← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 101/2006 van 21 juni 2006 Rolnummer 3701 In zake : de
prejudiciële vragen betreffende de artikelen 700 en 861 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de
Arbeidsrechtbank te Brussel. Het Arbitragehof, samen wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële
vragen en rechtspleging "
Uittreksel uit arrest nr. 101/2006 van 21 juni 2006 Rolnummer 3701 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 700 en 861 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Brussel. Het Arbitragehof, samen wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | Extrait de l'arrêt n° 101/2006 du 21 juin 2006 Numéro du rôle : 3701 En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 700 et 861 du Code judiciaire, posées par le Tribunal du travail de Bruxelles. La Cour d'arbitrage, co après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet des questions préjudicielles et procédu(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 101/2006 van 21 juni 2006 | Extrait de l'arrêt n° 101/2006 du 21 juin 2006 |
Rolnummer 3701 | Numéro du rôle : 3701 |
In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 700 en 861 | En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 700 et |
van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de Arbeidsrechtbank te | 861 du Code judiciaire, posées par le Tribunal du travail de |
Brussel. | Bruxelles. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters | composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. |
R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. | Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. |
Moerman, E. Derycke en J. Spreutels, bijgestaan door de griffier P.-Y. | Moerman, E. Derycke et J. Spreutels, assistée du greffier P.-Y. |
Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | Dutilleux, présidée par le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
Bij vonnis van 28 april 2005 in zake het openbaar centrum voor | Par jugement du 28 avril 2005 en cause du centre public d'action |
maatschappelijk welzijn van Sint-Joost-ten-Node tegen het | sociale de Saint-Josse-ten-Noode contre l'Institut national |
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV), | |
waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op | d'assurance maladie invalidité (INAMI), dont l'expédition est parvenue |
11 mei 2005, heeft de Arbeidsrechtbank te Brussel de volgende | au greffe de la Cour d'arbitrage le 11 mai 2005, le Tribunal du |
prejudiciële vragen gesteld : | travail de Bruxelles a posé les questions préjudicielles suivantes : |
1. « Schenden de artikelen 700 en 861 van het Gerechtelijk Wetboek, in | 1. « Les articles 700 et 861 du Code judiciaire, interprétés en ce |
die zin geïnterpreteerd dat de rechtsvordering die personen bij | sens que les personnes qui introduisent une action en justice par |
verzoekschrift instellen in een geval waarbij de wet die vorm van | requête dans un cas où la loi n'autorise pas expressément ce mode |
rechtsingang niet uitdrukkelijk toestaat, onontvankelijk is, zelfs | introductif d'instance, voient leur action frappée d'irrecevabilité |
indien de onregelmatigheid de verwerende partij geenszins heeft | même lorsque l'irrégularité n'a causé aucun préjudice à la partie |
benadeeld, terwijl de vordering die personen instellen door middel van | défenderesse, alors que les personnes qui introduisent leur action au |
een dagvaarding die door een vormgebrek is aangetast, alleen | moyen d'une citation entachée d'un vice de forme ne voient leur action |
onontvankelijk wordt verklaard indien de onregelmatigheid de belangen | déclarée irrecevable que si l'irrégularité compromet les intérêts de |
schaadt van de partij die deze opwerpt, de artikelen 10 en 11 van de | la partie qui l'invoque, violent-ils les articles 10 et 11 de la |
Grondwet ? »; | Constitution ? »; |
2. « Schendt artikel 700 van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin | 2. « L'article 700 du Code judiciaire, interprété en ce sens que les |
geïnterpreteerd dat de rechtsvordering die personen bij verzoekschrift | personnes qui introduisent une action en justice par requête dans un |
instellen in een geval waarbij de wet die vorm van rechtsingang niet | cas où la loi n'autorise pas expressément ce mode introductif |
