Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest van --
← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 6/2008 van 17 januari 2008 Rolnummers 4156 en 4172 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 235ter, § 6, van het Wetboek van strafvordering, gesteld door het Hof van Cassatie. Het Grondwettelijk samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en M. Bossuyt, en de rechters P. Martens, E. De Groot, (...)"
Uittreksel uit arrest nr. 6/2008 van 17 januari 2008 Rolnummers 4156 en 4172 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 235ter, § 6, van het Wetboek van strafvordering, gesteld door het Hof van Cassatie. Het Grondwettelijk samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en M. Bossuyt, en de rechters P. Martens, E. De Groot, (...) Extrait de l'arrêt n° 6/2008 du 17 janvier 2008 Numéros du rôle : 4156 et 4172 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 235ter, § 6, du Code d'instruction criminelle, posées par la Cour de cassation. La Cour con composée des présidents M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges P. Martens, E. De Groot, L. Lavryse(...)
GRONDWETTELIJK HOF COUR CONSTITUTIONNELLE
Uittreksel uit arrest nr. 6/2008 van 17 januari 2008 Extrait de l'arrêt n° 6/2008 du 17 janvier 2008
Rolnummers 4156 en 4172 Numéros du rôle : 4156 et 4172
In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 235ter, § 6, van En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 235ter,
het Wetboek van strafvordering, gesteld door het Hof van Cassatie. § 6, du Code d'instruction criminelle, posées par la Cour de cassation.
Het Grondwettelijk Hof, La Cour constitutionnelle,
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en M. Bossuyt, en de composée des présidents M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges P.
rechters P. Martens, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen en J.-P. Martens, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen et J.-P. Moerman, assistée
Moerman, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. Melchior,
wijst na beraad het volgende arrest : après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant :
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging I. Objet des questions préjudicielles et procédure
a. Bij arrest van 21 februari 2007 in zake C.P., waarvan de expeditie a. Par arrêt du 21 février 2007 en cause de C.P., dont l'expédition
ter griffie van het Hof is ingekomen op 1 maart 2007, heeft het Hof est parvenue au greffe de la Cour le 1er mars 2007, la Cour de
van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : cassation a posé la question préjudicielle suivante :
« Schendt artikel 235ter, § 6, van het Wetboek van strafvordering de « L'article 235ter, § 6, du Code d'instruction criminelle viole-t-il
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het geen cassatieberoep les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il ne permet pas de
toelaat tegen het arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling recours en cassation contre l'arrêt de la chambre des mises en
betreffende de controle, op basis van het vertrouwelijk dossier, van accusation relatif à l'examen, sur la base du dossier confidentiel, de
de regelmatigheid van de toepassing van de bijzondere la régularité de la mise en oeuvre des méthodes particulières de
opsporingsmethoden observatie en infiltratie, terwijl artikel 416, recherche d'observation et d'infiltration alors que l'article 416,
tweede lid, van dat Wetboek een onmiddellijk cassatieberoep toelaat alinéa 2, dudit code autorise un pourvoi en cassation immédiat contre
tegen het arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling dat l'arrêt de la chambre des mises en accusation statuant en application
uitspraak doet met toepassing van artikel 235bis van het voormelde Wetboek ? ». de l'article 235bis du code précité ? ».
b. Bij arrest van 6 maart 2007 in zake R.D., waarvan de expeditie ter b. Par arrêt du 6 mars 2007 en cause de R.D., dont l'expédition est
griffie van het Hof is ingekomen op 12 maart 2007, heeft het Hof van parvenue au greffe de la Cour le 12 mars 2007, la Cour de cassation a
Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : posé la question préjudicielle suivante :
« Schendt artikel 235ter van het Wetboek van strafvordering de « L'article 235ter du Code d'instruction criminelle viole-t-il les
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat deze wetsbepaling geen articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il ne permet aucun
enkel cassatieberoep toelaat tegen het arrest van de kamer van pourvoi en cassation contre l'arrêt de la chambre des mises en
inbeschuldigingstelling betreffende de controle van de regelmatigheid accusation relatif à l'examen de régularité de la mise en oeuvre des
over de toepassing van de bijzondere opsporingsmethoden observatie en méthodes particulières de recherche de l'observation et de
infiltratie, in zoverre daartoe de controle van het vertrouwelijk l'infiltration, en tant que le contrôle du dossier confidentiel est
dossier is vereist, terwijl artikel 416, tweede lid, van het Wetboek requis à cet effet, alors que l'article 416, alinéa 2, du Code
van strafvordering een onmiddellijk cassatieberoep toelaat tegen het d'instruction criminelle permet un pourvoi en cassation immédiat
arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling betreffende de contre l'arrêt de la chambre des mises en accusation relatif à
toepassing van, onder meer, artikel 235bis van het Wetboek van l'application, notamment, de l'article 235bis du Code d'instruction
strafvordering en de artikelen 407, 408, 409, 413 en 416, eerste lid, criminelle et que les articles 407, 408, 409, 413 et 416, alinéa 1er,
van het Wetboek van strafvordering cassatieberoep toelaten tegen elk du Code d'instruction criminelle permettent un pourvoi en cassation
eindarrest of eindvonnis? ». contre tout arrêt ou jugement définitifs ? ».
