← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 116/2005 van 30 juni 2005 Rolnummer 3674 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 324ter, § 1, van het Strafwetboek, gesteld door de Correctionele
Rechtbank te Namen. Het Arbitragehof, samenge wijst
na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging"
Uittreksel uit arrest nr. 116/2005 van 30 juni 2005 Rolnummer 3674 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 324ter, § 1, van het Strafwetboek, gesteld door de Correctionele Rechtbank te Namen. Het Arbitragehof, samenge wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | Extrait de l'arrêt n° 116/2005 du 30 juin 2005 Numéro du rôle : 3674 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 324ter, § 1 er , du Code pénal, posée par le Tribunal correctionnel de Namur. La Cour d'arbitrag composée du juge P. Martens, faisant fonction de président, du président A. Arts et des juges R. He(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 116/2005 van 30 juni 2005 | Extrait de l'arrêt n° 116/2005 du 30 juin 2005 |
Rolnummer 3674 | Numéro du rôle : 3674 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 324ter, § 1, van | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 324ter, § 1er, |
het Strafwetboek, gesteld door de Correctionele Rechtbank te Namen. | du Code pénal, posée par le Tribunal correctionnel de Namur. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit rechter P. Martens, waarnemend voorzitter, voorzitter | composée du juge P. Martens, faisant fonction de président, du |
A. Arts en de rechters R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. | président A. Arts et des juges R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, |
Lavrysen en J. Spreutels, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder | L. Lavrysen et J. Spreutels, assistée du greffier L. Potoms, présidée |
voorzitterschap van rechter P. Martens, | par le juge P. Martens, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij vonnis van 9 maart 2005 in zake de procureur des Konings tegen | Par jugement du 9 mars 2005 en cause du procureur du Roi contre F.A. |
F.A. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof | et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour |
is ingekomen op 14 maart 2005, heeft de Correctionele Rechtbank te | d'arbitrage le 14 mars 2005, le Tribunal correctionnel de Namur a posé |
Namen de volgende prejudiciële vraag gesteld : | la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 324ter van het Strafwetboek het legaliteitsbeginsel | « L'article 324ter, § 1er, du Code pénal ne viole-t-il pas le principe |
verankerd in artikel 14 van de Grondwet, in zoverre het bepaalt dat ' | de légalité prévu par l'article 14 de la Constitution en ce qu'il |
iedere persoon die wetens en willens, deel uitmaakt van een criminele | prévoit que ' toute personne qui, sciemment et volontairement, fait |
organisatie, wordt gestraft met gevangenisstraf van een jaar tot drie | partie d'une organisation criminelle est punie d'un emprisonnement de |
jaar en met geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro of met een | 1 an à 3 ans et d'une amende de 100 euros à 5.000 euros, ou d'une de |
van die straffen alleen, ook al heeft hij niet de bedoeling een | ces peines seulement, même si elle n'a pas l'intention de commettre |
misdrijf in het raam van die organisatie te plegen of daaraan deel te | une infraction dans le cadre de cette organisation, ni de s'y associer |
nemen op één van die wijzen bedoeld in de artikelen 66 en volgende ' | d'une des manières prévues par les articles 66 et suivants du Code |
van het Strafwetboek ? ». | pénal ' ? ». |
Op 22 maart 2005 hebben de rechters-verslaggevers P. Martens en M. | Le 22 mars 2005, en application de l'article 72, alinéa 1er, de la loi |
Bossuyt, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de bijzondere | |
