← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 194/2006 van 5 december 2006 Rolnummer 3896 In zake :
de prejudiciële vraag over de artikelen 15, eerste en tweede lid, en 16 van de wet van 26 juli 1962 betreffende
de rechtspleging bij hoogdringende omstandighede Het Arbitragehof, samengesteld uit de
voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 194/2006 van 5 december 2006 Rolnummer 3896 In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 15, eerste en tweede lid, en 16 van de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandighede Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...) | Extrait de l'arrêt n° 194/2006 du 5 décembre 2006 Numéro du rôle : 3896 En cause : la question préjudicielle concernant les articles 15, alinéas 1 er et 2, et 16 de la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d'extrême urgen La Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. Martens, L.(...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Uittreksel uit arrest nr. 194/2006 van 5 december 2006 | Extrait de l'arrêt n° 194/2006 du 5 décembre 2006 |
| Rolnummer 3896 | Numéro du rôle : 3896 |
| In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 15, eerste en tweede | En cause : la question préjudicielle concernant les articles 15, |
| lid, en 16 van de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging | alinéas 1er et 2, et 16 de la loi du 26 juillet 1962 relative à la |
| bij hoogdringende omstandigheden inzake de onteigeningen ten algemenen | procédure d'extrême urgence en matière d'expropriation pour cause |
| nutte, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Brugge. | d'utilité publique, posée par le Tribunal de première instance de Bruges. |
| Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
| samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters | composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. |
| P. Martens, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman en J. Spreutels, | Martens, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman et J. Spreutels, assistée |
| bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Arts, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Arts, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
| Bij vonnis van 27 januari 2006 in zake de CV « West-Vlaamse | Par jugement du 27 janvier 2006 en cause de la SC « West-Vlaamse |
| Intercommunale voor economische expansie, huisvestingsbeleid en | Intercommunale voor economische expansie, huisvestingsbeleid en |
| technische bijstand » tegen M. Seynaeve en anderen, waarvan de | technische bijstand » contre M. Seynaeve et autres, dont l'expédition |
| expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 13 februari | est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 13 février 2006, le |
| 2006, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Brugge de volgende | Tribunal de première instance de Bruges a posé la question |
| prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
| « Schenden artikel 15, eerste en tweede lid, van de wet van 26 juli | « L'article 15, alinéas 1er et 2, de la loi du 26 juillet 1962 sur les |
| 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden | expropriations, qui fixe les délais dans lesquels l'autorité |
| inzake de onteigeningen ten algemenen nutte, hetwelk de termijnen | expropriante doit déposer les suppléments d'indemnité d'expropriation |
| bepaalt waarbinnen de onteigenende overheid dient over te gaan tot | à la Caisse des Dépôts et Consignations et notifier à l'exproprié, par |
| storting van de aanvullende onteigeningsvergoedingen in de Deposito- | lettre recommandée, le jugement d'expropriation et le certificat de |
| en Consignatiekas en tot kennisgeving aan de onteigende van het | dépôt, et l'article 16 de la loi du 26 juillet 1962 sur les |
| onteigeningsvonnis en van deze storting bij aangetekend schrijven en | |
| artikel 16 van die wet hetwelk de termijn tot herziening van de | expropriations, qui fixe le délai de révision de l'indemnité |
| onteigeningsvergoeding bepaalt, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet | d'expropriation, violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution, |
