← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 59/2011 van 5 mei 2011 Rolnummer 4930 In zake : de prejudiciële
vraag betreffende artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek , gesteld door(...) Het Grondwettelijk Hof, samengesteld
uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 59/2011 van 5 mei 2011 Rolnummer 4930 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek , gesteld door(...) Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de rechter(...) | Extrait de l'arrêt n° 59/2011 du 5 mai 2011 Numéro du rôle : 4930 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1385undecies du Code judiciaire , posée par la Cour d'a(...) La Cour constitutionnelle, composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Uittreksel uit arrest nr. 59/2011 van 5 mei 2011 | Extrait de l'arrêt n° 59/2011 du 5 mai 2011 |
| Rolnummer 4930 | Numéro du rôle : 4930 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1385undecies van | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1385undecies |
| het Gerechtelijk Wetboek (vóór de inwerkingtreding van artikel 53bis | du Code judiciaire (avant l'entrée en vigueur de l'article 53bis du |
| van hetzelfde Wetboek), gesteld door het Hof van Beroep te Luik. | même Code), posée par la Cour d'appel de Liège. |
| Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
| samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de | composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De |
| rechters E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. | Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, J. |
| Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey en F. Daoût, bijgestaan door | Spreutels, T. Merckx-Van Goey et F. Daoût, assistée du greffier P.-Y. |
| de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter R. | Dutilleux, présidée par le président R. Henneuse, |
| Henneuse, wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
| Bij arrest van 28 april 2010 in zake de cvba « Matray, Matray & Hallet | Par arrêt du 28 avril 2010 en cause de la SCRL « Matray, Matray & |
| » tegen de nv « Deckers » en de Belgische Staat, waarvan de expeditie | Hallet » contre la SA « Deckers » et l'Etat belge, dont l'expédition |
| ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 mei 2010, heeft het Hof van | est parvenue au greffe de la Cour le 5 mai 2010, la Cour d'appel de |
| Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Liège a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek, in die | « L'article 1385undecies du Code judiciaire, interprété (avant |
| zin geïnterpreteerd (vóór de inwerkingtreding van artikel 53bis van | l'entrée en vigueur de l'article 53bis du Code judiciaire) comme |
| het Gerechtelijk Wetboek) dat wordt vermoed dat de ontvangst van een | présumant que la réception d'une décision directoriale a lieu le jour |
| directoriale beslissing gebeurt op de werkdag volgend op die van de | ouvrable suivant celui de son envoi, ne viole-t-il pas les articles 10 |
| verzending ervan, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het | et 11 de la Constitution en ce qu'il crée une discrimination |
| een onverantwoorde discriminatie in het leven roept tussen, enerzijds, | injustifiée entre d'une part, le contribuable qui reçoit un |
| de belastingplichtige die een aanslagbiljet ontvangt waarvan de | avertissement-extrait de rôle dont le délai de recours commence à |
| beroepstermijn begint te lopen op de derde werkdag die volgt op de | courir le troisième jour ouvrable qui suit celui de son envoi |
| verzending ervan (rechtspraak van het Grondwettelijk Hof - arrest van | |
| 19 december 2007) en, anderzijds, de belastingplichtige die een | (jurisprudence de la Cour constitutionnelle - arrêt du 19 décembre |
| 2007) et d'autre part, le contribuable qui reçoit une décision | |
| directoriale beslissing ontvangt waarvan de beroepstermijn begint te | directoriale dont le délai de recours commence à courir le |
| lopen de tweede dag na de dag van de verzending ervan ? ». | surlendemain qui suit le jour de son envoi ? ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1. Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid, met | B.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité, avec les articles 10 |
