← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 137/2000 van 21 december 2000 Rolnummer 1772 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 12 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door
de Arbeidsrechtbank te Namen. Het Arbitragehof, sa wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële
vraag Bij vonnis van 1(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 137/2000 van 21 december 2000 Rolnummer 1772 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 12 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Namen. Het Arbitragehof, sa wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag Bij vonnis van 1(...) | Extrait de l'arrêt n° 137/2000 du 21 décembre 2000 Numéro du rôle : 1772 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 12 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par le Tribunal du travail de Namur. La Co composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. Boel, L. François, P. Martens, (...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 137/2000 van 21 december 2000 | Extrait de l'arrêt n° 137/2000 du 21 décembre 2000 |
Rolnummer 1772 | Numéro du rôle : 1772 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 12 van de | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 12 de la loi |
arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door de | du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par le Tribunal |
Arbeidsrechtbank te Namen. | du travail de Namur. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de | composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. |
rechters H. Boel, L. François, P. Martens, J. Delruelle, A. Arts, R. | Boel, L. François, P. Martens, J. Delruelle, A. Arts, R. Henneuse, M. |
Henneuse, M. Bossuyt en E. De Groot, bijgestaan door de griffier L. | Bossuyt et E. De Groot, assistée du greffier L. Potoms, présidée par |
Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Objet de la question préjudicielle |
Bij vonnis van 15 september 1999 in zake N. Bolain tegen de n.v. | Par jugement du 15 septembre 1999 en cause de N. Bolain contre la s.a. |
Generali Belgium, waarvan de expeditie ter griffie van het | Generali Belgium, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour |
Arbitragehof is ingekomen op 27 september 1999, heeft de | d'arbitrage le 27 septembre 1999, le Tribunal du travail de Namur a |
Arbeidsrechtbank te Namen de volgende prejudiciële vraag gesteld : | posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 12 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 de | « L'article 12 de la loi du 10 avril 1971 relative aux accidents de |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het het voordeel van een | travail viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution en ce |
lijfrente voorbehoudt aan de noch uit de echt, noch van tafel en bed | qu'il réserve le bénéfice d'une rente viagère au conjoint ni divorcé, |
gescheiden echtgenoot alsmede aan de uit de echt of van tafel en bed | ni séparé de corps ainsi qu'au conjoint divorcé ou séparé de corps qui |
gescheiden echtgenoot die onderhoudsgeld genoot ten laste van de getroffene ? » | bénéficiait d'une pension alimentaire à charge de la victime ? » |
(...) | (...) |
IV. In rechte | IV. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de bestaanbaarheid, met | B.1. La question préjudicielle porte sur la compatibilité avec les |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 12 van de | articles 10 et 11 de la Constitution de l'article 12 de la loi du 10 |
arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 (Belgisch Staatsblad van 24 | avril 1971 sur les accidents du travail (Moniteur belge du 24 avril |
april 1971), dat bepaalt : | 1971), qui s'énonce comme suit : |
« Wanneer de getroffene ten gevolge van het arbeidsongeval overlijdt, | « Si la victime meurt des suites de l'accident du travail, une rente |
wordt een lijfrente, gelijk aan 30 pct. van diens basisloon, toegekend | viagère égale à 30 p.c. de sa rémunération de base est accordée : |
: 1° aan de echtgenoot die op het tijdstip van het ongeval noch uit de | 1° au conjoint non divorcé ni séparé de corps au moment de l'accident; |
echt, noch van tafel en bed is gescheiden; | |
2° aan de echtgenoot die op het tijdstip van het overlijden van de | 2° au conjoint ni divorcé, ni séparé de corps au moment du décès de la |
getroffene noch uit de echt, noch van tafel en bed gescheiden is, op | |
voorwaarde dat : | victime, à condition que : |
a) het huwelijk gesloten na het ongeval minstens één jaar vóór het | a) le mariage contracté après l'accident l'ait été au moins un an |
overlijden van de getroffene plaatsvond of, | avant le décès de la victime ou, |
b) uit het huwelijk een kind is geboren of, | b) un enfant soit issu du mariage ou, |
