← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 133/2011 van 14 juli 2011 Rolnummer 5074 In zake : de prejudiciële
vraag over artikel 29, § 1, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke
integratie, in de versie vóór de wijziging erv Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en
M. Bossuyt, en de rechter(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 133/2011 van 14 juli 2011 Rolnummer 5074 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 29, § 1, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, in de versie vóór de wijziging erv Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...) | Extrait de l'arrêt n° 133/2011 du 14 juillet 2011 Numéro du rôle : 5074 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 29, § 1 er , de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale, dans la versio La Cour constitutionnelle, composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 133/2011 van 14 juli 2011 | Extrait de l'arrêt n° 133/2011 du 14 juillet 2011 |
Rolnummer 5074 | Numéro du rôle : 5074 |
In zake : de prejudiciële vraag over artikel 29, § 1, van de wet van | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 29, § 1er, |
26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, in | de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale, |
de versie vóór de wijziging ervan bij de wet van 30 december 2009, | dans la version antérieure à sa modification par la loi du 30 décembre |
gesteld door het Hof van Cassatie. | 2009, posée par la Cour de cassation. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de | composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De |
rechters E. De Groot, J.-P. Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey en | Groot, J.-P. Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey et P. Nihoul, |
P. Nihoul, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder | assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président R. |
voorzitterschap van voorzitter R. Henneuse, | Henneuse, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij arrest van 13 december 2010 in zake Saqip Idrizaj en Kumrije | Par arrêt du 13 décembre 2010 en cause de Saqip Idrizaj et Kumrije |
Sinani tegen het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van | Sinani contre le centre public d'action sociale de Huy, dont |
Hoei, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 29 | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 29 décembre 2010, la |
december 2010, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële | Cour de cassation a posé la question préjudicielle suivante : |
vraag gesteld : | |
« Schendt artikel 29, § 1, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het | « L'article 29, § 1er, de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à |
recht op maatschappelijke integratie, in de versie van vóór de | l'intégration sociale, dans sa version antérieure à sa modification |
wijziging ervan bij de wet van 30 december 2009, de artikelen 10 en 11 | par la loi du 30 décembre 2009, viole-t-il les articles 10 et 11 de la |
van de Grondwet in zoverre het bepaalt dat de in artikel 24, § 1, van | Constitution en ce qu'il prévoit que l'action en récupération du |
dezelfde wet bedoelde vordering tot terugvordering van het leefloon | revenu d'intégration visée à l'article 24, § 1er, de la même loi se |
verjaart overeenkomstig artikel 2262bis, § 1, eerste lid, van het | prescrit conformément à l'article 2262bis, § 1er, alinéa 1er, du Code |
Burgerlijk Wetboek wanneer de onverschuldigde betaling is uitgevoerd | civil lorsque le paiement indu a été effectué sans fraude, dol ou |
zonder bedrog, arglist of bedrieglijke handelingen van de betrokkene, | manoeuvres frauduleuses de l'intéressé, alors que, suivant l'article |
terwijl, volgens artikel 30, § 1, van de wet van 29 juni 1981 houdende | 30, § 1er, de la loi du 29 juin 1981 établissant les principes |
de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers, de | généraux de la sécurité sociale des travailleurs salariés, la |
terugvordering van de in dezelfde omstandigheden betaalde sociale | répétition des prestations sociales versées dans les mêmes conditions |
prestaties verjaart na drie jaar, te rekenen vanaf de datum waarop de | se prescrit par trois ans à compter de la date à laquelle le paiement |
uitbetaling is gebeurd ? ». | a été effectué ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of | B.1. La question préjudicielle interroge la Cour sur la conformité aux |
