← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 176/2011 van 10 november 2011 Rolnummer 5085 In zake : de
prejudiciële vragen over artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei 2002 betreffende
het recht op maatschappelijke integratie, gesteld door h Het Grondwettelijk
Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 176/2011 van 10 november 2011 Rolnummer 5085 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, gesteld door h Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...) | Extrait de l'arrêt n° 176/2011 du 10 novembre 2011 Numéro du rôle : 5085 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 14, § 1 er , 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration socia La Cour constitutionnelle, composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 176/2011 van 10 november 2011 | Extrait de l'arrêt n° 176/2011 du 10 novembre 2011 |
Rolnummer 5085 | Numéro du rôle : 5085 |
In zake : de prejudiciële vragen over artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, | En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 14, § 1er, |
van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke | 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à |
integratie, gesteld door het Arbeidshof te Luik. | l'intégration sociale, posées par la Cour du travail de Liège. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de | composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De |
rechters E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, E. Derycke, J. | Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, E. Derycke, J. Spreutels, T. |
Spreutels, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en F. Daoût, bijgestaan door | Merckx-Van Goey, P. Nihoul et F. Daoût, assistée du greffier P.-Y. |
de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter R. | Dutilleux, présidée par le président R. Henneuse, |
Henneuse, wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
Bij arrest van 14 januari 2011 in zake het openbaar centrum voor | Par arrêt du 14 janvier 2011 en cause du centre public d'action |
maatschappelijk welzijn van Verviers tegen Sara Dos Santos Pedro, | sociale de Verviers contre Sara Dos Santos Pedro, dont l'expédition |
waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 21 | est parvenue au greffe de la Cour le 21 janvier 2011, la Cour du |
januari 2011, heeft het Arbeidshof te Luik de volgende prejudiciële | travail de Liège a posé les questions préjudicielles suivantes : |
vragen gesteld : | |
« 1. Schendt artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei | « 1. L'article 14, § 1er, 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002 |
2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, in die zin | concernant le droit à l'intégration sociale, interprété en ce sens que |
geïnterpreteerd dat de hoofdzakelijk gemeenschappelijke regeling van | le règlement principalement en commun de leurs questions ménagères |
hun huishoudelijke aangelegenheden tussen een rechthebbende op het | entre un bénéficiaire du revenu d'intégration et son partenaire de |
leefloon en zijn levenspartner, illegaal verblijvende vreemdeling, zo | vie, étranger en séjour illégal, peut s'entendre du seul partage des |
kan worden begrepen dat die enkel de verdeling omvat van de | tâches ménagères qu'implique la communauté domestique qu'ils forment |
huishoudelijke taken die de woongemeenschap impliceert die zij vormen | du fait de leur habitation sous le même toit, sans qu'il soit requis |
doordat zij onder hetzelfde dak wonen, zonder dat het vereist is dat | |
die levenspartner beschikt over middelen die hem in staat stellen | que ledit partenaire de vie dispose de ressources lui permettant |
financieel bij te dragen tot de lasten van het gezin, de artikelen 10 | d'apporter sa contribution financière aux charges du ménage viole-t-il |
en 11 van de Grondwet, in zoverre die wetsbepaling in die | les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'interprétée de la |
interpretatie ertoe leidt dat : | sorte cette disposition légale a pour effet : |
- ofwel, twee rechthebbenden op het leefloon die een gezin vormen maar | - soit de traiter de façon identique deux bénéficiaires du revenu |
zich in verschillende situaties bevinden, identiek worden behandeld | d'intégration qui forment un ménage mais se trouvent dans des |
door aan ieder van hen het tarief ' samenwonende ' van die sociale | situations différentes, par l'octroi, à chacun d'entre eux, du taux |
uitkering toe te kennen, zonder ermee rekening te houden dat de | cohabitant de cette prestation sociale, sans avoir égard au fait que |
levenspartner van de rechthebbende al dan niet beschikt over | le partenaire de vie du bénéficiaire dispose ou ne dispose pas de |
toereikende inkomsten om, zelfs in bescheiden mate, tot de lasten van | revenus suffisants lui permettant de contribuer financièrement, fût-ce |
het gezin te kunnen bijdragen; | de façon modique, aux charges de ménage, |
- ofwel, rechthebbenden op het leefloon die zich, vanuit het standpunt | |
van de middelen waarover zij beschikken, in een identieke situatie | - soit de traiter de façon différente des bénéficiaires de revenu |
