← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 83/2003 van 11 juni 2003 Rolnummer 2465 In zake : de
prejudiciële vragen betreffende de artikelen 20, 23, 29, tweede lid, en 43 van de wet van 22 juli 1970
op de ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts
en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 83/2003 van 11 juni 2003 Rolnummer 2465 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 20, 23, 29, tweede lid, en 43 van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...) | Extrait de l'arrêt n° 83/2003 du 11 juin 2003 Numéro du rôle : 2465 En cause : les questions préjudicielles concernant les articles 20, 23, 29, alinéa 2, et 43 de la loi du 22 juillet 1970 relative au remembrement légal de biens ruraux, pos La Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. Martens, R.(...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Uittreksel uit arrest nr. 83/2003 van 11 juni 2003 | Extrait de l'arrêt n° 83/2003 du 11 juin 2003 |
| Rolnummer 2465 | Numéro du rôle : 2465 |
| In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 20, 23, 29, | En cause : les questions préjudicielles concernant les articles 20, |
| tweede lid, en 43 van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling | 23, 29, alinéa 2, et 43 de la loi du 22 juillet 1970 relative au |
| van landeigendommen uit kracht van de wet, gesteld door de | remembrement légal de biens ruraux, posées par le juge de paix du |
| vrederechter van het kanton Dendermonde-Hamme. | canton de Termonde-Hamme. |
| Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
| samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters | composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. |
| P. Martens, R. Henneuse, L. Lavrysen, J.-P. Snappe en E. Derycke, | Martens, R. Henneuse, L. Lavrysen, J.-P. Snappe et E. Derycke, |
| bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van | assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. |
| voorzitter A. Arts, | Arts, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
| Bij vonnis van 20 juni 2002 in zake J. Ost en anderen tegen het | Par jugement du 20 juin 2002 en cause de J. Ost et autres contre le |
| ruilverkavelingscomité Hamme, waarvan de expeditie ter griffie van het | comité de remembrement de Hamme, dont l'expédition est parvenue au |
| Arbitragehof is ingekomen op 28 juni 2002, heeft de vrederechter van | greffe de la Cour d'arbitrage le 28 juin 2002, le juge de paix du |
| het kanton Dendermonde-Hamme de volgende prejudiciële vragen gesteld : | canton de Termonde-Hamme a posé les questions préjudicielles suivantes |
| « Schendt artikel 43, § 1, van de Ruilverkavelingswet van 22 juli 1970 | : « L'article 43, § 1er, de la loi du 22 juillet 1970 relative au |
| het grondwettelijk gewaarborgd gelijkheidsbeginsel in samenlezing met | remembrement légal de biens ruraux viole-t-il le principe d'égalité |
| garanti par la Constitution, combiné avec l'article 6.1 de la | |
| artikel 6, 1, van het EVRM en in samenlezing met artikel 16 van de | Convention européenne des droits de l'homme et avec l'article 16 de la |
| gecoördineerde Grondwet, in de mate dat het de vrederechter niet | Constitution coordonnée, dans la mesure où il n'autorise pas le juge |
| toelaat om wijzigingen aan te brengen aan de door het comité | de paix à apporter des modifications au remembrement établi par le |
| vastgestelde ruilverkaveling ? | comité ? |
| Schendt artikel 43, § 1, van de Ruilverkavelingswet van 22 juli 1970 | L'article 43, § 1er, de la loi du 22 juillet 1970 relative au |
| artikel 16 van de gecoördineerde Grondwet, nu er een vorm van | remembrement légal de biens ruraux viole-t-il l'article 16 de la |
| Constitution coordonnée, dès lors qu'une forme d'expropriation a lieu | |
| onteigening plaatsvindt buiten de gevallen door de wet bepaald en op | en dehors des cas déterminés par la loi et d'une manière non autorisée |
| een door de wet niet toegelaten wijze, gezien de onmogelijkheid van | par la loi, vu l'impossibilité de procéder au contrôle de légalité |
| controle van de externe en interne wettelijkheid van de gevraagde | externe et interne de l'expropriation demandée ? |
| onteigening ? | |
| Schenden de artikelen 20 en 43 van de wet van 22 juli 1970 op de | Les articles 20 et 43 de la loi du 22 juillet 1970 relative au |
| ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet de artikelen | remembrement légal de biens ruraux violent-ils les articles 10 et 11 |
| 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet samengelezen met artikel 1 van | de la Constitution coordonnée combinés avec l'article 1er du Premier |
| het Aanvullend Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten | Protocole additionnel à la Convention européenne de sauvegarde des |
| van de mens en de fundamentele vrijheden van 20 maart 1952, | droits de l'homme et des libertés fondamentales du 20 mars 1952, signé |
| ondertekend te Parijs en goedgekeurd bij wet van 13 mei 1955 doordat | à Paris et approuvé par la loi du 13 mai 1955, en ce que la |
| de minwaarde die het gevolg is van de toewijzing van gronden in het | moins-value résultant de l'attribution de terres, dans le cadre du |
| kader van de ruilverkaveling, niet zou worden vergoed omdat deze | |
| gronden geen cultuur- of bedrijfswaarde zouden hebben, in zoverre het | remembrement, ne serait pas indemnisée parce que ces terres n'auraient |
| aldus een discriminatie in het leven roept ten aanzien van de billijke | pas de valeur culturale ou d'exploitation et en tant qu'ils entraînent |
| en voorafgaande schadeloosstelling die, in het gemeen recht, aan de | ainsi une discrimination par rapport à l'indemnité juste et préalable |
| andere onteigenden wordt toegekend ? | qui, dans le droit commun, est octroyée aux autres expropriés ? |
| Is artikel 29, alinea 2, van de Ruilverkavelingswet van 22 juli 1970 | L'article 29, alinéa 2, de la loi du 22 juillet 1970 relative au |
| remembrement légal de biens ruraux est-il compatible avec les articles | |
| verenigbaar met de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet, | 10 et 11 de la Constitution coordonnée, en tant que cet article 29, |
| in zover dat artikel 29, alinea 2, van deze wet in die zin wordt | alinéa 2, est interprété en ce sens qu'il n'est pas accordé |
| uitgelegd dat aan de gebruiker van een in de ruilverkaveling opgenomen | d'indemnité pour perte de jouissance à l'exploitant d'une parcelle |
| perceel geen vergoeding wegens gebruiksverlies kan worden toegekend | faisant partie du remembrement, si ce n'est en raison d'un déficit de |
| anders dan voor een onderbedeling in cultuur- en bedrijfswaarden, daar | valeur culturale et d'exploitation, alors que, par exemple, |
| waar bijvoorbeeld aan een gebruiker van eenzelfde perceel opgenomen in | l'exploitant d'une même parcelle figurant dans un plan d'expropriation |
| een onteigeningsplan ten algemene nutte wel een volledige vergoeding | pour cause d'utilité publique obtient quant à lui une indemnisation |
| toekomt ? | complète ? |
| Is artikel 29, alinea 2, van de Ruilverkavelingswet van 22 juli 1970 | L'article 29, alinéa 2, de la loi du 22 juillet 1970 relative au |
| remembrement légal de biens ruraux est-il compatible avec les articles | |
| verenigbaar met de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet, | 10 et 11 de la Constitution coordonnée, en tant qu'il est interprété |
| in zover artikel 29, alinea 2, van deze wet in die zin wordt uitgelegd | en ce sens qu'aucune indemnité pour réduction des possibilités |