articles 10 et 11 de la Constitution de l'article 29, § 1er, de la loi | |
artikel 29, § 1, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale, dans sa |
maatschappelijke integratie, in de versie van vóór de wijziging ervan | version antérieure à sa modification par la loi du 30 décembre 2009, |
bij de wet van 30 december 2009, bestaanbaar is met de artikelen 10 en | en ce qu'il prévoit que la récupération du revenu d'intégration visée |
11 van de Grondwet, in zoverre het bepaalt dat de in artikel 24, § 1, | à l'article 24, § 1er, de la même loi se prescrit conformément à |
van dezelfde wet bedoelde terugvordering van het leefloon verjaart | |
overeenkomstig artikel 2262bis, § 1, eerste lid, | l'article 2262bis, § 1er, alinéa 1er, du Code civil lorsque le |
van het Burgerlijk Wetboek wanneer de onverschuldigde betaling is | |
uitgevoerd zonder bedrog, arglist of bedrieglijke handelingen van de | paiement indu a été effectué sans fraude, dol ou manoeuvre frauduleuse |
betrokkene, terwijl, volgens artikel 30, § 1, van de wet van 29 juni | de l'intéressé, alors que, suivant l'article 30, § 1er, de la loi du |
1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor | 29 juin 1981 établissant les principes généraux de la sécurité sociale |
werknemers, de terugvordering van de in dezelfde omstandigheden | des travailleurs salariés, la répétition des prestations sociales |
betaalde sociale prestaties verjaart na drie jaar, te rekenen vanaf de | versées dans les mêmes conditions se prescrit par trois ans à compter |
datum waarop de uitbetaling is gebeurd. | de la date à laquelle le paiement a été effectué. |
B.2.1. Artikel 24 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | B.2.1. L'article 24 de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à |
maatschappelijke integratie (hierna : de wet van 26 mei 2002) bepaalt | l'intégration sociale (ci-après : la loi du 26 mai 2002) détermine les |
de gevallen waarin het OCMW op de betrokkene het leefloon kan verhalen | cas dans lesquels le CPAS peut récupérer à charge de l'intéressé le |
dat hem werd uitgekeerd : | revenu d'intégration qui lui a été versé : |
« § 1. Het leefloon uitgekeerd met toepassing van deze wet wordt op de | « § 1er. Le revenu d'intégration versé en application de la présente |
betrokkene verhaald : | loi est récupéré à charge de l'intéressé : |
[...] | [...] |
2° indien hij de beschikking krijgt over inkomsten krachtens rechten | 2° lorsqu'il vient à disposer de ressources en vertu de droits qu'il |
die hij bezat tijdens de periode waarvoor hem een leefloon werd | |
uitbetaald. In dit geval is de terugvordering beperkt tot beloop van | possédait pendant la période pour laquelle le revenu d'intégration lui |
het bedrag waarvoor die inkomsten bij de berekening van het leefloon | a été versé. Dans ce cas, la récupération est limitée au montant des |
in aanmerking hadden moeten worden genomen indien hij er te dien tijde | ressources qui auraient dû être prises en considération pour le calcul |
reeds de beschikking over zou hebben gehad. In afwijking van artikel | du revenu d'intégration à payer s'il en avait déjà disposé à ce |
1410 van het Gerechtelijk Wetboek treedt het centrum van rechtswege en | moment. Par dérogation à l'article 1410 du Code judiciaire, le centre |
tot beloop van dat bedrag in de rechten die de begunstigde op de | est subrogé de plein droit, jusqu'à concurrence de cette somme, dans |
hierboven bedoelde inkomsten kan doen gelden. | les droits que le bénéficiaire peut faire valoir aux ressources susvisées. |
[...] ». | [...] ». |
Buiten de in artikel 24, § 1, bedoelde gevallen, is geen enkele | En dehors des cas visés à l'article 24, § 1er, aucune récupération du |
terugvordering van het leefloon bij de betrokkene mogelijk (artikel | revenu d'intégration auprès de l'intéressé n'est possible (article 24, |
24, § 2, van de wet van 26 mei 2002). | § 2, de la loi du 26 mai 2002). |
B.2.2. Artikel 29 van de wet van 26 mei 2002 bepaalde, vóór de | B.2.2. L'article 29 de la loi du 26 mai 2002, avant sa modification |
wijziging ervan bij de wet van 30 december 2009 : | par la loi du 30 décembre 2009, disposait : |
« § 1. De terugvordering bedoeld in artikel 24, § 1 en de vordering | « § 1er. L'action en remboursement visée à l'article 24, § 1er et |
bedoeld in artikel 27, eerste lid, verjaren overeenkomstig artikel | l'action visée à l'article 27, alinéa 1er, se prescrivent conformément |
