← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 22/2008 van 21 februari 2008 Rolnummers 4128 en 4196 In
zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 47septies, 47novies, 189ter en 235ter van het
Wetboek van strafvordering, gesteld door het Hof van Be Het Grondwettelijk Hof, samengesteld
uit de voorzitters M. Bossuyt en M. Melchior, en de rechter(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 22/2008 van 21 februari 2008 Rolnummers 4128 en 4196 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 47septies, 47novies, 189ter en 235ter van het Wetboek van strafvordering, gesteld door het Hof van Be Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en M. Melchior, en de rechter(...) | Extrait de l'arrêt n° 22/2008 du 21 février 2008 Numéros du rôle : 4128 et 4196 En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 47septies, 47novies, 189ter et 235ter du Code d'instruction criminelle, posées par la Cour d'ap La Cour constitutionnelle, composée des présidents M. Bossuyt et M. Melchior, et des juges P. Ma(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 22/2008 van 21 februari 2008 | Extrait de l'arrêt n° 22/2008 du 21 février 2008 |
Rolnummers 4128 en 4196 | Numéros du rôle : 4128 et 4196 |
In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 47septies, | En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles |
47novies, 189ter en 235ter van het Wetboek van strafvordering, gesteld | 47septies, 47novies, 189ter et 235ter du Code d'instruction |
door het Hof van Beroep te Gent. | criminelle, posées par la Cour d'appel de Gand. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en M. Melchior, en de | composée des présidents M. Bossuyt et M. Melchior, et des juges P. |
rechters P. Martens, R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, | Martens, R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. |
J.-P. Moerman, E. Derycke en J. Spreutels, bijgestaan door de griffier | Moerman, E. Derycke et J. Spreutels, assistée du greffier P.-Y. |
P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, | Dutilleux, présidée par le président M. Bossuyt, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
a. Bij arrest van 16 januari 2007 in zake het openbaar ministerie | a. Par arrêt du 16 janvier 2007 en cause du ministère public contre |
tegen R.V. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | R.V. et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le |
ingekomen op 25 januari 2007, heeft het Hof van Beroep te Gent de | 25 janvier 2007, la Cour d'appel de Gand a posé la question |
volgende prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 189ter -235ter van het Wetboek van Strafvordering de | « Les articles 189ter et 235ter du Code d'instruction criminelle |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet in samenhang gelezen met artikel 6 | violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec |
l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme et avec | |
EVRM en het artikel 14 IVBPR, voor zover personen die het voorwerp | l'article 14 du Pacte international relatif aux droits civils et |
hebben uitgemaakt van de bijzondere opsporingsmethode observatie, voor | politiques, en tant que les personnes qui ont fait l'objet de la |
het in werking treden van de wet van 6 januari 2003, geen recht hebben | méthode particulière de recherche de l'observation avant l'entrée en |
op een controle van het vertrouwelijk dossier met betrekking tot deze | vigueur de la loi du 6 janvier 2003 n'ont pas droit au contrôle du |
opsporingsmethode door een onpartijdige en onafhankelijke rechterlijke | dossier confidentiel relatif à cette méthode de recherche par une |
instantie, terwijl de personen die het voorwerp hebben uitgemaakt van | juridiction impartiale et indépendante, alors que les personnes qui |
de bijzondere opsporingsmethode observatie, na de inwerkingtreding van | ont fait l'objet de la méthode particulière de recherche de |
de wet van 6 januari 2003 wel recht hebben op een controle van het | l'observation après l'entrée en vigueur de la loi du 6 janvier 2003 |
vertrouwelijk dossier met betrekking tot deze opsporingsmethode door | ont effectivement droit au contrôle du dossier confidentiel relatif à |
een onafhankelijke en onpartijdige rechterlijke instantie, namelijk de | cette méthode de recherche par une juridiction impartiale et |
kamer van inbeschuldigingstelling ? ». | indépendante, à savoir la chambre des mises en accusation ? ». |
b. Bij arrest van 14 maart 2007 in zake het openbaar ministerie tegen | b. Par arrêt du 14 mars 2007 en cause du ministère public contre G.D. |