| afzonderlijk beschouwd of in samenhang gelezen met artikel 6 van het | lus isolément ou en combinaison avec l'article 6 de la Convention de |
| Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele | sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales (CEDH), |
| vrijheden (EVRM), ondertekend te Rome d.d. 4 november 1950 en | signée à Rome le 4 novembre 1950 et approuvée par la loi du 13 mai |
| goedgekeurd bij wet van 13 mei 1955 alsmede artikel 26 van het | 1955, et avec l'article 26 du Pacte international relatif aux droits |
| Internationale Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten | civils et politiques (PIDCP), approuvé par la loi du 15 mai 1981, si |
| (BUPO-Verdrag), goedgekeurd bij wet van 15 mei 1981 wanneer artikel | les articles 15, alinéas 1er et 2, et 16 de la loi du 26 juillet 1962 |
| 15, eerste en tweede lid, en artikel 16, van de onteigeningswet in die | sur les expropriations sont interprétés en ce sens qu'une action en |
| zin worden gelezen dat de termijn tot het instellen van een vordering | révision de l'indemnité d'expropriation doit, sous peine de |
| tot herziening der onteigeningsvergoeding op straffe van verval dient | forclusion, être intentée dans les deux mois à dater de la |
| te worden ingesteld binnen de twee maanden na de kennisgeving | notification visée à l'article 15, alinéa 2, qui doit être faite dans |
| overeenkomstig artikel 15, tweede lid, hetwelk binnen de termijn van | les dix jours qui suivent le dépôt à la Caisse des Dépôts et |
| 10 dagen dient te volgen op de storting in de Deposito- en | Consignations, lequel dépôt doit lui-même, conformément à l'article |
| Consignatiekas overeenkomstig artikel 15, eerste lid, van de | 15, alinéa 1er, de la loi du 26 juillet 1962 sur les expropriations, |
| onteigeningswet, welke zelf binnen de maand na het tussengekomen | être effectué dans le mois du jugement d'expropriation, mais sans que |
| onteigeningsvonnis dient te worden uitgevoerd, doch zonder dat deze | ces derniers délais visés à l'article 15, alinéas 1er et 2, de la loi |
| laatste termijnen overeenkomstig artikel 15, eerste en tweede lid, van | du 26 juillet 1962 sur les expropriations soient eux-mêmes prescrits à |
| de onteigeningswet zelf op straffe van verval zijn voorgeschreven ? ». | peine de forclusion ? ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| Wat de in het geding zijnde bepalingen betreft | Quant aux dispositions litigieuses |
| B.1.1. Artikel 15 van de wet van 26 juli 1962 betreffende de | B.1.1. L'article 15 de la loi du 26 juillet 1962 relative à la |
| rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake de onteigeningen | procédure d'extrême urgence en matière d'expropriation pour cause |
| ten algemenen nutte (hierna : de onteigeningswet) bepaalt : | d'utilité publique (ci-après : la loi d'expropriation) dispose : |
| « Krachtens het vonnis, en zonder dit te moeten doen betekenen, stort | « En vertu du jugement et sans qu'il soit besoin de le faire |
| de onteigenaar, binnen een maand na de uitspraak van het vonnis, in de | signifier, l'expropriant dépose à la Caisse des Dépôts et |
| Deposito- en Consignatiekas het bedrag van de voorlopige vergoeding | Consignations dans le mois du prononcé du jugement, le montant de |
| dat het bedrag van de provisionele vergoeding te boven gaat. | l'indemnité provisoire qui excède celui de l'indemnité provisionnelle. |
| Binnen tien dagen na die storting zendt hij aan de verwerende of als | Dans les dix jours qui suivent le dépôt, il adresse aux parties |
| tussenkomend erkende partijen een afschrift van : | défenderesses ou reçues intervenantes, une copie : |
| 1° het vonnis, dat het bedrag van de voorlopige vergoeding vaststelt; | 1° du jugement fixant le montant de l'indemnité provisoire; |
| 2° het bewijs van storting van de aanvullende vergoeding in de | 2° du certificat de dépôt à la Caisse des Dépôts et Consignations du |
| Deposito- en Consignatiekas. | supplément d'indemnité. |
| Bij gebreke daaraan kan de onteigende krachtens hetzelfde vonnis eisen | A défaut, l'exproprié peut, en vertu du même jugement, exiger que |