bevinden daar zij niet kunnen rekenen op de inbreng van middelen van | d'intégration se trouvant, du point de vue des ressources dont ils |
een echtgenoot of een levenspartner, verschillend worden behandeld | disposent, dans une situation identique dès lors qu'ils ne peuvent |
door aan de eerstgenoemden het leefloon tegen het tarief ' | compter sur l'appoint de ressources d'un conjoint ou partenaire de |
alleenstaande ' en aan de laatstgenoemden het leefloon tegen het | vie, en octroyant aux premiers le revenu d'intégration au taux isolé |
tarief ' samenwonende ' toe te kennen, om de enige reden dat die | et aux seconds le revenu d'intégration au taux cohabitant, au seul |
laatstgenoemden met een illegaal verblijvende vreemdeling onder | motif que ces derniers vivent sous le même toit qu'un étranger en |
hetzelfde dak wonen, zonder rekening ermee te houden dat de | séjour illégal sans avoir égard au fait que le partenaire de vie de |
levenspartner van die rechthebbenden niet beschikt over voldoende | ces bénéficiaires ne dispose pas de revenus suffisants lui permettant |
inkomsten om, zelfs in bescheiden mate, financieel te kunnen bijdragen | de contribuer financièrement, fût-ce de façon modique, aux charges du |
tot de lasten van het gezin ? | ménage ? |
2. Schendt artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei 2002 | 2. L'article 14, § 1er, 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002 |
betreffende het recht op maatschappelijke integratie, in die zin | concernant le droit à l'intégration sociale, interprété en ce sens que |
geïnterpreteerd dat de hoofdzakelijk gemeenschappelijke regeling van | le règlement principalement en commun de leurs questions ménagères |
hun huishoudelijke aangelegenheden tussen een rechthebbende op het | entre un bénéficiaire du revenu d'intégration et son partenaire de |
leefloon en zijn levenspartner, illegaal verblijvende vreemdeling, zo | vie, étranger en séjour illégal, peut s'entendre du seul partage des |
kan worden begrepen dat die enkel de verdeling omvat van de | tâches ménagères qu'implique la communauté domestique qu'ils forment |
huishoudelijke taken die de woongemeenschap impliceert die zij vormen | du fait de leur habitation sous le même toit, sans qu'il soit requis |
doordat zij onder hetzelfde dak wonen, zonder dat het vereist is dat | que ledit partenaire de vie dispose de ressources lui permettant |
die levenspartner beschikt over middelen die hem in staat stellen om, | |
zelfs in bescheiden mate, financieel bij te dragen tot de lasten van | d'apporter sa contribution financière, fût-ce de façon modique, aux |
het gezin, de artikelen 22 en 23 van de Grondwet, al dan niet in | charges du ménage viole-t-il les articles 22 et 23 de la Constitution, |
samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol van | lus isolément ou en combinaison avec les articles 1er du Protocole n° |
20 maart 1952 bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en | 1 du 20 mars 1952 de la Convention européenne de sauvegarde des droits |
de artikelen 8 en 14 van dat Verdrag, in zoverre die wetsbepaling in | de l'homme et 8 et 14 de ladite Convention en ce qu'interprétée de la |
die interpretatie leidt tot een onevenredige inmenging : | sorte cette disposition légale a pour effet de constituer une ingérence disproportionnée : |
- in het privé- en gezinsleven van die rechthebbende op het leefloon; | - dans la vie privée et familiale de ce bénéficiaire du revenu d'intégration, |
- en/of in het genot van het vermogensrecht bestaande in de inning van | - et/ou dans la jouissance du droit patrimonial que constitue la |
het leefloon waarvan de toekenningsvoorwaarden door hem zijn vervuld, | perception du revenu d'intégration dont il remplit des conditions |
om reden dat het bedrag van zijn leefloon van vandaag op morgen wordt | d'octroi au motif que le montant de son revenu d'intégration se trouve |
beperkt van het tarief ' alleenstaande ' tot het tarief ' samenwonende | du jour ou lendemain réduit du taux isolé au taux cohabitant en raison |
' alleen omdat hij heeft verklaard een gezin te vormen met een | de la seule circonstance qu'il a déclaré s'être mis en ménage avec un |
illegaal verblijvende vreemdeling, zonder inkomsten ? | étranger en séjour illégal, dépourvu de revenus ? |
3. Maakt artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei 2002 | 3. L'article 14, § 1er, 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002 |
betreffende het recht op maatschappelijke integratie, in die zin | concernant le droit à l'intégration sociale, interprété en ce sens que |
geïnterpreteerd dat de hoofdzakelijk gemeenschappelijke regeling van | le règlement principalement en commun de leurs questions ménagères |
hun huishoudelijke aangelegenheden tussen een rechthebbende op het | entre un bénéficiaire du revenu d'intégration et son partenaire de |
leefloon en zijn levenspartner, illegaal verblijvende vreemdeling, | vie, étranger en séjour illégal, requiert que ledit partenaire de vie |
vereist dat die levenspartner beschikt over middelen die hem in staat | |
