← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 8/2013 van 14 februari 2013 Rolnummer : 5291 In zake : de
prejudiciële vraag over artikel 47bis, § 6, van het Wetboek van strafvordering, zoals dat artikel
werd gewijzigd bij artikel 2, 2°, van de wet van 13 aug Het
Grondwettelijk Hof, samengesteld uit rechter J.-P. Snappe, waarnemend voorzitter, voorzitter(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 8/2013 van 14 februari 2013 Rolnummer : 5291 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 47bis, § 6, van het Wetboek van strafvordering, zoals dat artikel werd gewijzigd bij artikel 2, 2°, van de wet van 13 aug Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit rechter J.-P. Snappe, waarnemend voorzitter, voorzitter(...) | Extrait de l'arrêt n° 8/2013 du 14 février 2013 Numéro du rôle : 5291 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 47bis, § 6, du Code d'instruction criminelle, tel que cet article a été modifié par l'article 2, 2°, de la lo La Cour constitutionnelle, composée du juge J.-P. Snappe, faisant fonction de président, du prés(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 8/2013 van 14 februari 2013 | Extrait de l'arrêt n° 8/2013 du 14 février 2013 |
Rolnummer : 5291 | Numéro du rôle : 5291 |
In zake : de prejudiciële vraag over artikel 47bis, § 6, van het | En cause : la question préjudicielle concernant l'article 47bis, § 6, |
Wetboek van strafvordering, zoals dat artikel werd gewijzigd bij | du Code d'instruction criminelle, tel que cet article a été modifié |
artikel 2, 2°, van de wet van 13 augustus 2011 « tot wijziging van het | par l'article 2, 2°, de la loi du 13 août 2011 « modifiant le Code |
Wetboek van strafvordering en van de wet van 20 juli 1990 betreffende | d'instruction criminelle et la loi du 20 juillet 1990 relative à la |
de voorlopige hechtenis, om aan elkeen die wordt verhoord en aan | détention préventive afin de conférer des droits, dont celui de |
elkeen wiens vrijheid wordt benomen rechten te verlenen, waaronder het | consulter un avocat et d'être assistée par lui, à toute personne |
recht om een advocaat te raadplegen en door hem te worden bijgestaan | auditionnée et à toute personne privée de liberté », posée par la Cour |
», gesteld door het Hof van Beroep te Luik. | d'appel de Liège. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit rechter J.-P. Snappe, waarnemend voorzitter, | composée du juge J.-P. Snappe, faisant fonction de président, du |
voorzitter M. Bossuyt, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, A. | président M. Bossuyt, et des juges E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, |
Alen, J.-P. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, P. Nihoul en F. Daoût, | J.-P. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, P. Nihoul et F. Daoût, |
bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van | assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le juge J.-P. |
rechter J.-P. Snappe, | Snappe, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij arrest van 12 januari 2012 in zake het openbaar ministerie en de | Par arrêt du 12 janvier 2012 en cause du ministère public et de la SA |
nv « INBEV Belgium », burgerlijke partij, tegen Patrick Migliorini, | « INBEV Belgium », partie civile, contre Patrick Migliorini, dont |
waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 19 | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 19 janvier 2012, la |
januari 2012, heeft het Hof van Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Cour d'appel de Liège a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 2, § 6 [lees : artikel 2, 2°], van de wet van 13 | « L'article 2, § 6 [lire : article 2, 2°], de la loi du 13 août 2011 - |
augustus 2011 - tot wijziging van het Wetboek van strafvordering en | modifiant le Code d'instruction criminelle et la loi du 20 juillet |
van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, om | 1990 relative à la détention préventive afin de conférer des droits, |
aan elkeen die wordt verhoord en aan elkeen wiens vrijheid wordt | |
benomen rechten te verlenen, waaronder het recht om een advocaat te | dont celui de consulter un avocat et d'être assistée par lui, à toute |
raadplegen en door hem te worden bijgestaan -, dat een artikel 47bis, | personne auditionnée et à toute personne privée de liberté - qui |
§ 6, invoert in het Wetboek van strafvordering, in die zin | introduit un article 47bis, § 6, dans le Code d'instruction |
geïnterpreteerd dat het onmiddellijk van toepassing is op het hangende | criminelle, interprété comme s'appliquant immédiatement au litige en |
geschil en in zoverre de zelfincriminerende verklaringen kunnen worden | cours et en tant que les déclarations auto-incriminantes peuvent être |
gebruikt als gegeven dat andere bewijselementen versterkt, de | utilisées comme élément corroborant d'autres éléments de preuves, |
artikelen 12, tweede lid, en 13 van de Grondwet, al dan niet in | viole-t-il les articles 12, alinéa 2, et 13 de la Constitution, |
