← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 100/2013 van 9 juli 2013 Rolnummer : 5482, 5507 en 5519 In
zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992,
gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Aarle Het Grondwettelijk Hof, samengesteld
uit de voorzitters J. Spreutels en M. Bossuyt, de rechters (...)"
Uittreksel uit arrest nr. 100/2013 van 9 juli 2013 Rolnummer : 5482, 5507 en 5519 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Aarle Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en M. Bossuyt, de rechters (...) | Extrait de l'arrêt n° 100/2013 du 9 juillet 2013 Numéro du rôle : 5482, 5507 et 5519 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 134 du Code des impôts sur les revenus 1992, posées par le Tribunal de première instance d'Arlo La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et M. Bossuyt, des juges A. Alen(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 100/2013 van 9 juli 2013 | Extrait de l'arrêt n° 100/2013 du 9 juillet 2013 |
Rolnummer : 5482, 5507 en 5519 | Numéro du rôle : 5482, 5507 et 5519 |
In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 134 van het | En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 134 du |
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank | Code des impôts sur les revenus 1992, posées par le Tribunal de |
van eerste aanleg te Aarlen. | première instance d'Arlon. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en M. Bossuyt, de | composée des présidents J. Spreutels et M. Bossuyt, des juges A. Alen, |
rechters A. Alen, J.-P. Snappe, E. Derycke en T. Merckx-Van Goey, en | J.-P. Snappe, E. Derycke et T. Merckx-Van Goey, et, conformément à |
overeenkomstig artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989 | l'article 60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour |
op het Grondwettelijk Hof, emeritus voorzitter R. Henneuse, bijgestaan | constitutionnelle, du président émérite R. Henneuse, assistée du |
door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van emeritus | greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président émérite R. |
voorzitter R. Henneuse, | Henneuse, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
a. Bij vonnis van 5 september 2012 in zake Philippe Jadoul en | a. Par jugement du 5 septembre 2012 en cause de Philippe Jadoul et |
Christine Jacqmart tegen de Belgische Staat, FOD Financiën, waarvan de | Christine Jacqmart contre l'Etat belge, SPF Finances, dont |
expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 14 september 2012, | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 14 septembre 2012, |
heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Aarlen de volgende | le Tribunal de première instance d'Arlon a posé la question |
prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen | « L'article 134 du Code des impôts sur les revenus [1992] |
[1992], eventueel in samenhang gelezen met artikel 140 van hetzelfde | éventuellement combiné avec l'article 140 du même Code et avec |
Wetboek en met artikel 23, § 2, van de overeenkomst tussen België en | l'article 23 par. 2 de la convention préventive de la double |
Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting, de artikelen 10 en | imposition entre la Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg |
11 van de Grondwet, | viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution; |
in zoverre het, voor de koppels voor wie een gemeenschappelijke | en ce qu'il prévoit, pour les couples pour lesquels une imposition |
aanslag wordt gevestigd, voorziet in de aanrekening van de toeslag op | commune est établie, l'imputation du supplément de quotité exemptée |
de belastingvrije som voor een kind ten laste bij de persoon met het | pour enfant à charge dans le chef de celui qui a le revenu imposable |
hoogste belastbare inkomen, zelfs wanneer dat inkomen belastingvrij is | le plus élevé, même lorsque ce revenu est exempté en application d'une |
met toepassing van een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting, waardoor dat fiscale voordeel verdwijnt, terwijl de koppels die een feitelijk gezin vormen en voor wie afzonderlijke aanslagen worden gevestigd, kunnen kiezen bij welke persoon de toeslag op de belastingvrije som voor een kind ten laste wordt aangerekend, zodat, wanneer de ene met toepassing van een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting belastingvrije inkomsten geniet die hoger liggen dan die van zijn partner, die laatstgenoemde het kind ten laste kan nemen, waardoor het verlies van dat fiscale voordeel wordt vermeden ? ». | convention préventive de la double imposition, entraînant ainsi la perte de cet avantage fiscal; alors que, les couples vivant en ménage de fait, pour lesquels des impositions distinctes sont établies, peuvent choisir celui dans le chef duquel il y a lieu d'imputer le supplément de quotité exempté pour enfant à charge, ce qui permet, lorsque l'un bénéficie de revenus exemptés en application d'une convention préventive de la double imposition supérieurs à ceux de son partenaire, de mettre l'enfant à charge de ce dernier évitant ainsi la perte de cet avantage fiscal ? ». |