G.D. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | |
ingekomen op 19 april 2007, heeft het Hof van Beroep te Gent de | et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 19 |
avril 2007, la Cour d'appel de Gand a posé les questions | |
volgende prejudiciële vragen gesteld : | préjudicielles suivantes : |
1. « Schendt artikel 189ter van het Wetboek van strafvordering de | 1. « L'article 189ter du Code d'instruction criminelle viole-t-il les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet in samenhang gelezen met het | articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec l'article 6 de la |
artikel 6 van het EVRM en artikel 14 IVBPR, voor zover personen die | Convention européenne des droits de l'homme et avec l'article 14 du |
het voorwerp hebben uitgemaakt van de bijzondere opsporingsmethoden | Pacte international relatif aux droits civils et politiques, en tant |
observatie of infiltratie, voor het in werkingtreden van de wet van 6 | que des personnes qui ont fait l'objet des méthodes particulières de |
januari 2003, geen recht hebben om bij toepassing van het artikel | recherche d'observation ou d'infiltration avant l'entrée en vigueur de |
189ter van het Wetboek van strafvordering de controle op grond van | la loi du 6 janvier 2003 n'ont pas le droit de demander à la chambre |
artikel 235ter van het Wetboek van strafvordering bij de kamer van | des mises en accusation, par application de l'article 189ter du Code |
inbeschuldigingstelling te verzoeken, terwijl de personen die het | d'instruction criminelle, le contrôle fondé sur l'article 235ter du |
voorwerp hebben uitgemaakt van de bijzondere opsporingsmethoden | Code d'instruction criminelle, alors que les personnes qui ont fait |
observatie of infiltratie, van na het inwerkingtreden van de wet van 6 | l'objet des méthodes particulières de recherche d'observation ou |
januari 2003 die toegang tot de kamer van inbeschuldigingstelling wel | d'infiltration après l'entrée en vigueur de la loi du 6 janvier 2003 |
hebben ? »; | ont effectivement accès à la chambre des mises en accusation ? »; |
2. « Schenden de artikelen : | 2. « Les articles : |
- 47septies Sv. zoals ingevoegd bij artikel 4 van de wet van 6 januari | - 47septies du Code d'instruction criminelle, inséré par l'article 4 |
2003 betreffende de bijzondere opsporingsmethoden en enige andere | de la loi du 6 janvier 2003 concernant les méthodes particulières de |
onderzoeksmethoden (Belgisch Staatsblad van 12 mei 2003) en gewijzigd | recherche et quelques autres méthodes d'enquête (Moniteur belge du 12 |
bij artikel 10 van de wet van 27 december 2005 houdende diverse | mai 2003) et modifié par l'article 10 de la loi du 27 décembre 2005 |
wijzigingen van het Wetboek van strafvordering en van het Gerechtelijk | portant des modifications diverses au Code d'instruction criminelle et |
Wetboek met het oog op de verbetering van de onderzoeksmethoden in de | au Code judiciaire en vue d'améliorer les modes d'investigation dans |
strijd tegen het terrorisme en de zware en georganiseerde | la lutte contre le terrorisme et la criminalité grave et organisée |
criminaliteit (Belgisch Staatsblad van 30 december 2005); | (Moniteur belge du 30 décembre 2005), |
- 47novies Sv. zoals ingevoegd bij artikel 4 van de wet van 6 januari | - 47novies du Code d'instruction criminelle, inséré par l'article 4 de |
2003 betreffende de bijzondere opsporingsmethoden en enige andere | la loi du 6 janvier 2003 concernant les méthodes particulières de |
onderzoeksmethoden (Belgisch Staatsblad van 12 mei 2003) en gewijzigd | recherche et quelques autres méthodes d'enquête (Moniteur belge du 12 |
bij artikel 12 van de wet van 27 december 2005 houdende diverse | mai 2003) et modifié par l'article 12 de la loi du 27 décembre 2005 |
wijzigingen van het Wetboek van strafvordering en van het Gerechtelijk | portant des modifications diverses au Code d'instruction criminelle et |
Wetboek met het oog op de verbetering van de onderzoeksmethoden in de | au Code judiciaire en vue d'améliorer les modes d'investigation dans |
strijd tegen het terrorisme en de zware en georganiseerde | la lutte contre le terrorisme et la criminalité grave et organisée |
criminaliteit (Belgisch Staatsblad van 30 december 2005); | (Moniteur belge du 30 décembre 2005), |
- 189ter Sv. ingevoegd bij artikel 22 van de wet van 27 december 2005 | - 189ter du Code d'instruction criminelle, inséré par l'article 22 de |
houdende diverse wijzigingen van het Wetboek van strafvordering en van | la loi du 27 décembre 2005 portant des modifications diverses au Code |
