← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 10/2014 van 23 januari 2014 Rolnummer : 5563 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 42, § 3, tweede lid, van het Wetboek van de belasting over
de toegevoegde waarde, gesteld door het Hof van Beroep Het Grondwettelijk Hof, samengesteld
uit emeritus voorzitter M. Bossuyt, overeenkomstig artikel (...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 10/2014 van 23 januari 2014 Rolnummer : 5563 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 42, § 3, tweede lid, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, gesteld door het Hof van Beroep Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit emeritus voorzitter M. Bossuyt, overeenkomstig artikel (...) | Extrait de l'arrêt n° 10/2014 du 23 janvier 2014 Numéro du rôle : 5563 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 42, § 3, alinéa 2, du Code de la taxe sur la valeur ajoutée, posée par la Cour d'appel de Bruxelles. La C composée du président émérite M. Bossuyt, conformément à l'article 60bis de la loi spéciale du 6 ja(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Uittreksel uit arrest nr. 10/2014 van 23 januari 2014 | Extrait de l'arrêt n° 10/2014 du 23 janvier 2014 |
| Rolnummer : 5563 | Numéro du rôle : 5563 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 42, § 3, tweede | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 42, § 3, |
| lid, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, | alinéa 2, du Code de la taxe sur la valeur ajoutée, posée par la Cour |
| gesteld door het Hof van Beroep te Brussel. | d'appel de Bruxelles. |
| Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
| samengesteld uit emeritus voorzitter M. Bossuyt, overeenkomstig | composée du président émérite M. Bossuyt, conformément à l'article |
| artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | 60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour |
| Grondwettelijk Hof, voorzitter J. Spreutels, en de rechters E. De | constitutionnelle, du président J. Spreutels, et des juges E. De |
| Groot, L. Lavrysen, J.-P. Moerman, E. Derycke en P. Nihoul, bijgestaan | Groot, L. Lavrysen, J.-P. Moerman, E. Derycke et P. Nihoul, assistée |
| door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van emeritus | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président émérite M. |
| voorzitter M. Bossuyt, | Bossuyt, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
| Bij arrest van 12 december 2012 in zake de Belgische Staat tegen André | Par arrêt du 12 décembre 2012 en cause de l'Etat belge contre André |
| D'Haese en in zake de Belgische Staat tegen de bvba « Avenue », | D'Haese et en cause de l'Etat belge contre la SPRL « Avenue », dont |
| waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 24 | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 24 janvier 2013, la |
| januari 2013, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Cour d'appel de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 42, § 3, tweede lid, WBTW, in zoverre het aan de | « L'article 42, § 3, alinéa 2, du Code de la TVA, en tant qu'il |
| minister van Financiën of aan de fiscale administratie de bevoegdheid | délègue au ministre des Finances ou à l'administration fiscale le |
| delegeert om de perken en voorwaarden voor de toepassing van de | pouvoir de fixer les limites et les conditions d'application de |
| vrijstelling, voorzien in artikel 42, § 3, eerste lid, 1° en 3° WBTW | l'exemption prévue à l'article 42, § 3, alinéa 1er, 1° et 3°, du Code |
| te bepalen, de artikelen 10, 11, 170, § 1, 172, tweede lid, van de | de la TVA, viole-t-il les articles 10, 11, 170, § 1er, et 172, alinéa |
| Grondwet ? ». | 2, de la Constitution ? ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1.1. Artikel 42, § 3, tweede lid, van het Wetboek van de belasting | B.1.1. L'article 42, § 3, alinéa 2, du Code de la taxe sur la valeur |
| over de toegevoegde waarde (hierna : BTW-Wetboek) bepaalt : | ajoutée (ci-après : le Code de la TVA) dispose : |
| « Door of vanwege de Minister van Financiën worden de perken en de | « Le Ministre des Finances ou son délégué fixent les limites et les |
| voorwaarden voor de toepassing van deze paragraaf bepaald. Er kan | conditions d'application du présent paragraphe. Ils peuvent notamment |
