← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 162/2006 van 8 november 2006 Rolnummer 3848 In zake :
de prejudiciële vragen betreffende artikel 289bis, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen
1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te An Het Arbitragehof, samengesteld
uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 162/2006 van 8 november 2006 Rolnummer 3848 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 289bis, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te An Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...) | Extrait de l'arrêt n° 162/2006 du 8 novembre 2006 Numéro du rôle : 3848 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 289bis, § 2, du Code des impôts sur les revenus 1992, posées par le Tribunal de première instance d'A La Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. Martens, R.(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 162/2006 van 8 november 2006 | Extrait de l'arrêt n° 162/2006 du 8 novembre 2006 |
Rolnummer 3848 | Numéro du rôle : 3848 |
In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 289bis, § 2, van | En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 289bis, |
het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de | § 2, du Code des impôts sur les revenus 1992, posées par le Tribunal |
Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen. | de première instance d'Anvers. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters | composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. |
P. Martens, R. Henneuse, E. De Groot, A. Alen en J.-P. Moerman, | Martens, R. Henneuse, E. De Groot, A. Alen et J.-P. Moerman, assistée |
bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Arts, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Arts, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
Bij vonnis van 6 januari 2006 in zake de CVBA Vereycken & Vereycken | Par jugement du 6 janvier 2006 en cause de la SCRL « Vereycken & |
tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het | Vereycken » contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au |
Arbitragehof is ingekomen op 16 januari 2006, heeft de Rechtbank van | greffe de la Cour d'arbitrage le 16 janvier 2006, le Tribunal de |
eerste aanleg te Antwerpen de volgende prejudiciële vragen gesteld : | première instance d'Anvers a posé les questions préjudicielles suivantes : |
1. « Schendt artikel 289bis, § 2, WIB92, zoals ingevoegd door artikel | 1. « L'article 289bis, § 2, du C.I.R. 1992, inséré par l'article 15 de |
15 van de wet van 20 december 1995 houdende fiscale, financiële en | la loi du 20 décembre 1995 portant des dispositions fiscales, |
diverse bepalingen, en gewijzigd bij artikel 28 van de wet van 4 mei | financières et diverses et modifié par l'article 28 de la loi du 4 mai |
1999 houdende diverse fiscale bepalingen, het gelijkheidsbeginsel | 1999 portant des dispositions fiscales diverses, viole-t-il le |
zoals verwoord in de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, doordat | principe d'égalité formulé aux articles 10, 11 et 172 de la |
[...] vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van een | Constitution en ce que les sociétés qui répondent aux caractéristiques |
K.M.O., maar een belastbare winst behalen die meer bedraagt dan het | d'une P.M.E. mais qui réalisent un bénéfice imposable supérieur au |
grensbedrag in artikel 215 WIB92, worden uitgesloten van de toepassing | montant limite fixé à l'article 215 du C.I.R. 1992 sont exclues de |
van het belastingkrediet, terwijl vennootschappen die eveneens | l'application du crédit d'impôt, alors que les sociétés qui répondent |