het Gerechtelijk Wetboek met het oog op de verbetering van de | d'instruction criminelle et au Code judiciaire en vue d'améliorer les |
onderzoeksmethoden in de strijd tegen het terrorisme en de zware en | modes d'investigation dans la lutte contre le terrorisme et la |
georganiseerde criminaliteit (Belgisch Staatsblad van 30 december | criminalité grave et organisée (Moniteur belge du 30 décembre 2005) et |
2005); - 235ter Sv. ingevoegd bij artikel 23 van de wet van 27 december 2005 | - 235ter du Code d'instruction criminelle, inséré par l'article 23 de |
houdende diverse wijzigingen van het Wetboek van strafvordering en van | la loi du 27 décembre 2005 portant des modifications diverses au Code |
het Gerechtelijk Wetboek met het oog op de verbetering van de | d'instruction criminelle et au Code judiciaire en vue d'améliorer les |
onderzoeksmethoden in de strijd tegen het terrorisme en de zware en | modes d'investigation dans la lutte contre le terrorisme et la |
georganiseerde criminaliteit (Belgisch Staatsblad van 30 december | criminalité grave et organisée (Moniteur belge du 30 décembre 2005), |
2005); aldus uitgelegd | interprétés en ce sens |
- dat artikel 235ter Sv., zoals ingevoegd bij de wet van 27 december | - que l'article 235ter du Code d'instruction criminelle, inséré par la |
2005 - artikel dat in werking is getreden op 30 december 2005 - een | loi du 27 décembre 2005 - article qui est entré en vigueur le 30 |
afzonderlijke rechtspleging invoert waarbij de kamer van | décembre 2005 - instaure une procédure distincte par laquelle la |
inbeschuldigingstelling enkel de regelmatigheid beoordeelt van de | chambre des mises en accusation examine la régularité de l'application |
toepassing van de bijzondere opsporingsmethoden observatie en | des méthodes particulières de recherche d'observation et |
infiltratie voor zover zij daartoe het vertrouwelijk dossier, bedoeld | d'infiltration pour autant seulement qu'elle doive contrôler à cette |
in de artikelen 47septies of 47novies Sv., zoals ingevoegd bij wet van | fin le dossier confidentiel visé aux articles 47septies ou 47novies du |
Code d'instruction criminelle, insérés par la loi du 6 janvier 2003 - | |
6 januari 2003 - (wet die in werking is getreden op 22 mei 2003) en | loi qui est entrée en vigueur le 22 mai 2003 - et remplacés par la loi |
vervangen door de wet van 27 december 2005, moet controleren; | du 27 décembre 2005 et |
- dat de controle over de toepassing van de bijzondere | - que le contrôle de l'application des méthodes particulières de |
opsporingsmethoden observatie en infiltratie op grond van de artikelen | recherche d'observation et d'infiltration fondé sur les articles |
189ter Sv. en 235ter Sv. niet mogelijk is voor de bijzondere | 189ter et 235ter du Code d'instruction criminelle n'est pas possible |
pour les méthodes particulières de recherche d'observation et | |
opsporingsmethoden observatie en infiltratie die aangewend werden voor | d'infiltration qui ont été utilisées avant l'entrée en vigueur des |
de inwerkingtreding van de wetten van 6 januari 2003 en 27 december | lois du 6 janvier 2003 et du 27 décembre 2005, sur la base de la |
2005, op grond van de ministeriële omzendbrief van 24 april 1990; | circulaire ministérielle du 24 avril 1990; |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en het algemeen rechtsbeginsel | violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution et le principe |
van het recht van verdediging, zowel afzonderlijk als samen gelezen | général de droit du droit de défense, lus aussi bien séparément qu'en |
met artikel 6 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de | combinaison avec l'article 6 de la Convention européenne des droits de |
mens en de fundamentele vrijheden ? ». | l'homme ? ». |
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 4128 en 4196 van de rol van | Ces affaires, inscrites sous les numéros 4128 et 4196 du rôle de la |
het Hof, werden samengevoegd. | Cour, ont été jointes. |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Ofschoon zij niet in geheel identieke bewoordingen zijn gesteld, | B.1. Bien que les questions préjudicielles ne soient pas formulées en |
strekken de prejudiciële vragen ertoe van het Hof te vernemen of de in | des termes totalement identiques, elles ont pour objet de demander à |
het geding zijnde bepalingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en | la Cour si les dispositions en cause violent les articles 10 et 11 de |
het algemeen rechtsbeginsel van de rechten van de verdediging | la Constitution et le principe général des droits de la défense, |