| de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 1385undecies van | et 11 de la Constitution, de l'article 1385undecies du Code |
| het Gerechtelijk Wetboek, vóór de inwerkingtreding van artikel 53bis | judiciaire, avant l'entrée en vigueur de l'article 53bis du même Code, |
| van hetzelfde Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat wordt vermoed | interprété comme présumant que la réception d'une décision |
| dat de ontvangst van een directoriale beslissing gebeurt op de werkdag | directoriale a lieu le jour ouvrable qui suit celui de son envoi. |
| die volgt op die van de verzending ervan. | |
| Dat zou een discriminatie tot gevolg hebben tussen, enerzijds, de | Il en résulterait une discrimination entre, d'une part, le |
| belastingplichtige die een aanslagbiljet ontvangt, waarvan de | contribuable qui reçoit un avertissement-extrait de rôle, dont le |
| beroepstermijn begint te lopen op de derde werkdag die volgt op die | délai de recours commence à courir le troisième jour ouvrable qui suit |
| van de verzending ervan en, anderzijds, de belastingplichtige die een | celui de son envoi et, d'autre part, le contribuable qui reçoit une |
| directoriale beslissing ontvangt, waarvan de beroepstermijn begint te | décision directoriale dont le délai de recours commence à courir le |
| lopen op de dag na de werkdag die volgt op die van de verzending | lendemain du jour ouvrable qui suit celui de son envoi. |
| ervan. B.2. Artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.2. L'article 1385undecies du Code judiciaire dispose : |
| « Tegen de belastingadministratie wordt de vordering inzake de | « Contre l'Administration fiscale, et dans les contestations visées à |
| geschillen bedoeld in artikel 569, eerste lid, 32°, slechts toegelaten | l'article 569, alinéa 1er, 32°, l'action n'est admise que si le |
| indien de eiser voorafgaandelijk het door of krachtens de wet | demandeur a introduit préalablement le recours administratif organisé |
| georganiseerde administratief beroep heeft ingesteld. | par ou en vertu de la loi. |
| De vordering wordt ingesteld ten vroegste zes maanden vanaf de datum | L'action est introduite au plus tôt six mois après la date de |
| van ontvangst van het administratief beroep zo over dit beroep geen | réception du recours administratif au cas où ce recours n'a pas fait |
| uitspraak is gedaan en, op straffe van verval, uiterlijk binnen een | l'objet d'une décision et, à peine de déchéance, au plus tard dans un |
| termijn van drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing met | délai de trois mois à partir de la notification de la décision |
| betrekking tot het administratief verhaal. | relative au recours administratif. |
| De in het tweede lid bedoelde termijn van zes maanden wordt met drie | Le délai de six mois visé à l'alinéa 2 est prolongé de trois mois |
| maanden verlengd wanneer de betwiste aanslag van ambtswege door de | lorsque l'imposition contestée a été établie d'office par |
| administratie is gevestigd ». | l'administration ». |
| Artikel 53bis van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | L'article 53bis du Code judiciaire dispose : |
| « Ten aanzien van de geadresseerde, en tenzij de wet anders bepaalt, | « A l'égard du destinataire, et sauf si la loi en dispose autrement, |
| worden de termijnen die beginnen te lopen vanaf een kennisgeving op | les délais qui commencent à courir à partir d'une notification sur |
| een papieren drager berekend : | support papier sont calculés depuis : |
| 1° wanneer de kennisgeving is gebeurd bij gerechtsbrief of bij een ter | 1° lorsque la notification est effectuée par pli judiciaire ou par |
| post aangetekende brief met ontvangstbewijs, vanaf de eerste dag die | courrier recommandé avec accusé de réception, le premier jour qui suit |
| volgt op deze waarop de brief aangeboden werd op de woonplaats van de | celui où le pli a été présenté au domicile du destinataire, ou, le cas |
| geadresseerde of, in voorkomend geval, op zijn verblijfplaats of | échéant, à sa résidence ou à son domicile élu; |
| gekozen woonplaats; | |