| onder meer worden bepaald dat de in deze paragraaf bedoelde | prévoir que les exemptions visées à ce paragraphe seront accordées par |
| vrijstellingen worden verleend bij wijze van teruggaaf ». | voie de remboursement ». |
| B.1.2. Artikel 42, § 3, eerste lid, 1° en 3°, van het BTW-Wetboek, | B.1.2. L'article 42, § 3, alinéa 1er, 1° et 3°, du Code de la TVA, tel |
| zoals van toepassing op het voor de verwijzende rechter hangende geschil, bepaalt : | qu'il s'applique au litige pendant devant le juge a quo, dispose : |
| « Van de belasting zijn vrijgesteld : | « Sont exemptées de la taxe : |
| 1° de leveringen en de invoeren van goederen en de diensten in het | 1° les livraisons et les importations de biens et les prestations de |
| kader van de diplomatieke en consulaire betrekkingen; | services effectuées dans le cadre des relations diplomatiques et consulaires; |
| [...] | [...] |
| 3° de leveringen en de invoeren van goederen en de diensten bestemd | 3° les livraisons et les importations de biens et les prestations de |
| voor de internationale instellingen en daaraan verbonden ambtenaren, | services destinées aux organismes internationaux et aux fonctionnaires |
| voor zover in zulke vrijstelling is voorzien door een overeenkomst | appartenant à ces organismes, dans la mesure où l'exemption est prévue |
| waarbij België toegetreden is; | par une convention à laquelle la Belgique est partie; |
| [...] ». | [...] ». |
| B.1.3. Artikel 42, § 3, eerste lid, 1° en 3°, van het BTW-Wetboek | B.1.3. L'article 42, § 3, alinéa 1er, 1° et 3°, du Code de la TVA |
| stelt bepaalde goederenleveringen en diensten vrij van belasting | exempte de taxe certaines livraisons de biens et prestations de |
| wanneer die zijn verricht in het kader van diplomatieke en consulaire | services lorsqu'elles sont effectuées dans le cadre de relations |
| betrekkingen of wanneer die zijn bestemd voor de internationale | diplomatiques et consulaires ou lorsqu'elles sont destinées aux |
| instellingen en daaraan verbonden ambtenaren, voor zover in zulk een | organismes internationaux et aux fonctionnaires appartenant à ces |
| vrijstelling is voorzien door een overeenkomst waarbij België is | organismes, dans la mesure où l'exemption est prévue par une |
| toegetreden. | convention à laquelle la Belgique est partie. |
| De beperkingen van de vrijstellingen bedoeld in artikel 42, § 3, | Les limitations des exemptions visées à l'article 42, § 3, alinéa 1er, |
| eerste lid, 1° en 3°, van het BTW-Wetboek en de voorwaarden waaronder | 1° et 3°, du Code de la TVA et les conditions auxquelles elles |
| ze van toepassing zijn, zijn, ter uitvoering van artikel 42, § 3, | s'appliquent sont précisées, en exécution de l'article 42, § 3, alinéa |
| tweede lid, van het BTW-Wetboek, gepreciseerd in aanschrijving nr. | 2, du Code de la TVA, dans la circulaire n° 1/1978, publiée sur le |
| 1/1978, gepubliceerd op de website van de FOD Financiën. | site internet du SPF Finances. |
| B.2.1. Artikel 42, § 3, van het BTW-Wetboek vormt de omzetting in het | B.2.1. L'article 42, § 3, du Code de la TVA constitue la transposition |
| Belgisch recht van het vroegere artikel 15, punt 10, van de zesde | en droit belge de l'ancien article 15, point 10, de la sixième |
| richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 « betreffende de | directive 77/388/CEE du Conseil du 17 mai 1977 « en matière |
| harmonisatie van de wetgevingen der Lid-Staten inzake omzetbelasting | d'harmonisation des législations des Etats membres relatives aux taxes |
| sur le chiffre d'affaires », article actuellement abrogé et remplacé | |
| », thans opgeheven en vervangen door artikel 151, lid 1, van de | par l'article 151, paragraphe 1, de la directive 2006/112/CE du |
| richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het | Conseil du 28 novembre 2006 relative au système commun de taxe sur la |
| gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde. | valeur ajoutée. |
| B.2.2. Oorspronkelijk bepaalde artikel 42, § 2 (thans § 3), van het | B.2.2. A l'origine, l'article 42, § 2 (actuellement § 3), du Code de |
| BTW-Wetboek, ingevoerd bij de wet van 3 juli 1969 tot invoering van | la TVA, institué par la loi du 3 juillet 1969 créant le Code de la |