schenden, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6 van het | combinés ou non avec l'article 6 de la Convention européenne des |
Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 14 van het | droits de l'homme et avec l'article 14 du Pacte international relatif |
aux droits civils et politiques. | |
Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten. | La Cour doit statuer sur ces dispositions, en tant que des personnes |
qui ont fait l'objet des méthodes particulières de recherche de | |
Het Hof dient te oordelen over die bepalingen in zoverre personen die | l'observation et de l'infiltration avant l'entrée en vigueur de la loi |
vóór de inwerkingtreding van de wet van 6 januari 2003 « betreffende | du 6 janvier 2003 « concernant les méthodes particulières de recherche |
de bijzondere opsporingsmethoden en enige andere onderzoeksmethoden » | |
(Belgisch Staatsblad van 12 mei 2003), het voorwerp hebben uitgemaakt | et quelques autres méthodes d'enquête » (Moniteur belge du 12 mai |
van de bijzondere opsporingsmethoden observatie en infiltratie, niet | 2003) n'auraient pas le droit de demander au tribunal, sur la base de |
het recht zouden hebben om op grond van artikel 189ter van het Wetboek | l'article 189ter du Code d'instruction criminelle, de charger la |
van strafvordering de rechtbank te verzoeken de kamer van | chambre des mises en accusation du contrôle de l'application de ces |
inbeschuldigingstelling met toepassing van artikel 235ter van | |
hetzelfde Wetboek te belasten met de controle over de toepassing van | méthodes particulières de recherche, en application de l'article |
die bijzondere opsporingsmethoden, terwijl dat wel zou gelden voor de | 235ter du même Code, alors que les personnes qui ont fait l'objet de |
personen die het voorwerp hebben uitgemaakt van die bijzondere | |
opsporingsmethoden na de inwerkingtreding van de voormelde wet van 6 | ces méthodes particulières de recherche après l'entrée en vigueur de |
januari 2003. Uit de motivering van de arresten die de zaken bij het | la loi précitée du 6 janvier 2003 auraient effectivement ce droit. Il |
Hof aanhangig maken, blijkt dat de vragen enkel de artikelen 189ter en | apparaît de la motivation des arrêts de saisine de la Cour que les |
235ter van het Wetboek van strafvordering betreffen, en niet de | questions portent sur les seuls articles 189ter et 235ter du Code |
artikelen 47septies en 47novies van het hetzelfde Wetboek, die het | d'instruction criminelle (et non sur les articles 47septies et |
vertrouwelijk dossier zelf regelen. | 47novies du même Code, qui règlent le dossier confidentiel lui-même). |
B.2. De artikelen 189ter en 235ter van het Wetboek van strafvordering | B.2. Les articles 189ter et 235ter du Code d'instruction criminelle |
werden ingevoegd bij de artikelen 22 en 23 van de wet van 27 december | ont été insérés par les articles 22 et 23 de la loi du 27 décembre |
2005 « houdende diverse wijzigingen van het Wetboek van strafvordering | 2005 « portant des modifications diverses au Code d'instruction |
en van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op de verbetering van de | criminelle et au Code judiciaire en vue d'améliorer les modes |
onderzoeksmethoden in de strijd tegen het terrorisme en de zware en | d'investigation dans la lutte contre le terrorisme et la criminalité |
georganiseerde criminaliteit » (Belgisch Staatsblad van 30 december | grave et organisée » (Moniteur belge du 30 décembre 2005) afin |
2005) om een rechterlijke controle te organiseren op de bijzondere | d'organiser un contrôle judiciaire des méthodes particulières de |
opsporingsmethoden observatie en infiltratie. | recherche de l'observation et de l'infiltration. |
Aldus werd gevolg gegeven aan het arrest van het Hof nr. 202/2004 van | |
21 december 2004. In dat arrest had het Hof immers vastgesteld dat de | Il est ainsi donné suite à l'arrêt de la Cour n° 202/2004 du 21 |
décembre 2004. Dans cet arrêt, la Cour avait en effet constaté que les | |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het recht | articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec le droit à un |
op een eerlijk proces en de rechten van de verdediging, gewaarborgd in | procès équitable et avec les droits de la défense, garantis par |
artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, waren | l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme, étaient |
geschonden doordat « mogelijke onwettigheden waardoor de aanwending | violés en ce que « les éventuelles illégalités entachant la mise en |
van de observatie of de infiltratie zijn aangetast en die uitsluitend | oeuvre de l'observation ou de l'infiltration qui apparaîtraient |