| 2° wanneer de kennisgeving is gebeurd bij aangetekende brief of bij | 2° lorsque la notification est effectuée par pli recommandé ou par pli |
| gewone brief, vanaf de derde werkdag die volgt op die waarop de brief | simple, depuis le troisième jour ouvrable qui suit celui où le pli a |
| aan de postdiensten overhandigd werd, tenzij de geadresseerde het | été remis aux services de la poste, sauf preuve contraire du |
| tegendeel bewijst ». | destinataire ». |
| B.3.1. Voor het bepalen van de beroepstermijn die van toepassing is op | B.3.1. Le juge a quo renvoie, pour la détermination du délai de |
| de aanslagbiljetten, verwijst de verwijzende rechter naar het arrest | recours applicable aux avertissements-extraits de rôle, à l'arrêt de |
| nr. 162/2007 van 19 december 2007 van het Hof. | la Cour n° 162/2007 du 19 décembre 2007. |
| In dat arrest werd aan het Hof een vraag gesteld over de | Dans cet arrêt, la Cour était interrogée sur la compatibilité de |
| bestaanbaarheid van artikel 371 van het Wetboek van de | l'article 371 du Code des impôts sur les revenus 1992, lu en |
| inkomstenbelastingen 1992, in samenhang gelezen met de artikelen 32 en | combinaison avec les articles 32 et 52 du Code judiciaire, avec les |
| 52 van het Gerechtelijk Wetboek, met de artikelen 10 en 11 van de | articles 10 et 11 de la Constitution lus eux-mêmes en combinaison avec |
| Grondwet, zelf in samenhang gelezen met artikel 14, lid 1, van het | l'article 14, paragraphe 1, du Pacte international relatif aux droits |
| Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en | |
| met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, | civils et politiques et avec l'article 6 de la Convention européenne |
| indien het zo wordt geïnterpreteerd dat de datum van verzending | des droits de l'homme, s'il est interprété en ce sens que la date |
| vermeld op het aanslagbiljet, de datum is waarop de bezwaartermijn een | d'envoi mentionnée sur l'avertissement-extrait de rôle constitue la |
| aanvang neemt. | |
| Het Hof heeft vastgesteld dat, in die interpretatie, de termijn voor | date à laquelle le délai de réclamation commence à courir. |
| La Cour a constaté que, dans cette interprétation, le délai | |
| het indienen van een fiscaal bezwaarschrift een aanvang zou nemen op | d'introduction d'une réclamation fiscale commencerait à courir à un |
| een ogenblik waarop de geadresseerde geen kennis kan hebben van het | moment où le destinataire ne peut avoir connaissance de |
| aanslagbiljet. | l'avertissement-extrait de rôle. |
| Het Hof heeft geconcludeerd tot de schending van de artikelen 10 en 11 | La Cour a conclu à la violation des articles 10 et 11 de la |
| van de Grondwet om de hiernavolgende redenen : | Constitution pour les motifs qui suivent : |
| « B.3. Zoals het Hof reeds in de arresten nrs. 170/2003, 166/2005, | « B.3. Comme la Cour l'a déjà jugé dans ses arrêts nos 170/2003, |
| 34/2006, 43/2006, 85/2007 en 123/2007 heeft geoordeeld, is het | 166/2005, 34/2006, 43/2006, 85/2007 et 123/2007, il est |
| raisonnablement justifié que, pour éviter toute insécurité juridique, | |
| redelijk verantwoord dat de wetgever, om rechtsonzekerheid te | le législateur fasse courir des délais de procédure à partir d'une |
| vermijden, de termijnen van rechtspleging laat lopen vanaf een datum | date qui ne soit pas tributaire du comportement des parties. |
| die niet afhankelijk is van de handelwijze van de partijen. De keuze | Toutefois, le choix de la date d'envoi de l'avis d'imposition ou de |
| van de datum van verzending van het aanslagbiljet als aanvangspunt van | l'avertissement-extrait de rôle comme point de départ du délai de |
| de beroepstermijn beperkt evenwel het recht van verdediging van de | recours apporte une restriction disproportionnée au droit de défense |
| geadresseerden op onevenredige wijze, doordat die termijnen beginnen | des destinataires, les délais de recours commençant à courir à un |
| te lopen op een ogenblik dat zij nog geen kennis kunnen hebben van de | moment où ces derniers ne peuvent pas avoir connaissance du contenu de |
| inhoud van het aanslagbiljet. | l'avis d'imposition ou de l'avertissement-extrait de rôle. |