uitdrukkelijk toestaat, onontvankelijk is, zonder dat die personen hun | d'instance, voient leur action frappée d'irrecevabilité sans qu'elles |
vordering opnieuw kunnen instellen binnen een nieuwe termijn, terwijl | puissent réintroduire leur action dans un nouveau délai, alors que les |
personen die een vordering instellen door middel van een akte van | personnes qui introduisent une action au moyen d'un acte introductif |
rechtsingang die wegens schending van de wet op het gebruik der talen | d'instance déclaré nul pour violation de la loi sur l'emploi des |
nietig is verklaard, met toepassing van artikel 40, derde lid, van de | langues bénéficient, en application de l'article 40, alinéa 3, de la |
wet van 15 juni 1935 een nieuwe termijn genieten om hun vordering | loi du 15 juin 1935, d'un nouveau délai pour réintroduire leur action, |
opnieuw in te stellen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet ? ». | viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Het Hof wordt door de verwijzende rechter ondervraagd over de | B.1. La Cour est interrogée par le juge a quo sur la compatibilité, |
bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van de artikelen 700 en 861 van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat de rechtsvordering die personen bij verzoekschrift instellen in een geval waarbij de wet die vorm van rechtsingang niet uitdrukkelijk toestaat, onontvankelijk is, zelfs indien de onregelmatigheid de verwerende partij geenszins heeft benadeeld, terwijl de vordering die personen instellen door middel van een dagvaarding die door een vormgebrek is aangetast, alleen dan onontvankelijk wordt verklaard indien de onregelmatigheid de belangen schaadt van de partij die deze opwerpt. Het Hof wordt eveneens ondervraagd over de bestaanbaarheid, met de | avec les articles 10 et 11 de la Constitution, des articles 700 et 861 du Code judiciaire interprétés en ce sens que les personnes qui introduisent une action en justice par requête dans un cas où la loi n'autorise pas expressément ce mode introductif d'instance, voient leur action frappée d'irrecevabilité même lorsque l'irrégularité n'a causé aucun préjudice à la partie défenderesse, alors que les personnes qui introduisent leur action au moyen d'une citation entachée d'un vice de forme ne voient leur action déclarée irrecevable que si l'irrégularité compromet les intérêts de la partie qui l'invoque. La Cour est également interrogée sur la compatibilité, avec les |
voormelde grondwettelijke bepalingen, van artikel 700 van het | dispositions constitutionnelles précitées, de l'article 700 du Code |
Gerechtelijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat de | judiciaire, interprété en ce sens que les personnes qui introduisent |
rechtsvordering die personen bij verzoekschrift instellen in een geval | une action en justice par requête dans un cas où la loi n'autorise pas |
waarbij de wet die vorm van rechtsingang niet uitdrukkelijk toestaat, | expressément ce mode introductif d'instance, voient leur action |
onontvankelijk is, zonder dat die personen hun vordering opnieuw | frappée d'irrecevabilité sans qu'elles puissent réintroduire leur |
kunnen instellen binnen een nieuwe termijn, terwijl personen die een | action dans un nouveau délai, alors que les personnes qui introduisent |
vordering instellen door middel van een akte van rechtsingang die | une action au moyen d'un acte introductif d'instance déclaré nul pour |
wegens schending van de wet op het gebruik der talen nietig is | violation de la loi sur l'emploi des langues bénéficient, en |
verklaard, met toepassing van artikel 40, derde lid, van de wet van 15 | application de l'article 40, alinéa 3, de la loi du 15 juin 1935, d'un |
juni 1935 een nieuwe termijn genieten om hun vordering opnieuw in te stellen. | nouveau délai pour réintroduire leur action. |
B.2. Artikel 700 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.2. L'article 700 du Code judiciaire dispose : |
« Hoofdvorderingen worden bij dagvaarding voor de rechter gebracht, | « Les demandes principales sont portées devant le juge au moyen d'une |
onverminderd de bijzondere regels inzake vrijwillige verschijning en | citation, sans préjudice des règles particulières applicables aux |
