Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest van --
← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 155/2006 van 18 oktober 2006 Rolnummer 4030 In zake : het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van artikel 27, derde lid, van de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid der schepen, zoals gewijzigd bij de wet van 15 Het Arbitragehof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter A. Arts en de rechters-verslaggeve(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 155/2006 van 18 oktober 2006 Rolnummer 4030 In zake : het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van artikel 27, derde lid, van de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid der schepen, zoals gewijzigd bij de wet van 15 Het Arbitragehof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter A. Arts en de rechters-verslaggeve(...) Extrait de l'arrêt n° 155/2006 du 18 octobre 2006 Numéro du rôle : 4030 En cause : le recours en annulation partielle de l'article 27, alinéa 3, de la loi du 5 juin 1972 sur la sécurité des navires, tel qu'il a été modifié par la loi du 15 La Cour d'arbitrage, chambre restreinte, composée du président A. Arts et des juges-rapporteurs (...)
ARBITRAGEHOF COUR D'ARBITRAGE
Uittreksel uit arrest nr. 155/2006 van 18 oktober 2006 Extrait de l'arrêt n° 155/2006 du 18 octobre 2006
Rolnummer 4030 Numéro du rôle : 4030
In zake : het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van artikel 27, En cause : le recours en annulation partielle de l'article 27, alinéa
derde lid, van de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid der schepen, 3, de la loi du 5 juin 1972 sur la sécurité des navires, tel qu'il a
zoals gewijzigd bij de wet van 15 mei 2006 houdende diverse été modifié par la loi du 15 mai 2006 portant diverses dispositions en
maatregelen inzake vervoer, ingesteld door L. Lamine. matière de transport, introduit par L. Lamine.
Het Arbitragehof, beperkte kamer, La Cour d'arbitrage, chambre restreinte,
samengesteld uit voorzitter A. Arts en de rechters-verslaggevers M. composée du président A. Arts et des juges-rapporteurs M. Bossuyt et
Bossuyt en P. Martens, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, P. Martens, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux,
wijst na beraad het volgende arrest : après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant :
I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging I. Objet du recours et procédure
Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 12 juli 2006 Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 12
ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 13 juli juillet 2006 et parvenue au greffe le 13 juillet 2006, un recours en
2006, heeft L. Lamine, wonende te 3110 Rotselaar, Steenweg op Wezemaal
90, beroep tot gedeeltelijke vernietiging ingesteld van artikel 27, annulation partielle de l'article 27, alinéa 3, de la loi du 5 juin
derde lid, van de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid der schepen, 1972 sur la sécurité des navires, tel qu'il a été modifié par la loi
zoals gewijzigd bij de wet van 15 mei 2006 houdende diverse du 15 mai 2006 portant diverses dispositions en matière de transport
maatregelen inzake vervoer (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 8 juni 2006). (publiée au Moniteur belge du 8 juin 2006), a été introduit par L.
Op 17 juli 2006 hebben de rechters-verslaggevers M. Bossuyt en P. Lamine, demeurant à 3110 Rotselaar, Steenweg op Wezemaal 90.
Martens, met toepassing van artikel 71, eerste lid, van de bijzondere Le 17 juillet 2006, en application de l'article 71, alinéa 1er, de la
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, de voorzitter ervan in loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, les
kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht aan het juges-rapporteurs M. Bossuyt et P. Martens ont informé le président
Hof, zitting houdende in beperkte kamer, voor te stellen een arrest te qu'ils pourraient être amenés à proposer à la Cour, siégeant en
wijzen waarbij vastgesteld wordt dat het beroep tot vernietiging chambre restreinte, de rendre un arrêt constatant que le recours en
klaarblijkelijk niet ontvankelijk is. annulation n'est manifestement pas recevable.
(...) (...)
II. In rechte II. En droit
(...) (...)
B.1. De verzoeker vordert de gedeeltelijke vernietiging van artikel 27 B.1. Le requérant demande l'annulation partielle de l'article 27 de la
van de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid der schepen, zoals loi du 5 juin 1972 sur la sécurité des navires, tel qu'il a été
gewijzigd bij artikel 13 van de wet van 15 mei 2006 houdende diverse modifié par l'article 13 de la loi du 15 mai 2006 portant diverses
maatregelen inzake vervoer (Belgisch Staatsblad , 8 juni 2006). dispositions en matière de transport (Moniteur belge , 8 juin 2006).
B.2. Het bestreden artikel 13 van de wet van 15 mei 2006 bepaalt : B.2. L'article 13 attaqué de la loi du 15 mai 2006 énonce :
« Artikel 27 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 3 mei 1999, « L'article 27 de la même loi, modifié par la loi du 3 mai 1999, est
wordt aangevuld met een derde lid, luidende : complété par un alinéa 3, rédigé comme suit :
' In afwijking van eerste lid zijn, onverminderd de bevoegdheid van de ' Par dérogation à l'alinéa 1er et sans préjudice des pouvoirs des
officieren van gerechtelijke politie, met de opsporing en de officiers de police judiciaire, sont chargés de rechercher et de
vaststelling van de in artikel 21bis bedoelde overtredingen belast, de constater les contraventions visées à l'article 21bis, les
ambtenaren die daartoe speciaal door de Koning worden aangewezen. Zij fonctionnaires spécialement désignés par le Roi à cet effet. Ils
stellen daartoe een proces-verbaal op, dat bewijskracht heeft tot het dressent à cet effet un procès-verbal qui fait foi jusqu'à preuve du
tegenbewijs is geleverd. ' ». contraire. ' ».