| B.4. De doelstelling om rechtsonzekerheid te vermijden zou evengoed | B.4. L'objectif d'éviter l'insécurité juridique pourrait être atteint |
| kunnen worden bereikt indien de termijn zou ingaan op de dag waarop de | aussi sûrement si le délai commençait à courir le jour où le |
| geadresseerde, naar alle waarschijnlijkheid, kennis ervan heeft kunnen | destinataire a pu, en toute vraisemblance, en avoir connaissance, |
| nemen, dit wil zeggen de derde werkdag volgend op die waarop het | c'est-à-dire depuis le troisième jour ouvrable qui suit celui où |
| aanslagbiljet aan de postdiensten werd overhandigd, tenzij de | l'avis d'imposition ou l'avertissement-extrait de rôle a été remis aux |
| geadresseerde het tegendeel bewijst (artikel 53bis van het | services de la poste, sauf preuve contraire du destinataire (article |
| Gerechtelijk Wetboek). | 53bis du Code judiciaire). |
| B.5. In zoverre volgens de in het geding zijnde bepaling de | B.5. En ce qu'elle énonce que le délai de recours court à partir de la |
| beroepstermijn begint te lopen op de datum van verzending die voorkomt | date d'envoi figurant sur l'avertissement-extrait de rôle mentionnant |
| op het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat, beperkt | le délai de réclamation, la disposition en cause restreint de manière |
| zij op onevenredige wijze de rechten van verdediging van de | disproportionnée les droits de défense du contribuable. |
| belastingplichtige. | |
| B.6. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord ». | B.6. La question préjudicielle appelle une réponse affirmative ». |
| B.3.2. Uit de motivering van het verwijzingsarrest blijkt dat de | B.3.2. Quant à l'interprétation qui est donnée de la disposition en |
| interpretatie die van de in het geding zijnde bepaling wordt gegeven, | cause, il apparaît des motifs de l'arrêt a quo que celle-ci découle de |
| voortvloeit uit het arrest van het Hof van Cassatie van 23 juni 2006 | l'arrêt de la Cour de cassation du 23 juin 2006 (Pas. 2006, n° 354), |
| (rolnummer F.05.0021.F), luidens hetwelk « een kennisgeving bij aangetekende brief wordt geacht geschied te zijn de eerste werkdag die volgt op de dag van de afgifte van de brief ter post. Op die datum immers wordt de geadresseerde geacht kennis ervan te hebben kunnen nemen ». B.4.1. De Ministerraad betoogt dat de door het Hof van Cassatie aangenomen oplossing op gelijke wijze van toepassing is zowel op de belastingplichtigen die een aanslagbiljet ontvangen als op diegenen die een directoriale beslissing ontvangen, zodat er tussen die twee categorieën van belastingplichtigen geen enkel verschil in behandeling bestaat. Volgens de Ministerraad zou de aan het Hof gestelde vraag dus op een verkeerd uitgangspunt berusten. B.4.2. Het staat in de regel aan het verwijzende rechtscollege om de bepalingen die het toepast, te interpreteren, onder voorbehoud van een kennelijk verkeerde lezing van de in het geding zijnde bepaling, wat te dezen niet het geval is. Het Hof zal de in het geding zijnde bepaling dan ook onderzoeken in de in B.3.2 vermelde interpretatie. B.5. Het verschil in behandeling tussen bepaalde categorieën van | aux termes duquel, « une notification par pli recommandé est réputée accomplie le premier jour ouvrable qui suit le jour de la remise du pli à la poste. C'est, en effet, à cette date que le destinataire est censé avoir pu en prendre connaissance ». B.4.1. Le Conseil des ministres soutient que la solution adoptée par la Cour de cassation s'applique de manière égale tant aux contribuables qui reçoivent un avertissement-extrait de rôle qu'à ceux qui reçoivent une décision directoriale, de sorte qu'il n'existe aucune différence de traitement entre les deux types de contribuables. D'après le Conseil des ministres, la question posée à la Cour reposerait donc sur une prémisse erronée. B.4.2. Il appartient en règle à la juridiction a quo d'interpréter les dispositions qu'elle applique, sous réserve d'une lecture manifestement erronée de la disposition en cause, ce qui n'est pas le cas en l'espèce. Dès lors, la Cour examine la disposition en cause dans l'interprétation mentionnée en B.3.2. B.5. La différence de traitement entre certaines catégories de |