stellen om, zelfs in bescheiden mate, financieel bij te dragen tot de | dispose de ressources lui permettant d'apporter sa contribution |
lasten van het gezin, het mogelijk de schending te vermijden van de | financière, fût-elle modique, aux charges de ménage permet-il d'éviter |
grondwetsbepalingen die in de eerste twee hiervoor geformuleerde | la violation des dispositions constitutionnelles visées aux deux |
vragen worden beoogd ? ». | premières questions visées ci-dessus ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De prejudiciële vragen hebben betrekking op artikel 14, § 1, 1°, | B.1. Les questions préjudicielles concernent l'article 14, § 1er, 1°, |
tweede lid, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration |
maatschappelijke integratie. Het voormelde artikel 14, § 1, stelt het | sociale. L'article 14, § 1er, précité fixe le montant du revenu |
bedrag van het leefloon vast. Dat bedrag varieert volgens de | d'intégration. Ce montant varie selon la situation personnelle du |
persoonlijke situatie van de rechthebbende. Het bedraagt 8 800 euro op | bénéficiaire. Il est de 8.800 euros sur une base annuelle pour une |
jaarbasis voor een persoon die samenwoont met een gezin te zijnen | personne vivant avec une famille à sa charge, de 6.600 euros pour une |
laste, 6.600 euro voor een alleenstaande persoon en 4.400 euro voor | personne isolée et de 4.400 euros pour une « personne cohabitant avec |
een « persoon die met één of meerdere personen samenwoont ». Het recht | une ou plusieurs personnes ». Le droit au revenu d'intégration est |
op het leefloon is geïndividualiseerd, zodat niet is voorzien in een | individualisé, de sorte qu'il n'est pas prévu de montant pour un |
bedrag voor een paar. In voorkomend geval, wanneer twee personen een | couple. Le cas échéant, si deux personnes formant un ménage satisfont |
huishouden vormen en voldoen aan de voorwaarden om recht te hebben op | aux conditions pour être bénéficiaires du revenu d'intégration, elles |
het leefloon, verkrijgen zij beiden een bedrag van 4.400 euro. | obtiennent chacune un montant de 4.400 euros. |
De in het geding zijnde bepaling preciseert het begrip « samenwoning » : | La disposition en cause précise la notion de « cohabitation » : |
« Onder samenwoning wordt verstaan het onder hetzelfde dak wonen van | « Il faut entendre par cohabitation le fait que des personnes vivent |
personen die hun huishoudelijke aangelegenheden hoofdzakelijk | sous le même toit et règlent principalement en commun leurs questions |
gemeenschappelijk regelen ». | ménagères ». |
B.2.1. Avant son abrogation par l'article 54 de la loi du 26 mai 2002, | |
B.2.1. Artikel 2 van de wet van 7 augustus 1974 tot instelling van het | l'article 2 de la loi du 7 août 1974 instituant le droit à un minimum |
recht op een bestaansminimum onderscheidde, vóór het werd opgeheven | |
bij artikel 54 van de wet van 26 mei 2002, vier categorieën van | de moyens d'existence distinguait quatre catégories de bénéficiaires : |
gerechtigden : « samenwonende echtgenoten », « een persoon die enkel | « les conjoints vivant sous le même toit », « une personne qui |
samenwoont met hetzij een minderjarig ongehuwd kind te zijnen laste, | cohabite uniquement soit avec un enfant mineur non marié qui est à sa |
hetzij meerdere kinderen, onder wie minstens één ongehuwd minderjarig | charge, soit avec plusieurs enfants, parmi lesquels au moins un enfant |
kind te zijnen laste », « een alleenstaand persoon » en « elke andere | mineur non marié qui est à sa charge », « une personne isolée » et « |
persoon die met één of meerdere personen samenwoont, onverschillig of | toute autre personne cohabitant avec une ou plusieurs personnes, peu |
zij al dan niet bloed- of aanverwant zijn ». Die bepaling liet, in | importe qu'il s'agisse ou non de parents ou d'alliés ». Cette |
tegenstelling tot de in het geding zijnde bepaling, na het begrip « | disposition négligeait, contrairement à la disposition en cause, de |
samenwoning » nader te omschrijven. Het kwam bijgevolg aan de hoven en | définir plus précisément la notion de « cohabitation ». Par |
rechtbanken toe te bepalen of er sprake was van « samenwonende | conséquent, il revenait aux cours et tribunaux de déterminer s'il |
echtgenoten » of van een « persoon die met één of meerdere personen | était question de « conjoints vivant sous le même toit » ou d'une « |
samenwoont ». | personne cohabitant avec une ou plusieurs personnes ». |
B.2.2. Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 26 mei 2002 | B.2.2. Il ressort des travaux préparatoires de la loi du 26 mai 2002 |
blijkt dat de wetgever zich deze rechtspraak heeft willen eigen maken. | que le législateur a souhaité s'approprier cette jurisprudence. |
Ondervraagd over de draagwijdte van het begrip samenwoning, heeft de | Interrogé sur la portée de la notion de « cohabitation », le ministre |
minister het volgende verklaard : | a déclaré ce qui suit : |
« De definitie van ' samenwonende ' in artikel 14, § 1, 1° van het | « La définition de la notion de ' cohabitant ', telle qu'elle figure à |