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 4156 en 4172 van de rol van Ces affaires, inscrites sous les numéros 4156 et 4172 du rôle de la
het Hof, werden samengevoegd. Cour, ont été jointes.
(...) (...)
III. In rechte III. En droit
(...) 1. Artikel 235ter van het Wetboek van strafvordering, zoals het is 1. L'article 235ter du Code d'instruction criminelle, tel qu'il a été
ingevoegd bij artikel 23 van de wet van 27 december 2005, bepaalde, inséré par l'article 23 de la loi du 27 décembre 2005, énonçait, avant
vóór de gedeeltelijke vernietiging ervan bij het arrest nr. 105/2007 van 19 juli 2007 : son annulation partielle par l'arrêt n° 105/2007 du 19 juillet 2007 :
« § 1. De kamer van inbeschuldigingstelling is belast met de controle « § 1er. La chambre des mises en accusation est chargée de contrôler
over de toepassing van de bijzondere opsporingsmethoden observatie en [...] la mise en oeuvre des méthodes particulières de recherche
infiltratie. De kamer van inbeschuldigingstelling onderzoekt, op vordering van het d'observation et d'infiltration.
openbaar ministerie, de regelmatigheid van de bijzondere Dès la clôture de l'information dans laquelle ces méthodes ont été
opsporingsmethoden observatie en infiltratie bij het afsluiten van het utilisées et avant que le ministère public ne procède à la citation
opsporingsonderzoek waarin deze methoden werden toegepast en alvorens directe, la chambre des mises en accusation examine, sur la
het openbaar ministerie tot rechtstreekse dagvaarding overgaat. réquisition du ministère public, la régularité des méthodes
De kamer van inbeschuldigingstelling onderzoekt op het ogenblik dat de particulières de recherche d'observation et d'infiltration.
onderzoeksrechter zijn dossier aan de procureur des Konings overzendt krachtens artikel 127, § 1, eerste lid, op vordering van het openbaar ministerie, de regelmatigheid van de bijzondere opsporingsmethoden observatie en infiltratie die werden toegepast in het kader van het gerechtelijk onderzoek of in het daaraan voorafgaande opsporingsonderzoek. § 2. De kamer van inbeschuldigingstelling doet uitspraak binnen dertig dagen na ontvangst van de vordering van het openbaar ministerie. Deze termijn wordt teruggebracht tot acht dagen indien één van de inverdenkinggestelden zich in voorlopige hechtenis bevindt. De kamer van inbeschuldigingstelling hoort, afzonderlijk en buiten de aanwezigheid van de partijen, de opmerkingen van de procureur-generaal. Zij hoort, op dezelfde wijze, de burgerlijke partij en de inverdenkinggestelde, na kennisgeving die hen door de griffier ten laatste achtenveertig uur vóór de zitting per faxpost of bij een ter post aangetekende brief wordt gedaan. De griffier stelt hen in dezelfde post eveneens ter kennis dat het strafdossier tijdens deze periode op de griffie in origineel of in kopie ter inzage ligt. Dès le moment où le juge d'instruction communique son dossier au procureur du Roi en vertu de l'article 127, § 1er, alinéa 1er, la chambre des mises en accusation examine, sur la réquisition du ministère public, la régularité des méthodes particulières de recherche d'observation et d'infiltration qui ont été appliquées dans le cadre de l'instruction ou de l'information qui l'a précédée. § 2. La chambre des mises en accusation se prononce dans les trente jours de la réception de la réquisition du ministère public. Ce délai est ramené à huit jours si l'un des inculpés se trouve en détention préventive. La chambre des mises en accusation entend, séparément et en l'absence des parties, le procureur général en ses observations. Elle entend de la même manière la partie civile et l'inculpé, après convocation qui leur est notifiée par le greffier par télécopie ou par lettre recommandée à la poste au plus tard quarante-huit heures avant l'audience. Le greffier les informe également dans cette convocation, que le dossier répressif est mis à leur disposition au greffe, en original ou en copie pour consultation pendant cette période. Pour les méthodes particulières de recherche d'observation et
Zij kan, met betrekking tot de toegepaste bijzondere d'infiltration, elle peut entendre, séparément et en l'absence des
opsporingsmethoden observatie en infiltratie, de onderzoeksrechter en parties, le juge d'instruction et l'officier de police judiciaire visé
de in de artikelen 47sexies, § 3, 6° en 47octies, § 3, 6° bedoelde aux articles 47sexies, § 3, 6°, et 47octies, § 3, 6°.
officier van gerechtelijke politie afzonderlijk en buiten de La chambre des mises en accusation peut charger le juge d'instruction
aanwezigheid van de partijen horen.