2262bis, § 1, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek. | à l'article 2262bis, § 1er, alinéa 1er, du Code civil. |
[...] ». | [...] ». |
B.2.3. Artikel 2262bis, § 1, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek | B.2.3. L'article 2262bis, § 1er, alinéa 1er, du Code civil dispose : |
bepaalt : « Alle persoonlijke rechtsvorderingen verjaren door verloop van tien jaar ». | « Toutes les actions personnelles sont prescrites par dix ans ». |
B.3. Artikel 30, § 1, van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene | B.3. L'article 30, § 1er, de la loi du 29 juin 1981 établissant les |
beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers bepaalt : « De terugvordering van de ten onrechte betaalde sociale prestaties verjaart na drie jaar, te rekenen vanaf de datum waarop de uitbetaling is geschied. De in het eerste lid voorgeschreven termijn wordt teruggebracht tot zes maanden indien de betaling enkel het gevolg is van een vergissing van de instelling of de dienst, waarvan de betrokkene zich normaal geen rekenschap kon geven. De in het eerste lid voorgeschreven termijn wordt verlengd tot vijf jaar indien ten onrechte werd betaald in geval van bedrog, arglist of | principes généraux de la sécurité sociale des travailleurs salariés dispose : « La répétition des prestations sociales versées indûment se prescrit par trois ans à compter de la date à laquelle le paiement a été effectué. Le délai prévu à l'alinéa 1er est ramené à six mois lorsque le paiement résulte uniquement d'une erreur de l'organisme ou du service, dont l'intéressé ne pouvait normalement se rendre compte. Le délai prévu à l'alinéa 1er est porté à cinq ans lorsque le paiement indu a été effectué en cas de fraude, de dol ou de manoeuvres |
bedrieglijke handelingen van de betrokkene ». | frauduleuses de l'intéressé ». |
Die bepaling treedt echter pas in werking op de datum die de Koning | Cette disposition n'entre toutefois en vigueur qu'à la date fixée par |
bepaalt, overeenkomstig artikel 41 van de voormelde wet. Op de datum | le Roi, conformément à l'article 41 de la loi précitée. A la date du |
van de uitspraak van dit arrest is daartoe geen enkel koninklijk | prononcé du présent arrêt, aucun arrêté royal n'a été adopté à cet |
besluit aangenomen. | effet. |
B.4. De verwijzende rechter stelt het Hof een vraag over een verschil | B.4. Le juge a quo interroge la Cour sur une différence de traitement |
in behandeling dat zou voortvloeien uit de vergelijking tussen de in | qui résulterait de la comparaison entre le délai de prescription de |
artikel 2262bis, § 1, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek bedoelde | dix ans prévu par l'article 2262bis, § 1er, alinéa 1er, du Code civil |
verjaringstermijn van tien jaar en de in artikel 30, § 1, van de | et le délai de prescription de trois ans prévu par l'article 30, § 1er, |
voormelde wet van 29 juni 1981 bedoelde verjaringstermijn van drie | de la loi du 29 juin 1981 précitée. |
jaar. B.5. In zijn arrest nr. 147/2008 van 30 oktober 2008 heeft het Hof | B.5. Dans son arrêt n° 147/2008 du 30 octobre 2008, la Cour a dit pour |
voor recht gezegd dat artikel 29, § 1, van de voormelde wet van 26 mei | droit que l'article 29, § 1er, de la loi du 26 mai 2002 précitée, |
2002, vóór de wijziging ervan bij de wet van 30 december 2009, de | avant sa modification par la loi du 30 décembre 2009, violait les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet schond in zoverre de | articles 10 et 11 de la Constitution dans la mesure où le délai de |
prescription auquel il se réfère dépasse le délai de prescription de | |
verjaringstermijn waarnaar het verwijst, de in artikel 2277 van het | cinq ans prévu par l'article 2277 du Code civil. Se conformant à cette |
Burgerlijk Wetboek bedoelde verjaringstermijn van vijf jaar | |
overschrijdt. Tegemoetkomend aan die rechtspraak wordt in het arrest | |
van het Arbeidshof te Luik, waartegen de cassatievoorziening bij de | jurisprudence, l'arrêt de la Cour du travail de Liège, qui fait |
verwijzende rechter is ingesteld, de toepassing van artikel 29, § 1, | l'objet du pourvoi en cassation devant le juge a quo, écarte |
van de wet van 26 mei 2002 geweerd in zoverre de verjaringstermijn | l'application de l'article 29, § 1er, de la loi du 26 mai 2002 dans la |
vijf jaar overschreed. | mesure où le délai de prescription excédait cinq ans. |
B.6. Er moet nog worden onderzocht of de aldus toegepaste | B.6. Il convient encore d'examiner la compatibilité du délai ainsi |