ontwerp stemt overeen met de interpretatie van het Hof van Cassatie. | l'article 14, § 1er, 1°, du projet, correspond à l'interprétation de |
Het is belangrijk hier niet af te wijken daar deze interpretatie | la Cour de cassation. Il importe de ne pas déroger en l'occurrence à |
inmiddels bevestigd werd door de arbeidsrechtbanken en -hoven, op | cette interprétation, qui a entre-temps été confirmée par les |
wiens vaste rechtspraak de OCMW's zich kunnen steunen bij het nemen | tribunaux et les cours du travail, sur la jurisprudence constante |
van hun beslissingen. | desquels les CPAS se fondent pour prendre leurs décisions. |
Deze definitie is overigens dezelfde als deze voorzien in art. 59 van | Cette définition est d'ailleurs identique à celle prévue à l'article |
het ministerieel besluit van 26.01.1991 houdende toepassingsregelen | 59 de l'arrêté ministériel du 26 janvier 1991 portant les règles |
van de werkloosheidsreglementering » (Parl. St., Kamer, 2001-2002, DOC | d'application de la réglementation relative au chômage » (Doc. parl., |
50-1603/004, pp. 55-56). | Chambre, 2001-2002, DOC 50-1603/004, pp. 55 et 56). |
In zijn advies bij het voorontwerp van wet dat tot de in het geding | Dans son avis sur l'avant-projet de loi qui a conduit à la disposition |
zijnde bepaling heeft geleid, overweegt de afdeling wetgeving van de | en cause, la section de législation du Conseil d'Etat a considéré que |
Raad van State dat de definitie van het begrip « samenwonen » in | la définition de la notion de « cohabitation », visée à l'article 14, |
artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei 2002, | § 1er, 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002, correspond à celle que |
overeenstemt met de gebruikelijke invulling ervan in het sociale | l'on donne d'ordinaire à la notion de cohabitation dans le droit de la |
zekerheidsrecht (Parl. St., Kamer, 2001-2001, DOC 50-1603/001, p. 82). | sécurité sociale (Doc. parl., Chambre, 2001-2001, DOC 50-1603/001, p. 82). |
B.2.3. In een arrest van 8 oktober 1984 heeft het Hof van Cassatie | B.2.3. Dans un arrêt du 8 octobre 1984, la Cour de cassation a jugé |
geoordeeld dat met de termen « persoon die met één of meerdere | que par les termes « personne cohabitant avec une ou plusieurs |
personen samenwoont » in de zin van artikel 2 van de wet van 7 | personnes » au sens de l'article 2 de la loi du 7 août 1974, il faut |
augustus 1974 wordt bedoeld een persoon die met een of meer personen | entendre une personne qui vit avec une ou plusieurs personnes, sous le |
onder hetzelfde dak samenleeft en met hen een gemeenschappelijke | même toit, en faisant ménage commun avec elles (Pas., 1985, I, p. |
huishouding heeft (Arr. Cass., 1984, p. 219). Volgens het Hof van Cassatie heeft het Arbeidshof wettig kunnen oordelen dat er sprake was van samenwoning wanneer de aanvrager - in vergelijking met een alleenstaande -, meer materiële voordelen genoot en minder financiële lasten droeg. Uit hetzelfde arrest blijkt dat er sprake kan zijn van samenwoning op grond van de materiële voordelen die een uitkeringsgerechtigde geniet door het feit dat hij met één of meer personen onder hetzelfde dak samenleeft, in casu doordat hij kosteloos mocht wonen en de maaltijden mocht gebruiken. Het is niet vereist dat de persoon met wie de aanvrager samenwoont over eigen inkomsten beschikt. | 188). La Cour de cassation a considéré que la Cour du travail avait légitimement pu estimer qu'il était question de cohabitation lorsque le demandeur, par comparaison avec une personne isolée, bénéficie de plus d'avantages matériels et supporte moins de charges financières. Il ressort du même arrêt qu'il peut être question de cohabitation en se basant sur les avantages matériels dont un allocataire social bénéficie en raison du fait qu'il cohabite avec une ou plusieurs personnes, en l'espèce en ce qu'il pouvait habiter gratuitement et prendre ses repas. Il n'est pas requis que la personne avec laquelle |
B.3. In de memorie van toelichting van de in het geding zijnde | le demandeur cohabite dispose de revenus propres. |
bepaling wordt aangegeven dat het bedrag van het leefloon toegekend | B.3. L'exposé des motifs de la disposition en cause indique que le |
aan de « categorie ' alleenstaande ' [...] hoger [is] dan dat van de | taux du revenu d'intégration octroyé à la « catégorie [isolé] est plus |
categorie ' samenwonende ', rekening houdend met het feit dat de | élevé que [celui de] la catégorie cohabitant compte tenu du fait que |
alleenstaande alleen moet instaan voor de vaste kosten (woning, | l'isolé doit supporter seul certaines charges fixes (logement, |
meubilering,...) » (Parl. St., Kamer, 2001-2002, DOC 50-1603/001, p. | ameublement,...) » (Doc. parl., Chambre, 2001-2002, DOC 50-1603/001, |
20). De minister voegde eraan toe dat « wie echt alleen woont, [...] | p. 20). Le ministre ajouta qu'« une personne vraiment isolée doit |
immers zwaardere lasten [draagt] dan wie de lasten met een ander kan | supporter des charges plus importantes qu'une personne qui peut |
delen » en dat « om die reden [...] inzake samenwoning het individuele | partager ces charges avec quelqu'un » et « c'est pourquoi une |
