← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 25/2010 van 17 maart 2010 Rolnummer 4716 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 2, 2°, van het Vlaamse decreet van 3 maart 1976 tot bescherming
van monumenten en stads- en dorpsgezichten, zoals gewijzi Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit voorzitter M. Bossuyt, rechter
M. Melchior, waarnemend (...)"
Uittreksel uit arrest nr. 25/2010 van 17 maart 2010 Rolnummer 4716 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 2, 2°, van het Vlaamse decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten, zoals gewijzi Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit voorzitter M. Bossuyt, rechter M. Melchior, waarnemend (...) | Extrait de l'arrêt n° 25/2010 du 17 mars 2010 Numéro du rôle : 4716 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 2, 2°, du décret flamand du 3 mars 1976 réglant la protection des monuments et des sites urbains et ruraux, tel qu La Cour constitutionnelle, composée du président M. Bossuyt, du juge M. Melchior, faisant foncti(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 25/2010 van 17 maart 2010 | Extrait de l'arrêt n° 25/2010 du 17 mars 2010 |
Rolnummer 4716 | Numéro du rôle : 4716 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 2, 2°, van het | En cause : la question préjudicielle concernant l'article 2, 2°, du |
Vlaamse decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en | décret flamand du 3 mars 1976 réglant la protection des monuments et |
stads- en dorpsgezichten, zoals gewijzigd bij artikel 3 van het | des sites urbains et ruraux, tel qu'il a été modifié par l'article 3 |
decreet van 8 december 1998 houdende diverse bepalingen naar | du décret du 8 décembre 1998 contenant diverses dispositions dans le |
aanleiding van de begrotingscontrole 1998, gesteld door de Raad van | cadre du contrôle budgétaire 1998, posée par le Conseil d'Etat. |
State. Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit voorzitter M. Bossuyt, rechter M. Melchior, | composée du président M. Bossuyt, du juge M. Melchior, faisant |
waarnemend voorzitter, en de rechters R. Henneuse, E. De Groot, L. | fonction de président, et des juges R. Henneuse, E. De Groot, L. |
Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en J. | Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke et J. |
Spreutels, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder | Spreutels, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le |
voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, | président M. Bossuyt, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij arrest nr. 193.429 van 19 mei 2009 in zake de nv « Compagnie Het | Par arrêt n° 193.429 du 19 mai 2009 en cause de la SA « Compagnie Le |
Zoute » tegen het Vlaamse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van | Zoute » contre la Région flamande, dont l'expédition est parvenue au |
het Hof is ingekomen op 28 mei 2009, heeft de Raad van State de | greffe de la Cour le 28 mai 2009, le Conseil d'Etat a posé la question |
volgende prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 2, 2° van het decreet van 3 maart 1976 tot | « L'article 2, 2°, du décret du 3 mars 1976 réglant la protection des |
bescherming van monumenten, stads- en dorpsgezichten, zoals gewijzigd | monuments et des sites urbains et ruraux, tel qu'il a été modifié par |
bij artikel 3 van het decreet van 8 december 1998 houdende diverse | l'article 3 du décret du 8 décembre 1998 contenant diverses |
bepalingen naar aanleiding van de begrotingscontrole 1998, de regels | dispositions dans le cadre du contrôle budgétaire 1998, viole-t-il les |
die door of krachtens de Grondwet zijn vastgesteld voor het bepalen | règles établies par la Constitution ou en vertu de celle-ci pour |
van de onderscheiden bevoegdheden van de gemeenschappen en de gewesten | déterminer les compétences respectives des communautés et des régions |
? ». | ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Artikel 2, 2°, van het decreet van de Nederlandse | B.1. L'article 2, 2°, du décret de la Communauté culturelle |
Cultuurgemeenschap van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en | néerlandaise du 3 mars 1976 réglant la protection des monuments et des |
stads- en dorpsgezichten bepaalde oorspronkelijk : | sites urbains et ruraux disposait à l'origine : |
« Dit decreet verstaat onder : | « Le présent décret entend par : |
[... [ | [...] |
2. monument : een onroerend goed, werk van de mens of van de natuur of | 2° monument : un [bien] immobilier, oeuvre de l'homme, de la nature, |