| personen dat voortvloeit uit de toepassing van verschillende | personnes qui découle de l'application de règles procédurales |
| procedureregels in verschillende omstandigheden, houdt op zich geen | différentes dans des circonstances différentes n'est pas |
| discriminatie in. Van discriminatie zou slechts sprake kunnen zijn, | discriminatoire en soi. Il ne pourrait être question de discrimination |
| indien het verschil in behandeling dat voortvloeit uit de toepassing | que si la différence de traitement qui découle de l'application de ces |
| van die procedureregels, een onevenredige beperking van de rechten van | règles de procédure entraînait une limitation disproportionnée des |
| de daarbij betrokken personen met zich zou meebrengen. | droits des personnes concernées. |
| B.6.1. Het Hof heeft reeds herhaalde malen geoordeeld dat een bepaling | B.6.1. La Cour a déjà estimé à plusieurs reprises qu'une disposition |
| krachtens welke de termijn waarover een persoon beschikt om een | en vertu de laquelle le délai dont dispose une personne pour |
| jurisdictioneel (arresten nrs. 170/2003, 166/2005, 34/2006, 43/2006 en | introduire un recours juridictionnel (arrêts n° 170/2003, n° 166/2005, |
| 48/2006) of een administratief beroep (arresten nrs. 85/2007, | n° 34/2006, n° 43/2006 et n° 48/2006) ou administratif (arrêts n° |
| 123/2007, 162/2007 en 178/2009) in te stellen tegen een beslissing | 85/2007, n° 123/2007, n° 162/2007 et n° 178/2009) contre une décision |
| aanvangt op het ogenblik van de verzending van die beslissing, niet | prend cours au moment de l'envoi de cette décision, est incompatible |
| bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre | avec les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le droit de |
| het recht van verdediging van de geadresseerde op onevenredige wijze | défense du destinataire est limité de manière disproportionnée du fait |
| wordt beperkt doordat die termijn begint te lopen op een ogenblik dat | que ce délai court à partir d'un moment où le destinataire ne peut pas |
| de geadresseerde nog geen kennis kan hebben van de inhoud van de | encore avoir connaissance du contenu de la décision. |
| beslissing. B.6.2. Dit houdt evenwel niet in dat de termijn waarover een persoon | B.6.2. Cela n'implique toutefois pas que le délai dont dispose une |
| beschikt om een jurisdictioneel of een administratief beroep in te | personne pour introduire un recours juridictionnel ou administratif |
| stellen tegen een beslissing slechts kan aanvangen vanaf de derde | contre une décision ne puisse débuter que le troisième jour ouvrable |
| werkdag die volgt op die waarop de brief aan de postdiensten werd | qui suit celui où le pli a été remis aux services de la poste, comme |
| overhandigd, zoals artikel 53bis, 2°, van het Gerechtelijk Wetboek | le prévoit l'article 53bis, 2°, du Code judiciaire. Il faut vérifier |
| bepaalt. Nagegaan dient te worden of het aanvangspunt van een termijn, | si le point de départ d'un délai, compte tenu de la nature de la |
| rekening houdend met de aard van de procedure en met de duur en de | procédure ainsi que de la nature et des effets de son non-respect, |
| gevolgen van de niet-naleving ervan, het recht van verdediging al dan | limite ou non de manière disproportionnée les droits de la défense. |
| niet op onevenredige wijze beperkt. B.7. Het in het geding zijnde artikel 1385undecies van het | B.7. L'article 1385undecies du Code judiciaire en cause dispose que |
| Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat de vordering tegen de | |
| belastingadministratie dient te worden ingesteld « binnen een termijn | l'action intentée contre l'administration fiscale doit l'être « dans |
| van drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing ». Luidens de | un délai de trois mois à partir de la notification de la décision ». |
| in B.3.2 vermelde rechtspraak van het Hof van Cassatie wordt een | Selon la jurisprudence de la Cour de cassation mentionnée en B.3.2, |
| kennisgeving bij aangetekende brief geacht geschied te zijn de eerste | une notification par pli recommandé est réputée accomplie le premier |
| werkdag die volgt op de dag van de afgifte van de brief ter post. | jour ouvrable qui suit le jour de la remise du pli à la poste. Aux |