recht [wordt] bijgestuurd » (Parl. St., Kamer, 2001-2002, DOC | correction est apportée au droit individuel en cas de cohabitation » |
50-1603/004, p. 54). Hieruit kan worden afgeleid dat het lagere bedrag | (Doc. parl., Chambre, 2001-2002, DOC 50-1603/004, p. 54). Il peut en |
van het tarief « samenwonende » ten opzichte van het tarief « | être déduit que le montant moindre du taux cohabitant par rapport au |
alleenstaande » is verantwoord door de overweging dat de | taux isolé est justifié par la considération que l'allocataire social |
uitkeringsgerechtigde uit de samenwoning een economisch-financieel | tire un avantage économico-financier de la cohabitation, du fait qu'il |
voordeel haalt, doordat hij minder financiële lasten van het | doit supporter moins de charges financières relatives au ménage, soit |
huishouden moet dragen, hetzij doordat hij bepaalde kosten kan delen, | parce qu'il peut partager certains frais, soit parce qu'il bénéficie |
hetzij doordat hij bepaalde materiële voordelen geniet. | de certains avantages matériels. |
B.4. Bij de toekenning van het leefloon primeert de feitelijke | B.4. En matière d'octroi du revenu d'intégration, c'est la situation |
situatie van de aanvrager (Parl. St., Kamer, DOC 50-1603/004, p. 55). | de fait du demandeur qui prime (Doc. parl., Chambre, DOC 50-1603/004, |
De ontstentenis van inkomsten van de aanvrager van het leefloon en, in | p. 55). L'absence de ressources du demandeur du revenu d'intégration |
voorkomend geval, de vermogenstoestand van de persoon met wie hij | et, le cas échéant, la situation patrimoniale de la personne avec |
onder één dak woont, moeten op individuele wijze worden vastgesteld | laquelle il vit sous le même toit doivent être constatées de manière |
door het sociaal onderzoek dat door de bevoegde diensten van het | individuelle par l'enquête sociale que doivent effectuer les services |
openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn moet worden gevoerd met | compétents du centre public d'action sociale par application de |
toepassing van artikel 19 van de wet van 26 mei 2002. Op basis van dat | l'article 19 de la loi du 26 mai 2002. Sur la base de cette enquête et |
onderzoek en van de vaststelling of de aanvrager van het leefloon uit | du constat selon lequel le demandeur du revenu d'intégration tire un |
de samenwoning een economisch-financieel voordeel haalt, beslist het | avantage économico-financier de la cohabitation, le CPAS décide |
OCMW om een leefloon van alleenstaande, dan wel van samenwonende toe | d'octroyer un revenu d'intégration d'isolé ou de cohabitant. En cas de |
te kennen. Bij betwisting kan de zaak worden voorgelegd aan de arbeidsgerechten. | litige, l'affaire peut être soumise aux juridictions du travail. |
B.5.1. Bij de toekenning van sociale voordelen wordt in bepaalde | B.5.1. En matière d'octroi d'avantages sociaux, il est tenu compte, |
gevallen rekening gehouden met de gezinssituatie van de | dans certains cas, de la situation familiale de l'allocataire social. |
uitkeringsgerechtigde. Afhankelijk van de aard van het sociale | En fonction de la nature de l'avantage social, il faut évaluer dans |
voordeel, moet in elk geval afzonderlijk worden beoordeeld of die | chaque cas séparément si cette situation familiale justifie une |
gezinssituatie een verhoging of een verlaging van de uitkering | majoration ou une diminution de l'allocation. En l'espèce, la Cour est |
rechtvaardigt. Te dezen wordt het Hof ondervraagd over de regeling | interrogée sur la réglementation relative au revenu d'intégration qui |
inzake het leefloon, dat onder bepaalde voorwaarden wordt toegekend | est accordé, à certaines conditions, aux personnes ne disposant pas de |
aan personen die over onvoldoende bestaansmiddelen beschikken, | ressources suffisantes, pour leur permettre de mener une vie conforme |
teneinde hen in staat te stellen om een menswaardig bestaan te leiden. | à la dignité humaine. |
B.5.2. De prejudiciële vragen hebben betrekking op de situatie van de | B.5.2. Les questions préjudicielles portent sur la situation du |
rechthebbende op het leefloon, wiens samenwonende partner een illegaal | bénéficiaire du revenu d'intégration, dont le partenaire cohabitant |
op het grondgebied verblijvende vreemdeling is. Op grond van artikel | est un étranger en séjour illégal sur le territoire. En vertu de |
57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare | l'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des CPAS, cet |
centra voor maatschappelijk welzijn heeft die vreemdeling enkel recht | étranger n'a droit qu'à une aide médicale urgente; il n'a pas droit à |
op dringende medische hulp; hij heeft geen recht op een sociale | une allocation sociale et ne peut davantage acquérir en principe un |
uitkering en kan in beginsel evenmin een inkomen uit arbeid verwerven. | revenu provenant du travail. |
B.6.1. De eerste twee prejudiciële vragen hebben betrekking op artikel | B.6.1. Les deux premières questions préjudicielles concernent |
14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei 2002 in die zin | l'article 14, § 1er, 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002, |