van beide samen, dat van algemeen belang is omwille van zijn | ou de l'homme et de la nature, et présentant un intérêt général en |
artistieke, wetenschappelijke, historische, volkskundige, | raison de sa valeur artistique, scientifique, historique, folklorique, |
industrieel-archeologische of andere sociaal-culturele waarde, | archéologique, industrielle ou socio-culturelle, y compris les [biens] |
inbegrepen de zich erin bevindende roerende zaken, onroerend door | mobiliers qui en font partie et qui sont devenus immeubles par |
bestemming ». | destination ». |
Artikel 3 van het Vlaamse decreet van 8 december 1998 « houdende | L'article 3 du décret flamand du 8 décembre 1998 contenant diverses |
diverse bepalingen naar aanleiding van de begrotingscontrole 1998 » | dispositions dans le cadre du contrôle budgétaire 1998 remplace les |
vervangt de woorden « inbegrepen de zich erin bevindende roerende | mots « y compris les [biens] mobiliers qui en font partie et qui sont |
zaken, onroerend door bestemming » door de woorden « met inbegrip van | devenus immeubles par destination » par les mots « y compris les biens |
de cultuurgoederen die er integrerend deel van uitmaken, inzonderheid | culturels qui en font partie intégrante, notamment l'équipement |
de bijhorende uitrusting en de decoratieve elementen ». Thans luidt | complémentaire et les éléments décoratifs ». L'article 2, 2°, du |
artikel 2, 2°, van het decreet van 3 maart 1976 dus : | décret du 3 mars 1976 est dès lors actuellement libellé comme suit : |
« Dit decreet verstaat onder : | « Le présent décret entend par : |
[...] | [...] |
2. monument : een onroerend goed, werk van de mens of van de natuur of | 2° monument : un [bien] immobilier, oeuvre de l'homme, de la nature, |
van beide samen, dat van algemeen belang is omwille van zijn | ou de l'homme et de la nature, et présentant un intérêt général en |
artistieke, wetenschappelijke, historische, volkskundige, | raison de sa valeur artistique, scientifique, historique, folklorique, |
industrieel-archeologische of andere sociaal-culturele waarde, met | archéologique, industrielle ou socio-culturelle, y compris les biens |
inbegrip van de cultuurgoederen die er integrerend deel van uitmaken, | culturels qui en font partie intégrante, notamment l'équipement |
inzonderheid de bijhorende uitrusting en de decoratieve elementen ». | complémentaire et les éléments décoratifs ». |
B.2. Uit de debatten voor de verwijzende rechter en de motieven van de | B.2. Il ressort des débats menés devant le juge a quo et des motifs de |
verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te | la décision de renvoi que la Cour est invitée à statuer sur la |
spreken over de verenigbaarheid van artikel 3 van het decreet van 8 | compatibilité de l'article 3 du décret du 8 décembre 1998 avec |
december 1998 met artikel 127, § 1, eerste lid, 1°, van de Grondwet, | l'article 127, § 1er, alinéa 1er, 1°, de la Constitution, lu en |
in samenhang gelezen met artikel 4, 4°, van de bijzondere wet van 8 | combinaison avec l'article 4, 4°, de la loi spéciale du 8 août 1980 de |
augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in zoverre de in het | réformes institutionnelles, en ce que la disposition en cause |
geding zijnde bepaling het statuut zou regelen van roerende goederen | réglerait le statut de biens mobiliers non qualifiables d'immeubles |
die niet kunnen worden gekwalificeerd als onroerend door bestemming. | par destination. |
B.3. Het decreet van 8 december 1998 regelt zowel gewest- als | B.3. Le décret du 8 décembre 1998 règle à la fois des matières |
gemeenschapsaangelegenheden (Parl. St., Vlaams Parlement, 1997-1998, | régionales et des matières communautaires (Doc. parl., Parlement |
nr. 1129/1, p. 2). | flamand, 1997-1998, n° 1129/1, p. 2). |
Artikel 3 van dat decreet is het resultaat van de goedkeuring van een | L'article 3 de ce décret est le résultat du vote d'un amendement |
amendement waaraan alleen de leden van het Vlaams Parlement hebben | auquel n'ont participé que les membres du Parlement flamand élus |
deelgenomen die rechtstreeks zijn gekozen op het grondgebied van het | directement sur le territoire de la Région flamande (Ann., Parlement |
Vlaamse Gewest (Hand., Vlaams Parlement, 1998-1999, 2 december 1998, | flamand, 1998-1999, 2 décembre 1998, n° 18, pp. 26-29). |
nr. 18, pp. 26-29). | |
De in het geding zijnde bepaling is dus wel degelijk aangenomen door | La disposition en cause a donc bien été adoptée par le législateur |