samenhang gelezen met de artikelen 6 en 7 van het Europees Verdrag | combinés ou non avec les articles 6 et 7 de la Convention européenne |
voor de rechten van de mens en artikel 15 van het Internationaal | des droits de l'homme et l'article 15 du Pacte international relatif |
Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten ? ». | aux droits civils et politiques ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1.1. Aan het Hof wordt een vraag gesteld over artikel 47bis, § 6, | B.1.1. La Cour est interrogée au sujet de l'article 47bis, § 6, du |
van het Wetboek van strafvordering, ingevoegd bij artikel 2, 2°, van | Code d'instruction criminelle, introduit par l'article 2, 2°, de la |
de wet van 13 augustus 2011 « tot wijziging van het Wetboek van | loi du 13 août 2011 « modifiant le Code d'instruction criminelle et la |
strafvordering en van de wet van 20 juli 1990 betreffende de | loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive afin de |
voorlopige hechtenis, om aan elkeen die wordt verhoord en aan elkeen | conférer des droits, dont celui de consulter un avocat et d'être |
wiens vrijheid wordt benomen rechten te verlenen, waaronder het recht | |
om een advocaat te raadplegen en door hem te worden bijgestaan », dat | assistée par lui, à toute personne auditionnée et à toute personne |
bepaalt : | privée de liberté », qui dispose : |
« Tegen een persoon kan geen veroordeling worden uitgesproken die | « Aucune condamnation ne peut être prononcée contre une personne sur |
enkel gegrond is op verklaringen die hij heeft afgelegd in strijd met | le seul fondement de déclarations qu'elle a faites en violation des §§ |
de §§ 2, 3 en 5 met uitsluiting van § 4, wat betreft het | 2, 3 et 5 à l'exclusion du § 4, en ce qui concerne la concertation |
voorafgaandelijk vertrouwelijk overleg of de bijstand door een | confidentielle préalable ou l'assistance d'un avocat au cours de |
advocaat tijdens het verhoor ». | l'audition ». |
B.1.2. De wet van 13 augustus 2011 strekt ertoe de Belgische wetgeving | B.1.2. La loi du 13 août 2011 tend à mettre la législation belge en |
in overeenstemming te brengen met de rechtspraak van het Europees Hof | |
voor de Rechten van de Mens inzake het recht op de toegang tot een | conformité avec la jurisprudence de la Cour européenne des droits de |
advocaat en op diens bijstand gedurende de inleidende fase van het | l'homme relative au droit à l'accès à un avocat et à l'assistance par |
strafproces. Met zijn eerste arrest dienaangaande, gewezen in verband | celui-ci durant la phase préliminaire du procès pénal. Par son premier |
met de situatie van een verdachte die was aangehouden en ondervraagd | arrêt en cette matière, rendu à propos de la situation d'un suspect |
door de politie, heeft het Europees Hof geoordeeld : | arrêté et interrogé par la police, la Cour européenne a jugé : |
« Een nationale wetgeving kan aan de houding van een beklaagde tijdens | « Une législation nationale peut attacher à l'attitude d'un prévenu à |
de aanvangsfase van de ondervragingen door de politie gevolgen | la phase initiale des interrogatoires de police des conséquences |
verbinden die beslissend zijn voor de vooruitzichten van de | déterminantes pour les perspectives de la défense lors de toute |
verdediging in elke latere strafrechtelijke procedure. Artikel 6 | procédure pénale ultérieure. En pareil cas, l'article 6 exige |
vereist in een dergelijk geval normaal gezien dat de beklaagde reeds | normalement que le prévenu puisse bénéficier de l'assistance d'un |
tijdens de eerste stadia van de ondervragingen door de politie de | avocat dès les premiers stades des interrogatoires de police » (CEDH, |
bijstand van een advocaat kan genieten » (EHRM, 27 november 2008, | 27 novembre 2008, Salduz c. Turquie, § 52). |
Salduz t. Turkije, § 52). « [...] opdat het in artikel 6.1 verankerde recht op een eerlijk | « [...] pour que le droit à un procès équitable consacré par l'article |
proces voldoende ' concreet en effectief ' blijft, [...], dient in de | 6, § 1, demeure suffisamment ' concret et effectif ' [...], il faut, |
regel de toegang tot een advocaat te worden verleend vanaf de eerste | en règle générale, que l'accès à un avocat soit consenti dès le |
ondervraging van een verdachte door de politie, tenzij in het licht | premier interrogatoire d'un suspect par la police, sauf à démontrer, à |
van de bijzondere omstandigheden van de zaak wordt bewezen dat er | la lumière des circonstances particulières de l'espèce, qu'il existe |
dwingende redenen bestaan om dat recht in te perken. Zelfs indien | des raisons impérieuses de restreindre ce droit. Même lorsque des |
dwingende redenen uitzonderlijk het weigeren van de toegang tot een | raisons impérieuses peuvent exceptionnellement justifier le refus de |
advocaat kunnen rechtvaardigen, mag een dergelijke beperking - wat ook | l'accès à un avocat, pareille restriction - quelle que soit sa |