| het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde : | taxe sur la valeur ajoutée, disposait : |
| « De vrijstelling van de belasting geldt ook ten aanzien van de | « L'exemption de la taxe est applicable aux livraisons, aux |
| nagenoemde handelingen, wanneer deze plaatshebben onder de door of | importations et aux prestations suivantes, lorsqu'elles ont lieu aux |
| vanwege de Minister van Financiën te stellen voorwaarden en, ten | conditions déterminées par le Ministre des Finances ou son délégué et, |
| aanzien van 1°, binnen de door of namens hem te bepalen perken : | en ce qui concerne le 1°, dans les limites qu'ils fixent : |
| 1° de leveringen en diensten aan en de invoer door ambassades, | 1° les livraisons et les importations de biens et les prestations de |
| consulaten en diplomatieke of consulaire ambtenaren; | services, faites aux ambassades et consulats ainsi qu'aux agents du |
| corps diplomatique ou consulaire; | |
| 2° de leveringen en diensten aan en de invoer door internationale | 2° les livraisons et les importations de biens et les prestations de |
| instellingen of daaraan verbonden buitenlandse ambtenaren, voor zover | services, faites aux organismes internationaux, et aux fonctionnaires |
| in de vrijstelling is voorzien door een overeenkomst waarbij België | étrangers appartenant à ces organismes, dans la mesure où l'exemption |
| toegetreden is; | est prévue par une convention à laquelle la Belgique est partie; |
| [...] ». | [...] ». |
| Het BTW-Wetboek vloeide voort uit de verplichting, opgelegd door de | Le Code de la TVA résultait de l'obligation, imposée par la Communauté |
| Europese Economische Gemeenschap, om uiterlijk op 1 januari 1970 de | économique européenne, de remplacer au plus tard au 1er janvier 1970 |
| stelsels van omzetbelasting in de EEG-landen te vervangen door een | les systèmes de taxation du chiffre d'affaires dans les pays de la CEE |
| gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde. In | par un système commun de taxes sur la valeur ajoutée. Les travaux |
| de parlementaire voorbereiding wordt aangegeven dat : | préparatoires indiquent : |
| « [...] vrijstellingen zoveel mogelijk [dienden te worden] geweerd, | « [Il fallait écarter] le plus possible les exonérations parce |
| omdat ze een verhoging van het normale tarief vereisen, de toepassing | qu'elles comportent un relèvement du taux normal de l'impôt, |
| van het stelsel compliceren en verstoringen veroorzaken » (Parl. St., | compliquent l'application du système et créent des distorsions [...] » |
| Kamer, 1968, nr. 88/1, p. 11). | (Doc. parl., Chambre, 1968, n° 88/1, p. 11). |
| « De vrijstellingen die zijn opgesomd in artikel 42, § 2, en die hun | « Les exemptions qui sont énumérées dans l'article 42, § 2, et qui |
| bestaansreden vinden in door België medeondertekende internationale | sont justifiées par des conventions internationales auxquelles la |
| overeenkomsten of in de biezondere aard van de bestemming der goederen | Belgique est partie ou par le caractère spécial de la destination des |
| en der diensten, bestaan reeds in de huidige wetgeving. Zoals thans, | biens et des services, existent déjà actuellement. Pour éviter des |
| wordt het aan de Minister van Financiën of aan zijn afgevaardigde | abus, la fixation des conditions à observer sera laissée, comme |
| overgelaten de voorwaarden te bepalen die moeten worden nageleefd om | maintenant, au Ministre des Finances ou à son délégué » (ibid., pp. |
| misbruiken te voorkomen » (ibid., pp. 39-40). | 39-40). |
| B.2.3. Bij artikel 22 van de wet van 27 december 1977 « tot wijziging | B.2.3. Par l'article 22 de la loi du 27 décembre 1977 « modifiant le |
| van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, het | Code de la taxe sur la valeur ajoutée, le Code des taxes assimilées au |
| Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen en het Wetboek der | timbre et le Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de |
| registratie-, hypotheek- en griffierechten », werd artikel 42 van het | greffe », l'article 42 du Code de la TVA a été adapté à la sixième |
| BTW-Wetboek aangepast aan de zesde richtlijn 77/388/EEG. | directive 77/388/CEE. |