beantwoorden aan de kenmerken van een K.M.O., maar waarvan de | également aux caractéristiques d'une P.M.E. mais dont le bénéfice |
belastbare winst niet meer bedraagt dan het grensbedrag in artikel 215 | imposable n'est pas supérieur au montant limite fixé à l'article 215 |
WIB92, wel kunnen genieten van het belastingkrediet van artikel | du C.I.R. 1992 peuvent, elles, bénéficier du crédit d'impôt de |
289bis, § 2, WIB92 ? »; | l'article 289bis, § 2, du C.I.R. 1992 ? »; |
2. « Schendt artikel 289bis, § 2, WIB92, zoals ingevoegd door artikel | 2. « L'article 289bis, § 2, du C.I.R. 1992, inséré par l'article 15 de |
15 van de wet van 20 december 1995 houdende fiscale, financiële en | la loi du 20 décembre 1995 portant des dispositions fiscales, |
diverse bepalingen, en gewijzigd bij artikel 28 van de wet van 4 mei | financières et diverses et modifié par l'article 28 de la loi du 4 mai |
1999 houdende diverse fiscale bepalingen, het gelijkheidsbeginsel | 1999 portant des dispositions fiscales diverses, viole-t-il le |
zoals verwoord in de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, doordat | principe d'égalité formulé aux articles 10, 11 et 172 de la |
[...] vennootschappen die niet beantwoorden aan de kenmerken van een | Constitution en ce que les sociétés qui ne répondent pas aux |
K.M.O., maar een belastbare winst behalen die niet meer bedraagt dan | caractéristiques d'une P.M.E. mais qui réalisent un bénéfice imposable |
het grensbedrag in artikel 215 WIB92, kunnen genieten van de | qui n'est pas supérieur au montant limite fixé à l'article 215 du |
C.I.R. 1992, peuvent bénéficier de l'application du crédit d'impôt, | |
toepassing van het belastingkrediet, terwijl vennootschappen die wel | alors que les sociétés qui répondent aux caractéristiques d'une P.M.E. |
beantwoorden aan de kenmerken van een K.M.O., maar waarvan de | mais dont le bénéfice imposable est supérieur au montant limite fixé à |
belastbare winst meer bedraagt dan het grensbedrag in artikel 215 | l'article 215 du C.I.R. 1992, sont exclues du crédit d'impôt de |
WIB92, worden uitgesloten van het belastingkrediet van artikel 289bis, § 2, WIB92 ? ». | l'article 289bis, § 2, du C.I.R. 1992 ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Bij het Hof worden door de verwijzende rechter twee prejudiciële | B.1. La Cour est saisie par le juge a quo de deux questions |
vragen aanhangig gemaakt. | préjudicielles. |
De eerste heeft betrekking op de vraag of artikel 289bis, § 2, van het | La première porte sur le point de savoir si l'article 289bis, § 2, du |
Wetboek van de inkomstenbelastingen (hierna : WIB 1992), zoals | Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : C.I.R. 1992), inséré |
ingevoegd bij artikel 15 van de wet van 20 december 1995 houdende | par l'article 15 de la loi du 20 décembre 1995 portant des |
fiscale, financiële en diverse bepalingen, en gewijzigd bij artikel 28 | dispositions fiscales, financières et diverses et modifié par |
van de wet van 4 mei 1999 houdende diverse fiscale bepalingen, niet | l'article 28 de la loi du 4 mai 1999 portant des dispositions fiscales |
strijdig is met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, doordat | diverses, n'est pas contraire aux articles 10, 11 et 172 de la |
vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van kleine en | Constitution en ce que les sociétés qui répondent aux caractéristiques |
middelgrote ondernemingen (hierna : K.M.O.), maar een belastbare winst | des petites et moyennes entreprises (ci-après : P.M.E.) mais qui |
behalen die meer bedraagt dan het grensbedrag in artikel 215, tweede | réalisent un bénéfice imposable supérieur au montant limite fixé à |