verjaringstermijn bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de | appliqué au regard des articles 10 et 11 de la Constitution en |
Grondwet, in vergelijking met de verjaringstermijn van drie jaar zoals | comparaison avec le délai de prescription de trois ans tel qu'il est |
bedoeld in artikel 30, § 1, van de wet van 29 juni 1981. | prévu par l'article 30, § 1er, de la loi du 29 juin 1981. |
B.7. In tegenstelling tot wat het OCMW van de stad Hoei aanvoert, | B.7. Contrairement à ce que soutient le CPAS de la ville de Huy, rien |
belet niets het Hof zich uit te spreken over de grondwettigheid van | n'empêche la Cour de se prononcer sur la constitutionnalité d'une |
een wetsbepaling wanneer die wordt vergeleken met een bepaling die, | disposition législative lorsque, comme c'est le cas en l'espèce, elle |
zoals te dezen het geval is, nog niet in werking is getreden. | est comparée à une disposition qui n'est pas encore entrée en vigueur. |
B.8. Door artikel 30, § 1, van de wet van 29 juni 1981 aan te nemen, | B.8. En adoptant l'article 30, § 1er, de la loi du 29 juin 1981, le |
heeft de wetgever ervoor gezorgd niet toe te staan dat de inzake | législateur s'est préoccupé de ne pas permettre que les allocations |
sociale zekerheid gestorte uitkeringen, wanneer die onverschuldigd | versées en matière de sécurité sociale puissent, lorsqu'elles ont été |
zijn geïnd, binnen de gemeenrechtelijke termijnen kunnen worden | indûment perçues, être récupérées dans les délais de droit commun. Il |
teruggevorderd. Hij heeft rekening willen houden met het feit dat « de | a voulu tenir compte de ce que « la nature et la technicité croissante |
eigen aard en het toenemende technische aspect van de normatieve | des textes normatifs régissant notre système de sécurité sociale |
teksten die ons socialezekerheidssysteem beheersen [...] een | |
bijzondere regeling [vereisen] voor de materie van de terugvordering | imposent une solution spécifique au problème de la récupération de |
van onverschuldigde bedragen ten aanzien van de principes van het | l'indu par rapport aux principes du droit civil » (Doc. parl., Sénat, |
burgerlijk recht » (Parl. St., Senaat, 1979-1980, 508, nr. 1, p. 25). | 1979-1980, 508, n° 1, p. 25). Il a veillé également à rendre les |
Hij heeft tevens erover gewaakt dat de korte verjaringstermijnen niet | |
van toepassing zijn « in geval van bedrog, arglist of bedrieglijke | courtes prescriptions inapplicables « lorsque le paiement indu a été |
handelingen van de betrokkene » en in dat geval de verjaringstermijn | effectué en cas de fraude, de dol ou de manoeuvres frauduleuses » tout |
tot vijf jaar beperkt (artikel 30, § 1, derde lid, van de voormelde | en limitant dans ce cas le délai de prescription à cinq ans (article |
wet van 29 juni 1981). | 30, § 1er, alinéa 3, de la loi précitée du 29 juin 1981). |
B.9.1. Hoewel het wenselijk kan voorkomen dat de verjaringstermijnen | B.9.1. Bien qu'il puisse paraître souhaitable que les délais de |
inzake sociale prestaties zoveel als mogelijk worden geharmoniseerd, | prescription relatifs aux prestations sociales soient harmonisés |
kan uit het enkele feit dat de verjaringstermijn bedoeld in artikel | autant que possible, il ne peut être déduit de la simple circonstance |
29, § 1, van de wet van 26 mei 2002, vóór de wijziging ervan bij de | que le délai de prescription prévu par l'article 29, § 1er, de la loi |
wet van 30 december 2009 en overeenkomstig het voormelde arrest nr. | du 26 mai 2002, avant sa modification par la loi du 30 décembre 2009 |
147/2008 van het Hof tot vijf jaar teruggebracht, verschilt van die | et ramené à cinq ans conformément à l'arrêt n° 147/2008 précité de la |
welke is opgenomen in een nimmer in werking gestelde bepaling die | Cour, diffère de celui qui figure dans une disposition qui entendait |
beoogde een dergelijke harmonisatie tot stand te brengen, niet worden | mettre en place une telle harmonisation et qui n'est jamais entrée en |
afgeleid dat de in het geding zijnde bepaling niet bestaanbaar is met | vigueur, que la disposition en cause ne serait pas compatible avec les |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. Van discriminatie zou slechts | articles 10 et 11 de la Constitution. Il ne pourrait y avoir de |
sprake kunnen zijn indien het verschil in behandeling dat voortvloeit | discrimination que si la différence de traitement résultant de |