| B.3. De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of artikel | B.3. Le juge a quo interroge la Cour sur le point de savoir si |
| 42, § 3, tweede lid, van het BTW-Wetboek de artikelen 10, 11, 170, § | l'article 42, § 3, alinéa 2, du Code de la TVA viole les articles 10, |
| 1, en 172, tweede lid, van de Grondwet schendt in zoverre het aan de | 11, 170, § 1er, et 172, alinéa 2, de la Constitution en ce qu'il |
| minister van Financiën (« door ») of aan de belastingadministratie (« | délègue au ministre des Finances ou à l'administration fiscale (« son |
| vanwege ») de bevoegdheid delegeert om de perken en de voorwaarden | délégué ») le pouvoir de fixer les limites et les conditions |
| voor de toepassing van de vrijstelling zoals bepaald in artikel 42, § | d'application de l'exemption prévue à l'article 42, § 3, alinéa 1er, |
| 3, eerste lid, 1° en 3°, van het BTW-Wetboek vast te stellen. | 1° et 3°, du Code de la TVA. |
| B.4. Artikel 170, § 1, van de Grondwet bepaalt : | B.4. L'article 170, § 1er, de la Constitution dispose : |
| « Geen belasting ten behoeve van de Staat kan worden ingevoerd dan | « Aucun impôt au profit de l'Etat ne peut être établi que par une loi |
| door een wet ». | ». |
| Artikel 172, tweede lid, van de Grondwet bepaalt : | L'article 172, alinéa 2, de la Constitution dispose : |
| « Geen vrijstelling of vermindering van belasting kan worden ingevoerd | « Nulle exemption ou modération d'impôt ne peut être établie que par |
| dan door een wet ». | une loi ». |
| B.5. Uit de artikelen 170, § 1, en 172, tweede lid, van de Grondwet | B.5. Il se déduit des articles 170, § 1er, et 172, alinéa 2, de la |
| kan worden afgeleid dat geen enkele belasting kan worden geheven en dat geen enkele vrijstelling van belasting kan worden verleend zonder instemming van de belastingplichtigen, uitgedrukt door hun vertegenwoordigers. Daaruit volgt dat de fiscale aangelegenheid een bevoegdheid is die te dezen door de Grondwet aan de wet wordt voorbehouden en dat elke delegatie die betrekking heeft op het bepalen van één van de essentiële elementen van de belasting, in beginsel ongrondwettig is. De voormelde grondwetsbepalingen gaan evenwel niet zover dat ze de wetgever ertoe zouden verplichten elk aspect van een belasting of van een vrijstelling zelf te regelen. Een aan een andere overheid verleende bevoegdheid is niet in strijd met het wettigheidsbeginsel voor zover de machtiging voldoende nauwkeurig is omschreven en betrekking heeft op de tenuitvoerlegging van maatregelen waarvan de essentiële elementen voorafgaandelijk door de wetgever zijn vastgesteld. Tot de essentiële elementen van een belasting behoren de aanwijzing van de belastingplichtigen, de belastbare materie, de heffingsgrondslag, de aanslagvoet en de eventuele belastingvrijstellingen. | Constitution qu'aucun impôt ne peut être levé et qu'aucune exemption d'impôt ne peut être accordée sans qu'ait été recueilli le consentement des contribuables, exprimé par leurs représentants. Il s'ensuit que la matière fiscale est une compétence que la Constitution réserve en l'espèce à la loi et que toute délégation qui porte sur la détermination de l'un des éléments essentiels de l'impôt est, en principe, inconstitutionnelle. Toutefois, les dispositions constitutionnelles précitées ne vont pas jusqu'à obliger le législateur à régler lui-même chacun des aspects d'un impôt ou d'une exemption. L'attribution d'une compétence à une autre autorité n'est pas contraire au principe de légalité pour autant que la délégation soit définie de manière suffisamment précise et qu'elle porte sur l'exécution de mesures dont les éléments essentiels ont été fixés préalablement par le législateur. Font partie des éléments essentiels de l'impôt, la désignation des contribuables, la matière imposable, la base d'imposition, le taux d'imposition et les éventuelles exonérations d'impôt. |
| B.6. Te dezen bepaalt artikel 42, § 3, eerste lid, van het BTW-Wetboek | B.6. En l'espèce, l'article 42, § 3, alinéa 1er, du Code de la TVA |
| welke leveringen en invoeren van goederen en diensten een | détermine les livraisons, importations de biens et prestations de |
| belastingvrijstelling kunnen genieten. | services qui peuvent bénéficier d'une exemption fiscale. |