rechtspleging op verzoekschrift ». | comparutions volontaires et aux procédures sur requête ». |
Artikel 861 van hetzelfde Wetboek bepaalt : | L'article 861 du même Code prévoit : |
« De rechter kan een proceshandeling alleen dan nietig verklaren, | « Le juge ne peut déclarer nul un acte de procédure que si l'omission |
indien het aangeklaagde verzuim of de aangeklaagde onregelmatigheid de | ou l'irrégularité dénoncée nuit aux intérêts de la partie qui invoque |
belangen schaadt van de partij die de exceptie opwerpt ». | l'exception ». |
Artikel 40, derde lid, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der | L'article 40, alinéa 3, de la loi du 15 juin 1935 concernant l'emploi |
talen in gerechtszaken luidt : | des langues en matière judiciaire énonce : |
« [...] | « [...] |
De akten, nietig verklaard wegens overtreding van deze wet, stuiten de | Les actes déclarés nuls pour contravention à la présente loi |
verjaring alsmede de termijnen van rechtspleging toegekend op straf | interrompent la prescription ainsi que les délais de procédure |
van verval. | impartis à peine de déchéance. |
[...] ». | [...] ». |
Wat de exceptie betreft | Quant à l'exception |
B.3.1. Volgens de Ministerraad komt de eerste prejudiciële vraag erop | B.3.1. D'après le Conseil des Ministres, la première question |
préjudicielle revient à interroger la Cour sur l'étendue du champ | |
neer het Hof te ondervragen over de omvang van het toepassingsgebied | d'application de la théorie des nullités telle qu'elle résulte des |
van de nietigheidsleer zoals die uit de bewoordingen van artikel 860 | termes de l'article 860 du Code judiciaire, alors qu'elle ne vise que |
van het Gerechtelijk Wetboek voortvloeit, terwijl die vraag alleen de | |
artikelen 700 en 861 van het Gerechtelijk Wetboek beoogt. De vraag zou | les articles 700 et 861 du Code judiciaire. La question serait donc |
dus zonder voorwerp zijn. | sans objet. |
B.3.2. Artikel 860, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.3.2. L'article 860, alinéa 1er, du Code judiciaire prévoit : |
« Wat de verzuimde of onregelmatig verrichte vorm ook zij, geen | « Quelle que soit la formalité omise ou irrégulièrement accomplie, |
proceshandeling kan nietig worden verklaard, indien de wet de | aucun acte de procédure ne peut être déclaré nul si la nullité n'est |
nietigheid ervan niet uitdrukkelijk heeft bevolen ». | pas formellement prononcée par la loi ». |
In tegenstelling tot wat de Ministerraad beweert, wordt het Hof | Contrairement à ce qu'affirme le Conseil des Ministres, il n'est |
geenszins gevraagd zich uit te spreken over het toepassingsgebied van | nullement requis de la Cour qu'elle se prononce sur le champ |
de sanctie van nietigheid vervat in artikel 860 van het Gerechtelijk | d'application de la sanction de nullité consacrée par l'article 860 du |
Wetboek. Uit de bewoordingen van de eerste prejudiciële vraag blijkt | Code judiciaire. Il ressort en effet clairement des termes de la |
immers duidelijk dat het Hof wordt ondervraagd over het verschil in | première question préjudicielle que la Cour est interrogée sur la |
behandeling tussen twee categorieën van rechtzoekenden, dat | différence de traitement entre deux catégories de justiciables, qui |
voortvloeit uit de automatische toepassing van de sanctie van | résulte de l'application automatique de la sanction d'irrecevabilité |
onontvankelijkheid van de vordering, zonder enig nadeel voor de | de l'action, en l'absence de tout préjudice dans le chef de la partie |
verwerende partij, wanneer die vordering bij verzoekschrift wordt | défenderesse, lorsqu'elle est introduite par requête en dehors des cas |
ingesteld buiten de gevallen waarin de wet voorziet, terwijl het | prévus par la loi, tandis que le préjudice doit être établi dans le |
nadeel moet vaststaan voor diegene die aanspraak maakt op de | |
onontvankelijkheid van de vordering wanneer de dagvaarding door een | chef de celui qui prétend à l'irrecevabilité de l'action lorsque la |
vormgebrek is aangetast. | citation est entachée d'un vice de forme. |
B.3.3. De exceptie wordt verworpen. | B.3.3. L'exception est rejetée. |
Ten gronde | Quant au fond |