De kamer van inbeschuldigingstelling kan de onderzoeksrechter gelasten
de politieambtenaren die belast zijn met de uitvoering van de d'entendre les fonctionnaires de police chargés d'exécuter
observatie en infiltratie en de in artikel 47octies, § 1, tweede lid, l'observation et l'infiltration et le civil visé à l'article 47octies,
bedoelde burger te horen met toepassing van de artikelen 86bis en § 1er, alinéa 2, en application des articles 86bis et 86ter. Elle peut
86ter. Zij kan beslissen bij het verhoor door de onderzoeksrechter décider d'être présente à l'audition menée par le juge d'instruction
aanwezig te zijn of één van haar leden daartoe af te vaardigen. ou de déléguer un de ses membres à cet effet.
§ 3. Het openbaar ministerie legt aan de voorzitter van de kamer van § 3. Le ministère public soumet au président de la chambre des mises
inbeschuldigingstelling het vertrouwelijk dossier voor bedoeld in de en accusation le dossier confidentiel visé aux articles 47septies, § 1er,
artikelen 47septies, § 1, tweede lid, of 47novies, § 1, tweede lid, alinéa 2, ou 47novies, § 1er, alinéa 2, qui porte sur l'information ou
dat betrekking heeft op het opsporingsonderzoek of gerechtelijk
onderzoek bedoeld in § 1. Enkel de magistraten van de kamer van sur l'instruction visée au § 1er. Seuls les magistrats de la chambre
inbeschuldigingstelling hebben het recht dit vertrouwelijk dossier in des mises en accusation ont le droit de consulter ce dossier
te zien. confidentiel.
De voorzitter van de kamer van inbeschuldigingstelling neemt de nodige Le président de la chambre des mises en accusation prend les mesures
maatregelen ter beveiliging van het vertrouwelijk dossier. Hij bezorgt nécessaires en vue d'assurer la protection du dossier confidentiel. Il
het vertrouwelijk dossier, na kennisname ervan, onmiddellijk aan het le restitue immédiatement au ministère public après en avoir pris
openbaar ministerie terug. connaissance.
§ 4. In het arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling mag geen § 4. L'arrêt de la chambre des mises en accusation ne peut pas faire
gewag worden gemaakt van de inhoud van het vertrouwelijk dossier, noch mention du contenu du dossier confidentiel, ni du moindre élément
van enig element dat de afscherming van de gebruikte technische susceptible de compromettre les moyens techniques et les techniques
hulpmiddelen en de politionele onderzoekstechnieken of de vrijwaring d'enquête policière utilisés ou la garantie de la sécurité et de
van de veiligheid en de afscherming van de identiteit van de l'anonymat de l'indicateur, des fonctionnaires de police chargés de
informant, de politieambtenaren die belast zijn met de uitvoering van l'exécution de l'observation ou de l'infiltration et du civil visé à
de observatie of infiltratie en de in artikel 47octies, § 1, tweede l'article 47octies, § 1er, alinéa 2.
lid, bedoelde burger in het gedrang kan brengen. § 5. Il est procédé pour le surplus conformément à l'article 235bis, §
§ 5. Er wordt verder gehandeld overeenkomstig artikel 235bis, § § 5 en § 5 et 6.
6. § 6. Tegen de controle van het vertrouwelijk dossier door de kamer van § 6. Le contrôle du dossier confidentiel par la chambre des mises en
inbeschuldigingstelling staat geen rechtsmiddel open ». accusation n'est susceptible d'aucun recours ».
2. Paragraaf 6 van die bepaling is vernietigd bij het voormelde arrest 2. Le paragraphe 6 de cette disposition a été annulé par l'arrêt
nr. 105/2007. précité n° 105/2007.
3. Vanwege die vernietiging hebben de prejudiciële vragen geen 3. En raison de cette annulation, les questions préjudicielles n'ont
voorwerp meer. plus d'objet.
Om die redenen, Par ces motifs,
het Hof la Cour
stelt vast dat de prejudiciële vragen zonder voorwerp zijn. constate que les questions préjudicielles sont sans objet.
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise,
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989, op de openbare conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989, à
terechtzitting van 17 januari 2008. l'audience publique du 17 janvier 2008.
De griffier, Le greffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
De voorzitter, Le président,
M. Melchior. M. Melchior.
^