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, het Hof ervan in kennis | spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, les |
gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht voor te stellen | juges-rapporteurs P. Martens et M. Bossuyt ont informé la Cour qu'ils |
een arrest van onmiddellijk antwoord te wijzen. | pourraient être amenés à proposer de rendre un arrêt de réponse immédiate. |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Artikel 324ter, § 1, van het Strafwetboek bepaalt : | B.1. L'article 324ter, § 1er, du Code pénal dispose : |
« Iedere persoon die wetens en willens, deel uitmaakt van een | « Toute personne qui, sciemment et volontairement, fait partie d'une |
criminele organisatie, wordt gestraft met gevangenisstraf van een jaar | organisation criminelle, est punie d'un emprisonnement de un an à |
tot drie jaar en met geldboete van honderd frank tot vijfduizend frank | trois ans et d'une amende de cent francs à cinq mille francs ou d'une |
of met een van die straffen alleen, ook al heeft hij niet de bedoeling | de ces peines seulement, même si elle n'a pas l'intention de commettre |
een misdrijf in het raam van die organisatie te plegen of daaraan deel | une infraction dans le cadre de cette organisation ni de s'y associer |
te nemen op één van die wijzen bedoeld in de artikelen 66 en volgende | d'une des manières prévues par les articles 66 et suivants ». |
». B.2. Uit de motivering van het vonnis en de elementen van de zaak | B.2. Il ressort de la motivation du jugement et des éléments de la |
blijkt dat het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid met de | cause que la Cour est interrogée sur la compatibilité avec les |
artikelen 12, tweede lid, en 14 van de Grondwet, van het voormelde | articles 12, alinéa 2, et 14 de la Constitution, de l'article 324ter, |
artikel 324ter, § 1, wegens het gebrek aan precisering van het begrip | § 1er, précité en raison de l'imprécision de la notion d'« |
« deel uitmaken » van een criminele organisatie, dat de wetgever zelf | appartenance » à une organisation criminelle, que le législateur |
had moeten definiëren. | aurait dû définir lui-même. |
B.3.1. Artikel 12, tweede lid, van de Grondwet bepaalt : | B.3.1. L'article 12, alinéa 2, de la Constitution dispose : |
« Niemand kan worden vervolgd dan in de gevallen die de wet bepaalt en | « Nul ne peut être poursuivi que dans les cas prévus par la loi, et |
in de vorm die zij voorschrijft ». | dans la forme qu'elle prescrit ». |
Artikel 14 van de Grondwet bepaalt : | L'article 14 de la Constitution dispose : |
« Geen straf kan worden ingevoerd of toegepast dan krachtens de wet ». | « Nulle peine ne peut être établie ni appliquée qu'en vertu de la loi ». |
B.3.2. Door aan de wetgevende macht de bevoegdheid te verlenen, | B.3.2. En attribuant au pouvoir législatif la compétence, d'une part, |
enerzijds, om te bepalen in welke gevallen en in welke vorm | de déterminer dans quels cas et sous quelle forme des poursuites |
strafvervolging mogelijk is en, anderzijds, om een wet aan te nemen op | pénales sont possibles et, d'autre part, d'adopter la loi en vertu de |
grond waarvan een straf kan worden bepaald en toegepast, waarborgen de | laquelle une peine peut être établie et appliquée, les articles 12, |
artikelen 12, tweede lid, en 14 van de Grondwet aan elke burger dat geen enkele gedraging strafbaar zal worden gesteld en geen enkele straf zal worden opgelegd dan krachtens regels aangenomen door een democratisch verkozen beraadslagende vergadering. Het wettigheidsbeginsel in strafzaken gaat bovendien uit van de idee dat de strafwet moet worden geformuleerd in bewoordingen op grond waarvan eenieder, op het ogenblik waarop hij een gedrag aanneemt, kan uitmaken of dat gedrag al dan niet strafbaar is. Het eist dat de wetgever in voldoende nauwkeurige, duidelijke en rechtszekerheid biedende bewoordingen bepaalt welke