zouden blijken uit de stukken vervat in het vertrouwelijk dossier, | uniquement des pièces contenues dans le dossier confidentiel ne |
niet het voorwerp konden uitmaken van een controle door een | peuvent faire l'objet d'un contrôle par un juge indépendant et |
onafhankelijke en onpartijdige rechter, en dat a fortiori die | impartial, et [...] a fortiori, ces illégalités ne peuvent être |
onwettigheden niet kunnen worden afgekeurd » (B.27.9). | sanctionnées » (B.27.9). |
B.3. Artikel 235ter van het Wetboek van strafvordering belast de kamer | B.3. L'article 235ter du Code d'instruction criminelle charge la |
van inbeschuldigingstelling met de controle over de toepassing van de | chambre des mises en accusation du contrôle de l'application des |
bijzondere opsporingsmethoden observatie en infiltratie. De controle | méthodes particulières de recherche de l'observation et de |
is verplicht en is gesitueerd bij het afsluiten van het | l'infiltration. Le contrôle est obligatoire et a lieu lors de la |
opsporingsonderzoek vooraleer het openbaar ministerie tot | clôture de l'information, avant que le ministère public ne procède à |
rechtstreekse dagvaarding overgaat of op het einde van het | la citation directe, ou à la fin de l'instruction, lorsque le juge |
gerechtelijk onderzoek wanneer de onderzoeksrechter zijn dossier aan | d'instruction transmet son dossier au procureur du Roi en vertu de |
de procureur des Konings overzendt krachtens artikel 127, § 1, eerste | l'article 127, § 1er, alinéa 1er, du Code d'instruction criminelle. La |
lid, van het Wetboek van strafvordering. De kamer van | |
inbeschuldigingstelling kan die controle ook voorlopig verrichten, | chambre des mises en accusation peut également procéder à ce contrôle |
tijdens het gerechtelijk onderzoek, hetzij ambtshalve, hetzij op | de manière provisoire, au cours de l'instruction, soit d'office, soit |
verzoek van de onderzoeksrechter, hetzij op vordering van het openbaar | à la demande du juge d'instruction, soit sur la réquisition du |
ministerie (artikel 235quater van hetzelfde Wetboek). Die controle kan | ministère public (article 235quater du même Code). Ce contrôle peut |
eveneens worden gelast door het vonnisgerecht (artikel 189ter van | également être ordonné par la juridiction de jugement (article 189ter |
hetzelfde Wetboek), wanneer, na de controle door de kamer van | du même Code), lorsqu'après le contrôle exercé par la chambre des |
inbeschuldigingstelling, nieuwe en concrete elementen aan het licht | mises en accusation, des éléments concrets et nouveaux apparaissent, |
zijn gekomen die zouden kunnen wijzen op het bestaan van een | lesquels pourraient révéler l'existence d'une irrégularité en ce qui |
onregelmatigheid met betrekking tot die bijzondere opsporingsmethoden. | concerne ces méthodes particulières de recherche. |
Die controle door de kamer van inbeschuldigingstelling kan worden | Ce contrôle par la chambre des mises en accusation peut être ordonné, |
gelast door een vonnisgerecht, ambtshalve, op vordering van het | par une juridiction de jugement, soit d'office, soit sur la |
openbaar ministerie of op verzoek van de beklaagde, de burgerlijke | réquisition du ministère public, soit à la demande du prévenu, de la |
partij of hun advocaten. De rechtbank zendt het dossier aan het | partie civile ou de leurs avocats. Le tribunal transmet le dossier au |
openbaar ministerie over, teneinde de zaak daartoe bij de kamer van | ministère public, afin de porter l'affaire à cet effet devant la |
inbeschuldigingstelling aan te brengen. | chambre des mises en accusation. |
In het arrest nr. 105/2007 van 19 juli 2007 heeft het Hof geoordeeld | Dans l'arrêt n° 105/2007 du 19 juillet 2007, la Cour a jugé que les |
dat de artikelen 189ter en 235ter van het Wetboek van strafvordering, | articles 189ter et 235ter du Code d'instruction criminelle, à |
met uitzondering evenwel van paragraaf 6 van dat laatste artikel, | l'exception toutefois du paragraphe 6 de ce dernier article, étaient |
bestaanbaar zijn met de bepalingen die te dezen ook in de prejudiciële | compatibles avec les dispositions qui sont également mentionnées en |
vragen zijn vermeld. | l'espèce dans les questions préjudicielles. |
B.4. Het aan het Hof voorgelegde verschil in behandeling berust op een | B.4. La différence de traitement soumise à la Cour se fonde sur une |
letterlijke lezing van de voormelde bepalingen, en in het bijzonder | lecture littérale des dispositions précitées, et en particulier de |
van artikel 235ter, § 3, dat verwijst naar het vertrouwelijk dossier | l'article 235ter, § 3, qui renvoie au dossier confidentiel visé aux |