c) op het ogenblik van het overlijden een kind ten laste is waarvoor | c) au moment du décès, un enfant soit à charge pour lequel un des |
één van de echtgenoten kinderbijslag ontving. | conjoints bénéficiait des allocations familiales. |
De overlevende die uit de echt of van tafel en bed gescheiden is en | Le survivant, divorcé ou séparé de corps, qui bénéficiait d'une |
die een wettelijk of conventioneel onderhoudsgeld genoot ten laste van de getroffene, heeft eveneens recht op de lijfrente als bedoeld in het eerste lid, zonder dat die rente meer mag bedragen dan het onderhoudsgeld ». B.2. Uit de motivering van het vonnis waarbij aan het Hof een vraag wordt gesteld, volgt dat het Hof verzocht wordt de echtgenoten te vergelijken met de andere personen van een verschillend geslacht die een levensgemeenschap vormen. Enkel de eerstgenoemden kunnen een lijfrente genieten indien zij op het ogenblik van het ongeval of op het ogenblik van het overlijden van het slachtoffer noch uit de echt, noch van tafel en bed gescheiden zijn, voor zover zij dan de | pension alimentaire légale ou fixée par convention à charge de la victime, peut également prétendre à la rente viagère visée à l'alinéa 1er, sans que celle-ci puisse être supérieure à la pension alimentaire. » B.2. Il ressort de la motivation du jugement qui interroge la Cour que celle-ci est invitée à comparer les conjoints et les autres personnes de sexe différent qui forment une communauté de vie. Seuls les premiers, s'ils ne sont ni divorcés ni séparés de corps au moment de l'accident ou au moment du décès de la victime, pour autant qu'ils |
voorwaarden vervullen die in het 2° van het voormelde artikel 12 zijn vastgesteld. B.3. De grondwettelijke regels van de gelijkheid en de niet-discriminatie sluiten niet uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is. Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het gelijkheidsbeginsel is geschonden wanneer vaststaat dat er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. | remplissent alors les conditions fixées au 2° de l'article 12 précité, peuvent bénéficier de la rente viagère. B.3. Les règles constitutionnelles de l'égalité et de la non-discrimination n'excluent pas qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et qu'elle soit raisonnablement justifiée. L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la nature des principes en cause; le principe d'égalité est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but visé. |
B.4. De echtgenoten en de personen die een levensgemeenschap vormen | B.4. Les conjoints et les personnes qui forment une communauté de vie |
zijn categorieën van personen die op het vlak van de sociale zekerheid | sont des catégories de personnes comparables en matière de sécurité |
vergelijkbaar zijn. In de huidige sociale context kunnen twee personen | sociale. Dans le contexte social actuel, deux personnes vivant en |
die samenwonen een levensgemeenschap vormen en zich in een staat van | concubinage peuvent fonder une communauté de vie et se trouver dans un |
onderlinge economische afhankelijkheid bevinden die vergelijkbaar is | état d'interdépendance économique comparable à celui que l'on |
met die van gehuwde paren. | rencontre chez les couples mariés. |
B.5. Het Hof wordt niet ondervraagd over de toestand van de personen | B.5. La Cour n'est pas interrogée sur la situation des personnes qui |
die een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd | ont fait une déclaration de cohabitation légale conformément à la loi |
overeenkomstig de wet van 23 november 1998, die op 1 januari 2000 in | du 23 novembre 1998, entrée en vigueur le 1er janvier 2000. |
werking is getreden. | |
B.6. Het verschil in behandeling steunt op het objectieve gegeven dat | B.6. La différence de traitement se fonde sur un élément objectif, à |
de juridische toestand van echtgenoten en niet-gehuwde paren | savoir que la situation juridique des conjoints et des couples non |
verschilt, zowel wat betreft de verplichtingen jegens elkaar, als wat | mariés diffère aussi bien en ce qui concerne les obligations mutuelles |
betreft hun vermogensrechtelijke toestand. Echtgenoten zijn elkaar | que pour ce qui concerne leur situation patrimoniale. Les époux se |
hulp en bijstand verschuldigd (artikel 213 van het Burgerlijk | doivent mutuellement secours et assistance (article 213 du Code |
Wetboek), zij genieten de bescherming van de gezinswoonst en de | civil), ils bénéficient de la protection du logement de la famille et |
huisraad (artikel 215 van het Burgerlijk Wetboek), de echtgenoten | des meubles meublants (article 215 du Code civil), les époux doivent |
moeten hun inkomsten bij voorrang besteden aan hun bijdrage in de | consacrer leurs revenus par priorité à leur contribution aux charges |