b. Bij vonnis van 17 oktober 2012 in zake Albert Stebel en Nicole | b. Par jugement du 17 octobre 2012 en cause de Albert Stebel et Nicole |
Bomble tegen de Belgische Staat, FOD Financiën, waarvan de expeditie | Bomble contre l'Etat belge, SPF Finances, dont l'expédition est |
ter griffie van het Hof is ingekomen op 25 oktober 2012, heeft de | parvenue au greffe de la Cour le 25 octobre 2012, le Tribunal de |
Rechtbank van eerste aanleg te Aarlen de volgende prejudiciële vraag gesteld : | première instance d'Arlon a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen | « L'article 134 du Code des impôts sur les revenus 1992, |
1992, eventueel in samenhang gelezen met artikel 140 van hetzelfde | éventuellement combiné avec l'article 140 du même Code et avec |
Wetboek en met artikel 23, § 2, van de overeenkomst tussen België en | l'article 23 par. 2 de la convention préventive de la double |
Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting, de artikelen 10 en | imposition entre la Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg |
11 van de Grondwet, | viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution; |
in zoverre het voor de echtgenoten erin voorziet dat de in de | en ce qu'il prévoit pour les conjoints que les majorations visées aux |
artikelen 132 en 133, 2° en 3°, bedoelde verhogingen bij voorrang | articles 132 et 133, 2° et 3° sont imputées par priorité sur la part |
worden aangerekend op het deel van het inkomen van de echtgenoot met | du revenu de celui des conjoints qui a les revenus professionnels les |
de hoogste beroepsinkomsten, zelfs wanneer dat inkomen belastingvrij | plus élevés même lorsque ce revenu est exempté en application d'une |
is met toepassing van een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting, waardoor dat fiscale voordeel verdwijnt, terwijl de koppels die een feitelijk gezin vormen en voor wie afzonderlijke aanslagen worden gevestigd, kunnen kiezen bij welke persoon de toeslag op de belastingvrije som voor een kind ten laste wordt aangerekend, zodat, wanneer de ene met toepassing van een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting belastingvrije inkomsten geniet die hoger liggen dan die van zijn partner, die laatstgenoemde het kind ten laste kan nemen, waardoor het verlies van dat fiscale voordeel wordt vermeden ? ». | convention préventive de la double imposition, entraînant ainsi la perte de cet avantage fiscal; alors que, les couples vivant en ménage de fait, pour lesquels des impositions distinctes sont établies, peuvent choisir celui dans le chef duquel il y a lieu d'imputer le supplément de quotité exemptée pour enfant à charge, ce qui permet, lorsque l'un bénéficie de revenus exemptés en application d'une convention préventive de la double imposition supérieurs à ceux de son partenaire, de mettre l'enfant à charge de ce dernier évitant ainsi la perte de cet avantage fiscal ? ». |
c. Bij vonnis van 14 november 2012 in zake Philippe Jadoul en | c. Par jugement du 14 novembre 2012 en cause de Philippe Jadoul et |
Christine Jacqmart tegen de Belgische Staat, FOD Financiën, waarvan de | Christine Jacqmart contre l'Etat belge, SPF Finances, dont |
expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 november 2012, | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 22 novembre 2012, le |
heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Aarlen de volgende | Tribunal de première instance d'Arlon a posé la question préjudicielle |
prejudiciële vraag gesteld : | suivante : |
« Schendt artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen | « L'article 134 du Code des impôts sur les revenus [1992] |
[1992], eventueel in samenhang gelezen met artikel 140 van hetzelfde | éventuellement combiné avec l'article 140 du même Code et avec |
Wetboek en met artikel 23, § 2, van de overeenkomst tussen België en | l'article 23 par. 2 de la convention préventive de la double |
Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting, de artikelen 10 en | imposition entre la Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg |
11 van de Grondwet, | viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution; |
in zoverre het, voor de koppels voor wie een gemeenschappelijke | en ce qu'il prévoit, pour les couples pour lesquels une imposition |