B.4. Bij arrest van 27 mei 1994 heeft het Hof van Cassatie overwogen : | B.4. Par un arrêt du 27 mai 1994, la Cour de cassation a considéré : |
« dat, krachtens artikel 700 van het Gerechtelijk Wetboek, de | « qu'en vertu de l'article 700 du Code judiciaire, la demande |
hoofdvordering bij dagvaarding voor de rechter wordt gebracht, | principale est portée devant le juge au moyen d'une citation sans |
onverminderd de bijzondere regels inzake vrijwillige verschijning en | préjudice des règles particulières applicables aux comparutions |
rechtspleging op verzoekschrift; | volontaires et aux procédures sur requête; |
Dat de artikelen 860 en 861 van hetzelfde wetboek niet kunnen worden | Que les articles 860 et 861 du même code ne sont pas applicables à la |
toegepast op de miskenning van deze regel die onder de rechterlijke | violation de cette disposition, qui relève de l'organisation |
organisatie ressorteert; » (Arr. Cass., 1994, p. 534, bevestigd bij | |
arrest van 30 oktober 1997, Arr. Cass., 1997, p. 1052). | judiciaire; » (Pas. I, 1994, p. 519, confirmé par un arrêt du 30 |
octobre 1997, Pas. I, 1997, p. 1102). | |
Uit het aldus geïnterpreteerde artikel 700 van het Gerechtelijk | Il résulte de l'article 700 du Code judiciaire ainsi interprété que, |
Wetboek vloeit voort dat, wanneer een rechtzoekende een | lorsqu'un justiciable introduit une action en justice par requête |
rechtsvordering bij verzoekschrift instelt in een geval waarbij de wet | contradictoire dans un cas où la loi ne prévoit pas expressément ce |
niet uitdrukkelijk in die vorm van rechtsingang voorziet, de vordering | mode introductif d'instance, l'action doit être déclarée irrecevable, |
onontvankelijk dient te worden verklaard, zelfs wanneer de | |
onregelmatigheid de verwerende partij op geen enkele wijze heeft | même lorsque l'irrégularité n'a causé aucun préjudice à la partie |
benadeeld. | défenderesse. |
Het bestaan van een dergelijk nadeel moet daarentegen worden | En revanche, l'existence d'un tel préjudice doit être établie |
aangetoond wanneer een dagvaarding door een vormgebrek is aangetast (artikel 861 van het Gerechtelijk Wetboek). | lorsqu'une citation est entachée d'un vice de forme (article 861 du Code judiciaire). |
B.5. Een vordering die een rechtspleging op tegenspraak inleidt, wordt | B.5. L'action qui met en oeuvre une procédure contradictoire est, en |
in de regel ingesteld door middel van een dagvaarding bij | règle générale, introduite au moyen d'une citation par exploit |
gerechtsdeurwaardersexploot. Van een verzoekschrift kan slechts | d'huissier de justice. Il ne peut être fait usage de la requête que si |
gebruik worden gemaakt wanneer de wet dit toestaat of voorschrijft. | la loi le permet ou le prescrit. |
B.6.1. Het verschil in behandeling tussen beide in de eerste | B.6.1. La différence de traitement entre les deux catégories de |
prejudiciële vraag bedoelde categorieën van rechtzoekenden berust op | justiciables visées par la question préjudicielle repose sur un |
een objectief criterium : de aard van de regel waarvan de schending de | critère objectif : la nature de la règle dont la méconnaissance |
onontvankelijkheid van de vordering met zich meebrengt. Artikel 700 | entraîne l'irrecevabilité de l'action. En effet, l'article 700 du Code |
van het Gerechtelijk Wetboek bevestigt immers een grondregel die onder | judiciaire consacre une règle de fond relevant de l'organisation |
de rechterlijke organisatie ressorteert, terwijl artikel 861 van het | judiciaire, et l'article 861 du Code judiciaire s'applique aux seules |
irrégularités formelles. | |
La Cour doit toutefois encore examiner si, en ayant pour effet | |
Gerechtelijk Wetboek alleen op de vormgebreken van toepassing is. | d'entraîner l'irrecevabilité de l'action lorsqu'elle est introduite |
par requête dans un cas où la loi ne le prévoit pas expressément, même | |
lorsque l'irrégularité n'a causé aucun préjudice à la partie | |
Het Hof moet echter nog nagaan of artikel 700 van het Gerechtelijk | défenderesse, l'article 700 du Code judiciaire est raisonnablement |
Wetboek, door als gevolg te hebben dat de vordering onontvankelijk is | |
wanneer zij bij verzoekschrift is ingesteld in een geval waarbij de | justifié par rapport à l'objectif poursuivi par le législateur. |