| dat aan de eigenaars van een in de ruilverkaveling opgenomen perceel | d'exploitation ne peut être attribuée aux propriétaires d'une parcelle |
| geen vergoeding wegens verminderde exploitatiemogelijkheid kan worden | faisant partie du remembrement, alors que, par exemple, le |
| toegekend, daar waar bijvoorbeeld aan een eigenaar van eenzelfde | propriétaire d'une même parcelle figurant dans un plan d'expropriation |
| perceel opgenomen in een onteigeningsplan ten algemenen nutte wel een | pour cause d'utilité publique obtient quant à lui une indemnisation |
| volledige vergoeding toekomt ? | complète ? |
| Schendt artikel 43, § 1, van de Ruilverkavelingswet van 22 juli 1970 | L'article 43, § 1er, de la loi du 22 juillet 1970 relative au |
| alsook artikel 23 van de Ruilverkavelingswet van 22 juli 1970 de | remembrement légal de biens ruraux ainsi que l'article 23 de cette |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet of het gelijkheidsbeginsel en het | même loi violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution ou le |
| non-discriminatieverbod doordat aan wie 'onteigend' wordt | principe d'égalité et l'interdiction de discrimination en tant que |
| overeenkomstig de Ruilverkavelingswet van 22 juli 1970 niet dezelfde | celui qui est 'exproprié' conformément à la loi du 22 juillet 1970 |
| relative au remembrement n'obtient pas les mêmes droits en matière | |
| rechten worden gegeven als aan wie overeenkomstig de onteigeningswet | d'évaluation de l'indemnisation que celui qui est exproprié |
| van 26 juli 1962 wordt onteigend bij de begroting van de vergoeding en | conformément à la loi du 26 juillet 1962 relative aux expropriations |
| doordat aan de eigenaars niet dezelfde rechten, noch | et en tant que les propriétaires ne se voient pas attribuer les mêmes |
| verhaalmogelijkheden worden toegekend als aan de gebruikers, aangezien | droits ni les mêmes possibilités de recours que les exploitants, étant |
| slechts de gebruiker en niet de eigenaar zelf de puntenwaarde afdoende | donné que l'exploitant seul peut contester valablement la valeur en |
| kan betwisten ? » | points et non le propriétaire lui-même ? » |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1. De verwijzende rechter stelt zes prejudiciële vragen over de | B.1. Le juge a quo pose six questions préjudicielles concernant la |
| bestaanbaarheid van de artikelen 20, 23, 29, tweede lid, en 43 van de | compatibilité des articles 20, 23, 29, alinéa 2, et 43 de la loi du 22 |
| wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen uit | juillet 1970 relative au remembrement légal de biens ruraux (ci-après |
| kracht van de wet (hierna : ruilverkavelingswet) met de artikelen 10 | : loi relative au remembrement) avec les articles 10 et 11 de la |
| en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 16 van de Grondwet en met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Ten aanzien van de excepties Wat de eerste prejudiciële vraag betreft B.2.1. De Vlaamse en de Waalse Regering zijn van mening dat de eerste prejudiciële vraag niet ontvankelijk is, nu in die vraag niet wordt gepreciseerd welke categorieën van personen dienen te worden vergeleken. In zijn memorie van antwoord sluit het ruilverkavelingscomité zich bij die zienswijze aan. B.2.2. De aan het Hof toevertrouwde toetsing van wettelijke normen aan de artikelen 10 en 11 van de Grondwet vereist dat de categorie van personen ten aanzien van wie een mogelijke discriminatie wordt | Constitution, lus ou non en combinaison avec l'article 16 de la Constitution et avec l'article 1er du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme. Quant aux exceptions La première question préjudicielle B.2.1. Le Gouvernement flamand et le Gouvernement wallon estiment que la première question préjudicielle est irrecevable, celle-ci ne précisant pas quelles catégories de personnes doivent être comparées. Dans son mémoire en réponse, le comité de remembrement partage ce point de vue. B.2.2. Le contrôle de normes législatives au regard des articles 10 et 11 de la Constitution qui est confié à la Cour exige que la catégorie de personnes dont la discrimination éventuelle est alléguée fasse |
| aangevoerd, het voorwerp uitmaakt van een pertinente vergelijking met | l'objet d'une comparaison pertinente avec une autre catégorie. Etant |
| een andere categorie. Wanneer noch in de prejudiciële vraag, noch in | donné que ni la question préjudicielle ni la motivation de la décision |
| de motivering van de verwijzingsbeslissing wordt aangegeven welke | de renvoi n'indiquent quelles catégories de justiciables doivent être |
| categorieën van rechtsonderhorigen met elkaar dienen te worden | comparées entre elles, la Cour ne peut examiner si les articles 10 et |
| vergeleken, kan het Hof niet onderzoeken of de artikelen 10 en 11 van | 11 de la Constitution, lus ou non en combinaison avec les dispositions |
| de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de in de vraag | |
| aangehaalde bepalingen, zijn geschonden. | invoquées dans la question, sont violés. |
| B.2.3. In hun memorie van antwoord betogen J. Ost en anderen dat de | B.2.3. Dans leur mémoire en réponse, J. Ost et autres font valoir que |
| eerste prejudiciële vraag ontvankelijk is, nu de twee rechtstoestanden | la première question préjudicielle est recevable, dès lors que les |
| waarover het te dezen gaat, de volgende zijn : enerzijds, de situatie | deux situations juridiques dont il s'agit en l'espèce sont les |
| waarin het ruilverkavelingscomité een beslissing neemt met | suivantes : d'une part, la situation où le comité de remembrement |
| inachtneming van het doel van de ruilverkavelingswet en, anderzijds, | prend une décision en conformité avec l'objectif de la loi relative au |
| de situatie waarin die beslissing klaarblijkelijk daarmee strijdig is. | remembrement et, d'autre part, la situation où cette décision est |
| manifestement contraire à cet objectif. | |
| B.2.4. De partijen voor het Hof vermogen niet de inhoud van een | B.2.4. Les parties devant la Cour ne peuvent modifier ou faire |
| prejudiciële vraag te wijzigen of te laten wijzigen. | modifier le contenu d'une question préjudicielle. |
| B.2.5. De eerste prejudiciële vraag is niet ontvankelijk. | B.2.5. La première question préjudicielle n'est pas recevable. |
| Wat de tweede prejudiciële vraag betreft | La deuxième question préjudicielle |
| B.3.1. De Vlaamse Regering is van mening dat het Hof niet bevoegd is | B.3.1. Le Gouvernement flamand estime que la Cour n'est pas compétente |
| om van de tweede prejudiciële vraag kennis te nemen, nu die vraag het | pour connaître de la seconde question préjudicielle, celle-ci invitant |
| Hof uitnodigt tot een rechtstreekse toetsing van artikel 43, § 1, van | la Cour à exercer un contrôle de l'article 43, § 1er, de la loi |
| de ruilverkavelingswet aan artikel 16 van de Grondwet. | relative au remembrement directement au regard de l'article 16 de la |
| B.3.2. De Waalse Regering is van oordeel dat de tweede prejudiciële | Constitution. B.3.2. Le Gouvernement wallon estime que la deuxième question |
| vraag niet ontvankelijk is, nu een rechtstreekse schending van artikel | préjudicielle est irrecevable, dès lors qu'il est invoqué une |
| 16 van de Grondwet wordt aangevoerd, zonder dat overigens wordt | violation directe de l'article 16 de la Constitution, sans indiquer |