geïnterpreteerd dat het « hoofdzakelijk gemeenschappelijk regelen van | interprété en ce sens que « le règlement principalement en commun des |
de huishoudelijke aangelegenheden » tussen een rechthebbende op het | questions ménagères » entre un bénéficiaire du revenu d'intégration et |
leefloon en zijn levenspartner, een illegaal op het grondgebied | |
verblijvende vreemdeling, uitsluitend de verdeling van de | son partenaire de vie, un étranger en séjour illégal sur le |
huishoudelijke taken omvat, en niet vereist dat die levenspartner over | territoire, ne comprend que le seul partage des tâches ménagères et |
bestaansmiddelen beschikt en dus financieel kan bijdragen in de | n'exige pas que le partenaire de vie dispose de ressources et puisse |
uitgaven van het huishouden. De derde prejudiciële vraag heeft | donc contribuer financièrement aux dépenses du ménage. La troisième |
betrekking op die bepaling in die zin geïnterpreteerd dat het begrip « | question préjudicielle porte sur cette disposition interprétée en ce |
samenwoning » vereist dat de levenspartner van de rechthebbende op het | sens que la notion de « cohabitation » requiert que le partenaire de |
leefloon, een illegaal op het grondgebied verblijvende vreemdeling, | vie du bénéficiaire du revenu d'intégration, un étranger en séjour |
beschikt over bestaansmiddelen die hem in staat stellen om, zelfs op | illégal sur le territoire, dispose de ressources lui permettant de |
geringe wijze, financieel bij te dragen in de uitgaven van het | contribuer financièrement, même de manière modeste, aux dépenses du |
huishouden. | ménage. |
B.6.2. Zoals aangegeven in B.2 en B.3, vereist het begrip « | B.6.2. Comme il a été indiqué en B.2 et B.3, la notion de « |
samenwoning » in artikel 14, § 1, 1°, van de wet van 26 mei 2002 dat de aanvrager van een leefloon uit het onder één dak wonen met de andere persoon een economisch-financieel voordeel haalt. Dit laatste kan erin bestaan dat de samenwonende over inkomsten beschikt, die hem toelaten bepaalde kosten te delen, maar ook dat de aanvrager door de samenwoning bepaalde materiële voordelen kan genieten waardoor hij minder uitgaven heeft. De prejudiciële vragen moeten derhalve zo worden begrepen dat ze een vergelijking maken tussen, enerzijds, uitkeringsgerechtigden voor wie het samenwonen met een andere persoon een economisch-financieel voordeel oplevert en, anderzijds, uitkeringsgerechtigden voor wie dat niet het geval is, doordat ze samenwonen met een illegaal op het grondgebied verblijvende vreemdeling. B.7.1. De rechthebbenden op het leefloon die samenwonen met een illegaal op het grondgebied verblijvende vreemdeling die niet over | cohabitation » visée à l'article 14, § 1er, 1°, de la loi du 26 mai 2002 exige que le fait de vivre sous le même toit que l'autre personne génère pour le demandeur du revenu d'intégration un avantage économico-financier. Ce dernier peut consister en ce que le cohabitant dispose de revenus lui permettant ainsi de partager certains frais mais également en ce que le demandeur peut bénéficier de certains avantages matériels en raison de la cohabitation, avec pour effet qu'il expose moins de dépenses. Les questions préjudicielles doivent par conséquent être comprises comme faisant une comparaison entre, d'une part, les allocataires sociaux pour lesquels la cohabitation avec une autre personne génère un avantage économico-financier et, d'autre part, les allocataires sociaux pour lesquels ce n'est pas le cas, puisqu'ils cohabitent avec un étranger qui séjourne illégalement sur le territoire. B.7.1. Les bénéficiaires du revenu d'intégration qui cohabitent avec un étranger qui séjourne illégalement sur le territoire et qui est |
bestaansmiddelen beschikt en op geen enkele wijze kan bijdragen in de | dépourvu de ressources, ce qui l'empêche de contribuer de quelque |
uitgaven van het huishouden, bevinden zich, ten aanzien van de | manière que ce soit aux dépenses du ménage, se trouvent, par rapport à |
verantwoording voor de in het geding zijnde bepaling waaraan in B.3 is | la justification de la disposition en cause rappelée en B.3, dans une |
herinnerd, in een situatie die wezenlijk verschilt van die van de | situation essentiellement différente de celle des bénéficiaires qui |
rechthebbenden die uit het samenwonen een economisch-financieel | tirent un avantage économico-financier de la cohabitation. En effet, |
voordeel halen. Immers, terwijl de laatstgenoemden daadwerkelijk een | alors que les seconds peuvent effectivement réaliser un certain nombre |