wet daarin niet uitdrukkelijk voorziet, zelfs wanneer de | B.6.2. Lors de l'adoption du Code judiciaire en 1967, le législateur a |
onregelmatigheid de verwerende partij op geen enkele wijze heeft | érigé en règle générale la citation par exploit d'huissier de justice |
benadeeld, redelijk is verantwoord. | |
B.6.2. Bij de aanneming van het Gerechtelijk Wetboek in 1967 heeft de | |
wetgever de dagvaarding bij gerechtsdeurwaardersexploot als middel om | comme moyen de mise en oeuvre d'une procédure contradictoire. La |
een procedure op tegenspraak op gang te brengen, tot algemene regel | |
verheven. Het verzoekschrift bedoeld in artikel 704 van het | requête visée à l'article 704 du Code judiciaire a toutefois été |
Gerechtelijk Wetboek is evenwel, op verzoek van de Minister van | |
Tewerkstelling en Arbeid, als middel om de vordering voor de | insérée dans le projet de Code judiciaire comme mode d'introduction de |
arbeidsgerechten in te stellen in het ontwerp van Gerechtelijk Wetboek | l'action devant les juridictions du travail à la demande du Ministre |
ingevoegd (Parl. St., Senaat, 1964-1965, nr. 170, p. 123) in het kader | de l'Emploi et du Travail (Doc. parl., Sénat, 1964-1965, n° 170, p. |
van het « deformaliseren » van het sociaal procesrecht, met als doel | 123), dans le cadre de la « déformalisation » du droit procédural |
het uitsparen van gerechtsdeurwaarderskosten, het behoud van een | social, en vue d'économiser les frais d'huissier de justice, de |
soepele wijze van inleiding, gangbaar voor de administratieve | conserver un mode d'introduction souple, couramment utilisé devant les |
rechtscolleges, en het vermijden van de rechtspleging voor | juridictions administratives, et d'éviter la procédure d'assistance |
rechtsbijstand. | judiciaire. |
Vervolgens zijn verschillende wetswijzigingen aangebracht, | Plusieurs modifications législatives sont ensuite intervenues |
respectievelijk bij de wetten van 30 juni 1971, 22 december 1977 en 23 | respectivement par les lois du 30 juin 1971, du 22 décembre 1977 et du |
23 novembre 1998, en vue d'étendre le champ d'application de l'article | |
november 1998, om het toepassingsgebied van artikel 704 van het | 704 du Code judiciaire à d'autres contestations relevant de la |
Gerechtelijk Wetboek uit te breiden tot andere betwistingen die onder | |
de bevoegdheid van de arbeidsrechtbank ressorteren. | compétence du tribunal du travail. |
Artikel 4 van de wet van 13 december 2005 « houdende bepalingen | L'article 4 de la loi du 13 décembre 2005 « portant des dispositions |
betreffende de termijnen, het verzoekschrift op tegenspraak en de | diverses relatives aux délais, à la requête contradictoire et à la |
procedure van collectieve schuldregeling » (Belgisch Staatsblad , 21 | procédure en règlement collectif de dettes » (Moniteur belge , 21 |
december 2005) heeft artikel 704 van het Gerechtelijk Wetboek als volgt vervangen : | décembre 2005) a modifié comme suit l'article 704 du Code judiciaire : |
« § 1. Voor de arbeidsrechtbank kunnen de hoofdvorderingen ingeleid | « § 1er. Devant le tribunal du travail les demandes principales |
worden bij verzoekschrift op tegenspraak, overeenkomstig de artikelen | peuvent être introduites par une requête contradictoire, conformément |
1034bis tot 1034sexies, onverminderd de bijzondere regels inzake | aux articles 1034bis à 1034sexies, sans préjudice des règles |
vrijwillige verschijning, de rechtspleging op eenzijdig verzoekschrift | particulières applicables aux comparutions volontaires, aux procédures |
en de procedures die speciaal worden geregeld door niet uitdrukkelijk | sur requête unilatérale, et aux procédures spécialement régies par des |
opgeheven wettelijke bepalingen. | dispositions légales qui n'ont pas été explicitement abrogées. |
§ 2. In de in de artikelen 508/16, 580, 2°, 3°, 6°, 7°, 8°, 9°, 10° en | § 2. Dans les matières énumérées aux articles 508/16, 580, 2°, 3°, 6°, |
11°, 581, 2°, 582, 1° en 2° en 583, opgesomde zaken worden de | 7°, 8°, 9°, 10° et 11°, 581, 2°, 582, 1° et 2°, et 583, les demandes |
vorderingen ingeleid bij een verzoekschrift dat ter griffie van de | sont introduites par une requête écrite, déposée ou adressée, sous pli |