de Vlaamse gewestwetgever. | régional flamand. |
B.4.1. Uit artikel 127, § 1, eerste lid, 1°, en tweede lid, van de | B.4.1. Il ressort de l'article 127, § 1er, alinéas 1er, 1°, et 2, de |
Grondwet vloeit voort dat het Parlement van de Vlaamse Gemeenschap de | la Constitution que le Parlement de la Communauté flamande règle par |
« culturele aangelegenheden », die door de bijzondere wetgever zijn | décret les « matières culturelles », déterminées par le législateur |
vastgesteld, bij decreet regelt. | spécial. |
Artikel 2, 4°, van de bijzondere wet van 21 juli 1971 betreffende de | L'article 2, 4°, de la loi spéciale du 21 juillet 1971 relative à la |
bevoegdheid en de werking van de Cultuurraden voor de Nederlandse | compétence et au fonctionnement des conseils culturels pour la |
cultuurgemeenschap en voor de Franse cultuurgemeenschap - opgeheven | communauté culturelle française et pour la communauté culturelle |
bij artikel 93 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot | néerlandaise - abrogée par l'article 93 de la loi spéciale du 8 août |
hervorming der instellingen - vermeldde het « cultureel patrimonium, | |
musea en andere wetenschappelijk-culturele instellingen » onder die | |
aangelegenheden. | |
Aanvankelijk bepaalde artikel 4, 4°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 hetzelfde. Het in die bepalingen beoogde cultureel patrimonium betreft zowel het roerend als het onroerend patrimonium (Parl. St., Senaat, 1970-1971, nr. 400, p. 4) en daaronder « dient onder meer begrepen te worden het vaststellen van regels betreffende uitvoer van kunstwerken; het verplicht maken van de nederlegging in een publiekrechtelijke instelling van een of meer exemplaren van om het even welke publicatie die vermenigvuldigd wordt door middel van drukkunst, door fonografische of cinematografische procédés; de verplichte bewaring | 1980 de réformes institutionnelles - rangeait parmi ces matières « le patrimoine culturel, les musées et les autres institutions scientifiques culturelles ». A l'origine, l'article 4, 4°, de la loi spéciale du 8 août 1980 disposait de la même manière. Le patrimoine culturel visé par ces dispositions désigne le patrimoine tant mobilier qu'immobilier (Doc. parl., Sénat, 1970-1971, n° 400, p. 4), et « comprend entre autres la réglementation relative à l'exportation d'oeuvres d'art; l'obligation du dépôt auprès d'une institution de droit public d'un ou de plusieurs exemplaires de toute publication quelconque qui est multipliée au moyen de l'imprimerie ou de procédés phonographiques ou cinématographiques; la conservation |
van radio- en televisieopnamen van cultureel-historisch belang; het | obligatoire d'enregistrements radiophoniques ou télévisés revêtant un |
verplicht maken van inventaris en van de nederlegging van archieven | intérêt pour l'histoire de la civilisation; l'obligation d'inventorier |
toebehorende aan publiekrechtelijke personen; het vaststellen van de | et de déposer les archives appartenant à des personnes de droit |
regelen volgens welke privaatpersonen archieven kunnen nederleggen; | public; la fixation des règles de dépôt d'archives par des personnes |
het behoud van monumenten, landschappen en plaatsen die een historisch | de droit privé; la conservation de monuments, sites et lieux |
belang vertonen; het reglementeren van de aanplakking en de | présentant un intérêt historique; la réglementation de l'affichage et |
publiciteit op of in de onmiddellijke nabijheid van monumenten, | de la publicité sur des monuments et dans les lieux et sites |
landschappen en plaatsen van historisch belang, alsook langs | présentant un caractère historique ainsi que dans leurs environs |
toeristische wegen; het bepalen van de toekenningsvoorwaarden van | immédiats de même que le long des routes touristiques; la fixation des |
toelagen voor de aankoop en de instandhouding van monumenten, | conditions d'octroi de subventions pour l'acquisition et la |
landschappen of plaatsen met historisch belang » (ibid., pp. 4-5). | conservation de monuments, sites ou lieux à caractère historique » (ibid., pp. 4-5). |
B.4.2. Sinds de wijziging ervan bij artikel 1, § 1, van de bijzondere | B.4.2. Depuis sa modification par l'article 1er, § 1er, de la loi |
wet van 8 augustus 1988 tot wijziging van de bijzondere wet van 8 | spéciale du 8 août 1988 modifiant la loi spéciale du 8 août 1980 de |
réformes institutionnelles, l'article 4, 4°, de la loi spéciale du 8 | |
