← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 200/2004 van 15 december 2004 Rolnummer 2845 In zake :
de prejudiciële vraag over de wet van 23 december 1986 betreffende de invordering en de geschillen ter
zake van provinciale en plaatselijke heffingen en de wet Het Arbitragehof, samengesteld
uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters P. Mart(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 200/2004 van 15 december 2004 Rolnummer 2845 In zake : de prejudiciële vraag over de wet van 23 december 1986 betreffende de invordering en de geschillen ter zake van provinciale en plaatselijke heffingen en de wet Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters P. Mart(...) | Extrait de l'arrêt n° 200/2004 du 15 décembre 2004 Numéro du rôle : 2845 En cause : la question préjudicielle concernant la loi du 23 décembre 1986 relative au recouvrement et au contentieux en matière de taxes provinciales et locales et la La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges P. Martens, R.(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 200/2004 van 15 december 2004 | Extrait de l'arrêt n° 200/2004 du 15 décembre 2004 |
Rolnummer 2845 | Numéro du rôle : 2845 |
In zake : de prejudiciële vraag over de wet van 23 december 1986 | En cause : la question préjudicielle concernant la loi du 23 décembre |
betreffende de invordering en de geschillen ter zake van provinciale | 1986 relative au recouvrement et au contentieux en matière de taxes |
en plaatselijke heffingen en de wet van 24 december 1996 betreffende | provinciales et locales et la loi du 24 décembre 1996 relative à |
de vestiging en de invordering van de provincie- en | l'établissement et au recouvrement des taxes provinciales et |
gemeentebelastingen, zoals van toepassing vóór de wijziging ervan bij | communales, telle qu'elle était applicable avant sa modification par |
de wet van 15 maart 1999, gesteld door het Hof van Beroep te Luik. | la loi du 15 mars 1999, posée par la Cour d'appel de Liège. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters | composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges P. |
P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. Lavrysen, A. | Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, |
Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en J. Spreutels, | J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke et J. Spreutels, assistée du |
bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij arrest van 14 november 2003 in zake de n.v. Société européenne de | Par arrêt du 14 novembre 2003 en cause de la s.a. Société européenne |
carburant (SECA) tegen de provincie Namen, waarvan de expeditie ter | de carburant (SECA) contre la province de Namur, dont l'expédition est |
griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 27 november 2003, heeft | parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 27 novembre 2003, la Cour |
het Hof van Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : | d'appel de Liège a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schenden de wetten van 23 december 1986 [betreffende de invordering | « Les lois du 23 décembre 1986 [relative au recouvrement et au |
en de geschillen ter zake van provinciale en plaatselijke heffingen] | contentieux en matière de taxes provinciales et locales] et du 24 |
en van 24 december 1996 [betreffende de vestiging en de invordering | décembre 1996 [relative à l'établissement et au recouvrement des taxes |
van de provincie- en gemeentebelastingen] in de versie ervan vóór de | provinciales et communales] dans leur version antérieure à la loi du |
wet van 15 maart 1999 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in | 15 mars 1999 violent-elles les articles 10 et 11 de la Constitution en |
zoverre zij, voor de geschillen inzake provinciale belastingen, | ce qu'elles prévoient, concernant le contentieux des taxes |
voorzien in de saisine, als rechtsprekende overheid, van de bestendige | |
deputatie, die met name een rol heeft gespeeld in het kader van de | provinciales, la saisine comme autorité juridictionnelle de la |
goedkeuring van die belastingen, terwijl de geschillen inzake | Députation permanente qui a notamment joué un rôle dans le cadre de |
rijksbelastingen weliswaar in eerste instantie worden toevertrouwd aan | l'adoption desdites taxes, alors qu'en matière d'impôts d'Etat, le |
een van de organen van de Staat, dat daarbij evenwel als | contentieux est certes confié dans un premier stade à l'un de ses |
administratieve overheid handelt ? » | organes mais agissant en qualité d'autorité administrative ? » |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
De draagwijdte van de prejudiciële vraag en de op het geschil van | La portée de la question préjudicielle et les dispositions applicables |
toepassing zijnde bepalingen | au litige |