feiten strafbaar worden gesteld, zodat, enerzijds, degene die een gedrag aanneemt, vooraf op afdoende wijze kan inschatten wat het strafrechtelijke gevolg van dat gedrag kan zijn en, anderzijds, aan de rechter geen al te grote beoordelingsvrijheid wordt gelaten. Het wettigheidsbeginsel in strafzaken staat evenwel niet eraan in de weg dat de wet aan de rechter een beoordelingsbevoegdheid toekent. Er dient immers rekening te worden gehouden met het algemene karakter van de wetten, de uiteenlopende situaties waarop zij van toepassing zijn en de evolutie van de gedragingen die zij bestraffen. | alinéa 2, et 14 de la Constitution garantissent à tout citoyen qu'aucun comportement ne sera punissable et qu'aucune peine ne sera infligée qu'en vertu de règles adoptées par une assemblée délibérante, démocratiquement élue. Le principe de légalité en matière pénale procède en outre de l'idée que la loi pénale doit être formulée en des termes qui permettent à chacun de savoir, au moment où il adopte un comportement, si celui-ci est ou non punissable. Il exige que le législateur indique, en des termes suffisamment précis, clairs et offrant la sécurité juridique, quels faits sont sanctionnés, afin, d'une part, que celui qui adopte un comportement puisse évaluer préalablement, de manière satisfaisante, quelle sera la conséquence pénale de ce comportement et afin, d'autre part, que ne soit pas laissé au juge un trop grand pouvoir d'appréciation. Toutefois, le principe de légalité en matière pénale n'empêche pas que la loi attribue un pouvoir d'appréciation au juge. Il faut en effet tenir compte du caractère de généralité des lois, de la diversité des situations auxquelles elles s'appliquent et de l'évolution des comportements qu'elles répriment. |
B.3.3. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft een analoge | B.3.3. La Cour européenne des droits de l'homme a développé une |
rechtspraak ontwikkeld met betrekking tot artikel 7 van het Europees | jurisprudence analogue en ce qui concerne l'article 7 de la Convention |
Verdrag voor de Rechten van de Mens, dat het wettigheidsbeginsel in | européenne des droits de l'homme qui consacre le principe de légalité |
strafzaken bevestigt. Het Hof stelt in zijn arrest Kokkinakis | en matière pénale. Dans son arrêt Kokkinakis c. Grèce du 25 mai 1993 |
t/Griekenland van 25 mei 1993 (Série A, nr. 260-A, §§ 40 en 52) : | (série A, n° 260-A, §§ 40 et 52), elle constate : |
« [...] de bewoordingen van heel wat wetten missen absolute precisie. | « [...] le libellé de bien des lois ne présente pas une précision |
Vele daarvan houden het, om reden van de noodzaak een buitensporige | absolue. Beaucoup d'entre elles, en raison de la nécessité d'éviter |
strakheid te vermijden en zich aan te passen aan veranderende | une rigidité excessive et de s'adapter aux changements de situation, |
situaties, noodgedwongen bij min of meer vage formuleringen (zie | se servent par la force des choses de formules plus ou moins floues |
bijvoorbeeld mutatis mutandis, arrest Müller en anderen t/Zwitserland | (voir par exemple, mutatis mutandis, l'arrêt Müller et autres c. |
van 24 mei 1988, Série A, nr. 133, p. 20, paragraaf 29). [...] De | Suisse du 24 mai 1988, série A n° 133, p. 20, par. 29). [...] |
interpretatie en de toepassing van dergelijke teksten hangen af van de | L'interprétation et l'application de pareils textes dépendent de la |
praktijk ». | pratique ». |
Het Hof is vervolgens van oordeel dat artikel 7 « eveneens, op meer | Ensuite, elle considère que l'article 7 « consacre aussi, de manière |
algemene wijze, het wettigheidsbeginsel van de misdrijven en de | plus générale, le principe de la légalité des délits et des peines |
straffen verankert » en dat « daaruit volgt dat een misdrijf duidelijk | [...] » et qu'« il en résulte qu'une infraction doit être clairement |
moet worden gedefinieerd in de wet ». In dat arrest heeft het Hof | |