bedoeld in de artikelen 47septies, § 1, tweede lid, of 47novies, § 1, | articles 47septies, § 1er, alinéa 2, ou 47novies, § 1er, alinéa 2, qui |
tweede lid, dat betrekking heeft op het opsporingsonderzoek of | porte sur l'information ou sur l'instruction dans lesquelles ou dans |
gerechtelijk onderzoek waarin of in het kader waarvan de bijzondere | le cadre desquelles les méthodes particulières de recherche de |
opsporingsmethoden observatie en infiltratie werden toegepast. Volgens | l'observation ou de l'infiltration ont été appliquées. Selon la Cour |
het Hof van Cassatie kan de kamer van inbeschuldigingstelling niet | de cassation, la chambre des mises en accusation ne peut être chargée |
worden belast met de controle over de toepassing van de bijzondere | du contrôle de l'application des méthodes particulières de recherche |
opsporingsmethoden observatie en infiltratie die vóór de | de l'observation et de l'infiltration mises en oeuvre avant l'entrée |
inwerkingtreding van de voormelde wet van 6 januari 2003 - waarin de | en vigueur de la loi précitée du 6 janvier 2003 - qui a fixé la base |
wettelijke basis werd gelegd voor die bijzondere opsporingsmethoden - | légale de ces méthodes particulières de recherche -, conformément aux |
werden aangewend op grond van de ministeriële omzendbrieven van 24 | circulaires ministérielles des 24 avril 1990 et 5 mars 1992 (Cass., 31 |
april 1990 en 5 maart 1992 (Cass., 31 oktober 2006, P.06.1016.N). | octobre 2006, P.06.1016.N). |
B.5. Het aan het Hof voorgelegde verschil in behandeling vloeit voort | B.5. La différence de traitement soumise à la Cour découle de la date |
uit de datum waarop de bijzondere opsporingsmethoden observatie en | à laquelle les méthodes particulières de recherche de l'observation et |
infiltratie werden aangewend. | de l'infiltration ont été mises en oeuvre. |
De artikelen 10 en 11 van de Grondwet vereisen niet dat een wijziging | Les articles 10 et 11 de la Constitution ne requièrent pas qu'une |
van wetgeving steeds met een bijzonder overgangsstelsel gepaard zou | modification législative soit toujours accompagnée d'un régime |
gaan. Het is daarenboven inherent aan een nieuwe regeling dat een | transitoire particulier. En outre, c'est le propre d'une nouvelle |
onderscheid wordt gemaakt tussen personen die betrokken zijn bij | règle d'établir une distinction entre les personnes qui sont |
rechtstoestanden die onder het toepassingsgebied van de vroegere | concernées par des situations juridiques qui entrent dans le champ |
regeling vallen en personen die betrokken zijn bij rechtstoestanden | d'application de la règle antérieure et les personnes qui sont |
die onder het toepassingsgebied van de nieuwe regeling vallen. Een | concernées par des situations juridiques qui entrent dans le champ |
dergelijk onderscheid maakt op zich geen schending van de artikelen 10 | d'application de la nouvelle règle. Semblable distinction ne viole pas |
en 11 van de Grondwet uit. Elke wetswijziging zou onmogelijk worden, | en soi les articles 10 et 11 de la Constitution. A peine de rendre |
indien zou worden aangenomen dat een nieuwe bepaling die | impossible toute modification de la loi, il ne peut être soutenu |
grondwetsartikelen zou schenden om de enkele reden dat zij de | qu'une disposition nouvelle violerait les articles constitutionnels |
toepassingsvereisten van de vroegere regeling wijzigt. | précités par cela seul qu'elle modifie les conditions d'application de |
B.6. Het Hof dient evenwel te onderzoeken of de uit de voormelde | la législation ancienne. |
letterlijke lezing van de in het geding zijnde bepalingen | B.6. La Cour doit toutefois examiner si l'absence de contrôle par un |
voortvloeiende ontstentenis van controle door een onafhankelijke en | juge indépendant et impartial des méthodes particulières de recherche |
onpartijdige rechter op de aanwending van de bijzondere | de l'observation et de l'infiltration mises en oeuvre avant l'entrée |
opsporingsmethoden observatie en infiltratie vóór de inwerkingtreding | en vigueur de la loi du 6 janvier 2003, qui résulte de la lecture |
van de wet van 6 januari 2003 bestaanbaar is met de bepalingen waarvan | littérale précitée des dispositions en cause, est compatible avec les |
het Hof de naleving dient te verzekeren. | dispositions dont la Cour doit assurer le respect. |
B.7. De rechten van de verdediging en het recht op een eerlijk proces | B.7. Les droits de la défense et le droit à un procès équitable sont |
zijn fundamenteel in een rechtsstaat. Het beginsel van de | fondamentaux dans un Etat de droit. Le principe de l'égalité des armes |