| aangegeven in welke mate de miskenning ervan een schending van de | par ailleurs en quoi sa méconnaissance constituerait une violation des |
| artikelen 10, 11 of 24 van de Grondwet zou uitmaken. In zijn memorie | articles 10, 11 ou 24 de la Constitution. Dans son mémoire en réponse, |
| van antwoord sluit het ruilverkavelingscomité Hamme zich bij die | le comité de remembrement de Hamme partage ce point de vue. |
| zienswijze aan. B.3.3. De tweede prejudiciële vraag dient te worden gelezen in het | B.3.3. La deuxième question préjudicielle doit être lue à la lumière |
| licht van de overige vragen en in het licht van de | des autres questions et de la décision de renvoi, et doit être |
| verwijzingsbeslissing en moet worden aangezien als een vraag over de | considérée comme interrogeant la Cour sur la compatibilité de |
| bestaanbaarheid van artikel 43, § 1, van de ruilverkavelingswet met de | l'article 43, § 1er, de la loi relative au remembrement avec les |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel | articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec |
| 16 van de Grondwet, waarbij de situatie van de geruilkavelden wordt | l'article 16 de la Constitution, la situation des personnes dont les |
| vergeleken met die van de onteigenden. | terres sont remembrées étant comparée à celle des expropriés. |
| B.3.4. De excepties van de Vlaamse Regering, van de Waalse Regering en | B.3.4. Les exceptions du Gouvernement flamand, du Gouvernement wallon |
| van het ruilverkavelingscomité Hamme worden verworpen. | et du comité de remembrement de Hamme sont rejetées. |
| Wat de zesde prejudiciële vraag betreft | La sixième question préjudicielle |
| B.4.1. Volgens de Waalse Regering is de zesde prejudiciële vraag niet | B.4.1. Selon le Gouvernement wallon, la sixième question préjudicielle |
| ontvankelijk, nu die vraag uitgaat van een verkeerde lezing van de | est irrecevable dès lors qu'elle est fondée sur une lecture erronée |
| artikelen 23 en 43, § 1, van de wet van 22 juli 1970. Artikel 23 | des articles 23 et 43, § 1er, de la loi du 22 juillet 1970. L'article |
| voorziet in de mogelijkheid voor iedere belanghebbende - en dus niet | 23 permet à tout intéressé - et donc pas seulement à l'exploitant - de |
| alleen voor de gebruiker - de vaststelling van de waarden te | |
| betwisten. Artikel 43, § 1, van zijn kant verleent volgens de Waalse | contester la détermination des valeurs. L'article 43, § 1er, permet |
| Regering aan iedere belanghebbende de mogelijkheid « de berekening van | quant à lui à tout intéressé, selon le Gouvernement wallon, de |
| de globale waarden en van de opleg » te betwisten, doch niet de | contester « le calcul des valeurs globales et de la soulte », mais non |
| globale waarden en de opleg zelf. | les valeurs globales et la soulte elles-mêmes. |
| B.4.2. Het onderzoek van die exceptie valt samen met het onderzoek ten gronde. | B.4.2. L'examen de cette exception se confond avec l'examen du fond. |
| Ten gronde | Quant au fond |
| Ten aanzien van de in het geding zijnde bepalingen | En ce qui concerne les dispositions en cause |
| B.5. Het Hof onderzoekt de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling | B.5. La Cour examine la loi du 22 juillet 1970 « relative au |
| van landeigendommen uit kracht van de wet, zoals van toepassing in het | remembrement légal de biens ruraux », telle qu'elle était applicable |
| Vlaamse Gewest vooraleer zij werd gewijzigd bij het decreet van 19 | en Région flamande avant sa modification par le décret du 19 juillet |
| juli 2002. | 2002. |
| Ten aanzien van de vergelijkbaarheid | Quant à la comparabilité |
| B.6.1. De prejudiciële vragen gaan uit van een vergelijking van de | B.6.1. Les questions préjudicielles se fondent sur une comparaison de |
| situatie van een geruilkavelde met die van een onteigende. De Vlaamse | la situation d'une personne dont les terres sont remembrées avec celle |
| Regering, de Waalse Regering en het ruilverkavelingscomité Hamme zijn | d'un exproprié. Le Gouvernement flamand, le Gouvernement wallon et le |
| evenwel van mening dat de rechtsfiguur van de ruilverkaveling, | comité de remembrement de Hamme estiment toutefois que la figure |
| geregeld bij de wet van 22 juli 1970, niet met die van de onteigening, | juridique du remembrement, réglée par la loi du 22 juillet 1970, ne |
| geregeld bij de wet van 26 juli 1962, kan worden gelijkgesteld. | peut être mise sur le même pied que celle de l'expropriation, régie par la loi du 26 juillet 1962. |
| B.6.2. Tussen de ruilverkaveling uit kracht van de wet, geregeld bij | B.6.2. Entre le remembrement légal, régi par la loi du 22 juillet |
| de wet van 22 juli 1970, en de onteigening, geregeld bij de wet van 26 | 1970, et l'expropriation, régie par la loi du 26 juillet 1962, il |
| juli 1962, bestaan belangrijke verschillen, in hoofdzaak op het vlak | existe d'importantes différences, essentiellement au niveau de leurs |
| van hun respectieve doelstellingen en gevolgen. | objectifs et effets respectifs. |
| De ruilverkaveling uit kracht van de wet streeft hoofdzakelijk naar | Le remembrement légal poursuit principalement l'amélioration de |
| een verbetering van de economische exploitatie van de agrarische | |
| infrastructuur, in beginsel door ruiling van versnipperde en verspreid | l'exploitation économique de l'infrastructure agricole, en principe |
| liggende gronden met het oog op het vormen van aaneensluitende en | par l'échange de terres morcelées et dispersées pour constituer des |
| regelmatige kavels. Een ruilverkaveling kan gepaard gaan met het | parcelles continues et régulières. Le remembrement peut être |
| uitvoeren van bepaalde werken die ook betrekking kunnen hebben op | accompagné de certains travaux qui peuvent aussi porter sur, entre |
| onder meer de landschapszorg en met maatregelen van landinrichting | autres, l'aménagement des sites et d'autres mesures d'aménagement |
| (artikel 62 van de wet van 22 juli 1970). Bij een ruilverkaveling | rural (article 62 de la loi du 22 juillet 1970). En cas de |
| verwerft de verkavelende overheid - het ruilverkavelingscomité - geen | remembrement, l'autorité qui procède au lotissement - le comité de |
| eigendoms- of gebruiksrechten op de te ruilen en geruilde onroerende | remembrement - n'acquiert pas de droits de propriété ou d'exploitation |
| sur les biens immobiliers à échanger ou échangés. En principe, le | |
| goederen. De ruilverkaveling strekt in beginsel tot een ruil van | remembrement vise à échanger des biens ruraux, ce qui peut, le cas |
| landeigendommen, in voorkomend geval gepaard gaand met een verrekening | échéant, s'accompagner d'une prise en compte des moins-values ou des |
| van de minder- of de meerwaarden, waarin de wet van 22 juli 1970 | plus-values, comme le prévoit la loi du 22 juillet 1970. |
| voorziet. De onteigening daarentegen biedt de overheid de mogelijkheid om voor | L'expropriation offre quant à elle à l'autorité la possibilité de |
| doeleinden van algemeen nut de beschikking te krijgen over in het | disposer, dans l'intérêt général, de biens immobiliers, en |
| bijzonder onroerende goederen die niet middels de gewone wijzen van | particulier, qui ne peuvent être acquis selon les modes ordinaires de |
| eigendomsoverdracht kunnen worden verworven. Artikel 16 van de | transfert de propriété. L'article 16 de la Constitution dispose que |
| Grondwet bepaalt dat niemand van zijn eigendom kan worden ontzet dan | nul ne peut être privé de sa propriété que pour cause d'utilité |
| ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald | publique, dans les cas et de la manière établis par la loi et |
| en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling. De onteigening | moyennant une juste et préalable indemnité. L'expropriation implique |
| heeft onder meer tot gevolg dat het goed naar het vermogen van de | notamment que le bien passe dans le patrimoine de l'autorité |
| onteigenende overheid overgaat. | expropriante. |
| B.6.3. Hoewel de ruilverkaveling uit kracht van de wet niet zonder | B.6.3. Bien que le remembrement légal ne puisse sans plus s'assimiler |
| meer met een onteigening kan worden gelijkgesteld, worden zowel de | à une expropriation, tant la catégorie des personnes dont les terres |
| categorie van de geruilkavelden als de categorie van de onteigenden in | sont remembrées que celle des expropriés sont affectées dans leurs |
| hun rechten geraakt, zij het op verschillende wijze. Bijgevolg | droits, fût-ce différemment. Les deux catégories ne se trouvent dès |
| bevinden beide categorieën zich op dat vlak niet in zodanig | lors pas, à cet égard, dans des situations à ce point différentes |
| verschillende situaties dat zij, in het kader van een toetsing aan het | qu'elles seraient incomparables, dans le cadre d'un contrôle exercé au |
| beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie, onvergelijkbaar zouden | regard du principe d'égalité et de non-discrimination, en ce qui |
| zijn, wat betreft de respectieve vergoedingen en de procedurele | concerne les indemnités respectives et les garanties procédurales |
| waarborgen, waarnaar in de prejudiciële vragen wordt verwezen. | auxquelles les questions préjudicielles font référence. |
| Ten aanzien van de tweede en de derde prejudiciële vraag | Quant aux deuxième et troisième questions préjudicielles |
| B.7. De tweede prejudiciële vraag peilt naar de bestaanbaarheid van | B.7. La deuxième question préjudicielle porte sur la compatibilité de |
| l'article 43, § 1er, de la loi relative au remembrement avec les | |
| artikel 43, § 1, van de ruilverkavelingswet met de artikelen 10 en 11, | articles 10 et 11, lus en combinaison avec l'article 16, de la |
| in samenhang gelezen met artikel 16, van de Grondwet, in zoverre de | Constitution, en tant que les personnes dont les terres sont |
| geruilkavelden het voorwerp zouden uitmaken van een vorm van | remembrées feraient l'objet d'une forme d'expropriation, dans un cas |
| onteigening, in een geval waarin de wet niet voorziet en zonder dat | non prévu par la loi et sans que les garanties requises en matière de |
| hen de vereiste waarborgen inzake controle van de externe en interne | contrôle de légalité externe et interne leur soient offertes. |
| wettigheid zouden worden geboden. | |
| B.8.1. De derde prejudiciële vraag peilt naar de bestaanbaarheid van | B.8.1. La troisième question préjudicielle porte sur la compatibilité |
| de artikelen 20 en 43 van de wet van 22 juli 1970 met de artikelen 10 | des articles 20 et 43 de la loi du 22 juillet 1970 avec les articles |
| en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met artikel 1 van het | 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec l'article 1er du |
| Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten | Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de |
| van de Mens. | l'homme. |
| Die bepalingen zouden zijn geschonden, wanneer de voormelde artikelen | |
| 20 en 43 in die zin worden gelezen dat bij de classificatie van de | Ces dispositions seraient violées si les articles 20 et 43 précités |
| gronden uitsluitend rekening wordt gehouden met gegevens die verband | étaient interprétés en ce sens que, en vue de la classification des |
| houden met de cultuur- of bedrijfswaarde van de grond, of met de | terres, il est exclusivement tenu compte d'éléments en rapport avec la |
| landbouwbestemming van het goed, en niet met andere waarden, zoals de | valeur culturale et d'exploitation du terrain ou de la destination |
| venale waarde van de betrokken kavels. Aldus zouden uit de berekening | agricole du bien et non d'autres valeurs, comme la valeur vénale des |
| van de schadeloosstelling gegevens worden gesloten die deel ervan | parcelles concernées. Seraient ainsi exclus du calcul de l'indemnité |
| moeten uitmaken om tot een volledige schadeloosstelling te komen. | des éléments qui doivent en faire partie pour obtenir une réparation |
| B.8.2. Uit de bewoordingen van de derde prejudiciële vraag en uit de | intégrale. B.8.2. Il ressort toutefois du libellé de la troisième question |
| uiteenzetting daaromtrent van een aantal eisende partijen voor de | préjudicielle et de l'exposé y relatif de plusieurs parties |
| verwijzende rechter blijkt dat de grieven in wezen enkel betrekking | demanderesses devant le juge a quo que les griefs ne portent en |
| hebben op artikel 20 van de wet van 22 juli 1970 en niet op artikel 43 | réalité que sur l'article 20 de la loi du 22 juillet 1970 et non sur |
| van die wet. Artikel 43 dat voorwerp van de tweede en de zesde | l'article 43 de cette loi. Cette dernière disposition, qui fait |
| prejudiciële vraag uitmaakt, houdt verband met een andere kwestie, | l'objet des deuxième et sixième questions préjudicielles, concerne un |
| namelijk de procedure volgens welke bepaalde betwistingen hun beslag | autre aspect, à savoir la procédure selon laquelle certaines |
| krijgen. | contestations sont tranchées. |
| Bijgevolg onderzoekt het Hof eerst artikel 20. | Par conséquent, la Cour examine d'abord l'article 20. |
| B.9.1. Artikel 20 van de wet van 22 juli 1970 luidt : | B.9.1. L'article 20 de la loi du 22 juillet 1970 énonce : |
| « Bij de classificatie van de gronden houdt het comité geen rekening | « Lorsqu'il établit le classement des terres, le comité ne tient |
| met gegevens die geen verband houden met de cultuur- of bedrijfswaarde | compte ni d'éléments étrangers à la valeur culturale et d'exploitation |
| van de grond, zoals de aanwezigheid van gebouwen, afsluitingen, | des terres, tels la présence de bâtiments, de clôtures, d'arbres |
| alleenstaande bomen of hagen, het bestaan van een pacht, van een | isolés ou de haies, l'existence d'un bail, d'une servitude de passage, |
| erfdienstbaarheid van overgang of van een recht van gebruik of van | d'un droit d'usage ou de superficie, ou l'état d'exploitation, ni |
| opstal of de bedrijfstoestand, noch met gegevens die geen verband | d'éléments sans rapport avec la destination agricole du bien, telle |
| houden met de landbouwbestemming van het goed, zoals het bestaan van | l'existence de substances minérales ou fossiles. |
| minerale of fossiele stoffen. | |
| Deze gegevens, die als meer- of minderwaarden van de kavels worden | Ces éléments, considérés comme plus-values ou moins-values des |
| aangezien, worden na de toewijzing van de nieuwe kavels afzonderlijk | parcelles, sont estimés séparément après l'attribution des nouvelles |
| geschat. » | parcelles. » |
| B.9.2. In de parlementaire voorbereiding van de wet van 25 juni 1956 | B.9.2. Au cours des travaux préparatoires de la loi du 25 juin 1956 |
| op de ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet, | sur le remembrement légal de biens ruraux, remplacée par la loi du 22 |