| dat de onteigenaar het gebruik van het onroerend goed schorst. | l'expropriant suspende l'occupation de l'immeuble. |
| [...] ». | [...] ». |
| B.1.2. Artikel 16 van dezelfde wet bepaalt : | B.1.2. L'article 16 de cette même loi énonce : |
| « De voorlopige vergoedingen die de rechter heeft toegekend, worden | « Les indemnités provisoires allouées par le juge deviennent |
| onherroepelijk, indien binnen twee maanden na de verzending van de in | définitives, si dans les deux mois de la date de l'envoi des |
| artikel 15, 2de lid, bedoelde stukken, geen van de partijen de | documents, prévu à l'article 15, alinéa 2, aucune des parties n'en a |
| herziening ervan heeft aangevraagd voor de rechtbank van eerste aanleg. | demandé la révision devant le tribunal de première instance. |
| De vordering tot herziening kan ook gegrond zijn op de | |
| onregelmatigheid van de onteigening. Zij wordt door de rechtbank | L'action en révision peut être également fondée sur l'irrégularité de |
| behandeld overeenkomstig de regels van het Wetboek van burgerlijke | l'expropriation. Elle est instruite par le tribunal conformément aux |
| rechtsvordering ». | règles du Code de procédure civile ». |
| B.2. De prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of de | B.2. La question préjudicielle invite la Cour à dire si les articles |
| artikelen 15, eerste en tweede lid, en 16 van de onteigeningswet | 15, alinéas 1er et 2, et 16 de la loi d'expropriation sont compatibles |
| bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan | avec les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés ou non avec |
| niet in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor | l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme et avec |
| de Rechten van de Mens en met artikel 26 van het Internationaal | l'article 26 du Pacte international relatif aux droits civils et |
| Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, wanneer de twee | politiques, en tant que les deux délais précités, fixés par l'article |
| voormelde termijnen van artikel 15 worden beschouwd als termijnen van | 15, sont considérés comme des délais d'ordre, alors que le délai fixé |
| orde, terwijl de termijn van artikel 16 wordt beschouwd als een | par l'article 16 est considéré comme un délai de forclusion. |
| vervaltermijn. | |
| Wat het verzoek tot herformulering van de prejudiciële vraag betreft | Quant à la demande de reformulation de la question préjudicielle |
| B.3.1. De verwerende partijen voor de verwijzende rechter vragen dat, | B.3.1. Les parties défenderesses devant le juge a quo demandent qu'en |
| op grond van artikel 27, § 2, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 | vertu de l'article 27, § 2, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| op het Arbitragehof, de prejudiciële vraag in die zin zou worden | la Cour d'arbitrage, la question préjudicielle soit reformulée en ce |
| geherformuleerd dat ook wordt nagegaan of de in het geding zijnde | sens que la Cour vérifie également si les dispositions litigieuses |
| bepalingen bestaanbaar zijn met artikel 16 van de Grondwet, al dan | sont compatibles avec l'article 16 de la Constitution, combiné ou non |
| niet in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend | avec l'article 1er du Premier Protocole additionnel à la Convention |
| Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en met | européenne des droits de l'homme et avec le principe de la sécurité |
| het rechtszekerheidsbeginsel. | juridique. |
| B.3.2. De partijen voor het Hof vermogen niet de draagwijdte van de | B.3.2. Devant la Cour, les parties ne peuvent modifier ou faire |
| door de verwijzende rechter gestelde prejudiciële vraag te wijzigen of | modifier la portée de la question préjudicielle posée par le juge a |
| te laten wijzigen. Op het verzoek van de verwerende partijen kan | quo. Il ne peut dès lors être accédé à la demande des parties |
| bijgevolg niet worden ingegaan. | défenderesses. |
| Ten gronde | Quant au fond |