aanslag wordt gevestigd, voorziet in de aanrekening van de toeslag op | commune est établie, l'imputation du supplément de quotité exemptée |
de belastingvrije som voor een kind ten laste bij de persoon met het | pour enfant à charge dans le chef de celui qui a le revenu imposable |
hoogste belastbare inkomen, zelfs wanneer dat inkomen belastingvrij is | le plus élevé, même lorsque ce revenu est exempté en application d'une |
met toepassing van een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting, waardoor dat fiscale voordeel verdwijnt, terwijl de koppels die een feitelijk gezin vormen en voor wie afzonderlijke aanslagen worden gevestigd, kunnen kiezen bij welke persoon de toeslag op de belastingvrije som voor een kind ten laste wordt aangerekend, zodat, wanneer de ene met toepassing van een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting belastingvrije inkomsten geniet die hoger liggen dan die van zijn partner, die laatstgenoemde het kind ten laste kan nemen, waardoor het verlies van dat fiscale voordeel wordt vermeden ? ». | convention préventive de la double imposition, entraînant ainsi la perte de cet avantage fiscal; alors que, les couples vivant en ménage de fait, pour lesquels des impositions distinctes sont établies, peuvent choisir celui dans le chef duquel il y a lieu d'imputer le supplément de quotité exemptée pour enfant à charge, ce qui permet, lorsque l'un bénéficie de revenus exemptés en application d'une convention préventive de la double imposition supérieurs à ceux de son partenaire, de mettre l'enfant à charge de ce dernier évitant ainsi la perte de cet avantage fiscal ? ». |
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 5482, 5507 en 5519 van de rol | Ces affaires, inscrites sous les numéros 5482, 5507 et 5519 du rôle de |
van het Hof, werden samengevoegd. | la Cour, ont été jointes. |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1.1. Tel qu'il est applicable à l'exercice d'imposition 2002, | |
B.1.1. Artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 | l'article 134 du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 1992) |
(WIB 1992), zoals het van toepassing is op het aanslagjaar 2002, | |
bepaalt : | dispose : |
« Het in artikel 131, 2°, vermelde basisbedrag wordt aangerekend op | « Le montant de base visé à l'article 131, 2°, est imputé sur celle |
datgene van de in artikel 127, vermelde inkomensdelen dat bestaat uit | des parts du revenu visées à l'article 127, qui constitue les revenus |
de inkomsten van de betrokken echtgenoot of die inkomsten omvat. | du conjoint concerné ou qui les comprend. Lorsqu'une desdites parts |
Wanneer één van die inkomensdelen lager is dan 4.240 EUR (basisbedrag | est inférieure à 4.240 EUR (montant de base 3.250 EUR), le solde est |
3.250 EUR), wordt het saldo aangerekend op het andere inkomensdeel. | imputé sur l'autre part du revenu. |
Daarna worden de in de artikelen 132 en 133, 2° en 3°, vermelde | Les majorations visées aux articles 132 et 133, 2° et 3°, sont ensuite |
toeslagen bij voorrang aangerekend op het inkomensdeel van de | imputées par priorité sur la part du revenu de celui des conjoints qui |
echtgenoot met het hoogste beroepsinkomen. Wanneer dat inkomensdeel | a les revenus professionnels les plus élevés. Lorsque cette part du |
lager is dan het totaal van die toeslagen wordt het saldo aangerekend | revenu est inférieure au total desdites majorations, le solde est |
op het andere inkomensdeel. | imputé sur l'autre part du revenu. |
De belastingvrije som wordt aangerekend op de opeenvolgende | La quotité du revenu exemptée est imputée sur les tranches successives |
inkomensschijven, te beginnen met de eerste ». | du revenu, en commençant par la première ». |
Voor het aanslagjaar 2004 is dat artikel als volgt aangevuld : | Pour l'exercice d'imposition 2004, l'article est complété comme suit : |
« § 1. Het in artikel 131, 2°, vermelde basisbedrag wordt aangerekend | « § 1er. Le montant de base visé à l'article 131, 2°, est imputé sur |
op datgene van de in artikel 127, vermelde inkomensdelen dat bestaat | celle des parts du revenu visées à l'article 127, qui constitue les |
uit de inkomsten van de betrokken echtgenoot of die inkomsten omvat. | revenus du conjoint concerné ou qui les comprend. Lorsqu'une desdites |
Wanneer één van die inkomensdelen lager is dan het bedrag vermeld in | |
artikel 131, 2°, wordt het saldo aangerekend op het andere | parts est inférieure au montant visé à l'article 131, 2°, le solde est |
inkomensdeel. | imputé sur l'autre part du revenu. |
Daarna worden de in de artikelen 132 en 133, 2° en 3°, vermelde | Les majorations visées aux articles 132 et 133, 2° et 3°, sont ensuite |