arbeidsrechtbank neergelegd wordt of bij aangetekende brief aan die | recommandé, au greffe du tribunal du travail; les parties sont |
griffie wordt gezonden; de partijen worden door de griffie opgeroepen | convoquées par le greffe à comparaître à l'audience fixée par le juge. |
om te verschijnen op de zitting die de rechter bepaalt. De oproeping | |
vermeldt het voorwerp van de vordering. | La convocation précise l'objet de la demande. |
De bepalingen van § 1 en van het vierde deel, boek II, titel Vbis, de | Les dispositions du § 1er et de la quatrième partie, livre II, titre |
artikelen 1034bis tot 1034sexies inbegrepen, zijn niet van toepassing. | Vbis, y compris les articles 1034bis à 1034sexies, ne sont pas applicables. |
§ 3. In de in artikel 578 opgesomde zaken kan de werkgever worden | § 3. Dans les matières énumérées à l'article 578, l'employeur peut |
gedagvaard of opgeroepen bij verzoekschrift op tegenspraak op de mijn, | être cité ou convoqué par requête contradictoire à la mine, à l'usine, |
de fabriek, het werkhuis, het magazijn, het kantoor en in het algemeen | à l'atelier, au magasin, au bureau et, en général, à l'endroit affecté |
op de plaats die bestemd is voor de exploitatie van de onderneming, de | |
uitoefening van het beroep door de werknemer of de werkzaamheid van de | à l'exploitation de l'entreprise, à l'exercice de la profession par le |
vennootschap, de vereniging of de groepering. | travailleur ou à l'activité de la société, de l'association ou du groupement. |
In dit geval mag de dagvaarding of de gerechtsbrief aan een | La citation ou le pli judiciaire peuvent en ce cas être remis à un |
aangestelde van de werkgever of aan een van zijn bedienden worden | préposé de l'employeur ou à un de ses employés. |
overhandigd. § 4. In de in dit artikel opgesomde zaken kan het verzet evenzeer naar | § 4. Dans les matières énumérées au présent article, l'opposition peut |
gelang van het geval worden gedaan in de vormen bedoeld in § 1 of § 2 | également être introduite, selon les cas, dans les formes visées aux |
». | §§ 1er ou 2 ». |
Luidens artikel 34 van dezelfde wet treedt het voormelde artikel 4 in | En vertu de l'article 34 de la même loi, l'article 4 précité entre en |
werking op de datum bepaald bij koninklijk besluit en uiterlijk op 1 | vigueur à la date fixée par arrêté royal et au plus tard le 1er |
september 2007. | septembre 2007. |
B.7. Uit die laatste wetswijziging zou kunnen worden afgeleid dat, | |
voor de geschillen die onder de bevoegdheid van de arbeidsrechtbanken | B.7. Il se déduit de cette dernière modification législative que, pour |
ressorteren, de wetgever het verzoekschrift als akte van | les litiges qui relèvent de la compétence des tribunaux du travail, le |
gedinginleiding heeft willen toelaten met ingang uiterlijk op 1 | législateur a voulu permettre, au plus tard dès le 1er septembre 2007, |
september 2007. Het Hof stelt evenwel ook vast dat de wetgever artikel | la requête comme acte introductif d'instance. La Cour constate |
700 van het Gerechtelijk Wetboek niet heeft gewijzigd. | toutefois aussi que le législateur n'a pas modifié l'article 700 du |
Code judiciaire. | |
Zolang die nieuwe beleidskeuze van de wetgever niet in werking is | Tant que cette option politique nouvelle n'est pas entrée en vigueur, |
getreden, dient nog steeds ervan te worden uitgegaan dat de algemene | il convient de considérer que la règle générale de la citation, |
regel van de dagvaarding, vervat in artikel 700 van het Gerechtelijk | contenue dans l'article 700 du Code judiciaire, reste d'application. |
Wetboek, van toepassing blijft. Die algemene regel ressorteert, | |
overeenkomstig de in B.4 vermelde rechtspraak van het Hof van | Cette règle générale relève de l'organisation judiciaire conformément |
Cassatie, onder de rechterlijke organisatie. | à la jurisprudence de la Cour de cassation mentionnée en B.4. |
B.8. De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.8. La première question préjudicielle appelle une réponse négative. |
B.9. Met de tweede prejudiciële vraag ondervraagt de verwijzende | B.9. Par la seconde question préjudicielle, le juge a quo interroge la |
rechter het Hof over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van | Cour sur la compatibilité, avec les articles 10 et 11 de la |