lid, van het WIB 1992, worden uitgesloten van de toepassing van het | l'article 215, alinéa 2, du C.I.R. 1992 sont exclues de l'application |
belastingkrediet, terwijl vennootschappen die eveneens beantwoorden | |
aan de kenmerken van een K.M.O., maar waarvan de belastbare winst niet | du crédit d'impôt, alors que les sociétés qui répondent également aux |
meer bedraagt dan het grensbedrag in artikel 215, tweede lid, van het | caractéristiques d'une P.M.E. mais dont le bénéfice imposable n'est |
WIB 1992, wel het belastingkrediet van artikel 289bis, § 2, van het | pas supérieur au montant limite fixé à l'article 215, alinéa 2, du |
WIB 1992 kunnen genieten. | C.I.R. 1992 peuvent, elles, bénéficier du crédit d'impôt de l'article |
289bis, § 2, du C.I.R. 1992. | |
In de tweede prejudiciële vraag wordt het Hof gevraagd naar de | La seconde question préjudicielle interroge la Cour sur la violation |
mogelijke schending van de voormelde grondwettelijke bepalingen door | éventuelle des dispositions constitutionnelles précitées par la |
de in het geding zijnde bepaling, in zoverre die tot gevolg zou hebben | disposition en cause en ce qu'elle aurait pour effet de permettre aux |
dat de vennootschappen die niet beantwoorden aan de kenmerken van een | sociétés qui ne répondent pas aux caractéristiques d'une P.M.E. mais |
K.M.O. maar een belastbare winst behalen die niet meer bedraagt dan | qui réalisent un bénéfice imposable qui n'est pas supérieur au montant |
het grensbedrag in artikel 215, tweede lid, van het WIB 1992, de | limite fixé à l'article 215, alinéa 2, du C.I.R. 1992, de bénéficier |
toepassing van het belastingkrediet kunnen genieten, terwijl | de l'application du crédit d'impôt, alors que les sociétés qui |
vennootschappen die wel beantwoorden aan de kenmerken van een K.M.O., | répondent aux caractéristiques d'une P.M.E. mais dont le bénéfice |
maar waarvan de belastbare winst meer bedraagt dan het grensbedrag in | imposable est supérieur au montant limite fixé à l'article 215, alinéa |
artikel 215, tweede lid, van het WIB 1992, worden uitgesloten van het | 2, du C.I.R. 1992, sont exclues du crédit d'impôt de l'article 289bis, |
belastingkrediet van artikel 289bis, § 2, van het WIB 1992. | § 2, du C.I.R. 1992. |
Wat de eerste prejudiciële vraag betreft | En ce qui concerne la première question préjudicielle |
B.2.1. De eerste prejudiciële vraag betreft artikel 289bis, § 2, van | B.2.1. La première question préjudicielle concerne l'article 289bis, § |
het WIB 1992, zoals ingevoegd bij artikel 15 van de wet van 20 | 2, du C.I.R. 1992, inséré par l'article 15 de la loi du 20 décembre |
december 1995 houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen en | 1995 portant des dispositions fiscales, financières et diverses et |
gewijzigd bij artikel 28 van de wet van 4 mei 1999 houdende diverse | remplacé par l'article 28 de la loi du 4 mai 1999 portant des |
fiscale bepalingen. Die bepaling, zoals toegepast in het geschil voor | dispositions fiscales diverses. Cette disposition, telle qu'elle est |
de verwijzende rechter luidt : | appliquée au litige devant le juge a quo, énonce : |
« § 2. Met de overeenkomstig artikel 215, tweede lid, berekende | « § 2. Il est imputé sur l'impôt des sociétés calculé conformément à |
vennootschapsbelasting wordt een belastingkrediet verrekend van 7,5 %, | l'article 215, alinéa 2, un crédit d'impôt de 7,5 %, avec un maximum |
met een maximum van 19.850 EUR, van het positieve verschil tussen : | de 19.850 euros, de la différence positive entre : |
- het in geld gestorte kapitaal op het einde van het belastbare | - le capital libéré en numéraire à la fin de la période imposable; |