B.1.1. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid, met de | B.1.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van de wetten van 23 december 1986 | 10 et 11 de la Constitution des lois du 23 décembre 1986 relative au |
betreffende de invordering en de geschillen ter zake van provinciale | recouvrement et au contentieux en matière de taxes provinciales et |
en plaatselijke heffingen en van 24 december 1996 betreffende de | locales et du 24 décembre 1996 relative à l'établissement et au |
vestiging en de invordering van de provincie- en gemeentebelastingen, | recouvrement des taxes provinciales et communales, dans leur version |
in de versie ervan vóór de wet van 15 maart 1999, in zoverre zij, voor | antérieure à la loi du 15 mars 1999, en tant qu'elles prévoient, |
de geschillen inzake provinciebelastingen, voorzien in de saisine, als | concernant le contentieux des taxes provinciales, la saisine comme |
rechtsprekende overheid, van de bestendige deputatie, die een rol | autorité juridictionnelle de la députation permanente qui a joué un |
heeft gespeeld in het kader van de goedkeuring van die belastingen, | rôle dans le cadre de l'adoption desdites taxes alors qu'en matière |
terwijl de geschillen inzake rijksbelastingen worden toevertrouwd aan | d'impôts d'Etat, ce contentieux est confié à l'un de ses organes |
een van de organen van de Staat, dat daarbij als administratieve | agissant en qualité d'autorité administrative. |
overheid handelt. | |
B.1.2. Uit de aan de rechter ten gronde voorgelegde feiten blijkt dat | B.1.2. Il ressort des faits soumis au juge du fond que la taxe |
de betwiste belasting op 19 juni 1996 is betaald. In zijn arrest nr. | litigieuse a été acquittée le 19 juin 1996. Dans son arrêt n° 30/98 du |
30/98 van 18 maart 1998 heeft het Hof de artikelen 9 tot 11 van de wet | 18 mars 1998, la Cour a annulé les articles 9 à 11 de la loi du 24 |
van 24 december 1996 vernietigd, alsook, bij wijze van gevolgtrekking, | décembre 1996 ainsi que, par voie de conséquence, les articles 13, 14, |
de artikelen 13, 14, 5°, en 14, 6°, die laatste bepaling in zoverre | 5°, et 14, 6°, cette dernière disposition dans la mesure où elle |
zij de bepalingen van de voormelde wet van 23 december 1986 opheft. | abroge les dispositions de la loi du 23 décembre 1986 précitée. La |
Het Hof heeft evenwel de gevolgen gehandhaafd van de beslissingen die | Cour a toutefois maintenu les effets des décisions des députations |
de bestendige deputaties hebben gewezen vóór de bekendmaking van het | permanentes rendues avant la publication de l'arrêt au Moniteur belge |
arrest in het Belgisch Staatsblad , namelijk vóór 1 april 1998. | , soit avant le 1er avril 1998. |
Vermits artikel 15 van de wet van 24 december 1996 bepaalt dat die wet | L'article 15 de la loi du 24 décembre 1996 disposant que celle-ci est |
van toepassing is op de provincie- en gemeentebelastingen die vanaf 1 | applicable aux taxes provinciales et communales perçues à partir du 1er |
januari 1997 worden geïnd, worden, gelet op het feit dat het te dezen | |
gaat om een provinciaal belastingreglement voor het jaar 1996 en dat | janvier 1997, eu égard au fait qu'il s'agit en l'espèce d'un |
de op 19 juni 1996 betaalde belasting na bezwaar het voorwerp was van | règlement-taxe provincial pour l'année 1996 et que la taxe payée le 19 |
juin 1996 a fait l'objet, à l'issue d'une réclamation, d'une décision | |
een beslissing van de bestendige deputatie van 12 november 1998, die | de la députation permanente du 12 novembre 1998, contestée dans le |
in het kader van het bij de verwijzende rechter ingestelde beroep | cadre du recours porté devant le juge a quo, ce recours et la |
wordt betwist, dat beroep en het daaraan voorafgegane bezwaar | réclamation qui l'a précédé sont régis exclusivement par la loi du 23 |
uitsluitend door de voormelde wet van 23 december 1986 geregeld. | décembre 1986 précitée. Il en résulte que la Cour limite son examen |
Hieruit vloeit voort dat het Hof zijn onderzoek beperkt tot de in het | aux dispositions en cause de cette loi, en ce qu'elle s'applique aux |
geding zijnde bepalingen van die wet in zoverre zij van toepassing is | |
op provinciale belastingen. | taxes provinciales. |
B.2. De artikelen 5 tot 7 van de wet van 23 december 1986, zoals die | B.2. Les articles 5 à 7 de la loi du 23 décembre 1986, tels qu'ils |
van kracht waren vóór de wet van 15 maart 1999 betreffende de | étaient en vigueur avant la loi du 15 mars 1999 relative au |
beslechting van fiscale geschillen en zoals die op het in het geding | contentieux en matière fiscale et tels qu'ils sont applicables au |
zijnde geschil van toepassing zijn, bepalen : | litige en cause, disposent : |
« Art. 5.Degene die een kohierbelasting verschuldigd is, kan bezwaar |
« Art. 5.Le redevable d'une imposition établie par voie de rôle peut |