de rechtvaardiging ervan moge zijn - niet op onrechtmatige wijze | justification - ne doit pas indûment préjudicier aux droits découlant |
afbreuk doen aan de rechten die uit artikel 6 voortvloeien voor | pour l'accusé de l'article 6 [...]. Il est en principe porté une |
eenieder die wegens een strafbaar feit wordt vervolgd [...]. In | |
beginsel wordt op onherstelbare wijze afbreuk gedaan aan de rechten | |
van de verdediging wanneer incriminerende verklaringen die zijn | atteinte irrémédiable aux droits de la défense lorsque des |
afgelegd tijdens een politieverhoor zonder de mogelijke aanwezigheid | déclarations incriminantes faites lors d'un interrogatoire de police |
van een advocaat, worden gebruikt om een veroordeling te gronden » | subi sans assistance possible d'un avocat sont utilisées pour fonder |
(ibid., § 55). | une condamnation » (ibid., § 55). |
B.1.3. Artikel 47bis, §§ 2, 3 en 5, van het Wetboek van strafvordering | B.1.3. L'article 47bis, §§ 2, 3 et 5, du Code d'instruction criminelle |
waarborgt, wat betreft het recht op het overleg met de advocaat en het recht op de bijstand door de advocaat tijdens het verhoor : - het recht voor de persoon die niet van zijn vrijheid is beroofd en die ervan wordt verdacht een misdrijf te hebben gepleegd waarvan de straf aanleiding kan geven tot het verlenen van een bevel tot aanhouding, om vóór het eerste verhoor een vertrouwelijk overleg te hebben met een advocaat; - het recht voor de persoon die ervan wordt verdacht een misdrijf te hebben gepleegd en die van zijn vrijheid is beroofd, om vanaf dat ogenblik en vóór het eerste verhoor een vertrouwelijk overleg te hebben met een advocaat en het recht om te worden bijgestaan door een advocaat tijdens de ondervragingen die door de politiediensten, de procureur des Konings en de onderzoeksrechter worden geleid, totdat de onderzoeksrechter eventueel een bevel tot aanhouding verleent. B.2. In de prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht artikel 47bis, § | garantit, en ce qui concerne le droit à la concertation avec l'avocat et le droit à l'assistance de l'avocat lors de l'audition : - le droit pour la personne non privée de liberté et suspectée d'avoir commis une infraction dont la sanction peut donner lieu à la délivrance d'un mandat d'arrêt, de se concerter confidentiellement avec un avocat avant la première audition; - le droit pour la personne suspectée d'avoir commis une infraction et privée de sa liberté, dès ce moment et préalablement à la première audition, de se concerter confidentiellement avec un avocat et le droit d'être assistée d'un avocat lors des interrogatoires menés par les services de police, le procureur du Roi et le juge d'instruction, jusqu'à la délivrance éventuelle d'un mandat d'arrêt par le juge d'instruction. B.2. La question préjudicielle invite la Cour à examiner l'article |
6, van het Wetboek van strafvordering te onderzoeken « in zoverre de | 47bis, § 6, du Code d'instruction criminelle « en tant que les |
zelfincriminerende verklaringen kunnen worden gebruikt als gegeven dat | déclarations auto-incriminantes peuvent être utilisées comme élément |
andere bewijselementen versterkt ». | corroborant d'autres éléments de preuves ». |
B.3. Bij zijn arrest nr. 7/2013 van 14 februari 2013 heeft het Hof in | B.3. Par son arrêt n° 7/2013 du 14 février 2013, la Cour a annulé, |
de in het geding zijnde bepaling het woord « enkel » vernietigd. Uit | dans la disposition en cause, le mot « seul ». Il résulte de cette |
die vernietiging volgt dat de zelfincriminerende verklaringen die | annulation que les déclarations auto-incriminantes recueillies en |
werden verkregen met schending van het recht op de bijstand door een | violation du droit à l'assistance d'un avocat ne peuvent être |
advocaat, niet kunnen worden gebruikt om er een veroordeling op te | utilisées pour fonder une condamnation, fût-ce en combinaison avec |
baseren, zij het in combinatie met andere bewijselementen. | d'autres éléments de preuve. |
B.4. Zonder dat het nodig is de door de Ministerraad en door de | B.4. Sans qu'il soit nécessaire d'examiner les exceptions |
procureur-generaal bij het Hof van Beroep te Luik opgeworpen excepties | d'irrecevabilité soulevées par le Conseil des ministres et par le |
van onontvankelijkheid te onderzoeken, stelt het Hof vast dat de | procureur général près la Cour d'appel de Liège, la Cour constate que |
prejudiciële vraag zonder voorwerp is geworden. | la question préjudicielle est devenue sans objet. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
De prejudiciële vraag is zonder voorwerp. | La question préjudicielle est sans objet. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 14 februari 2013. | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 14 février 2013. |
De griffier, | Le greffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
De wnd. voorzitter, | Le président f.f., |
J.-P. Snappe | J.-P. Snappe |