wapengelijkheid tussen de vervolgende partij en de verdediging alsook | entre l'accusation et la défense ainsi que le caractère contradictoire |
het contradictoir karakter van het proces zijn fundamentele elementen | du procès constituent des aspects fondamentaux du droit à un procès |
van het recht op een eerlijk proces. Het recht op een strafproces op | équitable. Le droit à un procès pénal contradictoire implique, pour |
tegenspraak houdt in dat zowel de vervolgende partij als de | l'accusation comme pour la défense, la faculté de prendre connaissance |
verdediging de mogelijkheid moeten hebben kennis te nemen van en te | des observations ou éléments de preuve produits par l'autre partie, |
antwoorden op de opmerkingen en bewijselementen van de andere partij. | ainsi que de les discuter. Il en découle également l'obligation pour |
Hieruit vloeit eveneens de verplichting voor de vervolgende partij voort om in beginsel alle bewijselementen aan de verdediging mede te delen. Het recht om kennis te nemen van alle bewijselementen van de vervolgende partij is evenwel niet absoluut. In sommige strafrechtelijke procedures kunnen tegenstrijdige belangen aanwezig zijn, zoals de nationale veiligheid, de noodzaak om getuigen te beschermen of onderzoeksmethoden geheim te houden, die dienen te worden afgewogen tegen de rechten van de beklaagde. In sommige gevallen kan het noodzakelijk zijn bepaalde bewijselementen geheim te houden voor die partij teneinde de fundamentele rechten van andere personen of een behartenswaardig algemeen belang te vrijwaren. | l'autorité de poursuite de communiquer en principe à la défense tous les éléments de preuve. Toutefois, le droit de prendre connaissance de tous les éléments de preuve de la partie poursuivante n'est pas absolu. Dans certains procès pénaux, il peut y avoir des intérêts divergents, tels que la sécurité nationale, la nécessité de protéger les témoins ou de garder le secret sur des méthodes d'enquête, qui doivent être mis en balance avec les droits du prévenu. Dans certains cas, il peut être nécessaire de ne pas divulguer certains éléments de preuve à cette partie en vue de préserver les droits fondamentaux d'une autre personne ou de |
De inmenging in de rechten van de verdediging kan echter enkel worden | garantir un intérêt général important. |
verantwoord indien zij strikt evenredig is met het belang van de te | L'ingérence dans les droits de la défense ne peut toutefois être |
bereiken doelstellingen en indien zij wordt gecompenseerd door een | justifiée que si elle est strictement proportionnée à l'importance des |
procedure die een onafhankelijke en onpartijdige rechter in staat | objectifs à atteindre et si elle est compensée par une procédure qui |
stelt de wettigheid van de procedure te onderzoeken (EHRM, 22 juli | permet à un juge indépendant et impartial de vérifier la légalité de |
2003 en 27 oktober 2004, Edwards en Lewis t. Verenigd Koninkrijk). | la procédure (voir CEDH, 22 juillet 2003 et 27 octobre 2004, Edwards |
et Lewis c/Royaume Uni). | |
B.8. Uit het voorgaande volgt dat personen die vóór de | B.8. De ce qui précède, il découle que les personnes qui ont fait |
l'objet de l'une de ces méthodes particulières de recherche avant | |
inwerkingtreding van de wet van 6 januari 2003 het voorwerp hebben | l'entrée en vigueur de la loi du 6 janvier 2003 seraient discriminées |
uitgemaakt van de aanwending van één van die bijzondere | |
opsporingsmethoden, zouden worden gediscrimineerd in de uitoefening | dans l'exercice des droits de la défense et du droit à un procès |
van de rechten van de verdediging en van hun recht op een eerlijk | |
proces. | équitable. |
B.9. Met zijn arrest nr. 202/2004 van 21 december 2004 heeft het Hof | B.9. La Cour a annulé, par son arrêt n° 202/2004 du 21 décembre 2004, |
de artikelen 47sexies, § § 4 en 7, tweede lid, 47septies, § 1, tweede | les articles 47sexies, § § 4 et 7, alinéa 2, 47septies, § 1er, alinéa |
lid, en § 2, 47octies, § § 4 en 7, tweede lid, 47novies, § 1, tweede | 2, et § 2, 47octies, § § 4 et 7, alinéa 2, 47novies, § 1er, alinéa 2, |
lid, en § 2, en 47undecies van het Wetboek van strafvordering, | et § 2, et 47undecies du Code d'instruction criminelle, modifié par la |
gewijzigd bij de wet van 6 januari 2003 betreffende de bijzondere | loi du 6 janvier 2003 concernant les méthodes particulières de |
opsporingsmethoden en enige andere onderzoeksmethoden, vernietigd, | recherche et quelques autres méthodes d'enquête, mais a maintenu les |
doch de gevolgen van die bepalingen gehandhaafd gedurende de tijd die | effets de ces dispositions pendant le temps nécessaire au législateur |