| vervangen bij de wet van 22 juli 1970, gewijzigd bij de wet van 11 augustus 1978, werd het door die bepaling nagestreefde doel als volgt toegelicht : « Aangezien de ruilverkaveling geschiedt ten behoeve van de landbouw, met het doel namelijk de exploitatievoorwaarden te verbeteren, moet de schattingswaarde van de gronden voor het opmaken van de waardezones in feite samenvallen met de cultuur- en bedrijfswaarde er van. Alle elementen die geen uitstaans hebben met de landbouwbestemming van het goed, zoals bomen en afsluitingen, de slechte staat van onderhoud van de grond, het bestaan van een pacht, van een erfdienstbaarheid, de aard van de ondergrond, het mogelijk gebruik voor industriële | juillet 1970, modifiée par la loi du 11 août 1978, le but poursuivi par cette disposition a été exposé comme suit : « Eu égard au but agricole du remembrement, qui tend à améliorer les conditions d'exploitation, la valeur d'estimation des terres pour l'établissement des zones de valeur, doit correspondre à leur valeur culturale et d'exploitation. Il faut donc exclure tous les éléments qui sont sans rapport avec la destination agricole du bien, tels la présence d'arbres et de clôtures, le mauvais état d'entretien du sol, l'existence d'un bail, d'une servitude, la possibilité d'une |
| doeleinden of de toekomstige bestemming als bouwterrein, moeten dus | affectation industrielle de la terre ou sa destination future comme |
| geweerd worden. » | terrain à bâtir. » |
| Bij de parlementaire bespreking van de wetten van 22 juli 1970 en 11 | Lors des travaux préparatoires des lois du 22 juillet 1970 et du 11 |
| augustus 1978 werd die ratio legis niet betwist, en zulks terwijl de | août 1978, cette ratio legis n'a pas été contestée, alors que |
| doelstelling die met de ruilverkaveling wordt nagestreefd gaandeweg is | l'objectif poursuivi par le remembrement a évolué au fil du temps, sa |
| geëvolueerd van een zuiver landbouweconomische finaliteit naar een | finalité étant au départ purement agricole et économique pour |
| meer omvattende doelstelling van landschapszorg en landinrichting. | poursuivre ensuite plus globalement un objectif d'aménagement des |
| Thans wordt die doelstelling, wat het Vlaamse Gewest betreft, als | sites et d'aménagement rural. En ce qui concerne la Région flamande, |
| volgt verwoord in artikel 62 van de wet van 22 juli 1970, ingevoegd | cet objectif est actuellement défini comme suit à l'article 62 de la |
| bij artikel 2 van de wet van 11 augustus 1978 « tot aanvulling van de | loi du 22 juillet 1970, inséré par l'article 2 de la loi du 11 août |
| wet van 22 juli 1970, op de ruilverkaveling van landeigendommen uit | 1978 « complétant la loi du 22 juillet 1970, relative au remembrement |
| kracht van de wet met bijzondere bepalingen eigen aan het Vlaamse | légal de biens ruraux par des dispositions particulières pour la |
| Gewest » (Belgisch Staatsblad , 22 september 1978) : | Région flamande » (Moniteur belge du 22 septembre 1978) : |
| « Ten einde in het algemeen belang tot een betere economische exploitatie van de landeigendommen te komen, kan, overeenkomstig de bepalingen van deze wet, overgegaan worden tot ruilverkaveling van versnipperde en verspreid liggende gronden. Ruilverkaveling beoogt het vormen van aaneensluitende en regelmatige kavels die zo dicht mogelijk bij de bedrijfszetel zijn gelegen en een eigen uitweg hebben. Ruilverkaveling kan gepaard gaan met aanleg en verbetering van wegen, met waterbeheersingswerken, met grondverbeteringswerken, zoals drooglegging, bevloeiing, effening en ontginning, met werken voor water- en elektriciteitsvoorziening, evenals met werken van landschapszorg en met andere maatregelen tot landinrichting. | « Afin d'assurer, dans l'intérêt général, une exploitation plus économique des biens ruraux, il peut être procédé, conformément aux dispositions de la présente loi, au remembrement de terres morcelées et de terres dispersées. Le remembrement tend à constituer des parcelles continues, régulières aussi rapprochées que possible du siège de l'exploitation et jouissant d'accès indépendants. Le remembrement peut être accompagné de la création et de l'aménagement de chemins, de travaux de maîtrise des eaux, de travaux d'amélioration foncière, tels que travaux d'assèchement, d'irrigation, de nivellement et de défrichement, de travaux d'adduction de l'eau et de l'électricité, ainsi que de travaux d'aménagement des sites et d'autres mesures d'aménagement rural. |
| [...] » | [...] » |
| B.9.3. Het bepalen van de gevallen waarin een beperking van het | B.9.3. C'est au législateur compétent qu'il appartient de déterminer |
| eigendomsrecht tot een vergoeding aanleiding kan geven en de | les cas dans lesquels une limitation du droit de propriété peut donner |
| voorwaarden waaronder die vergoeding kan worden toegekend, is een | lieu à une indemnité et les conditions auxquelles cette indemnité peut |
| keuze die aan de bevoegde wetgever toekomt, onder voorbehoud van de | être octroyée, sous réserve du contrôle exercé par la Cour quant au |
| toetsing door het Hof ten aanzien van de redelijkheid en de evenredigheid van de genomen maatregel. | caractère raisonnable et proportionné de la mesure prise. |
| B.9.4. Door te bepalen dat bij de classificatie van de gronden in | B.9.4. En prévoyant que lors de la classification des terres, il ne |
| beginsel enkel rekening mag worden gehouden met gegevens die verband | peut en principe être tenu compte que d'éléments en rapport avec, |
| houden met, enerzijds, de cultuur- of bedrijfswaarde van de grond en, | d'une part, la valeur culturale et d'exploitation de la parcelle et, |
| anderzijds, de landbouwbestemming, en door bij die classificatie niet | d'autre part, de la destination agricole, et en ne prévoyant pas pour |
| te voorzien in de vergoeding voor meerwaarden die met andere dan de | cette classification d'indemnité pour plus-values en rapport avec une |
| cultuur- of bedrijfswaarde verband houden, heeft de wetgever een | autre valeur que la valeur culturale et d'exploitation, le législateur |
| maatregel genomen die, redelijkerwijze, en in zijn algemeenheid | a pris une mesure qui, raisonnablement, et considérée dans son |
| beschouwd, niet kan worden geacht onevenredige gevolgen te hebben voor | ensemble, ne peut être réputée avoir des conséquences |
| de belanghebbenden waarop die maatregel toepassing zou vinden, gelet | disproportionnées pour les intéressés auxquels cette mesure serait |
| op de bijzondere compensatieregeling waarin artikel 20, tweede lid, | applicable compte tenu de la compensation particulière prévue par |
| voorziet. | l'article 20, alinéa 2. |
| Daarbij dient tevens in aanmerking te worden genomen dat de wet van 22 | Il convient d'avoir aussi égard au fait que la loi du 22 juillet 1970 |
| juli 1970 - inzonderheid in de artikelen 23 en 43 - in een aantal | - en particulier les articles 23 et 43 - prévoit plusieurs garanties |
| waarborgen voorziet die de belanghebbenden toestaan bepaalde | permettant aux intéressés de contester certaines décisions relatives à |
| beslissingen inzake de vaststelling van bepaalde waarden en vergoedingen te betwisten. | la détermination de certaines valeurs et de certaines indemnités. |
| De belanghebbenden blijven gerechtigd om op basis van de artikelen | Les intéressés gardent le droit de demander, sur la base des articles |
| 1382 en volgende van het Burgerlijk Wetboek een schadevergoeding te | 1382 et suivants du Code civil, la réparation du dommage qu'ils |
| vorderen voor de schade die zij zouden bewijzen geleden te hebben door | auraient démontré avoir subi du fait d'un abus de pouvoir et d'un |