tijdperk; - en het hoogste bedrag van het op het einde van enig belastbaar | - et le montant le plus élevé du capital libéré en numéraire à la fin |
tijdperk in geld gestorte kapitaal dat vroeger werd weerhouden om het | d'une période imposable quelconque qui a été retenu antérieurement |
verlenen van het belastingkrediet te bepalen, of bij het ontbreken | pour déterminer l'octroi du crédit d'impôt, ou à défaut le montant le |
daarvan het op het einde van één van de drie voorafgaande belastbare | plus élevé atteint par celui-ci à la fin de l'une des trois périodes |
tijdperken bereikte hoogste bedrag ervan. | imposables antérieures. |
In geval van overdracht door de aandeelhouders, bestuurders, zaakvoerders of vennoten van de vennootschap-cessionaris van hetzij goederen die voorheen werden aangewend voor hun beroepswerkzaamheid, hetzij aandelen die deel uitmaken van hun vermogen, hetzij goederen die hebben toebehoord aan een vennootschap waarvan zij aandeelhouders, bestuurders, zaakvoerders of vennoten zijn of geweest zijn, wordt enkel het bedrag van het in geld gestorte kapitaal dat de overdrachtprijs overschrijdt in aanmerking genomen voor de toepassing van het eerste lid. Hetgeen voorafgaat is eveneens van toepassing op de overdracht gedaan door een natuurlijke of rechtspersoon die in eigen naam maar voor | En cas de cession par les actionnaires, les administrateurs, les gérants ou les associés de la société cessionnaire, soit de biens affectés auparavant à l'exercice de leur activité professionnelle, soit d'actions ou parts faisant partie de leur patrimoine, soit de biens ayant appartenu à une société dont ils sont ou étaient actionnaires, administrateurs, gérants ou associés, seul le montant du capital libéré en numéraire qui excède le prix de la cession, est pris en considération pour l'application de l'alinéa 1er. Ce qui précède s'applique également à la cession faite par une personne physique ou morale agissant en son nom propre mais pour le |
rekening van een hiervoor vermelde persoon handelt ». | compte d'une personne visée ci-avant ». |
B.2.2. Artikel 289bis, § 2, van het WIB 1992 is bij artikel 15 van de | B.2.2. L'article 289bis, § 2, du C.I.R. 1992 a été abrogé par |
wet van 22 juni 2005 tot invoering van een belastingaftrek voor | l'article 15 de la loi du 22 juin 2005 instaurant une déduction |
risicokapitaal opgeheven. Die opheffing, die pas in werking treedt | fiscale pour capital à risque. Cette abrogation, qui n'entre en |
vanaf het aanslagjaar 2007, is zonder belang voor de onderhavige zaak. | vigueur qu'à partir de l'exercice d'imposition 2007, est sans intérêt |
pour la présente affaire. | |
B.3. Met artikel 289bis, § 2, van het WIB 1992 voerde de wetgever een | B.3. En adoptant l'article 289bis, § 2, du C.I.R. 1992, le législateur |
nieuw stelsel van belastingkrediet in met als doel « de | instaurait un nouveau système de crédit d'impôt destiné « à favoriser |
autofinanciering van de kleine en middelgrote ondernemingen te | l'autofinancement des petites et moyennes entreprises » (Doc. parl., |
begunstigen » (Parl. St., Kamer, 1995-1996, nr. 208/1, p. 2) en aldus | Chambre, 1995-1996, n° 208/1, p. 2) et a apporté ainsi une réponse à « |
een antwoord te bieden op « een aanbeveling van de Europese Commissie | une recommandation de la Commission européenne qui invite les Etats |
waarin de lidstaten worden verzocht de toename van het eigen vermogen van de K.M.O.'s aan te moedigen ». | membres à encourager l'accroissement des fonds propres des P.M.E. ». |
Tijdens de parlementaire voorbereiding wordt verklaard : | Selon les travaux préparatoires : |