daaraan toegevoegd dat « die voorwaarde is vervuld wanneer het | définie par la loi ». Dans cet arrêt, la Cour a ajouté que « cette |
individu, op basis van de bewoordingen van de relevante bepaling en, | condition se trouve remplie lorsque l'individu peut savoir, à partir |
indien nodig, met behulp van de interpretatie daarvan door de | du libellé de la clause pertinente et, au besoin, à l'aide de son |
rechtbanken, kan weten welke handelingen en welke verzuimen zijn | interprétation par les tribunaux, quels actes et omissions engagent sa |
[strafrechtelijke] aansprakelijkheid meebrengen ». | responsabilité [pénale] ». |
In zijn arrest S.W. t/Verenigd Koninkrijk van 22 november 1995 (Série | Dans son arrêt S.W. c. Royaume-Uni du 22 novembre 1995 (série A, n° |
A, nr. 335-B, § 36), heeft het Hof gepreciseerd : | 335-B, § 36), la Cour a précisé : |
« Hoe duidelijk de bewoordingen van een wetsbepaling ook mogen zijn, | « Aussi clair que le libellé d'une disposition légale puisse être, |
er bestaat, in ongeacht welk rechtsstelsel, met inbegrip van het | dans quelque système juridique que ce soit, y compris le droit pénal, |
strafrecht, onvermijdelijk een element van rechterlijke interpretatie. | il existe immanquablement un élément d'interprétation judiciaire. |
[...] Artikel 7 van het Verdrag kan niet in die zin worden | [...] On ne saurait interpréter l'article 7 de la Convention comme |
geïnterpreteerd dat het verbiedt dat de regels van de strafrechtelijke | |
aansprakelijkheid door de rechterlijke interpretatie geleidelijk | proscrivant la clarification graduelle des règles de la responsabilité |
worden verduidelijkt van geval tot geval, op voorwaarde dat het | pénale par l'interprétation judiciaire d'une affaire à l'autre, à |
resultaat samenhangend is met de kern van de inbreuk en het redelijk | condition que le résultat soit cohérent avec la substance de |
voorzienbaar is ». | l'infraction et raisonnablement prévisible ». |
Het Hof heeft in het arrest Cantoni t/Frankrijk van 15 november 1996 | Dans l'arrêt Cantoni c. France du 15 novembre 1996 (Recueil 1996-V), |
(Recueil 1996-V), na te hebben bevestigd dat de legaliteitsvoorwaarde | après avoir confirmé que la condition de la légalité « se trouve |
« vervuld is wanneer de rechtzoekende op basis van de bewoordingen van | remplie lorsque le justiciable peut savoir, à partir du libellé de la |
de relevante bepaling (art. 7) en desnoods, met behulp van de | disposition pertinente (art. 7) et, au besoin, à l'aide de son |
interpretatie ervan door de rechtbanken, kan weten welke handelingen | |
en verzuimen zijn strafrechtelijke aansprakelijkheid meebrengen » (§ | interprétation par les tribunaux, quels actes et omissions engagent sa |
29), het volgende in herinnering gebracht : | responsabilité pénale » (§ 29), la Cour a rappelé : |
« [...] vanwege het beginsel zelf van de algemeenheid van de wetten, | « [...] en raison même du principe de généralité des lois, le libellé |
kunnen de bewoordingen daarvan geen absolute precisie vertonen. Een | de celles-ci ne peut présenter une précision absolue. L'une des |
van de typische regelgevingstechnieken bestaat erin gebruik te maken | techniques types de réglementation consiste à recourir à des |
van algemene categorieën, veeleer dan van exhaustieve lijsten. Aldus | catégories générales plutôt qu'à des listes exhaustives. Aussi de |
worden in talrijke wetten noodgedwongen min of meer vage bewoordingen | nombreuses lois se servent-elles par la force des choses de formules |
gehanteerd teneinde een overdreven rigiditeit te vermijden en te | plus ou moins floues, afin d'éviter une rigidité excessive et de |
kunnen mee evolueren met wijzigende situaties. De interpretatie en de | pouvoir s'adapter aux changements de situation. L'interprétation et |
toepassing van dergelijke teksten hangen af van de praktijk » (§ 31). | l'application de pareils textes dépendent de la pratique » (§ 31). |