| B.4.1. Volgens de Ministerraad zouden de verplichtingen die | B.4.1. Selon le Conseil des ministres, les obligations qui découlent |
| voortvloeien uit artikel 15 van de onteigeningswet, enerzijds, en uit | de l'article 15 de la loi d'expropriation, d'une part, et de l'article |
| artikel 16 van die wet, anderzijds, niet vergelijkbaar zijn. | 16 de cette loi, d'autre part, ne seraient pas comparables. |
| B.4.2. Ook al worden de termijnen van artikel 15 als termijnen van | B.4.2. Même si les délais de l'article 15 sont considérés comme des |
| orde beschouwd, terwijl de termijn van artikel 16 als een | délais d'ordre, alors que le délai de l'article 16 est considéré comme |
| vervaltermijn wordt beschouwd, is dat verschil evenwel niet van die | un délai de forclusion, cette différence n'est toutefois pas telle que |
| aard dat de personen die die voormelde termijnen in acht moeten nemen | les personnes qui doivent respecter ces délais ne seraient pas |
| niet vergelijkbaar zouden zijn wat de toepassing ervan betreft. | comparables en ce qui concerne leur application. |
| B.5.1. Doordat de in artikel 15, eerste en tweede lid, van de | B.5.1. Du fait que les délais que doit respecter l'autorité |
| onteigeningswet bepaalde termijnen die de onteigenende overheid in | expropriante, fixés à l'article 15, alinéas 1er et 2, de la loi |
| d'expropriation, sont considérés comme des délais d'ordre, l'autorité | |
| acht moet nemen, als termijnen van orde worden beschouwd bepaalt de | expropriante détermine dès lors aussi le point de départ du délai fixé |
| onteigenende overheid aldus ook de aanvang van de in artikel 16 van | à l'article 16 de cette loi pour intenter l'action en révision de |
| die wet bepaalde termijn voor het instellen van de vordering tot | |
| herziening van de voorlopige onteigeningsvergoeding. Dit zou ertoe | l'indemnité provisoire d'expropriation. Ceci pourrait impliquer que |
| kunnen leiden dat de onteigende lange tijd in rechtsonzekerheid | l'exproprié se trouve longtemps dans une situation d'insécurité |
| verkeert over de uiteindelijke omvang van de onteigeningsvergoeding. | juridique quant au montant définitif de l'indemnité d'expropriation. |
| B.5.2. Wanneer de onteigenende overheid evenwel nalaat binnen de in | B.5.2. Toutefois, lorsque l'autorité expropriante omet, dans les |
| artikel 15, eerste en tweede lid, bepaalde termijnen het bedrag van de | délais fixés à l'article 15, alinéas 1er et 2, de déposer à la Caisse |
| voorlopige vergoeding dat het bedrag van de provisionele vergoeding te | des Dépôts et Consignations le montant de l'indemnité provisoire qui |
| boven gaat in de Deposito- en Consignatiekas te storten of het vonnis | excède le montant de l'indemnité provisionnelle ou d'adresser une |
| dat het bedrag van de voorlopige vergoeding vaststelt of het bewijs | copie du jugement qui fixe le montant de l'indemnité provisoire ou le |
| van de storting van de aanvullende vergoeding toe te zenden, kan de | certificat de dépôt du supplément d'indemnité, l'exproprié peut exiger |
| onteigende eisen dat de onteigenende overheid het gebruik van het | que l'autorité expropriante suspende l'occupation de l'immeuble |
| onroerend goed schorst (artikel 15, derde lid, van de | (article 15, alinéa 3, de la loi d'expropriation). |
| onteigeningswet). Door die bijzondere sanctie te bepalen heeft de wetgever willen | En prévoyant cette sanction particulière, le législateur a entendu |
| afwijken, zowel van de sanctie wegens onregelmatigheid van de | déroger tant à la sanction prévue, en cas d'irrégularité de |
| onteigening waarin is voorzien bij artikel 16, tweede lid, van de | l'expropriation, par l'article 16, alinéa 2, de la loi |
| onteigeningswet, zijnde een vordering tot herziening van de | d'expropriation, à savoir une action en révision de l'expropriation, |
| onteigening, als van de sanctie van de ontbinding, overeenkomstig de | qu'à la sanction de la résolution établie, en cas de manquement de |
| algemene regel van artikel 1184 van het Burgerlijk Wetboek, voor het | l'une des deux parties à ses engagements, par la règle générale de |