« Het reserveren van winst geeft reeds aanleiding tot toepassing van | « La mise en réserve des bénéfices tombe déjà sous l'avantage des taux |
progressieve verlaagde tarieven inzake vennootschapsbelasting. Enkel | |
de inbrengen van nieuw kapitaal dienden nog te worden aangemoedigd. | réduits progressifs de l'impôt des sociétés. Il restait à encourager |
Dit is het doel van de maatregel » (Parl. St., Senaat, 1995-1996, nr. | les apports nouveaux de capitaux. C'est l'objet de la présente mesure |
1-187/4, p. 8) ». | » (Doc. parl., Sénat, 1995-1996, n° 1-187/4, p. 8). |
De Regering was van mening « dat de kleine en middelgrote | Le Gouvernement a estimé déterminant le « rôle [...] que peuvent jouer |
ondernemingen een beslissende rol kunnen spelen in het kader van de | les petites et moyennes entreprises dans le cadre de la relance de |
heropleving van de economische activiteit en van de werkgelegenheid » | l'activité économique et de l'emploi » (Doc. parl., Chambre, |
(Parl. St., Kamer, 1995-1996, nr. 208/1, p. 2). | 1995-1996, n° 208/1, p. 2). |
In de parlementaire voorbereiding wordt verder toegelicht : | Les travaux préparatoires précisent que : |
« Dit is de reden waarom de regering meent dat het aangewezen is de | « C'est la raison pour laquelle le gouvernement estime qu'il s'indique |
autofinanciering van deze ondernemingen te begunstigen en dit zowel in | de favoriser l'autofinancement de ces entreprises et ce tant dans le |
hoofde van individuele ondernemingen (handels-, nijverheids- of | chef des entreprises individuelles (entreprises commerciales, |
landbouwondernemingen, vrij beroepen, ...) als in hoofde van bepaalde | industrielles ou agricoles, professions libérales,...) que dans le |
vennootschappen (vennootschappen die recht hebben op de toepassing van | chef de certaines sociétés (sociétés bénéficiant de l'application des |
de verlaagde tarieven in de vennootschapsbelasting) » (ibid. ). | taux réduits à l'impôt de sociétés) » (ibid. ). |
B.4.1. De in het geding zijnde bepaling geldt uitsluitend voor die | B.4.1. La disposition en cause concerne exclusivement les sociétés |
vennootschappen waarvan de vennootschapsbelasting daadwerkelijk wordt | dont l'impôt des sociétés est effectivement calculé conformément à |
berekend overeenkomstig artikel 215, tweede lid, van het WIB 1992, | l'article 215, alinéa 2, du C.I.R. 1992, c'est-à-dire conformément au |
zijnde overeenkomstig het verlaagd tarief inzake | taux réduit en matière d'impôt des sociétés. |
vennootschapsbelasting. | |
Artikel 215, tweede lid, van het WIB 1992, zoals toegepast in het | L'article 215, alinéa 2, du C.I.R. 1992, tel qu'il est appliqué au |
geschil voor de verwijzende rechter, luidt : | litige pendant devant le juge a quo, dispose : |
« Wanneer het belastbare inkomen niet meer dan 323.750 EUR bedraagt, | « Lorsque le revenu imposable n'excède pas 323.750 EUR, l'impôt est |
wordt de belasting evenwel als volgt vastgesteld : | toutefois fixé comme suit : |
1° Op de schijf van 0 tot 25.000 EUR : 28 pct.; | 1° sur la tranche de 0 à 25.000 EUR : 28 p.c.; |
2° Op de schijf van 25.000 EUR tot 89.500 EUR : 36 pct.; | 2° sur la tranche de 25.000 EUR à 89.500 EUR : 36 p.c.; |
3° Op de schijf van 89.500 EUR tot 323.750 EUR : 41 pct. ». | 3° sur la tranche de 89.500 EUR à 323.750 EUR : 41 p.c. ». |
Enkel vennootschappen waarvan de jaarlijks belastbare winst niet meer | Seules les sociétés dont le bénéfice annuel imposable n'excède pas |
bedraagt dan 323 750 euro en die niet uitdrukkelijk zijn uitgesloten | 323.750 euros et qui ne sont pas explicitement exclues sur la base de |
