |
| passen, zowel een overdreven formalisme dat afbreuk zou doen aan het | procédure, éviter à la fois un excès de formalisme qui porterait |
| eerlijke karakter van de procedure, als een buitensporige soepelheid | atteinte à l'équité de la procédure, et une souplesse excessive qui |
| die zou leiden tot het afschaffen van de bij de wet vastgestelde | aboutirait à supprimer les conditions de procédure établies par la loi |
| procedurele vereisten, te vermijden » (EHRM, 25 mei 2004, Kadlec en | » (CEDH, 25 mai 2004, Kadlec et autres c. République tchèque, § 26; 26 |
| anderen t. Tsjechische Republiek, § 26; 26 juli 2007, Walchli t. | juillet 2007, Walchli c. France, § 29). « En effet, le droit d'accès à |
| Frankrijk, § 29). « Het recht op toegang tot een rechter wordt immers | un tribunal se trouve atteint lorsque sa réglementation cesse de |
| aangetast wanneer de reglementering ervan niet langer de | servir les buts de la sécurité juridique et de la bonne administration |
| doelstellingen van de rechtszekerheid en de behoorlijke rechtsbedeling | de la justice et constitue une sorte de barrière qui empêche le |
| dient en een soort van hinderpaal vormt die de rechtzoekende | justiciable de voir son litige tranché au fond par la juridiction |
| verhindert zijn geschil ten gronde door het bevoegde rechtscollege | |
| beslecht te zien » (EHRM, 13 januari 2011, Evaggelou t. Griekenland, § | compétente » (CEDH, 13 janvier 2011, Evaggelou c. Grèce, § 19; 24 mai |
| 19; 24 mei 2011, Sabri Gunes t. Turkije, § 58). | 2011, Sabri Gunes c. Turquie, § 58). |
| B.5.3. Het recht op toegang tot de rechter kan worden geschonden door | B.5.3. Le droit d'accès au juge est susceptible d'être violé lorsque |
| het afhankelijk stellen van de ontvankelijkheid van een hoger beroep | la recevabilité d'un appel est subordonnée à la consignation préalable |
| van de voorafgaande consignatie van de betwiste geldsom. Het staat aan | de la somme contestée. Il appartient au juge de vérifier concrètement |
| de rechter om in concreto na te gaan of die verplichting de essentie | |
| van het recht op toegang tot de rechter niet uitholt en of zij | si cette obligation ne vide pas le droit d'accès au juge de sa |
| evenredig is met de ermee nagestreefde doelstelling. Daarbij dient hij | substance et si elle est proportionnée à l'objectif qu'elle poursuit. |
| onder meer rekening te houden met de ernst van de opgeworpen middelen, | A cet égard, il doit notamment tenir compte du caractère sérieux des |
| de materiële situatie van de betrokkene en het bedrag van de te | moyens soulevés, de la situation matérielle de l'intéressé et du |
| consigneren som (EHRM, 25 september 2007, Loncke t. België, § 47). | montant de la somme à consigner (CEDH, 25 septembre 2007, Loncke c. |
| Belgique, § 47). | |
| B.6.1. Indien de in het geding zijnde bepaling aldus wordt | B.6.1. Si la disposition en cause est interprétée en ce sens qu'elle |
| geïnterpreteerd dat zij de rechter verbiedt om, rekening houdend met | empêche le juge, compte tenu de la situation concrète du requérant, |
| de concrete situatie van de verzoeker, te onderzoeken of de erin | d'examiner si l'obligation de consignation qui y est contenue |
| vervatte consignatieplicht een hinderpaal vormt voor de uitoefening | constitue une entrave à l'exercice du droit à interjeter appel, elle |
| van het recht op hoger beroep, is zij niet bestaanbaar met het | n'est pas compatible avec le principe d'égalité et de |
| beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie, aangezien zij de | non-discrimination, étant donné qu'elle préjudicie aux requérants dont |
| verzoekers wier financiële situatie niet toelaat de betwiste som te consigneren, benadeelt ten opzichte van de verzoekers wier financiële situatie de consignatie wel toelaat. In die interpretatie dient de prejudiciële vraag bevestigend te worden beantwoord. B.6.2. Indien de in het geding zijnde bepaling daarentegen aldus wordt geïnterpreteerd dat zij de rechter niet verbiedt rekening te houden met de concrete gegevens van elke zaak, met inbegrip van de financiële toestand van de belastingplichtige, om na te gaan of de consignatie al dan niet aangewezen is om de wettelijke doelstelling te verwezenlijken, is zij bestaanbaar met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie. In die interpretatie dient de prejudiciële vraag ontkennend te worden beantwoord. Om die redenen, het Hof zegt voor recht : - Aldus geïnterpreteerd dat het de rechter verbiedt om, rekening | la situation financière ne leur permet pas de consigner la somme contestée par rapport aux requérants dont la situation financière permet la consignation. Dans cette interprétation, la question préjudicielle appelle une réponse affirmative. B.6.2. En revanche, si la disposition en cause est interprétée en ce sens qu'elle n'empêche pas le juge de tenir compte des données concrètes relatives à chaque affaire, en ce compris la situation financière du redevable, en vue d'examiner si la consignation est souhaitable ou non pour réaliser l'objectif légal, elle est compatible avec le principe d'égalité et de non-discrimination. Dans cette interprétation, la question préjudicielle appelle une réponse négative. Par ces motifs, la Cour dit pour droit : - Interprété en ce sens qu'il interdit au juge d'examiner, compte tenu |
| houdend met de concrete situatie van de verzoeker, te onderzoeken of | de la situation concrète du requérant, si l'obligation de consignation |
| de erin vervatte consignatieplicht een hinderpaal vormt voor de | qui y est contenue constitue une entrave à l'exercice du droit |
| uitoefening van het recht op hoger beroep, schendt artikel 2022, derde | d'interjeter appel, l'article 2022, alinéa 3, du Code des droits et |
| lid, van het Wetboek diverse rechten en taksen de artikelen 10 en 11 | taxes divers viole les articles 10 et 11 de la Constitution. |
| van de Grondwet. | |
| - Aldus geïnterpreteerd dat het de rechter niet verbiedt om rekening | - Interprété en ce sens qu'il n'interdit pas au juge de tenir compte |
| te houden met de concrete gegevens van elke zaak, met inbegrip van de | des données concrètes de chaque affaire, en ce compris la situation |
| financiële toestand van de belastingplichtige, teneinde na te gaan of | financière du redevable, en vue d'examiner si la consignation est |
| de consignatie al dan niet aangewezen is om de wettelijke doelstelling | souhaitable ou non pour réaliser l'objectif légal, l'article 2022, |
| te verwezenlijken, schendt artikel 2022, derde lid, van het Wetboek | alinéa 3, du Code des droits et taxes divers ne viole pas les articles |
| diverse rechten en taksen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | 10 et 11 de la Constitution. |
| Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
| 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| op 17 maart 2016. | la Cour constitutionnelle, le 17 mars 2016. |
| De griffier, De wnd. voorzitter, | Le greffier, Le président f.f., |
| P.-Y. Dutilleux A. Alen | P.-Y. Dutilleux A. Alen |