| geval dat een van beide partijen haar verbintenis niet nakomt (Cass., 29 april 1966, Pas., 1966, I, p. 1094). | l'article 1184 du Code civil (Cass., 29 avril 1966, Pas., 1966, I, p. 1094). |
| B.5.3. De bij artikel 15, derde lid, van de onteigeningswet bepaalde | B.5.3. La sanction prévue par l'article 15, alinéa 3, de la loi |
| sanctie is voor de onteigende een effectief rechtsmiddel tegen de | d'expropriation constitue, pour l'exproprié, une voie de droit |
| nalatige onteigenende overheid. Aan die sanctie kan bovendien enkel | effective contre l'autorité expropriante négligente. En outre, il ne |
| een einde worden gemaakt wanneer de onteigenende overheid de | peut être mis fin à cette sanction que lorsque l'autorité expropriante |
| aanvullende vergoeding stort en het bewijs van die storting aan de | dépose le supplément d'indemnité et adresse le certificat de ce dépôt |
| onteigende toezendt. | à l'exproprié. |
| B.5.4. Bovendien kan de onteigende aan de rechter in kort geding | B.5.4. En outre, l'exproprié peut demander au juge des référés |
| vragen een dwangsom op te leggen aan de onteigenende overheid, wanneer | d'imposer une astreinte à l'autorité expropriante lorsque celle-ci ne |
| deze niet binnen de in artikel 15 vermelde termijnen voldoet aan de | satisfait pas, dans les délais fixés à l'article 15, aux obligations |
| verplichtingen die erin vervat zijn (Cass., 9 september 1988, Arr. | contenues dans cet article (Cass., 9 septembre 1988, Pas., 1989, I, p. |
| Cass, 1988-1989, p. 26). | 22). |
| B.5.5. Gelet op de beschreven rechtsmiddelen waarover de onteigende | B.5.5. Eu égard aux voies de droit précitées dont dispose l'exproprié |
| lorsque l'autorité expropriante ne respecte pas les délais fixés à | |
| beschikt wanneer de onteigenende overheid de in artikel 15 van de | l'article 15 de la loi d'expropriation, la différence de traitement |
| onteigeningswet vermelde termijnen niet naleeft, is het verschil in | |
| behandeling dat ontstaat doordat die termijnen worden beschouwd als | qui est établie du fait que ces délais sont considérés comme des |
| termijnen van orde, terwijl de termijn in artikel 16 van diezelfde wet | délais d'ordre, alors que le délai prévu à l'article 16 de cette même |
| op straffe van verval is voorgeschreven, redelijk verantwoord. | |
| B.5.6. De toetsing van de in het geding zijnde bepalingen aan artikel | loi est prescrit à peine de déchéance, est raisonnablement justifiée. |
| 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en aan artikel | B.5.6. Le contrôle des dispositions en cause au regard de l'article 6 |
| 26 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke | de la Convention européenne des droits de l'homme et de l'article 26 |
| du Pacte international relatif aux droits civils et politiques, | |
| rechten, in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 van de | combinés avec les articles 10 et 11 de la Constitution, ne conduit pas |
| Grondwet, leidt niet tot een ander besluit. | à une autre conclusion. |
| B.6. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.6. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| De artikelen 15, eerste en tweede lid, en 16 van de wet van 26 juli | Les articles 15, alinéas 1er et 2, et 16 de la loi du 26 juillet 1962 |
| 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden | relative à la procédure d'extrême urgence en matière d'expropriation |
| inzake de onteigeningen ten algemenen nutte schenden niet de artikelen | |
| 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel | pour cause d'utilité publique ne violent pas les articles 10 et 11 de |
| 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en met artikel | la Constitution, combinés ou non avec l'article 6 de la Convention |
| 26 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke | européenne des droits de l'homme et avec l'article 26 du Pacte |
| rechten. | international relatif aux droits civils et politiques. |
| Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 5 december 2006. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 5 décembre 2006. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
| De voorzitter, | Le président, |
| A. Arts. | A. Arts. |