op basis van artikel 215, derde lid, van het WIB 1992, komen in aanmerking voor het verlaagd tarief inzake vennootschapsbelasting. Enkel zij kunnen de maatregel van het belastingkrediet genieten. B.4.2. De eerste prejudiciële vraag heeft betrekking op dat toepassingscriterium, omdat dit niet op adequate wijze ertoe zou kunnen leiden de K.M.O.'s te onderscheiden van de andere vennootschappen. Aldus zullen vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van een K.M.O. niet in alle gevallen het belastingkrediet genieten maar alleen wanneer de belastbare winst niet meer bedraagt dan het grensbedrag bepaald in artikel 215, tweede lid, van het WIB 1992. B.5.1. In het kader van de doelstelling zoals beschreven in B.3 heeft de wetgever : | l'article 215, alinéa 3, du C.I.R. 1992 peuvent prétendre au taux réduit de l'impôt des sociétés. Seules ces sociétés peuvent bénéficier de la mesure du crédit d'impôt. B.4.2. La première question préjudicielle porte sur ce critère d'application parce que celui-ci ne permettrait pas de distinguer adéquatement les P.M.E. des autres entreprises. C'est ainsi que les sociétés qui répondent aux caractéristiques d'une P.M.E. ne bénéficieront pas dans tous les cas du crédit d'impôt, mais seulement lorsque le bénéfice imposable n'excède pas le plafond fixé par l'article 215, alinéa 2, du C.I.R. 1992. B.5.1. Dans le cadre de l'objectif décrit en B.3, le législateur : |
« met ingang van het aanslagjaar 1997, [...] aan de vennootschappen | « à partir de l'exercice d'imposition 1997, [a] accordé aux sociétés |
die recht hebben op de in artikel 215, tweede lid, W.I.B. 1992 | qui bénéficient des taux réduits visés à l'article 215, alinéa 2, CIR |
vermelde verlaagde tarieven, een nieuw fiscaal voordeel verleend dat | |
verbonden is met de toename van het eigen vermogen en dat de vorm | 92, un avantage fiscal nouveau lié à l'accroissement des fonds |
aanneemt van een belastingkrediet van 7,5 %, met een maximum van 800 | propres, sous la forme d'un crédit d'impôt de 7,5 %, avec un maximum |
000 frank. Met de toename van het eigen vermogen wordt de verhoging | de 800.000 francs. Par accroissement des fonds propres, on entend |
bedoeld van het in geld gestorte maatschappelijke kapitaal op het | l'augmentation du capital social libéré en numéraire à la fin de la |
einde van het belastbare tijdperk, ten opzichte van het hoogste bedrag | période imposable par rapport au montant le plus élevé atteint par le |
bereikt door het in geld gestorte kapitaal op het einde van één van de | capital libéré en numéraire à la fin d'une des 3 périodes imposables |
drie voorafgaande belastbare tijdperken » (Parl. St., Kamer, 1995-1996, nr. 208/1, pp. 2-3). | précédentes » (Doc. parl., Chambre, 1995-1996, n° 208/1, pp. 2 et 3). |
Dat belastingkrediet is verrekenbaar met de vennootschapsbelasting. | Ce crédit d'impôt est imputé sur l'impôt des sociétés. Un excédent |
Een eventueel overschot is niet terugbetaalbaar, maar kan worden | éventuel n'est pas restitué mais peut être reporté sur l'impôt des |
overgedragen, om te worden verrekend met de vennootschapsbelasting van | sociétés afférent aux trois exercices d'imposition suivants (article |
de volgende drie aanslagjaren (artikel 292bis van het WIB 1992, zoals | 292bis du C.I.R. 1992, tel qu'il est applicable au litige pendant |
van toepassing in het geschil voor de verwijzende rechter). | devant le juge a quo ). |
B.5.2. De beperking van het belastingkrediet tot de vennootschappen | B.5.2. La limitation du crédit d'impôt aux sociétés qui bénéficient du |
die het verlaagd tarief inzake vennootschapsbelasting genieten, werd | tarif réduit de l'impôt des sociétés a été justifiée par des |