toeslagen bij voorrang aangerekend op het inkomensdeel van de | imputées par priorité sur la part du revenu de celui des conjoints qui |
echtgenoot met het hoogste beroepsinkomen. Wanneer dat inkomensdeel | a les revenus professionnels les plus élevés. Lorsque cette part du |
lager is dan het totaal van die toeslagen wordt het saldo aangerekend | revenu est inférieure au total desdites majorations, le solde est |
op het andere inkomensdeel. | imputé sur l'autre part du revenu. |
§ 2. De belastingvrije som wordt per belastingplichtige aangerekend op | § 2. La quotité du revenu exemptée d'impôt est imputée par |
de opeenvolgende inkomensschijven, te beginnen met de eerste. | contribuable sur les tranches successives du revenu, en commençant par la première. |
§ 3. Het deel van de belastingvrije som dat na toepassing van de § § 1 | § 3. La partie de la quotité du revenu exemptée d'impôt qui n'est pas |
en 2 niet is aangerekend, wordt in de mate dat het betrekking heeft op | imputée après application des §§ 1er et 2, dans la mesure où elle |
de toeslagen vermeld in artikel 132, eerste lid, 1° tot 6°, omgezet in | concerne les suppléments visés à l'article 132, alinéa 1er, 1° à 6°, |
een terugbetaalbaar belastingkrediet. | convertie en un crédit d'impôt remboursable. |
Het belastingkrediet is gelijk aan het deel van de belastingvrije som | Le crédit d'impôt est égal à la partie de la quotité du revenu |
dat met toepassing van het eerste lid kan worden omgezet, | exemptée d'impôt qui peut être convertie en application de l'alinéa 1er, |
vermenigvuldigd met het tarief van de corresponderende inkomensschijf, | multipliée par le taux d'imposition applicable à la tranche de revenus |
met een maximum van 340 EUR (basisbedrag 250 EUR) per kind ten laste | correspondante, avec un maximum de 340 EUR (montant de base 250 EUR) |
». | par enfant à charge ». |
B.1.2. Artikel 140 van hetzelfde Wetboek, zoals het van toepassing is op het aanslagjaar 2002, bepaalt : | B.1.2. Tel qu'il est applicable à l'exercice d'imposition 2002, l'article 140 du même Code dispose : |
« Wanneer verscheidene afzonderlijk belastbare belastingplichtigen | « Lorsque plusieurs contribuables imposables distinctement font partie |
deel uitmaken van hetzelfde gezin, worden de in artikel 136 vermelde | d'un même ménage, les personnes visées à l'article 136 qui font |
personen die eveneens van dat gezin deel uitmaken, beschouwd als ten | également partie de ce ménage sont considérées comme étant à charge du |
laste van de belastingplichtige die in feite aan het hoofd van dat | contribuable qui assume en fait la direction du même ménage. |
gezin staat. Wanneer het samengetelde nettobedrag der bestaansmiddelen van die | Toutefois, dans l'éventualité où le montant net des ressources de ce |
belastingplichtige en van de personen te zijnen laste lager is dan | dernier contribuable, majorées de celles des personnes à sa charge, |
zoveel maal 1.960 EUR (basisbedrag 1.500 EUR) als het gezin personen | n'atteint pas autant de fois 1.960 EUR (montant de base 1.500 EUR) que |
ten laste plus één telt, mag die belastingplichtige ervan afzien als | le ménage compte de personnes à charge plus une, ce contribuable peut |
te zijnen laste te beschouwen de personen waarvoor hij over geen 1.960 | renoncer à considérer comme étant à sa charge autant de personnes |
EUR (basisbedrag 1.500 EUR) bestaansmiddelen beschikt en worden die | qu'il lui manque de fois 1.960 EUR (montant de base 1.500 EUR) de |
personen alsdan beschouwd als ten laste van diegene van de andere van | ressources et ces personnes sont alors considérées comme étant à |
het gezin deel uitmakende belastingplichtigen die het meeste tot hun | charge de celui des autres contribuables faisant partie du ménage qui |
onderhoud bijdraagt ». | contribue le plus à leur entretien ». |
B.1.3. Artikel 23 van de Overeenkomst tussen België en Luxemburg tot | B.1.3. L'article 23 de la convention préventive de la double |
het vermijden van dubbele belasting bepaalt : | imposition entre la Belgique et le Luxembourg dispose : |
« [...] | « [...] |
§ 2. Met betrekking tot verblijfhouders van België wordt dubbele | § 2. En ce qui concerne les résidents de la Belgique, la double |
belasting op de volgende wijze voorkomen : | imposition est évitée de la manière suivante : |
1° inkomsten afkomstig uit Luxemburg met uitzondering van de in 2° en | 1° les revenus provenant du Luxembourg - à l'exclusion des revenus |
3° bedoelde inkomsten en in Luxemburg gelegen bestanddelen van het | visés aux 2° et 3° - et les éléments de fortune situés au Luxembourg, |
vermogen, die volgens de voorgaande artikelen in die Staat belastbaar | qui sont imposables dans cet Etat en vertu des articles précédents, |