aantal schaalvoordelen kunnen halen uit het wonen onder één dak met een andere persoon en hun financiële situatie verbeterd zien door de aanwezigheid van die laatste, kunnen de eerstgenoemden geen enkel financieel voordeel halen uit de aanwezigheid van de persoon met wie samenwonen en blijven zij alle kosten van het huishouden alleen dragen. De gelijke behandeling van beide categorieën van personen beantwoordt niet aan het door de in het geding zijnde bepaling nagestreefde doel. B.7.2. Het zou weliswaar niet gerechtvaardigd zijn dat een rechthebbende op een leefloon, de uitkering waarop hij recht heeft, zou kunnen verhoogd zien ten gevolge van het samenwonen met een illegaal verblijvende vreemdeling. In het licht van de door de wetgever nagestreefde doelstellingen op het vlak van het leefloon, zou het evenwel evenmin gerechtvaardigd zijn dat de rechthebbende op het leefloon, zijn uitkering verlaagd zou zien doordat hij samenwoont met een illegaal op het grondgebied verblijvende vreemdeling die niet over bestaansmiddelen beschikt en niet kan bijdragen in de kosten van het huishouden. In dat geval levert het samenwonen de uitkeringsgerechtigde immers geen economisch-financieel voordeel op. B.7.3. In die zin geïnterpreteerd dat het hoofdzakelijk gemeenschappelijk regelen van de huishoudelijke aangelegenheden tussen een rechthebbende op het leefloon en de illegaal op het grondgebied verblijvende vreemdeling met wie hij onder één dak woont, uitsluitend de verdeling van de huishoudelijke taken omvat, zonder dat wordt vereist dat het samenwonen de uitkeringsgerechtigde een economisch-financieel voordeel oplevert, is de in het geding zijnde bepaling niet redelijk verantwoord en is zij derhalve niet bestaanbaar | d'économies d'échelle de par le fait de vivre sous le même toit et voient en conséquence leur situation financière améliorée par la présence du partenaire, les premiers ne tirent aucun avantage financier de la présence de la personne avec qui ils cohabitent et ils continuent à supporter seuls tous les frais du ménage. Le traitement égal des deux catégories de personnes ne répond pas à l'objectif poursuivi par la disposition en cause. B.7.2. Certes, il ne serait pas justifié qu'un bénéficiaire du revenu d'intégration puisse voir majorer l'allocation à laquelle il a droit par suite de la cohabitation avec un étranger en séjour illégal. Toutefois, il ne serait pas davantage justifié, à la lumière des objectifs poursuivis par le législateur en matière de revenu d'intégration, que le bénéficiaire du revenu d'intégration voie réduire son allocation parce qu'il cohabite avec un étranger en séjour illégal sur le territoire dépourvu de ressources et qui ne peut contribuer aux dépenses du ménage. Dans ce cas, la cohabitation ne génère en effet aucun avantage économico-financier pour l'allocataire social. B.7.3. Interprétée en ce sens que le règlement principalement en commun des questions ménagères entre un bénéficiaire du revenu d'intégration et l'étranger en séjour illégal sur le territoire avec lequel il cohabite comprend uniquement le partage des tâches ménagères, sans qu'il soit requis que la cohabitation génère un avantage économico-financier pour l'allocataire social, la disposition en cause est dépourvue de justification raisonnable et n'est en |
met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | conséquence pas compatible avec les articles 10 et 11 de la |
Rekening houdend met wat is vermeld onder B.6.2, dient de eerste | Constitution. Compte tenu de ce qui est dit en B.6.2, la première question |
prejudiciële vraag bevestigend te worden beantwoord. | préjudicielle appelle une réponse positive. |
B.8.1. Zoals het verwijzende rechtscollege in de derde prejudiciële | B.8.1. Comme l'estiment la juridiction a quo dans la troisième |
vraag, alsook de Ministerraad oordelen, kan artikel 14, § 1, 1°, van | question préjudicielle, ainsi que le Conseil des ministres, l'article |
de wet van 26 mei 2002 evenwel in die zin worden geïnterpreteerd dat | 14, § 1er, 1°, de la loi du 26 mai 2002 peut toutefois être interprété |
de samenwoning veronderstelt dat het hoofdzakelijk gemeenschappelijk | en ce sens que la cohabitation suppose que le règlement principalement |
regelen van de huishoudelijke aangelegenheden vereist dat het | en commun des questions ménagères exige que la cohabitation génère un |
samenwonen de uitkeringsgerechtigde een economisch-financieel voordeel | avantage économico-financier pour l'allocataire social. Dans cette |
oplevert. In die interpretatie, die ook degene is die de wetgever aan | interprétation, qui est également celle que le législateur a voulu |
artikel 14, § 1, 1°, van de wet van 26 mei 2002 heeft willen geven, is | donner à l'article 14, § 1er, 1°, de la loi du 26 mai 2002, cet |
dat artikel niet van toepassing op de rechthebbende die samenwoont met | article ne s'applique pas au bénéficiaire qui cohabite avec un |
een illegale vreemdeling die geen bestaansmiddelen heeft en niet op | étranger en séjour illégal et dépourvu de ressources et qui ne peut en |
enigerlei wijze kan bijdragen in de financiële lasten van het | aucune manière participer aux charges du ménage, de sorte que le |
huishouden, zodat de aanvrager van het leefloon in dat geval recht | demandeur du revenu d'intégration a droit dans ce cas au revenu |
heeft op een leefloon tegen het tarief « alleenstaande ». | d'intégration au taux isolé. |
B.8.2. In die interpretatie bestaat de in de eerste prejudiciële vraag | B.8.2. Dans cette interprétation, l'égalité de traitement visée par la |
bedoelde gelijkheid van behandeling niet, zodat de in het geding | première question préjudicielle n'existe pas, de sorte que la |