de wetgever nodig zou hebben om te voorzien in de vereiste controle, | pour instaurer le contrôle requis, par un juge indépendant et |
door een onafhankelijke en onpartijdige rechter, op de aanwending van | impartial, de la mise en oeuvre des méthodes particulières de |
de bijzondere opsporingsmethoden observatie en infiltratie, termijn | recherche de l'observation et de l'infiltration, ce délai ayant pris |
die eindigde op 31 december 2005 (B.30.3). Het Hof oordeelde dat de | fin au plus tard le 31 décembre 2005 (B.30.3). La Cour a jugé que les |
voormelde artikelen « uitsluitend door ongrondwettigheid [waren] | articles précités « [étaient] entachés d'inconstitutionnalité |
aangetast in zoverre zij niet erin voorzien dat de aanwending van de | uniquement en ce qu'ils ne prévoient pas que la mise en oeuvre des |
methoden van observatie en infiltratie wordt gecontroleerd door een | méthodes d'observation et d'infiltration est contrôlée par un juge |
onafhankelijke en onpartijdige rechter » en dat het die artikelen | indépendant et impartial » et qu'elle ne pouvait qu'annuler ces |
enkel kon vernietigen « aangezien het Hof niet bevoegd is om zelf over | articles, « la Cour n'étant pas compétente pour effectuer elle-même la |
te gaan tot de aanwijzing van de bevoegde rechter » (B.29). | désignation du juge compétent » (B.29). |
B.10. In het licht van die beslissing tot handhaving van de gevolgen | B.10. A la lumière de cette décision de maintien des effets des |
van de vernietigde bepalingen, kan, tot waarborging van de | dispositions annulées, il peut, en vue de garantir les droits |
fundamentele grondrechten waarin artikel 6 van het Europees Verdrag | fondamentaux prévus à l'article 6 de la Convention européenne des |
voor de rechten van de mens en artikel 14 van het Internationaal | droits de l'homme et à l'article 14 du Pacte international relatif aux |
Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten voorzien, de in B.8 | droits civils et politiques, être remédié à l'inconstitutionnalité |
vastgestelde ongrondwettigheid worden geremedieerd door de toepassing | |
van de artikelen 189ter en 235ter van het Wetboek van strafvordering, | constatée en B.8 par l'application des articles 189ter et 235ter du |
vermits de wet van 27 december 2005 een rechter heeft aangewezen die in vergelijkbare omstandigheden bevoegd is. Die rechter kan dus, voor alle geschillen die nog niet definitief zijn beslecht, de aanwending van de bijzondere opsporingsmethoden controleren, ongeacht of die aanwending vóór of na de inwerkingtreding van de voormelde wet van 6 januari 2003 heeft plaatsgehad. Er anders over oordelen zou immers ten nadele van de in de prejudiciële vragen bedoelde personen een discriminerende inbreuk inhouden op de fundamentele rechten die door de voormelde verdragsbepalingen zijn gewaarborgd. Om die redenen, het Hof | Code d'instruction criminelle, puisque la loi du 27 décembre 2005 a désigné un juge qui est compétent dans des circonstances comparables. Ce juge peut donc, pour tous les litiges qui n'ont pas encore fait l'objet d'une décision définitive, contrôler la mise en oeuvre des méthodes particulières de recherche, que celle-ci ait eu lieu avant ou après l'entrée en vigueur de la loi du 6 janvier 2003 précitée. En effet, en juger autrement créerait, au détriment des personnes qui sont visées par les questions préjudicielles, une atteinte discriminatoire aux droits garantis par les dispositions conventionnelles précitées. Par ces motifs, la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Op voorwaarde dat wordt gehandeld zoals aangegeven in B.10, schenden | A condition qu'il soit procédé comme il est dit en B.10, les articles |
de artikelen 189ter en 235ter van het Wetboek van strafvordering niet | 189ter et 235ter du Code d'instruction criminelle ne violent pas les |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang | articles 10 et 11 de la Constitution, lus ou non en combinaison avec |
gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de | l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme et avec |
mens en met artikel 14 van het Internationaal Verdrag inzake | l'article 14 du Pacte international relatif aux droits civils et |
burgerrechten en politieke rechten. | politiques. |
Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989, op de openbare | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989, à |
terechtzitting van 21 februari 2008. | l'audience publique du 21 février 2008. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Bossuyt. | M. Bossuyt. |