| machtsmisbruik en machtsafwending of door een foutieve beslissing van | détournement de pouvoir ou du fait d'une décision fautive du comité de |
| het ruilverkavelingscomité. De bevoegde rechtbank is dan krachtens de | remembrement. En vertu du contrôle de légalité qui est le sien |
| haar door artikel 159 van de Grondwet opgedragen wettigheidscontrole | conformément à l'article 159 de la Constitution, le tribunal compétent |
| bevoegd om na te gaan of dat comité zich van zijn taak heeft gekweten | peut examiner si ce comité s'est acquitté de sa tâche en conformité |
| overeenkomstig de zorgvuldigheidsnormen die in artikel 1382 en volgende van het Burgerlijk Wetboek zijn ingeschreven. Bovendien kunnen de eindbeslissingen van het ruilverkavelingscomité, in zoverre het administratieve rechtshandelingen betreft, met een beroep voor de Raad van State worden bestreden. Ten slotte dient ermee rekening te worden gehouden dat een regeling betreffende één fase van een complexe operatie, zoals een ruilverkaveling, die door bepaalde belanghebbenden als discriminerend wordt ervaren, een onderdeel vormt van een algehele regeling die kan voorzien in de door de overheid te bekostigen inrichtingswerken in het voordeel van de geruilkavelden. B.9.5. De in het geding zijnde maatregel kan evenmin worden beschouwd als een krachtens artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens ongeoorloofde inbreuk op het eigendomsrecht. In een zaak waarbij de Franse wetgeving inzake ruilverkaveling in het geding was, heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in het | avec les normes de prudence inscrites aux articles 1382 et suivants du Code civil. En outre, les décisions finales du comité de remembrement qui sont des actes administratifs sont susceptibles de recours devant le Conseil d'Etat. Enfin, il convient de tenir compte du fait qu'une réglementation relative à une phase du remembrement qui est une opération complexe, qui peut être perçue par certains intéressés comme étant discriminatoire, ne constitue qu'un élément d'un ensemble global qui peut prévoir des travaux d'aménagement complémentaires effectués par les autorités au profit des « remembrés ». B.9.5. La mesure en cause ne peut pas davantage être considérée comme une atteinte illicite au droit de propriété interdite par l'article 1er du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme. Dans une affaire portant sur la législation française relative au remembrement, la Cour européenne des droits de l'homme a considéré |
| arrest Piron t/ Frankrijk van 14 november 2000 overwogen dat, nu ten | dans l'arrêt Piron c. France du 14 novembre 2000 que, dès lors que, |
| gevolge van de ruilverkaveling de overdracht van eigendommen | suite au remembrement, le transfert des propriétés était devenu |
| definitief was, het te dezen gaat om een beroving van eigendom bedoeld | effectif, il s'agit en l'espèce d'une privation de propriété au sens |
| in de tweede zin van de eerste alinea van artikel 1 van het Eerste | de la deuxième phrase du premier alinéa de l'article 1er du Premier |
| Aanvullend Protocol. Met verwijzing naar eerdere arresten (Wiesinger | Protocole additionnel. Se référant à des arrêts antérieurs (Wiesinger |
| t/ Oostenrijk van 30 oktober 1991; Prötscht/Oostenrijk van 15 november | c. Autriche du 30 octobre 1991; Prötsch c. Autriche du 15 novembre |
| 1996), wijst het Europees Hof erop dat de ruilverkaveling zowel het | 1996), la Cour européenne souligne que le remembrement sert l'intérêt |
| belang van betrokken eigenaars als dat van de gemeenschap in haar | des propriétaires concernés comme celui de la collectivité dans son |
| geheel dient door het rendement van de landbouwbedrijven in zijn | ensemble en accroissant la rentabilité des exploitations dans son |
| geheel te verhogen en door de teelt te rationaliseren. De | ensemble et en rationalisant la culture. Selon la Cour européenne, le |
| ruilverkaveling vormt volgens het Europees Hof ontegensprekelijk een | remembrement constitue indéniablement une « cause d'utilité publique |
| reden van « algemeen belang ». | ». |
| B.9.6. Zonder dat het Hof uitspraak moet doen over de vraag of de | B.9.6. Sans que la Cour doive statuer sur la question de savoir si la |
| regeling, neergelegd in de wet van 22 juli 1970, als een « beroving | réglementation prévue par la loi du 22 juillet 1970 doit être |
| van eigendom », bedoeld in de tweede zin van de eerste alinea van | considérée comme une « privation de propriété », visée dans la |
| artikel 1 van het voormelde Protocol dient te worden beschouwd - zoals | deuxième phrase du premier alinéa de l'article 1er du Protocole |
| de Waalse Regering meent -, dan wel als een regeling van « het gebruik | précité - comme l'estime le Gouvernement wallon -, ou comme |
| van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang », bedoeld in | réglementant « l'usage des biens conformément à l'intérêt général », |
| de tweede alinea van artikel 1 van hetzelfde Protocol - zoals het | visé au deuxième alinéa de l'article 1er du même Protocole - comme le |
| ruilverkavelingscomité Hamme betoogt -, volstaat het in herinnering te | soutient le comité de remembrement de Hamme -, il suffit de rappeler |
| brengen dat met het in het geding zijnde artikel 20 van die wet een | que l'article 20 litigieux de cette loi poursuit un objectif d'intérêt |
| doelstelling van algemeen belang wordt nagestreefd en dat de | |
| bekritiseerde maatregelen daarmee niet onevenredig zijn. | |
| B.9.7. De derde prejudiciële vraag, in zoverre zij betrekking heeft op | général et que les mesures critiquées ne sont pas disproportionnées à cet objectif. |
| artikel 20 van de voormelde wet, dient ontkennend te worden | B.9.7. En tant qu'elle porte sur l'article 20 de la loi précitée, la |
| beantwoord. | troisième question préjudicielle appelle une réponse négative. |
| B.10. Gelet op de mogelijkheden van jurisdictionele controle waarin | B.10. Eu égard aux possibilités de contrôle juridictionnel prévues à |
| artikel 43, § 1, voorziet en die onder B.9.4 zijn besproken, dient ook | l'article 43, § 1er, et examinées au B.9.4, la seconde question |
| de tweede prejudiciële vraag ontkennend te worden beantwoord. | préjudicielle appelle également une réponse négative. |
| Ten aanzien van de vierde prejudiciële vraag | Quant à la quatrième question préjudicielle |
| B.11.1. De vierde prejudiciële vraag heeft betrekking op de | B.11.1. La quatrième question préjudicielle porte sur la compatibilité |
| bestaanbaarheid van artikel 29, tweede lid, van de wet van 22 juli | de l'article 29, alinéa 2, de la loi du 22 juillet 1970 avec les |
| 1970 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | articles 10 et 11 de la Constitution. |
| Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie zou kunnen zijn | Le principe d'égalité et de non-discrimination serait violé, |
| geschonden, wanneer het voormelde artikel 29, tweede lid, aldus wordt | affirme-t-on, si l'article 29, alinéa 2, précité était interprété en |
| uitgelegd dat aan de gebruiker van een perceel dat in een | |
| ruilverkaveling is opgenomen, geen vergoeding wegens een | ce sens que l'exploitant d'une parcelle remembrée ne peut se voir |
| gebruiksverlies « anders dan voor een onderbedeling in cultuur- en | accorder une indemnité pour perte de jouissance « si ce n'est en |
| bedrijfswaarden » kan worden toegekend, terwijl de gebruiker van een | raison d'un déficit de valeur culturale et d'exploitation », alors que |