verantwoord door budgettaire bekommernissen : | préoccupations budgétaires : |
« De minister stipt aan dat de geplande maatregel oorspronkelijk, ook | « Le ministre indique qu'au départ, la disposition envisagée |
voor de middelgrote ondernemingen, een veel grotere aansporing was om | présentait un caractère nettement plus incitatif en vue du |
het eigen vermogen te versterken. De weerslag op de begroting moest | renforcement des fonds propres, y compris pour les entreprises |
worden gecompenseerd door de afschaffing van de verlaagde tarieven | moyennes. Son impact budgétaire devait être compensé par la |
voor de vennootschapsbelasting. | suppression des taux réduits à l'impôt des sociétés. |
Zodra de optie voor het behoud van die verlaagde tarieven een feit | A partir du moment où il a été opté pour le maintien de ces taux |
was, werd om voor de hand liggende budgettaire redenen, het | réduits, il a été décidé, pour des raisons budgétaires évidentes, de |
toepassingsgebied van de maatregel beperkt en werd de financiële | restreindre le champ d'application de la mesure et d'en compenser |
weerslag gecompenseerd [...] » (Parl. St., Kamer, 1995-1996, nr. | l'impact financier [...] » (Doc. parl., Chambre, 1995-1996, n° 208/8, |
208/8, p. 27; zie soortgelijke verklaring van de minister in de | p. 27; voir, pour une déclaration similaire du ministre au Sénat, Doc. |
Senaat, Parl. St., Senaat, 1995-1996, nr. 1-187/4, p. 14). | parl, Sénat, 1995-1996, n° 1-187/4, p. 14). |
B.6. Ook al is het gerechtvaardigd dat de wetgever voor de K.M.O.'s in | B.6. S'il est justifié que le législateur prévoie un régime |
een afwijkend stelsel voorziet op grond van de doelstellingen die hij | dérogatoire pour les P.M.E., en fonction des objectifs qu'il poursuit, |
nastreeft, het Hof moet niettemin onderzoeken of het criterium dat hij | la Cour doit néanmoins examiner si le critère qu'il a retenu à cette |
daarvoor gekozen heeft niet een onverantwoord verschil in behandeling | fin ne crée pas une différence de traitement injustifiée. Pour être |
tot gevolg heeft. Om bestaanbaar te zijn met de artikelen 10, 11 en | compatible avec les articles 10, 11 et 172 de la Constitution, le |
172 van de Grondwet moet het criterium waarop het in het geding zijnde | critère sur lequel repose la différence de traitement en cause doit |
verschil in behandeling berust, objectief en pertinent zijn ten | être objectif et pertinent par rapport à l'objet de la mesure |
opzichte van het onderwerp van de betrokken maatregel en het doel dat | |
ermee wordt nagestreefd. | considérée et au but qu'elle poursuit. |
B.7. Het absolute bedrag van de belastbare winst in de loop van een | B.7. Le montant absolu du bénéfice imposable au cours d'un exercice |
welbepaald boekjaar is niet pertinent om na te gaan of het gaat om een | social déterminé n'est pas pertinent pour apprécier s'il s'agit d'une |
vennootschap met de kenmerken van een K.M.O., omdat er K.M.O.'s zijn | société ayant le caractère de P.M.E., puisqu'il y a des P.M.E. qui |
die een belastbare winst behalen die meer bedraagt dan het in artikel | réalisent un bénéfice imposable supérieur au seuil fixé par l'article |
215, tweede lid, van het WIB 1992 vastgestelde grensbedrag zonder dat | 215, alinéa 2, du C.I.R. 1992, sans qu'elles en perdent, pour autant, |
zij daarom niet meer beantwoorden aan de kenmerken van een K.M.O. en | le caractère de P.M.E. et que, par ailleurs, certaines P.M.E., bien |
bovendien sommige K.M.O.'s, hoewel zij een belastbare winst hebben | qu'ayant réalisé un bénéfice imposable inférieur à ce seuil, ne |
verwezenlijkt die minder bedraagt dan dat grensbedrag, niet het | peuvent bénéficier du taux réduit car elles ne remplissent pas les |