Ten slotte heeft het Hof opgemerkt : | Enfin, la Cour a observé : |
« [...] de draagwijdte van het begrip voorzienbaarheid hangt in ruime | « [...] la portée de la notion de prévisibilité dépend dans une large |
mate af van de inhoud van de desbetreffende tekst, het domein dat hij | mesure du contenu du texte dont il s'agit, du domaine qu'il couvre |
bestrijkt en het aantal en de hoedanigheid van de adressaten ervan | ainsi que du nombre et de la qualité de ses destinataires [...]. La |
[...]. De voorzienbaarheid van de wet verzet zich niet ertegen dat de | prévisibilité de la loi ne s'oppose pas à ce que la personne concernée |
betrokkenen ertoe worden aangezet een beroep te doen op bekwame | soit amenée à recourir à des conseils éclairés pour évaluer, à un |
raadslieden om de gevolgen die uit een bepaalde handeling kunnen | |
voortvloeien, tot op een niveau dat binnen de omstandigheden van de | degré raisonnable dans les circonstances de la cause, les conséquences |
zaak redelijk is, te beoordelen » (§ 35). | pouvant résulter d'un acte déterminé » (§ 35). |
B.4.1. Het is slechts bij het onderzoek van een specifieke | B.4.1. Ce n'est qu'en examinant une disposition pénale spécifique |
strafbepaling dat het mogelijk is om, rekening houdend met de | qu'il est possible, en tenant compte des éléments propres aux |
elementen eigen aan de misdrijven die zij wil bestraffen, te bepalen | infractions qu'elle entend réprimer, de déterminer si les termes |
of de door de wetgever gehanteerde algemene bewoordingen zo vaag zijn | généraux utilisés par le législateur sont à ce point vagues qu'ils |
dat ze het door artikel 12, tweede lid, van de Grondwet gewaarborgde | méconnaîtraient le principe de légalité garanti par l'article 12, |
wettigheidsbeginsel zouden schenden. | alinéa 2, de la Constitution. |
B.4.2. Tijdens de parlementaire voorbereiding is, als antwoord op het | B.4.2. Il a été précisé au cours des travaux préparatoires, en réponse |
advies van de Raad van State, gepreciseerd dat dat het begrip « deel | à l'avis du Conseil d'Etat, que la notion d'« appartenance » à une |
uitmaken » van een criminele organisatie, zoals vermeld in artikel | organisation criminelle, telle qu'elle figure dans l'article 324ter, § |
324ter, § 1, van het Strafwetboek, moet worden onderscheiden van de | 1er, du Code pénal, doit être distinguée de différentes formes de « |
verschillende vormen van « deelneming » die strafbaar worden gesteld | participation » incriminées par les autres dispositions introduites |
in de andere bepalingen die zijn ingevoerd bij de wet betreffende de | par la loi relative aux organisations criminelles (Doc. parl., |
criminele organisaties (Parl. St., Kamer, 1996-1997, nr. 954/1, pp. | Chambre, 1996-1997, n° 954/1, pp. 6-7 et 15-17). On peut déduire du |
6-7 en 15-17). Uit de tekst zelf van de wet kan worden afgeleid dat | texte même de la loi que l'appartenance n'implique pas la commission |
het « deel uitmaken » niet het plegen van misdrijven of het, als | |
mededader of medeplichtige, aan die misdrijven deelnemen in het raam | d'infractions ou la participation, en tant que coauteur ou complice, à |
van de criminele organisatie impliceert, aangezien die gedragingen het | ces infractions dans le cadre de l'organisation criminelle, ces |
voorwerp uitmaken van onderscheiden misdrijven. De wetgever heeft | comportements faisant l'objet d'infractions distinctes. Le législateur |
gewild dat ook de leden van een criminele organisatie kunnen worden | a voulu que l'on puisse poursuivre aussi les membres d'une |
vervolgd, bijvoorbeeld de chauffeur, het huispersoneel en het | organisation criminelle, par exemple le chauffeur, les membres du |
veiligheidspersoneel van de leider van een criminele organisatie, de | personnel de maison et de sécurité du dirigeant d'une organisation |