indienen bij de bestendige deputatie van de provincieraad. | introduire une réclamation auprès de la députation permanente du |
Het bezwaar moet schriftelijk worden gedaan, met redenen omkleed zijn | conseil provincial. La réclamation doit être faite par écrit, motivée, et remise ou |
en overhandigd of per post verzonden worden binnen drie maanden na de | présentée par envoi postal dans les trois mois de la délivrance de |
afgifte van het aanslagbiljet. | l'avertissement-extrait de rôle. |
Van de bezwaarschriften wordt een ontvangstbewijs afgegeven. | Il est délivré accusé de réception des réclamations. |
Art. 6.De bestendige deputatie gaat na of de betwiste belasting |
Art. 6.La députation permanente vérifie la débition de l'imposition |
verschuldigd is en beveelt de vermindering van het ingekohierd bedrag | contestée et ordonne le dégrèvement de tout montant porté au rôle qui |
dat ten onrechte is geheven. | apparaîtrait indu. |
Zij kan de betwiste belasting niet vermeerderen. | Elle ne peut majorer l'imposition contestée. |
Zij doet binnen zes maanden na aflevering van het ontvangstbewijs | Elle statue, dans les six mois de la délivrance de l'accusé de |
uitspraak bij met redenen omklede beslissing, waarvan aan de | réception, par décision motivée qui est notifiée au contribuable par |
belastingplichtige kennis wordt gegeven bij ter post aangetekende brief. | lettre recommandée à la poste. |
Art. 7.Voor zover de waarde van de aanvraag ten minste 10 000 frank |
Art. 7.Pour autant que la valeur de la demande atteint au moins 10 |
bedraagt, kan tegen de beslissing van de bestendige deputatie beroep | 000 francs, la décision de la députation permanente peut faire l'objet |
worden ingesteld bij het hof van beroep in het rechtsgebied waarvan de | d'un recours devant la cour d'appel dans le ressort de laquelle |
belasting is geheven; de Koning kan dit bedrag bij een in Ministerraad | l'imposition a été établie; le Roi peut modifier ce montant par un |
overlegd besluit wijzigen. | arrêté délibéré en Conseil des Ministres. |
De vormen en de termijnen van dit beroep evenals de rechtspleging en | Les formes et délais applicables à ce recours ainsi que la procédure |
de voorziening in cassatie, hetzij tegen het arrest van het hof van | subséquente, et le pourvoi en cassation, soit contre l'arrêt de la |
beroep, hetzij tegen de beslissing van de bestendige deputatie ingeval | cour d'appel, soit contre la décision de la députation permanente si |
het hof van beroep niet bevoegd zou zijn, worden geregeld zoals inzake | la cour d'appel n'était pas compétente, sont réglés comme en matière |
rijksinkomstenbelastingen. » | d'impôts d'Etat sur le revenu. » |
Ten gronde | Quant au fond |
B.3. Hoewel de wet van 23 december 1986 dat niet preciseert, oefende | B.3. Bien que la loi du 23 décembre 1986 ne le précise pas, la |
de bestendige deputatie - vóór de inwerkingtreding van de voormelde | députation permanente exerçait - avant l'entrée en vigueur de la loi |
wet van 15 maart 1999 - een rechtsprekende functie uit in het kader van de beslechting van geschillen met betrekking tot de provinciale belastingen. B.4. De appellante voor de feitenrechter verwijt de in het geding zijnde bepalingen dat zij aan de bestendige deputatie een rechtsprekende functie toewijzen die niet tegemoet zou komen aan de vereiste waarborgen inzake onpartijdigheid en onafhankelijkheid van een rechtscollege wanneer zij uitspraak doet over bezwaren inzake provinciale belastingen. Zij merkt met name op dat de bestendige deputatie beschikt over het initiatiefrecht om aan de provincieraad belastingen voor te stellen, dat de leden van de bestendige deputatie zitting hebben in de provincieraad, die de belastingen goedkeurt, en | du 15 mars 1999 précitée - une fonction juridictionnelle dans le cadre du règlement des contestations relatives aux taxes provinciales. B.4. La partie appelante devant le juge du fond reproche aux dispositions en cause d'attribuer une fonction juridictionnelle à la députation permanente qui ne répondrait pas aux garanties d'impartialité et d'indépendance requises d'une juridiction lorsqu'elle statue sur les réclamations en matière de taxes provinciales. Elle relève notamment que la députation permanente a le droit de présenter d'initiative les projets de taxes au conseil |
dat de bestendige deputatie kan optreden als gedagvaarde partij voor | provincial, que les membres de la députation permanente siègent au |