B.3. Artikel 21bis van de wet van 5 juni 1972, ingevoegd bij de wet B.3. L'article 21bis de la loi du 5 juin 1972, inséré par la loi du 15
van 15 mei 2006 houdende diverse maatregelen inzake vervoer, luidt : mai 2006 portant diverses dispositions en matière de transport, dispose :
« Wordt bestraft met een gevangenisstraf van zes maand tot één jaar en « Est punie d'un emprisonnement de six mois à un an et d'une amende de
met een geldboete van zesentwintig euro tot drieduizend euro of met vingt-six euros à trois mille euros ou d'une de ces peines seulement,
één van die straffen alleen, ieder die de bepalingen van verordening toute personne qui a contrevenu aux dispositions du règlement (CE) N°
(EG) Nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 725/2004 du Parlement européen et du Conseil du 31 mars 2004 relatif à
2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en l'amélioration de la sûreté des navires et des installations
havenfaciliteiten, alsook de bepalingen van de ter uitvoering van deze
verordening genomen besluiten, heeft overtreden ». portuaires, et des arrêtés pris en exécution de ce règlement ».
B.4. De wet van 5 juni 1972 op de veiligheid der schepen regelt op B.4. La loi du 5 juin 1972 sur la sécurité des navires règle de
algemene wijze de veiligheidsvoorschriften ten aanzien van de schepen manière générale les prescriptions de sécurité à l'égard des navires
bedoeld in de artikelen 2 en 3 van de wet. Het bestreden artikel 27, visés aux articles 2 et 3 de la loi. L'article 27, alinéa 3, entrepris
derde lid, maakt deel uit van de strafbepalingen van hoofdstuk 6 van fait partie des dispositions pénales du chapitre 6 de la loi. Il vise
de wet. Het beoogt de bestraffing van degene die de bepalingen van
verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad à sanctionner celui qui a enfreint les dispositions du règlement (CE)
van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten, alsook de bepalingen van de ter uitvoering van die verordening genomen besluiten, heeft overtreden. De voornaamste doelstelling van die verordening is de invoering en implementatie van de communautaire maatregelen voor verbetering van de beveiliging van de in de internationale handel en voor binnenlands verkeer gebruikte schepen en bijbehorende havenfaciliteiten, tegen het gevaar van opzettelijke ongeoorloofde acties (artikel 1). B.5. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof vereisen dat elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de personen wier situatie door de bestreden norm rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden geraakt; bijgevolg is de actio popularis niet toelaatbaar. B.6. Uit het bij het Hof ingediende verzoekschrift blijkt op geen enkele wijze in welk opzicht de verzoeker rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden geraakt door de bestreden bepaling, die betrekking heeft op de zeer specifieke aangelegenheid van de veiligheid der schepen. Het belang van de verzoeker bij de vernietiging van de bestreden bepaling verschilt niet van het belang dat iedere persoon erbij heeft dat de wettigheid in alle aangelegenheden in acht wordt genomen. B.7. Daaruit volgt dat het beroep klaarblijkelijk onontvankelijk is. Om die redenen, het Hof, beperkte kamer, met eenparigheid van stemmen uitspraak doende, verklaart het beroep tot vernietiging onontvankelijk. Aldus uitgesproken in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 18 oktober 2006. De griffier, P.-Y. Dutilleux. De voorzitter, n° 725/2004 du Parlement européen et du Conseil du 31 mars 2004 relatif à l'amélioration de la sûreté des navires et des installations portuaires, et celles des arrêtés pris en exécution de ce règlement. Le principal objectif de ce règlement est d'instaurer et de mettre en oeuvre des mesures communautaires visant à améliorer la sûreté des navires utilisés dans le commerce international et le trafic national et des installations portuaires associées, face à des menaces d'actions illicites intentionnelles (article 1er). B.5. La Constitution et la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage imposent à toute personne physique ou morale qui introduit un recours en annulation de justifier d'un intérêt. Ne justifient de l'intérêt requis que les personnes dont la situation pourrait être affectée directement et défavorablement par la norme entreprise; il s'ensuit que l'action populaire n'est pas admissible. B.6. La requête introduite auprès de la Cour ne fait aucunement apparaître en quoi le requérant pourrait être affecté directement et défavorablement par la disposition attaquée, qui porte sur la matière très spécifique de la sécurité des navires. L'intérêt du requérant à l'annulation de la disposition critiquée ne se distingue pas de l'intérêt qu'a toute personne au respect de la légalité en toute matière. B.7. Il s'ensuit que le recours est manifestement irrecevable. Par ces motifs, la Cour, chambre restreinte, statuant à l'unanimité des voix, déclare le recours en annulation irrecevable. Ainsi prononcé en langue néerlandaise, en langue française et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 18 octobre 2006. Le greffier, P.-Y. Dutilleux. Le président,
A. Arts. A. Arts.
^