| De delegatie aan de minister van Financiën, in artikel 42, § 3, tweede | La délégation au ministre des Finances, prévue à l'article 42, § 3, |
| lid, van het BTW-Wetboek, heeft betrekking op de bevoegdheid voor het | alinéa 2, du Code de la TVA, concerne le pouvoir de fixer « les |
| bepalen van « de perken en voorwaarden » van die vrijstellingen, « om | limites et les conditions d'application » de ces exemptions, « pour |
| misbruiken te voorkomen » (Parl. St., Kamer, 1968, nr. 88/1, pp. | éviter des abus » (Doc. parl., Chambre, 1968, n° 88/1, pp. 39-40), ce |
| 39-40), hetgeen door de belastingadministratie is gebeurd in de | |
| aanschrijving nr. 1 van 3 januari 1978; die aanschrijving bepaalt wat | que l'administration fiscale a concrétisé dans la circulaire n° 1 du 3 |
| janvier 1978; cette circulaire définit ce qu'il convient d'entendre | |
| moet worden verstaan onder « diplomatieke en consulaire betrekking » | par « relations diplomatiques et consulaires » et détermine les |
| en de documenten middels welke de toepassing van de wettelijke | documents au moyen desquels il est possible de démontrer l'application |
| vrijstelling kan worden aangetoond en genoten. Aanschrijving nr. 1 | de l'exemption légale et de bénéficier de celle-ci. La circulaire n° 1 |
| vormt voor de belastingplichtigen enkel een praktische leidraad. | constitue seulement une instruction pratique pour les redevables. |
| Derhalve houdt de aan de minister van Financiën of de | Par conséquent, la compétence déléguée au ministre des Finances ou à |
| belastingadministratie gedelegeerde bevoegdheid niet in nieuwe | l'administration fiscale n'inclut pas le pouvoir d'instaurer de |
| vrijstellingen in te voeren of de vrijstellingen waarin artikel 42, § | nouvelles exemptions ou de limiter, d'abroger ou de modifier d'une |
| 3, eerste lid, voorziet, te beperken, op te heffen of enigszins te | quelconque manière les exemptions prévues par l'article 42, § 3, |
| wijzigen. De in het geding zijnde delegatie van de bevoegdheid beoogt | alinéa 1er. La délégation de compétence en cause vise seulement la |
| enkel de uitwerking en de tenuitvoerlegging van door de wetgever | mise en oeuvre et l'exécution d'éléments essentiels fixés par le |
| bepaalde essentiële elementen. | législateur. |
| Hieruit vloeit voort dat de wetgever, door aan de minister van | Il en résulte qu'en déléguant au ministre des Finances ou à |
| Financiën of de belastingadministratie de bevoegdheid te delegeren om | l'administration fiscale le pouvoir de fixer les limites et les |
| de perken en voorwaarden van de vrijstellingen van artikel 42, § 3, | conditions d'application des exemptions prévues à l'article 42, § 3, |
| eerste lid, 1° en 3°, van het BTW-Wetboek te bepalen, geen afbreuk | alinéa 1er, 1° et 3°, du Code de la TVA, le législateur n'a pas porté |
| heeft gedaan aan het wettigheidsbeginsel in fiscale zaken, zoals | atteinte au principe de légalité en matière fiscale, garanti par les |
| gewaarborgd bij de artikelen 170, § 1, en 172, tweede lid, van de | articles 170, § 1er, et 172, alinéa 2, de la Constitution. |
| Grondwet. B.7. Voor het overige staat het aan de bevoegde rechter om te oordelen | B.7. Pour le surplus, il appartient au juge compétent d'apprécier si |
| of de minister van Financiën de doelstellingen van de in het geding | le ministre des Finances a respecté les objectifs de la disposition |
| zijnde bepaling en de perken van de erin vervatte delegatie in acht heeft genomen. | litigieuse et les limites encadrant la délégation qu'elle contient. |
| B.8. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.8. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 42, § 3, tweede lid, van het Wetboek van de belasting over de | L'article 42, § 3, alinéa 2, du Code de la taxe sur la valeur ajoutée |
| toegevoegde waarde schendt de artikelen 10, 11, 170, § 1, en 172, | ne viole pas les articles 10, 11, 170, § 1er, et 172, alinéa 2, de la |
| tweede lid, van de Grondwet niet. | Constitution. |
| Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 23 januari 2014. | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 23 janvier 2014. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| De voorzitter, | Le président, |
| M. Bossuyt | M. Bossuyt |