het hof van beroep. De appellante voert nog aan dat de waarborgen inzake onafhankelijkheid en onpartijdigheid evenmin zouden worden geboden door de voorzitter van de bestendige deputatie die ertoe wordt gebracht uitspraak te doen, aangezien die persoon, zoals in het onderhavige geval, het met redenen omklede voorstel voor de betwiste belasting kan hebben ondertekend en hij in het kader van het ingestelde bezwaar ertoe wordt gebracht een memorie in te dienen, terwijl hij een van de ondertekenaars is van de beslissing van de bestendige deputatie tot verwerping van het bezwaar. Hieruit zou een verschil in behandeling voortvloeien ten opzichte van de situatie van degenen die een rijksbelasting verschuldigd zijn en hun beroep instellen bij de gewestelijke directeur, die handelt in de hoedanigheid van administratieve overheid. B.5. Er dient te worden nagegaan of de in het geding zijnde bepalingen de waarborgen inzake onafhankelijkheid en onpartijdigheid die elke instelling moet bieden die ertoe wordt gebracht een rechtsprekende functie uit te oefenen, niet op discriminerende wijze aantasten. Het Hof stelt vast dat de bestendige deputatie, wanneer zij uitspraak doet over bezwaren inzake provinciale belastingen, die waarborgen niet biedt, gelet op haar samenstelling, de bevoegdheden die haar zijn toegewezen in het kader van de opdrachten die zij uitoefent als uitvoerend orgaan van de provincie, en de verschillende hoedanigheden waarin zijzelf en haar voorzitter ertoe worden gebracht op te treden in het kader van het contentieux van de provinciale belastingen. Degene die provinciale belastingen verschuldigd is, bevindt zich aldus | sein du conseil provincial qui vote les taxes et que la députation permanente peut intervenir comme partie citée devant la cour d'appel. La partie appelante soutient encore que les garanties d'indépendance et d'impartialité ne seraient pas réunies non plus dans le chef du président de la députation permanente amenée à statuer puisque ce dernier peut avoir signé, comme dans l'espèce en cause, la proposition motivée de la taxation litigieuse et qu'il a été amené à déposer un mémoire dans le cadre de la réclamation introduite alors qu'il est un des signataires de la décision de la députation permanente rejetant la réclamation. Il en résulterait une différence de traitement par rapport à la situation des redevables d'un impôt d'Etat qui introduisent leur recours devant le directeur régional qui agit en qualité d'autorité administrative. B.5. Il y a lieu de vérifier si les dispositions en cause ne portent pas une atteinte discriminatoire aux garanties d'indépendance et d'impartialité que doit offrir toute institution amenée à exercer une fonction juridictionnelle. La Cour constate que la députation permanente, lorsqu'elle statue sur une réclamation en matière de taxes provinciales, ne présente pas ces garanties en raison de sa composition, en raison des compétences qui lui sont attribuées dans le cadre des missions qu'elle exerce en tant qu'organe exécutif de la province et en raison aussi des qualités multiples pour lesquelles elle-même et son président sont amenés à intervenir dans le cadre du contentieux relatif aux taxes provinciales. |
- op onverantwoorde wijze - in een situatie die minder gunstig is dan | Le contribuable de taxes provinciales se trouve ainsi - sans |
die van degene die een rijksbelasting verschuldigd is en zijn beroep | justification - dans une situation moins favorable que le contribuable |
kan instellen bij de gewestelijke directeur, die als administratieve | d'un impôt d'Etat qui peut introduire son recours devant le directeur |
overheid handelt en die niet persoonlijk heeft deelgenomen aan de | régional qui agit en qualité d'autorité administrative et qui n'a pas |
beslissing om de betwiste belasting in te stellen, beslissing die | participé à la décision de lever l'impôt litigieux, celle-ci revenant |
uitsluitend aan de wetgevende vergaderingen toekomt. | exclusivement aux assemblées législatives. |
B.6. De prejudiciële vraag dient bijgevolg bevestigend te worden | B.6. Il résulte de ceci que la question préjudicielle appelle une |
beantwoord. | réponse positive. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
De artikelen 5 tot 7 van de wet van 23 december 1986 betreffende de | Les articles 5 à 7 de la loi du 23 décembre 1986 relative au |
invordering en de geschillen ter zake van provinciale en plaatselijke | recouvrement et au contentieux en matière de taxes provinciales et |
heffingen, zoals zij van kracht waren vóór de wet van 15 maart 1999 | locales, tels qu'ils étaient en vigueur avant la loi du 15 mars 1999 |
betreffende de beslechting van fiscale geschillen en van toepassing | relative au contentieux en matière fiscale et applicables aux litiges |
waren op de geschillen met betrekking tot een vóór 1 januari 1997 | nés d'une taxe provinciale perçue avant le 1er janvier 1997, violent |
geïnde provinciale belasting, schenden de artikelen 10 en 11 van de | les articles 10 et 11 de la Constitution. |
Grondwet. Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 15 december 2004. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 15 décembre 2004. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Melchior. | M. Melchior. |