verlaagd tarief genieten omdat zij niet voldoen aan de andere | |
voorwaarden van artikel 215 van het WIB 1992. | autres conditions de l'article 215 du C.I.R. 1992. |
B.8. De toepassing van het criterium waarvoor geopteerd werd in de in | B.8. La mise en oeuvre du critère retenu par la disposition en cause |
het geding zijnde bepaling, zal dan ook tot gevolg hebben dat bepaalde | aura donc pour conséquence que certaines P.M.E. ne pourront pas |
K.M.O.'s niet het voordeel van het belastingkrediet kunnen genieten, | |
hoewel zij zich, met betrekking tot de specifieke doelstellingen die | bénéficier de l'avantage du crédit d'impôt, alors qu'elles se |
de wetgever voor hen nastreeft, in een situatie bevinden die | trouvent, par rapport aux objectifs spécifiques poursuivis par le |
soortgelijk is aan die van de K.M.O.'s die wel het belastingkrediet | législateur à leur égard, dans une situation semblable à celle des |
genieten. | P.M.E. qui en bénéficieront. |
B.9. Daaruit volgt dat het gekozen criterium niet pertinent is ten | B.9. Il s'ensuit que le critère retenu n'est pas pertinent au regard |
aanzien van de in B.3 uiteengezette doelstelling om de K.M.O.'s te | de l'objectif exposé au B.3, qui consiste à favoriser les P.M.E., et |
begunstigen en dat artikel 289bis, § 2, van het WIB 1992, in die mate | que, dans cette mesure, l'article 289bis, § 2, du C.I.R. 1992 viole |
de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet schendt. | les articles 10, 11 et 172 de la Constitution. |
Bijgevolg dient de eerste prejudiciële vraag bevestigend te worden | La première question préjudicielle appelle dès lors une réponse |
beantwoord. | affirmative. |
Wat de tweede prejudiciële vraag betreft | En ce qui concerne la seconde question préjudicielle |
B.10. Rekening houdend met het antwoord op de eerste prejudiciële | B.10. Compte tenu de la réponse donnée à la première question |
vraag en de vaststelling in de verwijzingsbeslissing dat niet is | préjudicielle et de la constatation que, dans la décision de renvoi, |
betwist dat de toepassing van de in het geding zijnde maatregel te | il n'est pas contesté que l'application de la disposition en cause |
dezen betrekking heeft op een vennootschap die voldoet aan de | concerne, en l'espèce, une société qui répond aux caractéristiques |
kenmerken van een K.M.O., dient de tweede prejudiciële vraag niet te | d'une P.M.E., il n'y a pas lieu d'examiner la seconde question |
worden onderzocht. | préjudicielle. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
- In zoverre artikel 289bis, § 2, van het Wetboek van de | |
inkomstenbelastingen 1992 ter definiëring van de kleine en middelgrote | - L'article 289bis, § 2, du Code des impôts sur les revenus 1992 viole |
onderneming de maatstaven overneemt die de toepassing regelen van het | les articles 10, 11 et 172 de la Constitution en tant qu'il utilise, |
verlaagd tarief inzake vennootschapsbelasting bedoeld in artikel 215, | en vue de définir les petites et moyennes entreprises, les critères |
tweede lid, van het hetzelfde Wetboek, schendt het de artikelen 10, 11 | qui règlent l'application du taux réduit à l'impôt des sociétés visé à |
en 172 van de Grondwet. | l'article 215, alinéa 2, du même Code. |
- De tweede prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. | - La seconde question préjudicielle n'appelle pas de réponse. |
Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 8 november 2006. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 8 novembre 2006. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De voorzitter, | Le président, |
A. Arts. | A. Arts. |