zijn, zijn in België vrijgesteld van belastingen. Die vrijstelling | sont exemptés d'impôts en Belgique. Cette exemption ne limite pas le |
beperkt niet het recht van België om met de aldus vrijgestelde | droit de la Belgique de tenir compte, lors de la détermination du taux |
inkomsten en bestanddelen van het vermogen rekening te houden bij de | de ses impôts, des revenus et des éléments de fortune ainsi exemptés; |
bepaling van het tarief van zijn belastingen; | |
[...] ». | [...] ». |
B.1.4. Ten aanzien van de vermindering voor inkomsten van buitenlandse | B.1.4. Quant à la réduction pour revenus d'origine étrangère, |
oorsprong bepaalt artikel 155 van het WIB 1992 : | l'article 155 du CIR 1992 dispose : |
« Inkomsten die krachtens internationale overeenkomsten ter voorkoming | « Les revenus exonérés en vertu de conventions internationales |
van dubbele belasting zijn vrijgesteld, komen in aanmerking voor het | préventives de la double imposition sont pris en considération pour la |
bepalen van de belasting, maar deze wordt verminderd naar de | détermination de l'impôt, mais celui-ci est réduit proportionnellement |
verhouding tussen de inkomsten die zijn vrijgesteld en het geheel van de inkomsten. | à la partie des revenus exonérés dans le total des revenus. |
[...] ». | [...] ». |
B.2. Uit de feiten van de voor de verwijzende rechter hangende zaken, | B.2. Il ressort des faits des causes pendantes devant le juge a quo, |
de motieven van de verwijzingsbeslissingen en de voormelde bepalingen | des motifs des décisions de renvoi et des dispositions précitées que |
blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de | la Cour est invitée à statuer sur la compatibilité, avec les articles |
bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van het | 10 et 11 de la Constitution, de l'article 134, § 1er, précité, du CIR |
voormelde artikel 134, § 1, van het WIB 1992, in zoverre die bepaling, | 1992, en ce que cette disposition introduirait, même lorsque le revenu |
zelfs wanneer het inkomen van een echtgenoot of van een wettelijk | d'un époux ou d'un cohabitant légal est exempté conformément à |
samenwonende is vrijgesteld overeenkomstig het voormelde artikel 23, § | |
2, 1°, van de Overeenkomst tussen België en Luxemburg tot het | l'article 23, § 2, 1°, précité, de la convention préventive de la |
vermijden van dubbele belasting, een verschil in behandeling zou | double imposition entre la Belgique et le Luxembourg, une différence |
invoeren tussen de gehuwde koppels en de samenwonenden, enerzijds, en | de traitement entre les couples mariés et les cohabitants, d'une part, |
de koppels die feitelijk samenwonen, anderzijds. | et les couples vivant en cohabitation de fait, d'autre part. |
De in het geding zijnde bepaling heeft tot gevolg de toeslag op de | |
belastingvrije som voor een kind ten laste aan te rekenen bij de | La disposition en cause a pour effet d'imputer le supplément de |
belastingplichtige met het hoogste belastbaar inkomen, waardoor, | quotité exemptée pour enfant à charge dans le chef du contribuable qui |
volgens de verwijzende rechter, de gehuwde koppels en de wettelijk | a le revenu imposable le plus élevé, ce qui, selon le juge a quo, |
samenwonenden het fiscaal voordeel zouden verliezen, terwijl, luidens | ferait perdre l'avantage fiscal aux couples mariés et aux cohabitants |
artikel 140 van het WIB 1992, zoals het door de belastingadministratie | légaux alors que, selon l'article 140 du CIR 1992, tel qu'il est |
wordt toegepast, de feitelijk samenwonenden kunnen bepalen wie van hen | appliqué par l'administration fiscale, les cohabitants de fait ont le |
het kind ten laste neemt. Het Hof wordt dus verzocht zich uit te | choix de déterminer lequel d'entre eux prend l'enfant à charge. La |
spreken over de bestaanbaarheid, in het licht van het beginsel van | Cour est donc invitée à se prononcer sur la compatibilité au regard du |
gelijkheid en niet-discriminatie, van het criterium dat de wetgever | principe d'égalité et de non-discrimination du critère retenu par le |
heeft gekozen om te bepalen wie van de echtgenoten of van de wettelijk | législateur pour déterminer lequel des conjoints ou des cohabitants |
samenwonenden, enerzijds, of van de feitelijk samenwonenden, | légaux, d'une part, ou des cohabitants de fait, d'autre part, peut |
anderzijds, het fiscaal voordeel voor een kind ten laste kan | imputer l'avantage fiscal pour enfant à charge. |
aanrekenen. B.3. Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 10 augustus | B.3. Les travaux préparatoires de la loi du 10 août 2001 portant |
2001 houdende hervorming van de personenbelasting blijkt dat een van | réforme de l'impôt des personnes physiques font apparaître qu'un des |