personen die in een of andere vorm worden vergoed door de criminele | criminelle, les personnes qui sont rémunérées sous une forme ou une |
organisatie om een netwerk van sociale relaties uit te bouwen ten | autre par l'organisation criminelle pour constituer un cercle de |
behoeve van de organisatie, met het oog op haar schijnbaar legitieme | relations sociales au profit de l'organisation, en vue de lui assurer |
inbedding en sociale inplanting in de gemeenschap (ibid., p. 16, en | une apparence et une implantation sociale licites dans la société |
Parl. St., Senaat, 1997-1998, nr. 1-662/4, p. 5). Er zijn voorbeelden | (ibid., p. 16, et Doc. parl., Sénat, 1997-1998, n° 1-662/4, p. 5). Des |
gegeven van omstandigheden waaruit de rechter in een concreet geval de | exemples ont été donnés des circonstances d'où le juge pourrait |
aansluiting bij de criminele organisatie zou kunnen afleiden : het | déduire dans un cas concret l'affiliation à l'organisation criminelle |
geregeld aanwezig zijn op vergaderingen van de criminele organisatie | : la présence régulière aux réunions de l'organisation criminelle ou |
of het aandeelhouderschap van een vennootschapsrechtelijke structuur | l'actionnariat d'une structure relevant du droit des sociétés utilisée |
die door een criminele organisatie als dekmantel wordt gebruikt (Parl. | par l'organisation criminelle comme écran (Doc. parl., Chambre, |
St., Kamer, 1996-1997, nr. 954/6, p. 18). | 1996-1997, n° 954/6, p. 18). |
Er dient echter nog te worden opgemerkt dat, voor de toepassing van | Il convient encore de préciser que, pour l'application de l'article |
artikel 324ter, § 1, de woorden « wetens en willens » die de woorden « | 324ter, § 1er, les mots « sciemment et volontairement » qui précèdent |
deel uitmaakt » voorafgaan, impliceren dat de vervolgende partij moet | les mots « fait partie » impliquent que la partie poursuivante |
aantonen dat de vervolgde persoon « een positieve instelling [...] met | démontre que la personne poursuivie ait « une attitude positive, en |
kennis van zaken » moet hebben (Parl. St., Senaat, 1997-1998, nr. | connaissance de cause » (Doc. parl., Sénat, 1997-1998, n° 1-662/3, p. |
1-662/3, p. 6). De wetgever heeft echter gepreciseerd dat de | 6). Le législateur a précisé cependant que l'intention personnelle de |
persoonlijke bedoeling om misdrijven te plegen binnen de organisatie | commettre des infractions au sein de l'association ou d'y participer |
of eraan deel te nemen, niet vereist is (Parl. St., Kamer, 1996-1997, | n'est pas requise (Doc. parl., Chambre, 1996-1997, n° 954/1, p. 2, et |
nr. 954/1, p. 2, en nr. 954/6, p. 6), noch de wil om bij te dragen tot | n° 954/6, p. 6) ni non plus la volonté de contribuer aux buts de |
de doelstellingen van de criminele organisatie (Parl. St., Kamer, | l'organisation criminelle (Doc. parl., Chambre, 1996-1997, n° 954/6, |
1996-1997, nr. 954/6, p. 18). | p. 18). |
Uit het geheel van die elementen blijkt dat het misdrijf van « deel | Il résulte de l'ensemble de ces éléments que l'infraction |
uitmaken » van een criminele organisatie voldoende precies is om | d'appartenance à une organisation criminelle est suffisamment précise |
eenieder in staat te stellen het materiële en het morele bestanddeel | pour permettre à toute personne d'en connaître l'élément matériel et |
ervan te kennen. | l'élément moral. |
B.5. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.5. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 324ter, § 1, van het Strafwetboek schendt de artikelen 12 en | L'article 324ter, § 1er, du Code pénal ne viole pas les articles 12 et |
14 van de Grondwet niet. | 14 de la Constitution. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 30 juni 2005. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 30 juin 2005. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
De wnd. voorzitter, | Le président f.f., |
P. Martens. | P. Martens. |