lasten van het huwelijk (artikel 217 van het Burgerlijk Wetboek), | du mariage (article 217 du Code civil), auxquelles les époux doivent |
waarin de echtgenoten moeten bijdragen naar vermogen (artikel 221 van | contribuer selon leurs facultés (article 221 du Code civil). Les |
het Burgerlijk Wetboek). Schulden die door een der echtgenoten worden | |
aangegaan ten behoeve van de huishouding en de opvoeding van de | dettes qui sont contractées par l'un des époux pour les besoins du |
kinderen, verbinden de andere echtgenoot hoofdelijk, behoudens wanneer | ménage et l'éducation des enfants obligent solidairement l'autre |
zij, gelet op de bestaansmiddelen van het gezin, buitensporig zijn | époux, sauf lorsqu'elles sont excessives eu égard aux ressources du |
(artikel 222 van het Burgerlijk Wetboek). | ménage (article 222 du Code civil). |
Die wederzijdse rechten en plichten gelden als zodanig niet voor | Ces droits et obligations réciproques ne concernent pas en tant que |
personen die, hoewel zij een levensgemeenschap vormen, tegenover | tels les personnes qui, bien qu'elles forment une communauté de vie, |
elkaar niet dezelfde juridische verbintenissen hebben aangegaan. Er | n'ont pas pris l'une envers l'autre les mêmes engagements juridiques. |
moet bovendien rekening worden gehouden met het feit dat men beslist | Il y a lieu de tenir compte du fait que l'on décide de se marier ou de |
te huwen of buiten het huwelijk samen te wonen met kennis van de voor- | cohabiter hors mariage en connaissance des avantages et des |
en nadelen van de ene en de andere samenlevingsvorm. | inconvénients de l'une et de l'autre formes de vie commune. |
B.7. Het staat aan de wetgever te beslissen of, en in hoeverre, de | B.7. C'est au législateur qu'il appartient de décider si, et dans |
personen die een levensgemeenschap vormen dienen te worden behandeld | quelle mesure, les personnes formant une communauté de vie doivent |
zoals de gehuwde paren wat de arbeidsongevallen betreft. Zelfs al | être traitées comme les couples mariés dans la matière des accidents |
houdt het Hof rekening met de recente wetswijzigingen waarbij de | du travail. Même en tenant compte des modifications récentes |
samenwonenden juridisch gelijk worden gesteld met de echtgenoten, toch | assimilant juridiquement les cohabitants aux conjoints, la Cour ne |
kan het Hof niet in de plaats van de wetgever oordelen in een | peut substituer son appréciation à celle du législateur dans un |
aangelegenheid die een dergelijke evolutie doormaakt. | domaine qui connaît une telle évolution. |
B.8. Uit wat voorafgaat volgt dat de in het geding zijnde maatregel | B.8. Il résulte de ce qui précède que la mesure en cause ne peut être |
niet als onredelijk kan worden beschouwd. | considérée comme déraisonnable. |
B.9. De wetgever miskent evenmin de regels van gelijkheid en | B.9. Le législateur ne méconnaît pas davantage les règles d'égalité et |
niet-discriminatie doordat hij de echtgenoten die uit de echt zijn | de non-discrimination en traitant de manière différente les conjoints |
gescheiden of van tafel en bed zijn gescheiden, die onderhoudsgeld | divorcés ou séparés de corps qui bénéficiaient d'une pension |
genoten ten laste van het slachtoffer, enerzijds, en de personen die | alimentaire à charge de la victime et les personnes qui forment une |
een levensgemeenschap vormen, anderzijds, op verschillende wijze | communauté de vie. La pension alimentaire est, en effet, la |
behandelt. Het onderhoudsgeld vormt immers, na de echtscheiding of de | prolongation, après le divorce ou la séparation de corps, de |
scheiding van tafel en bed, de voortzetting van de verplichting tot | l'obligation de secours et d'assistance. |
bijstand en hulp. | |
B.10. De vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.10. La question appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 12 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 schendt de | L'article 12 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet doordat het het voordeel van | ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il |
een lijfrente voorbehoudt aan de noch uit de echt, noch van tafel en | réserve le bénéfice d'une rente viagère au conjoint ni divorcé, ni |
bed gescheiden echtgenoot alsmede aan de uit de echt of van tafel en | séparé de corps ainsi qu'au conjoint divorcé ou séparé de corps qui |
bed gescheiden echtgenoot die onderhoudsgeld genoot ten laste van het slachtoffer. | bénéficiait d'une pension alimentaire à charge de la victime. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 21 december 2000. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 21 décembre 2000. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Melchior. | M. Melchior. |