de Grondwet, van artikel 700 van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin | Constitution, de l'article 700 du Code judiciaire, interprété en ce |
geïnterpreteerd dat de rechtsvordering die personen bij verzoekschrift | sens que les personnes qui introduisent une action en justice par |
instellen in een geval waarbij de wet die vorm van rechtsingang niet | requête dans un cas où la loi n'autorise pas expressément ce mode |
uitdrukkelijk toestaat, onontvankelijk is, zonder dat die personen hun | introductif d'instance, voient leur action frappée d'irrecevabilité |
vordering opnieuw kunnen instellen binnen een nieuwe termijn, terwijl | sans qu'elles puissent réintroduire leur action dans un nouveau délai, |
personen die een vordering instellen door middel van een akte van | alors que les personnes qui introduisent une action au moyen d'un acte |
rechtsingang die wegens schending van de wet van 15 juni 1935 op het | introductif d'instance déclaré nul pour violation de la loi du 15 juin |
gebruik der talen in gerechtszaken nietig is verklaard, met toepassing | 1935 concernant l'emploi des langues en matière judiciaire |
van artikel 40, derde lid, van die wet een nieuwe termijn genieten om | bénéficient, en application de l'article 40, alinéa 3, de la loi du 15 |
hun vordering opnieuw in te stellen. | juin 1935, d'un nouveau délai pour réintroduire leur action. |
B.10. Bij de regeling van het taalgebruik in gerechtszaken dient de | B.10. Lorsqu'il règle l'emploi des langues en matière judiciaire, le |
législateur doit concilier la liberté individuelle qu'a le justiciable | |
wetgever de individuele vrijheid van de rechtsonderhorige om zich van | d'utiliser la langue de son choix et le bon fonctionnement de |
de taal van zijn keuze te bedienen te verzoenen met de goede werking | l'administration de la justice. Ce faisant, le législateur doit en |
van de rechtsbedeling. Bovendien dient de wetgever daarbij rekening te | outre tenir compte de la diversité linguistique consacrée par |
houden met de taalverscheidenheid die bevestigd is in artikel 4 van de | l'article 4 de la Constitution qui établit quatre régions |
Grondwet, dat vier taalgebieden vastlegt, waarvan er één tweetalig is. | linguistiques, dont une est bilingue. Il peut dès lors subordonner la |
Hij kan dan ook de individuele vrijheid van de rechtsonderhorige | liberté individuelle du justiciable au bon fonctionnement de |
ondergeschikt maken aan de goede werking van de rechtsbedeling. | l'administration de la justice. |
B.11. Het is redelijk verantwoord de mogelijkheid van artikel 40, | B.11. Il est raisonnablement justifié de réserver la possibilité visée |
derde lid, van de wet van 15 juni 1935 enkel voor te behouden voor | à l'article 40, alinéa 3, de la loi du 15 juin 1935 aux infractions à |
inbreuken op die wet en ze niet uit te breiden tot de categorie van | cette loi et de ne pas l'étendre à cette catégorie de personnes qui |
personen die een vordering inleiden door middel van een verzoekschrift | introduisent une action au moyen d'une requête dans un cas où la loi |
in een geval waarbij de wet die vorm van rechtsingang niet | ne permet pas expressément ce mode introductif d'instance. |
uitdrukkelijk toestaat. B.12. De tweede prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.12. La seconde question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
De artikelen 700 en 861 van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin | Les articles 700 et 861 du Code judiciaire, interprétés en ce sens que |
geïnterpreteerd dat de rechtsvordering die personen bij een | les personnes qui introduisent une action en justice par une requête |
verzoekschrift instellen in een geval waarbij de wet die vorm van | dans un cas où la loi n'autorise pas expressément ce mode introductif |
rechtsingang niet uitdrukkelijk toestaat, onontvankelijk is, schenden | d'instance, voient leur action frappée d'irrecevabilité, ne violent |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | pas les articles 10 et 11 de la Constitution. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 21 juni 2006. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 21 juin 2006. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Melchior. | M. Melchior. |