uit de toepassing van die verschillende verjaringstermijnen, gepaard | l'application de ces différents délais de prescription allait de pair |
zou gaan met een onevenredige beperking van de rechten van de daarbij | avec une limitation disproportionnée des droits des parties |
betrokken partijen. | concernées. |
B.9.2. Het leefloon maakt deel uit van een niet op bijdragen berustend | B.9.2. Le revenu d'intégration relève d'un régime résiduaire non |
residuair stelsel. Het is een « geïndexeerd inkomen dat de persoon in | contributif. C'est un « revenu indexé, qui doit permettre à la |
staat moet stellen om een menswaardig bestaan te leiden » (Parl. St., | personne de mener une vie conforme à la dignité humaine » (Doc. parl., |
Kamer, 2001-2002, DOC 50-1603/001, p. 7). Overeenkomstig artikel 3 van | Chambre, 2001-2002, DOC 50-1603/001, p. 7). Conformément à l'article 3 |
de wet van 26 mei 2002, moet de aanvrager van een leefloon aan een aantal voorwaarden voldoen; zo mag hij, onder andere, niet over toereikende bestaansmiddelen beschikken, noch er aanspraak op kunnen maken, noch in staat zijn deze hetzij door eigen inspanningen, hetzij op een andere manier te verwerven; daarnaast moet de aanvrager werkbereid zijn, onder voorbehoud van de bovenvermelde gezondheids- of billijkheidsredenen. Het uitgekeerde leefloon kan op de betrokkene worden verhaald indien hij de beschikking krijgt over inkomsten krachtens rechten die hij bezat tijdens de periode waarvoor hem een leefloon werd uitbetaald. In dat geval is de terugvordering beperkt tot beloop van het bedrag waarvoor die inkomsten bij de berekening van het leefloon in aanmerking hadden moeten worden genomen indien hij er te dien tijde reeds de beschikking over zou hebben gehad. De omstandigheid dat die terugvordering gedurende vijf jaar kan plaatsvinden, en niet slechts gedurende drie jaar, kan op zichzelf niet in strijd worden geacht met de doelstelling van maatschappelijke integratie die door de wet van 26 mei 2002 wordt nagestreefd en doet derhalve niet op onevenredige wijze afbreuk aan de rechten van de betrokken personen. | de la loi du 26 mai 2002, le demandeur du revenu d'intégration doit, entre autres conditions, ne pas disposer de ressources suffisantes, ni pouvoir y prétendre, ni être en mesure de se les procurer soit par ses efforts personnels, soit par d'autres moyens; en outre, le demandeur doit être disposé à travailler, sous réserve des raisons de santé ou d'équité précitées. Le revenu d'intégration versé peut être récupéré à charge de l'intéressé lorsqu'il vient à disposer de ressources en vertu de droits qu'il possédait pendant la période pour laquelle le revenu d'intégration lui a été versé. Dans ce cas, la récupération est limitée au montant des ressources qui auraient dû être prises en considération pour le calcul du revenu d'intégration à payer s'il en avait déjà disposé à ce moment. La circonstance que cette récupération peut avoir lieu pendant cinq ans, et non pendant trois ans seulement, ne saurait être jugée contraire en soi à l'objectif d'intégration sociale poursuivi par la loi du 26 mai 2002 et ne porte donc pas atteinte de manière disproportionnée aux droits des personnes concernées. |
B.10. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.10. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 29, § 1, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | L'article 29, § 1er, de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à |
maatschappelijke integratie, in de versie van vóór de wijziging ervan | l'intégration sociale, dans la version antérieure à sa modification |
bij de wet van 30 december 2009, schendt de artikelen 10 en 11 van de | par la loi du 30 décembre 2009, ne viole pas les articles 10 et 11 de |
Grondwet niet in zoverre het toestaat de vordering tot terugvordering | la Constitution en ce qu'il permet d'exercer pendant cinq ans l'action |
gedurende vijf jaar uit te oefenen. | en remboursement. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 14 juli 2011, | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 14 juillet 2011, |
door rechter J.-P. Snappe, ter vervanging van voorzitter R. Henneuse, | par le juge J.-P. Snappe, en remplacement du président R. Henneuse, |
wettig verhinderd zijnde de uitspraak van dit arrest bij te wonen. | légitimement empêché d'assister au prononcé du présent arrêt. |
De griffier, | Le greffier, |
P.- Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De wnd. voorzitter, | Le président f.f., |
J.-P. Snappe. | J.-P. Snappe. |