de krachtlijnen van het ontwerp erin bestaat een doelstelling van « | axes du projet consiste à poursuivre un but de « neutralité à l'égard |
neutraliteit ten opzichte van de samenlevingsvorm » na te streven | |
(Parl. St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-1270/001, pp. 7 en 68; ibid., | des choix de vie » (Doc. parl., Chambre, 2000-2001, DOC 50-1270/001, |
1270/006, p. 7; Parl. St., Senaat, 2000-2001, nr. 2-832/3, p. 3). De | pp. 7, 68; ibid., 1270/006, p. 7; Doc. parl., Sénat, 2000-2001, n° |
fiscale hervorming beoogt : | 2-832/3, p. 3). La réforme fiscale vise à : |
« de maatregelen die ongunstig zijn voor de gehuwden te schrappen en | « supprimer les mesures défavorables aux couples mariés et envisage de |
voorziet erin samenwonenden die een verklaring van wettelijke | permettre aux cohabitants qui ont conclu une déclaration de |
samenwoning hebben afgelegd, te laten genieten van de voordelen die | cohabitation légale de bénéficier des avantages liés au mariage. |
aan het huwelijk zijn verbonden. | |
Concreet houdt de hervorming in : [...] gelijke belastingvrije sommen | Concrètement, la réforme implique : des tranches exonérées d'impôt |
voor gehuwden, samenwonenden en alleenstaanden; [...] » (Parl. St., | identiques pour les mariés, les cohabitants et les isolés; [...] » |
Kamer, 2000-2001, DOC 50-1270/001, p. 7; ibid., 1270/006, pp. 9-10). | (Doc. parl., Chambre, 2000-2001, DOC 50-270/001, p. 7; ibid., 1270/006, pp. 9-10). |
« De fiscaalwettelijke gelijkschakeling heeft als gevolg dat de | « L'assimilation au niveau du droit fiscal a pour conséquence que les |
fiscale voordelen die gehuwden hadden op samenwonenden, nu ook gelden | avantages fiscaux dont bénéficiaient les personnes mariées par rapport |
voor de wettelijke samenwonenden » (ibid., 1270/001, p. 8). | aux cohabitants sont dès à présent accordés aux cohabitants légaux » (ibid., 1270/001, p. 8). |
B.4.1. Wat de gehuwde of wettelijk samenwonende belastingplichtigen | B.4.1. S'agissant des contribuables mariés ou cohabitants légaux, |
betreft, rekent het voormelde artikel 134, § 2, van het WIB 1992 de | l'article 134, § 2, précité, du CIR 1992 impute par priorité au |
verhoogde belastingvrije som voor een kind ten laste bij voorrang aan | conjoint qui a le revenu imposable le plus élevé la quotité exemptée |
bij de echtgenoot met het hoogste belastbaar inkomen. | majorée pour enfant à charge. |
Voor de feitelijk samenwonende met gemeenschappelijke kinderen ten | S'agissant des cohabitants de fait ayant à charge des enfants communs, |
laste, kent artikel 140, eerste lid, van het WIB 1992 aan de feitelijk | l'article 140, alinéa 1er, du CIR 1992 accorde au cohabitant assumant |
samenwonende die in feite aan het hoofd van het gezin staat, het recht | en fait la direction du ménage le droit d'imputer la quotité exemptée |
toe om de in het geding zijnde verhoogde belastingvrije som aan te | |
rekenen. | majorée en cause. |
B.4.2. Onder voorbehoud van het criterium dat is gekozen om te bepalen | B.4.2. Sous réserve du critère retenu pour déterminer lequel des |
welke echtgenoot of wettelijk samenwonende, enerzijds, of feitelijk | conjoints ou cohabitants légaux, d'une part, ou des cohabitants de |
samenwonende, anderzijds, het fiscaal voordeel kan genieten, is de | fait, d'autre part, peut bénéficier de l'avantage fiscal, la solution |
door de wetgever gekozen oplossing in artikel 134, § 2, van het WIB | retenue par le législateur dans l'article 134, § 2, du CIR 1992, pour |
1992 voor de eerstgenoemden, en in artikel 140, eerste lid, voor de | les premiers, et dans l'article 140, alinéa 1er, pour les seconds, est |
laatstgenoemden, dezelfde, namelijk de aanrekening bij één enkele van | la même, à savoir l'imputation à un seul des conjoints, des |
de echtgenoten, wettelijk samenwonenden of feitelijk samenwonenden van | cohabitants légaux ou des cohabitants de fait du bénéfice de |
het genot van het voordeel voor een kind ten laste. | l'avantage pour enfant à charge. |
B.5. De verwijzende rechter verzoekt het Hof zich uit te spreken over | B.5. Le juge a quo invite la Cour à se prononcer sur la différence de |
het verschil in behandeling tussen de gehuwde of wettelijk | traitement entre les contribuables mariés ou cohabitants légaux, d'une |
samenwonende belastingplichtigen, enerzijds, en de feitelijk | part, et les cohabitants de fait, d'autre part, qui découle de |
samenwonenden, anderzijds, dat voortvloeit uit de toepassing van twee | |
verschillende criteria voor de vaststelling van de verkrijger van het | l'application de deux critères différents de détermination du |
fiscaal voordeel, in het bijzonder wanneer de echtgenoot of de | bénéficiaire de l'avantage fiscal, en particulier lorsque l'époux ou |