augustus 1980 tot hervorming der instellingen bepaalt artikel 4, 4°, | août 1980 énonce que les matières culturelles comprennent « le |
van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 dat de culturele | patrimoine culturel, les musées et les autres institutions |
aangelegenheden « het cultureel patrimonium, de musea en de andere | scientifiques, à l'exception des monuments et des sites ». |
wetenschappelijk-culturele instellingen, met uitzondering van de | |
monumenten en landschappen » omvatten. | |
Sindsdien vermeldt artikel 6, § 1, I, 7°, van de bijzondere wet van 8 | Depuis lors, l'article 6, § 1er, I, 7°, de la loi spéciale du 8 août |
augustus 1980 - ingevoegd bij artikel 4, § 1, van de bijzondere wet | 1980 - inséré par l'article 4, § 1er, de la loi spéciale du 8 août |
van 8 augustus 1988 - onder de gewestaangelegenheden wat de « | 1988 - énumère, parmi les matières régionales relatives à « |
ruimtelijke ordening » betreft, « de monumenten en de landschappen ». | l'aménagement du territoire », « les monuments et les sites ». |
Die aangelegenheid omvat onder meer « alleenstaande monumenten, de | Cette matière comprend, entre autres, « les monuments isolés, les |
gedeelten van monumenten, de onroerende goederen door bestemming en de | parties de monuments, les immeubles par destination et les ensembles |
architecturale gehelen » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1988, nr. 516/1, p. | architecturaux » (Doc. parl., Chambre, S.E. 1988, n° 516/1, p. 5). |
5). B.4.3. De bevoegdheidsverdeling tussen de verschillende componenten | B.4.3. La répartition des compétences entre les diverses composantes |
van de federale Staat berust op het exclusiviteitsbeginsel, dat | de l'Etat fédéral repose sur le principe de l'exclusivité qui suppose |
veronderstelt dat elke rechtssituatie in beginsel slechts door één | que toute situation juridique est en principe réglée par un seul et |
wetgever kan worden geregeld. | unique législateur. |
Hieruit vloeit voort dat het onroerend cultureel patrimonium | Il ressort de ce qui précède que le patrimoine culturel immobilier est |
uitsluitend tot de bevoegdheid van de gewesten behoort, terwijl het | de la seule compétence des régions, tandis que le patrimoine culturel |
roerend cultureel patrimonium een gemeenschapsaangelegenheid blijft. | mobilier demeure une matière communautaire. |
B.5. In zoverre zij het statuut wijzigt van roerende goederen die niet | B.5. En ce qu'elle modifie le statut de biens mobiliers non |
kunnen worden gekwalificeerd als onroerend door bestemming, regelt de | qualifiables d'immeubles par destination, la disposition en cause |
in het geding zijnde bepaling dus een gemeenschapsaangelegenheid. | règle donc une matière communautaire. |
B.6.1. Artikel 10 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 staat de | B.6.1. Toutefois, l'article 10 de la loi spéciale du 8 août 1980 |
gewesten evenwel toe een gemeenschapsaangelegenheid te regelen op | autorise les régions à régler une matière communautaire, pour autant |
voorwaarde dat de aangenomen regeling noodzakelijk is voor de | que la réglementation adoptée soit nécessaire à l'exercice de la |
uitoefening van de gewestbevoegdheid, dat die aangelegenheid zich | compétence régionale, que cette matière se prête à un règlement |
leent tot een gedifferentieerde regeling en dat de weerslag van die gewestbepalingen op de gemeenschapsaangelegenheid slechts marginaal is. B.6.2. Om zijn bevoegdheid inzake monumenten en landschappen op nuttige wijze te kunnen uitoefenen, kon de decreetgever het noodzakelijk achten dat naast de onroerende goederen, tevens de cultuurgoederen die integrerend deel ervan uitmaken, inzonderheid de bijbehorende uitrusting en de decoratieve elementen, worden beschermd. Bepaalde voorwerpen zijn uit hun aard zozeer met een monument verbonden en bepalen mede de socioculturele, artistieke en/of historische waarde ervan dat zij samen met het monument dienen beschermd te worden. Bovendien is de decreetgever, ingevolge het Verdrag van 3 oktober 1985 ter bescherming van het bouwkundig erfgoed van Europa ertoe gehouden | différencié et que l'incidence de ces dispositions régionales sur la matière communautaire ne soit que marginale. B.6.2. Pour pouvoir exercer utilement sa compétence en matière de monuments et de sites, le législateur décrétal pouvait estimer nécessaire que soient également protégés, outre les biens immobiliers, les biens culturels qui en font partie intégrante, y compris l'équipement complémentaire et les éléments décoratifs. Certains objets sont, de par leur nature, tellement attachés à un monument, dont ils contribuent à déterminer la valeur socio-culturelle, artistique ou historique, qu'ils doivent être protégés en même temps que le monument. En outre, le législateur décrétal, conformément à la Convention du 3 octobre 1985 pour la sauvegarde du patrimoine architectural de l'Europe, est tenu de protéger non seulement les bâtiments, mais |