| Luidens artikel 52 van het Gerechtelijk Wetboek wordt een termijn | termes de l'article 52 du Code judiciaire, un délai est calculé depuis |
| gerekend vanaf de dag na die van de akte of van de gebeurtenis die hem | le lendemain du jour de l'acte ou de l'événement qui y donne cours. Il |
| doet ingaan. Uit die elementen volgt dat de in het geding zijnde | résulte de ces éléments que le délai en cause ne commence pas à courir |
| termijn niet ingaat op het ogenblik van de verzending van de | au moment de l'envoi de la décision relative au recours administratif, |
| beslissing met betrekking tot het administratief beroep, maar op de | mais le lendemain du jour ouvrable qui suit celui de son envoi. |
| dag na de werkdag die volgt op die van de verzending ervan. | B.8.1. Le délai en cause prend par conséquent cours au moment où le |
| B.8.1. De in het geding zijnde termijn vangt bijgevolg aan op het | destinataire de la notification peut raisonnablement être réputé en |
| ogenblik waarop de geadresseerde van de kennisgeving redelijkerwijs | avoir pris connaissance. Ce délai est de trois mois à partir de la |
| kan worden geacht ervan kennis te hebben genomen. Die termijn bedraagt | |
| drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing met betrekking | notification de la décision relative au recours administratif. |
| tot het administratief beroep. | |
| B.8.2. De wetgever vermocht dan ook redelijkerwijs van mening te zijn | B.8.2. Le législateur a dès lors raisonnablement pu estimer qu'il |
| dat het niet onontbeerlijk was te bepalen dat de termijn slechts zou | n'était pas indispensable de prévoir que le délai ne commencerait à |
| ingaan op de derde werkdag die volgt op die van de verzending van de beslissing. De aldus door de wetgever gemaakte keuze heeft geen onevenredige gevolgen rekening houdend, enerzijds, met het algemene rechtsbeginsel volgens hetwelk de strengheid van de wet in geval van overmacht of van onoverwinnelijke dwaling kan worden gemilderd, beginsel waarvan de in het geding zijnde bepalingen niet zijn afgeweken en, anderzijds, met het feit dat de betrokkenen, die in een procedure zijn verwikkeld en derhalve worden geacht alle dienstige maatregelen tot vrijwaring van hun rechten te nemen, niet ertoe zijn gehouden hun verdediging te organiseren in omstandigheden die onredelijk moeilijk zouden moeten worden geacht. B.9. Uit wat voorafgaat volgt dat de in het geding zijnde bepaling de rechten van verdediging van de geadresseerde niet op onevenredige wijze beperkt. | courir que le troisième jour ouvrable suivant celui de l'envoi de la décision. L'option ainsi retenue par le législateur n'a pas d'effets disproportionnés compte tenu, d'une part, du principe général du droit selon lequel la rigueur de la loi peut être tempérée en cas de force majeure ou d'erreur invincible, principe auquel les dispositions en cause n'ont pas dérogé et, d'autre part, de ce que les intéressés, engagés dans une procédure et dès lors présumés prendre les mesures propres à la sauvegarde de leurs droits, ne sont pas tenus d'organiser leur défense dans des conditions qui devraient être considérées comme déraisonnablement difficiles. B.9. Il résulte de ce qui précède que la disposition en cause ne limite pas de manière disproportionnée les droits de la défense du destinataire. |
| B.10. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.10. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin | L'article 1385undecies du Code judiciaire, interprété comme présumant |
| geïnterpreteerd dat wordt vermoed dat de ontvangst van een | |
| directoriale beslissing gebeurt op de werkdag die volgt op die van de | que la réception d'une décision directoriale a lieu le jour ouvrable |
| verzending ervan, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | qui suit celui de son envoi, ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. |
| Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 5 mei 2011. | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 5 mai 2011. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| De voorzitter, | Le président, |
| R. Henneuse | R. Henneuse |