wettelijk samenwonende met de hoogste inkomsten is vrijgesteld op | le cohabitant légal percevant les plus hauts revenus est exempté |
grond van de Overeenkomst tussen België en Luxemburg tot het vermijden | conformément à la convention préventive de la double imposition entre |
van dubbele belasting. | la Belgique et le Luxembourg. |
B.6. De juridische toestand van een samenwonende die is gehuwd of die | B.6. La situation juridique d'un cohabitant marié ou ayant fait une |
een verklaring van wettelijke samenwoning heeft afgelegd, verschilt | déclaration de cohabitation légale diffère de celle d'un cohabitant |
van die van een samenwonende die noch gehuwd, noch wettelijk | qui n'est ni marié, ni cohabitant légal, tant en ce qui concerne ses |
samenwonend is, zowel wat zijn plichten tegenover de persoon met wie hij samenwoont als wat zijn vermogensrechtelijke toestand betreft. Die verschillen kunnen, wanneer zij verband houden met het doel van de maatregel, een verschil in behandeling tussen die twee categorieën van samenwonenden verantwoorden. B.7.1. In het licht van het in B.3 omschreven doel, vermocht de wetgever redelijkerwijs te beslissen om op de feitelijk samenwonenden het criterium van de leiding van het gezin toe te passen. Dat criterium impliceert immers geen enkele inmenging in het privéleven van de betrokkenen, aangezien zij aan de belastingadministratie kunnen aangeven wie van hen moet worden beschouwd als de persoon die aan het hoofd van het gezin staat. B.7.2. Evenzo vermocht de wetgever redelijkerwijs, in het licht van hetzelfde doel van neutraliteit ten aanzien van de levenskeuzes en de niet-inmenging in het privéleven, te vermoeden dat de gehuwde belastingplichtige en de wettelijk samenwonende met het hoogste inkomen meer bijdragen tot het onderhoud van de kinderen ten laste van het koppel, zodat zij de in het geding zijnde aanrekening kunnen genieten. | obligations vis-à-vis de son cohabitant qu'en ce qui concerne sa situation patrimoniale. Ces différences peuvent, lorsqu'elles sont liées au but de la mesure, justifier une différence de traitement entre ces deux catégories de cohabitants. B.7.1. Au regard de l'objectif décrit en B.3, le législateur a pu raisonnablement décider d'appliquer aux cohabitants de fait le critère de la direction du ménage. Ce critère n'implique, en effet, aucune immixtion dans la vie privée des intéressés, ceux-ci pouvant indiquer à l'administration fiscale lequel d'entre eux doit être considéré comme assumant la direction du ménage. B.7.2. De même, le législateur a pu raisonnablement, au regard du même objectif de neutralité vis-à-vis des choix de vie et d'absence d'immixtion dans la vie privée, présumer que le contribuable marié et le cohabitant légal percevant le revenu le plus élevé contribuent davantage à l'entretien des enfants à charge du couple, de sorte qu'ils puissent bénéficier de l'imputation en cause. |
B.7.3. Zoals het eraan heeft herinnerd in zijn arrest nr. 57/2001 van | B.7.3. La Cour observe encore, comme elle l'a rappelé dans son arrêt |
8 mei 2001, merkt het Hof voorts op dat de administratie, in | n° 57/2001 du 8 mai 2001, que l'administration peut, à titre |
ondergeschikte orde, de keuze die de feitelijk samenwonenden hebben | subsidiaire, apprécier le choix opéré par les cohabitants de fait, |
gemaakt, volgens objectieve criteria kan beoordelen, met name wanneer | |
zou blijken dat de door de feitelijk samenwonenden gemaakte keuze tot | selon des critères objectifs, notamment s'il s'avérait que le choix |
gevolg had dat de vrijgestelde som tweemaal zou worden aangerekend. In | opéré par les cohabitants avait pour effet que la quotité exemptée |
de hypothese dat een feitelijk samenwonende hogere inkomsten zou | soit imputée deux fois. Ainsi, dans l'hypothèse où un cohabitant de |
ontvangen die zijn vrijgesteld op basis van de voormelde Overeenkomst | fait percevrait des revenus plus élevés exemptés sur la base de la |
tot het vermijden van dubbele belasting, belet artikel 140, eerste | convention préventive de la double imposition précitée, l'article 140, |
lid, van het WIB 1992 de administratie aldus niet om het voordeel van | alinéa 1er, du CIR 1992 n'empêche pas l'administration de refuser le |
de betwiste aanrekening te weigeren voor de feitelijk samenwonende die | bénéfice de l'imputation litigieuse au cohabitant de fait percevant un |
een lager, in België belast inkomen ontvangt. | revenu inférieur taxé en Belgique. |
B.8.1. Hoewel het juist is dat, met toepassing van het voormelde | |
artikel 155 van het WIB 1992, de krachtens internationale | B.8.1. S'il est exact que, en application de l'article 155 du CIR |
overeenkomsten tot het vermijden van dubbele belasting vrijgestelde | 1992, précité, les revenus exonérés en vertu de conventions |