niet enkel bouwwerken te beschermen, maar tevens de bijbehorende | également les installations et les éléments décoratifs de ceux-ci, ce |
uitrusting ervan, hetgeen ipso facto ook roerende goederen inhoudt. | qui implique ipso facto également des biens mobiliers. |
B.6.3. De in het geding zijnde regeling beoogt niet het instellen van | B.6.3. La réglementation en cause ne tend pas à l'instauration de |
beschermingsmaatregelen ter aanvulling van de beschermingsmaatregelen | mesures de protection complémentaires aux mesures de protection que |
die de gemeenschappen in het kader van hun bevoegdheid inzake de | peuvent imposer les communautés dans le cadre de leur compétence en |
bescherming van het cultureel patrimonium kunnen opleggen, maar | matière de protection du patrimoine culturel mais concerne uniquement |
betreft enkel het onderhoud en behoud van die roerende goederen die | l'entretien et la sauvegarde des biens mobiliers qui contribuent à |
mede de waarde van het monument bepalen en aldus mee dienen te worden | déterminer la valeur du monument et qui doivent donc être protégés en |
beschermd. Derhalve leent de aangelegenheid zich tot een | même temps que celui-ci. La matière se prête dès lors à un règlement |
gedifferentieerde regeling. | différencié. |
B.6.4. De weerslag op de in het geding zijnde | B.6.4. L'incidence sur la matière communautaire en cause est, de plus, |
gemeenschapsaangelegenheid is tevens marginaal, nu het enkel de | marginale, étant donné qu'il ne s'agit que de la protection, comme |
bescherming betreft als monument van cultuurgoederen die integrerend | monuments, de biens culturels qui font partie intégrante de ceux-ci, |
deel ervan uitmaken en die roerend zijn uit hun aard en niet kunnen | qui sont mobiliers par nature et qui ne peuvent être qualifiés |
worden gekwalificeerd als onroerend door bestemming. Bovendien betreft | d'immeubles par destination. En outre, la matière des monuments |
de aangelegenheid van de monumenten met name een bescherming met het | concerne notamment une protection en vue de la sauvegarde et de |
oog op het behoud en onderhoud van de culturele, artistieke of | l'entretien de la valeur culturelle, artistique ou historique. Ce |
historische waarde van het monument. Die zorg voor het onderhoud en | souci de l'entretien de la sauvegarde du patrimoine culturel est |
het behoud van het cultureel patrimonium is aanvullend ten aanzien van | complémentaire par rapport à la compétence des communautés en matière |
de bevoegdheid van de gemeenschappen inzake het cultureel patrimonium. | de patrimoine culturel. |
B.7. Daaruit volgt dat aan de vereiste voorwaarden voor de toepassing | B.7. Il s'ensuit que les conditions requises pour l'application de |
van artikel 10 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 is voldaan en | l'article 10 de la loi spéciale du 8 août 1980 sont remplies et que la |
dat de prejudiciële vraag ontkennend dient te worden beantwoord. | question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 2, 2°, van het Vlaamse decreet van 3 maart 1976 tot | L'article 2, 2°, du décret flamand du 3 mars 1976 réglant la |
bescherming van monumenten, stads- en dorpsgezichten, zoals gewijzigd | protection des monuments et des sites urbains et ruraux, tel qu'il a |
bij artikel 3 van het decreet van 8 december 1998 houdende diverse | été modifié par l'article 3 du décret du 8 décembre 1998 contenant |
bepalingen naar aanleiding van de begrotingscontrole 1998, schendt | diverses dispositions dans le cadre du contrôle budgétaire 1998, ne |
niet artikel 127, § 1, eerste lid, 1°, van de Grondwet, in samenhang | viole pas l'article 127, § 1er, alinéa 1er, 1°, de la Constitution, |
gelezen met artikel 4, 4°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 | combiné avec l'article 4, 4°, de la loi spéciale du 8 août 1980 de |
tot hervorming der instellingen. | réformes institutionnelles. |
Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 17 maart 2010. | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 17 mars 2010. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Bossuyt. | M. Bossuyt. |