| vergelijkbaar perceel dat in een onteigeningsplan ten algemenen nutte | l'exploitant d'une parcelle comparable figurant dans un plan |
| is opgenomen, recht heeft op een volledige vergoeding. | d'expropriation pour cause d'utilité publique a droit à une indemnité complète. |
| B.11.2. Artikel 29, tweede lid, van de wet van 22 juli 1970 luidt : | B.11.2. L'article 29, alinéa 2, de la loi du 22 juillet 1970 énonce : |
| « Een vergoeding wegens gebruiksverlies is verschuldigd aan de | « Une indemnité pour perte de jouissance est due à l'exploitant |
| gebruiker wanneer de globale waarde van de hem toebedeelde kavels naar | lorsque la valeur globale des parcelles qui lui sont attribuées est |
| verhouding ten minste 2 pct. kleiner is dan de globale waarde van zijn | proportionnellement inférieure de 2 p.c. au moins à la valeur globale |
| vroegere kavels, met inachtneming van de waarde zowel van de gronden | de ses anciennes parcelles, compte tenu de la valeur tant des terres |
| die uit het blok werden gesloten als van die welke later bij het blok | détachées du bloc que de celles qui y ont été incorporées |
| werden gevoegd overeenkomstig de bepalingen van artikel 25, § 1, derde | ultérieurement, conformément aux dispositions de l'article 25, § 1er, |
| lid, evenals van de waarde van de aan het openbaar domein toe te | alinéa 3, ainsi que de la valeur des chemins, des voies d'écoulement |
| wijzen of te onttrekken wegen, afwateringen en kunstwerken. » | d'eau et des ouvrages connexes à attribuer au domaine public ou à soustraire de celui-ci. » |
| B.11.3. In de memorie van toelichting bij de wet van 22 juli 1970 werd | B.11.3. Dans l'exposé des motifs de la loi du 22 juillet 1970, cette |
| die bepaling als volgt toegelicht : | disposition a été précisée comme suit : |
| « Artikel 29 van het wetsontwerp strekt er toe voortaan eveneens een | « L'article 29 du projet de loi tend à accorder désormais une |
| vergoeding voor gebruiksverlies toe te kennen aan de gebruikers die | indemnité pour perte de jouissance également aux exploitants |
| tevens eigenaar zijn; deze vergoeding valt niet samen met het saldo | propriétaires; en effet cette indemnité ne se confond pas avec la |
| dat verschuldigd is in geval de oude en nieuwe kavels toegekend aan | soulte qui est due en cas de non-équivalence des anciennes et |
| een eigenaar of vruchtgebruiker niet gelijkwaardig zijn. Voegen we er | nouvelles parcelles attribuées à un propriétaire ou usufruitier. |
| aan toe dat om het gebruiksverlies vast te stellen, het practisch | Ajoutons que pour fixer l'indemnité pour perte de jouissance, il est |
| onmogelijk is een onderscheid te maken tussen de kavels gebruikt door | pratiquement impossible de faire une ventilation entre les parcelles |
| een belanghebbende als eigenaar en als huurder; inderdaad het verschil | exploitées par un intéressé en propriété et en location; en effet la |
| tussen de inbreng van een belanghebbende en zijn toedeling, draagt | différence entre l'apport d'un intéressé et son attribution, s'établit |
| globaal op het geheel van de uitbating. » (Parl. St. , Kamer, | globalement sur l'ensemble de son exploitation. » (Doc. parl. , |
| 1968-1969, nr. 250/1, p. 10) | Chambre, 1968-1969, no 250/1, p. 10) |
| B.11.4. Het Hof ziet niet in hoe artikel 29, tweede lid, het beginsel | B.11.4. La Cour ne voit pas en quoi l'article 29, alinéa 2, pourrait |
| van gelijkheid en niet-discriminatie zou kunnen schenden, nu die | violer le principe d'égalité et de non-discrimination, dès lors que |
| bepaling enkel ertoe strekt te voorzien in een vergoeding wegens | cette disposition prévoit uniquement une indemnité pour perte de |
| gebruiksverlies in het voordeel van de gebruiker, wanneer de globale | jouissance au profit de l'exploitant lorsque la valeur globale des |
| parcelles qui lui sont attribuées est proportionnellement inférieure | |
| waarde van de hem toebedeelde kavels naar verhouding ten minste 2 | de 2 p.c. au moins à la valeur globale de ses anciennes parcelles. |
| procent kleiner is dan de globale waarde van zijn vroegere kavels. | B.11.5. En tant que la question préjudicielle tend à comparer |
| B.11.5. In zoverre de prejudiciële vraag beoogt de vergoeding voor | l'indemnité pour perte de jouissance octroyée dans le cadre d'un |
| gebruiksverlies die in het kader van een ruilverkaveling kan worden | remembrement avec l'indemnité qui peut être octroyée dans le cadre |
| toegekend, te vergelijken met de vergoeding die in het kader van een | d'une expropriation pour cause d'utilité publique, il échet de |
| onteigening ten algemenen nutte kan worden toegekend, moet worden | |
| vastgesteld dat zulk een vergelijking niet kan worden aangenomen. Het | constater qu'une telle comparaison ne peut être admise. En effet, l'on |
| gaat immers niet op de specifieke vergoeding voor gebruiksverlies die | ne peut isoler l'indemnité spécifique pour perte de jouissance qui |
| op grond van de in het geding zijnde bepaling in voorkomend geval aan | peut être octroyée, le cas échéant, à un exploitant sur la base de la |
| een gebruiker kan worden toegekend, af te zonderen van de andere | disposition litigieuse, des autres indemnités, compensations et |
| vergoedingen, compensaties en waarborgen waarin de wet van 22 juli | garanties prévues par la loi du 22 juillet 1970 pour ensuite déduire |
| 1970 voorziet, om vervolgens uit die enkele bepaling een verschil in | de cette seule disposition une différence de traitement par rapport à |
| behandeling ten aanzien van de onteigeningsvergoeding af te leiden. | l'indemnité d'expropriation. En outre, la situation d'un exploitant de |
| Bovendien is de situatie van een geruilkavelde gebruiker en een | terres remembrées et celle d'un exploitant exproprié sont profondément |
| onteigende gebruiker wezenlijk verschillend, nu de eerste zijn | différentes, du fait qu'à l'inverse du second, le premier ne perd pas |
| gebruiksrechten niet definitief verliest, maar ze op de toebedeelde | définitivement ses droits de jouissance mais peut continuer à les |
| kavels kan voortzetten, terwijl zulks voor de tweede niet het geval | exercer sur les parcelles qui lui sont attribuées. |
| is. B.11.6. De vierde prejudiciële vraag dient ontkennend te worden | B.11.6. La quatrième question préjudicielle appelle une réponse |
| beantwoord. | négative. |
| Ten aanzien van de vijfde prejudiciële vraag | Quant à la cinquième question préjudicielle |
| B.12.1. De vijfde prejudiciële vraag heeft eveneens betrekking op de | B.12.1. La cinquième question préjudicielle porte également sur la |
| bestaanbaarheid van artikel 29, tweede lid, van de wet van 22 juli | compatibilité de l'article 29, alinéa 2, de la loi du 22 juillet 1970 |
| 1970 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | avec les articles 10 et 11 de la Constitution. |
| Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie zou zijn geschonden, | Le principe d'égalité et de non-discrimination serait violé si |
| wanneer het voormelde artikel 29, tweede lid, aldus wordt uitgelegd | l'article 29, alinéa 2, précité était interprété en ce sens que le |
| dat aan de eigenaar van een perceel dat in een ruilverkaveling is | propriétaire d'une parcelle remembrée ne peut se voir octroyer une |