inkomsten in aanmerking worden genomen voor het bepalen van de | internationales préventives de la double imposition sont pris en |
belastbare grondslag, heeft dat niet tot gevolg, in tegenstelling tot | considération pour la détermination de la base imposable, ceci n'a pas |
wat de verwijzende rechter vaststelt, dat de gehuwde | pour conséquence, contrairement à ce que le juge a quo constate, que |
belastingplichtige, de wettelijk samenwonende of de feitelijk | le contribuable marié, le cohabitant légal ou le cohabitant de fait |
samenwonende noodzakelijkerwijs het voordeel van de vrijstelling verliest. Die belastingplichtigen zullen dat voordeel immers in voorkomend geval in Luxemburg kunnen genieten. Het staat aan de feitenrechter in dat opzicht de situatie na te gaan van de belastingplichtigen die de belasting betwisten. B.8.2. Aldus, aangezien de wetgever ervoor heeft gekozen het genot van het voordeel slechts aan één enkele belastingplichtige toe te kennen, ongeacht of die gehuwd, wettelijk samenwonend of feitelijk samenwonend is, zou elke andere oplossing in het voordeel van de gehuwde echtgenoten of de wettelijk samenwonenden om reden dat, wanneer de echtgenoot of de wettelijk samenwonende is vrijgesteld op basis van | perde nécessairement le bénéfice de l'exemption. En effet, ces contribuables auront, le cas échéant, pu bénéficier au Luxembourg de cet avantage. Il appartient au juge du fond de vérifier, à cet égard, la situation des contribuables qui contestent l'imposition. B.8.2. Ainsi, dès lors que le choix a été opéré par le législateur de n'accorder le bénéfice de l'avantage qu'à un seul contribuable, qu'il soit marié, cohabitant légal ou cohabitant de fait, toute autre solution en faveur des conjoints mariés ou des cohabitants légaux au motif que, lorsque le conjoint ou le cohabitant légal est exempté sur |
het voormelde artikel 23, § 2, 1°, van de Overeenkomst tussen België | la base de l'article 23, § 2, 1°, précité de la convention préventive |
en Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting, de echtgenoot | de la double imposition entre la Belgique et le Luxembourg, le |
met het laagste inkomen het voordeel van de aanrekening verliest, | conjoint qui touche le revenu le plus faible perd le bénéfice de |
discriminerend zijn ten opzichte van de situatie van de gehuwde | l'imputation, serait discriminatoire par rapport à la situation des |
koppels en van de wettelijk samenwonenden en ten opzichte van de | couples mariés et des cohabitants légaux et par rapport aux autres |
andere alleenstaande belastingplichtigen, met inbegrip van de feitelijk samenwonenden die alleen inkomsten in België ontvangen. Het zou immers in strijd zijn met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie dat sommige belastingplichtigen de vermindering voor een kind ten laste twee keer zouden kunnen genieten. Dat is niet het doel van de Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting, die ertoe strekt te voorkomen dat twee belastingplichtigen twee keer worden belast door twee verschillende Staten op eenzelfde inkomen, maar die in geen geval tot doel heeft hun toe te laten de vermindering voor een kind ten laste te genieten in elk van de twee Staten die de Overeenkomst hebben gesloten. B.9. Hieruit vloeit voort dat het verschil in behandeling waarop in de prejudiciële vraag wordt gewezen, onbestaande is. B.10. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | contribuables isolés, y compris les cohabitants de fait qui ne perçoivent que des revenus en Belgique. Il serait, en effet, contraire au principe d'égalité et de non-discrimination que certains contribuables puissent bénéficier deux fois de la réduction pour enfant à charge. Tel n'est pas l'objet de la convention préventive de la double imposition, qui vise à éviter que deux contribuables soient imposés deux fois par deux Etats différents sur un même revenu mais n'a en aucun cas pour but de leur permettre de bénéficier de la réduction pour enfant à charge dans chacun des deux Etats parties à la Convention. B.9. Il résulte de ceci que la différence de traitement soulevée dans la question préjudicielle n'existe pas. B.10. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 134 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 schendt | L'article 134 du Code des impôts sur les revenus 1992 ne viole pas les |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | articles 10 et 11 de la Constitution. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 9 juli 2013. | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 9 juillet 2013. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
De voorzitter, | Le président, |
R. Henneuse | R. Henneuse |