zijnde bepaling bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de | disposition en cause est compatible avec les articles 10 et 11 de la |
Grondwet. | Constitution. |
Rekening houdend met wat is vermeld onder B.6.2, dient de derde | Compte tenu de ce qui est dit en B.6.2, la troisième question |
prejudiciële vraag bevestigend te worden beantwoord. | préjudicielle appelle une réponse positive. |
B.9. Zoals aangegeven onder B.4, moet de situatie van de aanvrager van | B.9. Comme il est indiqué en B.4, la situation du demandeur du revenu |
het leefloon en de ontstentenis van bestaansmiddelen van de persoon | d'intégration et l'absence de ressources de la personne avec laquelle |
met wie de aanvrager van het leefloon samenwoont, op individuele wijze | cohabite le demandeur du revenu d'intégration doivent être constatées |
worden vastgesteld door het sociaal onderzoek dat door de bevoegde | de manière individuelle par l'enquête sociale qu'effectuent les |
diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn wordt | services compétents du centre public d'action sociale, sous le |
gevoerd, onder controle van de arbeidsgerechten. | contrôle des juridictions du travail. |
Zoals de Ministerraad opmerkt, valt het niet uit te sluiten dat een | Comme l'observe le Conseil des ministres, il ne peut pas être exclu |
illegaal verblijvende vreemdeling over bestaansmiddelen zou kunnen | qu'un étranger en séjour illégal puisse disposer de ressources. Il |
beschikken. Uit de interpretatie van de in het geding zijnde bepaling, | découle de l'interprétation de la disposition en cause, telle qu'elle |
zoals aangegeven in B.8.1, volgt dat, in het geval dat de aanvrager | est formulée en B.8.1, que, dans le cas où le demandeur d'un revenu |
van een leefloon onder hetzelfde dak woont met een illegaal | |
verblijvende vreemdeling die kan bijdragen in de uitgaven van het | d'intégration habite sous le même toit qu'un étranger en séjour |
huishouden, de aanvrager als een samenwonende in de zin van artikel | illégal qui peut contribuer aux dépenses du ménage, le demandeur peut |
14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet van 26 mei 2002 kan worden | être considéré comme un cohabitant au sens de l'article 14, § 1er, 1°, |
beschouwd. In dat geval kan de aanwezigheid van die vreemdeling de | alinéa 2, de la loi du 26 mai 2002. Dans ce dernier cas en effet, la |
uitkeringsgerechtigde immers een financieel-economisch voordeel | présence de cet étranger peut générer un avantage économico-financier |
opleveren. | pour l'allocataire social. |
B.10. Rekening houdend met het antwoord op de eerste en de derde | B.10. Compte tenu de la réponse apportée aux première et troisième |
prejudiciële vraag, dient het Hof de tweede vraag niet te onderzoeken. | questions préjudicielles, la Cour ne doit pas examiner la deuxième question. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
- In die zin geïnterpreteerd dat het hoofdzakelijk gemeenschappelijk | - Interprété en ce sens que le règlement principalement en commun des |
regelen van de huishoudelijke aangelegenheden tussen een rechthebbende | questions ménagères entre un bénéficiaire du revenu d'intégration et |
op het leefloon en de illegaal verblijvende vreemdeling met wie hij | l'étranger en séjour illégal avec lequel il habite sous le même toit |
onder hetzelfde dak woont, uitsluitend uit de verdeling van de | ne comprend que le partage des tâches ménagères, sans qu'il soit |
huishoudelijke taken wordt afgeleid, zonder dat is vereist dat de | |
uitkeringsgerechtigde uit de samenwoning een economisch-financieel | requis que l'allocataire tire un avantage économico-financier de la |
voordeel haalt, schendt artikel 14, § 1, 1°, tweede lid, van de wet | cohabitation, l'article 14, § 1er, 1°, alinéa 2, de la loi du 26 mai |
van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, | 2002 concernant le droit à l'intégration sociale viole les articles 10 |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | et 11 de la Constitution. |
- In die zin geïnterpreteerd dat het hoofdzakelijk gemeenschappelijk | - Interprétée en ce sens que le règlement principalement en commun des |
regelen van de huishoudelijke aangelegenheden tussen een rechthebbende | questions ménagères entre un bénéficiaire du revenu d'intégration et |
op het leefloon en de illegaal verblijvende vreemdeling met wie hij | l'étranger en séjour illégal avec lequel il habite sous le même toit |
onder hetzelfde dak woont, veronderstelt dat naast de verdeling van de | |
huishoudelijke taken, de uitkeringsgerechtigde uit de samenwoning een | suppose, outre le partage des tâches ménagères, que l'allocataire tire |
economisch-financieel voordeel haalt, schendt diezelfde bepaling de | un avantage économico-financier de la cohabitation, la même |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | disposition ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 10 november 2011. | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 10 novembre 2011. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De voorzitter, | Le président, |
R. Henneuse. | R. Henneuse. |