| opgenomen, geen vergoeding « wegens verminderde exploitatiemogelijkheid » kan worden toegekend, terwijl de eigenaar van een vergelijkbaar perceel dat in een onteigeningsplan ten algemenen nutte is opgenomen, recht heeft op een volledige vergoeding. B.12.2. In artikel 29, tweede lid, wordt in bepaalde gevallen in een vergoeding voor gebruiksverlies voorzien die aan « de gebruiker » is verschuldigd. Nu in die bepaling enkel sprake is van « de gebruiker » en niet van « de eigenaar », gaat de prejudiciële vraag uit van een verkeerde lezing van die bepaling. B.12.3. In zoverre de prejudiciële vraag de eigenaar die tevens de | indemnité pour « réduction des possibilités d'exploitation », alors que le propriétaire d'une parcelle comparable figurant dans un plan d'expropriation pour cause d'utilité publique a droit à une indemnisation complète. B.12.2. L'article 29, alinéa 2, prévoit dans certains cas une indemnité pour perte de jouissance qui est due à l'« exploitant ». Dès lors que cette disposition ne mentionne que l'« exploitant » et non le « propriétaire », la question préjudicielle se fonde sur une lecture erronée de cette disposition. B.12.3. En tant qu'elle vise le propriétaire qui est en outre |
| gebruiker van de kavel is beoogt, valt zij samen met de vierde | l'exploitant de la parcelle, la question préjudicielle se confond avec |
| prejudiciële vraag en dient hetzelfde antwoord te worden gegeven. | la quatrième question préjudicielle et appelle la même réponse. |
| B.12.4. De vijfde prejudiciële vraag dient ontkennend te worden | B.12.4. La cinquième question préjudicielle appelle une réponse |
| beantwoord. | négative. |
| Ten aanzien van de zesde prejudiciële vraag | Quant à la sixième question préjudicielle |
| B.13.1. De zesde prejudiciële vraag heeft betrekking op de | B.13.1. La sixième question préjudicielle porte sur la compatibilité |
| bestaanbaarheid van de artikelen 23 en 43, § 1, van de wet van 22 juli | des articles 23 et 43, § 1er, de la loi du 22 juillet 1970 avec les |
| 1970 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | articles 10 et 11 de la Constitution. |
| Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie zou zijn geschonden | Le principe d'égalité et de non-discrimination serait violé, d'une |
| doordat, enerzijds, de geruilkavelden niet dezelfde rechten genieten | part, en ce que les personnes dont les terres sont remembrées n'ont |
| als de onteigenden wat betreft de begroting van de vergoeding en, | pas les mêmes droits que les expropriés s'agissant de l'estimation de |
| anderzijds, « aan de eigenaars niet dezelfde rechten, noch | l'indemnité et, d'autre part, « en tant que les propriétaires ne se |
| verhaalmogelijkheden worden toegekend als aan de gebruikers, aangezien | voient pas attribuer les mêmes droits ni les mêmes possibilités de |
| recours que les exploitants, étant donné que l'exploitant seul peut | |
| slechts de gebruiker en niet de eigenaar zelf de puntenwaarde afdoende | contester valablement la valeur en points et non le propriétaire |
| kan betwisten ». | lui-même ». |
| B.13.2. Volgens de Waalse Regering is de zesde prejudiciële vraag niet | B.13.2. Selon le Gouvernement wallon, la sixième question |
| ontvankelijk, nu zij uitgaat van een verkeerde lezing van de artikelen | préjudicielle est irrecevable dès lors qu'elle se fonde sur une |
| 23 en 43, § 1, van de wet van 22 juli 1970. | lecture erronée des articles 23 et 43, § 1er, de la loi du 22 juillet |
| Volgens het ruilverkavelingscomité Hamme gaat de zesde prejudiciële | 1970. Selon le comité de remembrement de Hamme, la sixième question |
| vraag uit van een niet bestaand onderscheid in behandeling tussen de | préjudicielle se fonde sur une différence de traitement inexistante |
| bij de ruilverkaveling betrokken eigenaars en gebruikers. | entre les propriétaires et les exploitants dont les terres sont |
| B.13.3. Luidens de artikelen 23 en 43, § 1, kan « ieder belanghebbende » een aantal elementen betwisten waarvan sprake in die bepalingen. Die bepalingen maken geen onderscheid naargelang die belanghebbende een gebruiker of een eigenaar is. In zoverre het tweede onderdeel van de zesde prejudiciële vraag een verschil in behandeling dat in de in het geding zijnde bepalingen niet wordt gemaakt, ter toetsing aan het Hof voorlegt, is het niet ontvankelijk. B.13.4. In zoverre het eerste onderdeel van de zesde prejudiciële vraag betrekking heeft op het verschil in behandeling tussen de geruilkavelde en de onteigende wat de begroting van de vergoeding | remembrées. B.13.3. Aux termes des articles 23 et 43, § 1er, « tout intéressé » peut contester une série d'éléments contenus dans ces dispositions. Ces dispositions n'établissent aucune distinction selon que l'intéressé est exploitant ou propriétaire. En tant que la sixième question préjudicielle, en sa seconde branche, soumet à la Cour une distinction qui n'est pas établie dans les dispositions litigieuses, elle est irrecevable. B.13.4. En tant que la sixième question préjudicielle, en sa première branche, porte sur la différence de traitement entre la personne dont les terres sont remembrées et l'exproprié, s'agissant de l'estimation |
| betreft, stelt het Hof vast dat zowel in artikel 23 als in artikel 43, | de l'indemnité, la Cour constate que tant l'article 23 que l'article |
| § 1, wordt voorzien in de mogelijkheid voor iedere belanghebbende om | 43, § 1er, permettent à chaque intéressé de contester les éléments |
| de in die bepalingen vermelde elementen te betwisten. | mentionnés dans ces dispositions. |
| Voor het overige valt het onderzoek van het eerste onderdeel van de | Pour le surplus, l'examen de la première branche de la sixième |
| zesde prejudiciële vraag, wat de vergoeding betreft die aan de | question préjudicielle, en ce qui concerne l'indemnité octroyée aux |
| geruilkavelden in vergelijking met die welke aan de onteigenden wordt | personnes dont les terres sont remembrées par comparaison à celle des |
| toegekend, samen met dat van de derde prejudiciële vraag, zodat daarop | expropriés, se confond avec l'examen de la troisième question |
| hetzelfde antwoord dient te worden gegeven. | préjudicielle, de sorte qu'il convient d'y donner la même réponse. |
| B.13.5. Het eerste onderdeel van de zesde prejudiciële vraag dient | B.13.5. La sixième question préjudicielle, en sa première branche, |
| ontkennend te worden beantwoord. | appelle une réponse négative. |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| - Artikel 20 van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van | - L'article 20 de la loi du 22 juillet 1970 relative au remembrement |
| landeigendommen uit kracht van de wet schendt niet de artikelen 10 en | légal de biens ruraux ne viole pas les articles 10 et 11 de la |
| 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 1 van | Constitution, lus ou non en combinaison avec l'article 1er du Premier |
| het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de | Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de |
| Rechten van de Mens. | l'homme. |
| - De artikelen 23, 29, tweede lid, en 43, § 1, van dezelfde wet | - Les articles 23, 29, alinéa 2, et 43, § 1er, de la même loi ne |
| schenden niet de artikelen 10 en 11, al dan niet in samenhang gelezen | violent pas les articles 10 et 11, lus ou non en combinaison avec |
| met artikel 16, van de Grondwet. | l'article 16, de la Constitution. |
| Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 11 juni 2003. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 11 juin 2003. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| De voorzitter, | Le président, |
| A. Arts | A. Arts |