← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 101/2000 van 11 oktober 2000 Rolnummers 1671 en 1787 In
zake : de prejudiciële vragen over artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 betreffende
o.m. de wijze van stemmen in het Militair Gerechts Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters
M. Melchior en G. De Baets, en de rechters H. (...)"
Uittreksel uit arrest nr. 101/2000 van 11 oktober 2000 Rolnummers 1671 en 1787 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 betreffende o.m. de wijze van stemmen in het Militair Gerechts Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de rechters H. (...) | Extrait de l'arrêt n° 101/2000 du 11 octobre 2000 Numéros du rôle : 1671 et 1787 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 8, alinéa 1 er , de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 concernant la législation pénale, à La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. Boel, (...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 101/2000 van 11 oktober 2000 | Extrait de l'arrêt n° 101/2000 du 11 octobre 2000 |
Rolnummers 1671 en 1787 | Numéros du rôle : 1671 et 1787 |
In zake : de prejudiciële vragen over artikel 8, eerste lid, van de | En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 8, |
besluitwet van 14 september 1918 betreffende o.m. de wijze van stemmen | alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 concernant la |
in het Militair Gerechtshof en de krijgsraden, artikel 10bis van de | |
wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek | législation pénale, à l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 |
van Strafvordering en artikel 19, tweede lid, van de wet van 15 juni | contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale et à |
1899 houdende eerste titel van het Wetboek van strafrechtspleging voor | l'article 19, alinéa 2, de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre |
het leger, gesteld door het Hof van Cassatie. | Ier du Code de procédure pénale militaire, posées par la Cour de cassation. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de | composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. |
rechters H. Boel, L. François, J. Delruelle, H. Coremans en M. | Boel, L. François, J. Delruelle, H. Coremans et M. Bossuyt, assistée |
Bossuyt, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | du greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen | I. Objet des questions préjudicielles |
a. Bij arrest van 14 april 1999 in zake R. Maes, waarvan de expeditie | a. Par arrêt du 14 avril 1999 en cause de R. Maes, dont l'expédition |
ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 7 mei 1999, heeft het | est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 7 mai 1999, la Cour |
Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vragen gesteld : | de cassation a posé les questions préjudicielles suivantes : |
1. « Schendt artikel 8, eerste lid, van de Besluitwet van 14 september | 1. « L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 |
1918 [betreffende o.m. de wijze van stemmen in het Militair | |
Gerechtshof en de krijgsraden] de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, | [concernant la législation pénale] viole-t-il les articles 10 et 11 de |
in zoverre het bepaalt dat de beslissingen van het Militair | la Constitution en tant qu'il édicte que les décisions de la Cour |
Gerechtshof; bij meerderheid van stemmen genomen worden ', zonder te | militaires sont prises à la majorité des voix ', sans imposer qu'elles |
vereisen dat zij met eenparige stemmen van zijn leden genomen worden, | le soient à l'unanimité de ses membres lorsqu'elles réforment un |
ingeval zij een vrijspraak wijzigen of de door de krijgsraad opgelegde | acquittement ou qu'elles aggravent les peines prononcées par le |
straffen verzwaren, terwijl artikel 211bis van het Wetboek van | conseil de guerre, alors que l'article 211bis du Code d'instruction |
Strafvordering, dat toepasselijk is op gewone gerechten in hoger | criminelle, applicable aux juridictions d'appel ordinaires, dispose |
beroep, bepaalt dat, ingeval er een vrijsprekend vonnis is, het | |
gerecht in hoger beroep geen veroordeling kan uitspreken dan met | que s'il y a eu jugement d'acquittement, la juridiction d'appel ne |
eenparige stemmen van zijn leden, en dat dezelfde eenstemmigheid voor | peut prononcer la condamnation qu'à l'unanimité de ses membres et que |
het gerecht in hoger beroep vereist is om de door de eerste rechter | la même unanimité est nécessaire pour que la juridiction d'appel |
uitgesproken straffen te kunnen verzwaren ? » | puisse aggraver les peines prononcées par le premier juge ? » |
2. « Schenden de artikelen 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende | 2. « Les articles 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre |
de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en 19, tweede | préliminaire du Code de procédure pénale et 19, alinéa 2, du Code de |
lid, van het Wetboek van Militaire Strafvordering de artikelen 10 en | procédure pénale militaire violent-ils les articles 10 et 11 de la |
11 van de Grondwet, in zoverre zij respectievelijk bepalen dat de | Constitution en tant qu'ils disposent respectivement que les personnes |
personen die, in welke hoedanigheid ook, aan een legerfractie in het | attachées, à quelque titre que ce soit, à une fraction de l'armée se |
buitenland verbonden zijn, of zij die de machtiging bekwamen een | trouvant en territoire étranger ou celles qui sont autorisées à suivre |
troepenkorps te volgen dat er deel van uitmaakt, en die enig misdrijf | un corps de troupe qui en fait partie, qui auront commis une |
plegen op het grondgebied van een vreemde Staat, in België vervolgd | infraction quelconque sur le territoire d'un Etat étranger, pourront |
kunnen worden en dat wanneer, buiten de tijd van oorlog, een | être poursuivies en Belgique et que, lorsqu'en dehors du temps de |
legerfractie zich in een buitenlands gebied bevindt, zij geoordeeld | guerre, une fraction de l'armée se trouve en territoire étranger, |
worden door de militaire rechtscolleges voor al de door hen in het | elles seront jugées par les juridictions militaires pour toutes les |
buitenlands gebied gepleegde misdrijven, terwijl de personen die niet | infractions commises par elles sur le territoire étranger, alors que |
onder die wetsbepalingen vallen, niet onderworpen zijn aan die | les personnes non visées par ces dispositions légales échappent à |
uitgebreide bevoegdheid van de militaire gerechten ? » | cette compétence élargie des juridictions militaires ? » |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 1671 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 1671 du rôle de la Cour. |
b. Bij arrest van 7 september 1999 in zake A. Beerts, waarvan de | b. Par arrêt du 7 septembre 1999 en cause de A. Beerts, dont |
expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 18 oktober | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 18 |
1999, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag | octobre 1999, la Cour de cassation a posé la question préjudicielle |
gesteld : | suivante : |
« Schendt artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september | « L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 |
1918 betreffende onder meer de wijze van stemmen in het Militair | concernant, notamment, le mode de scrutin à la cour militaire et aux |
Gerechtshof en de krijgsraden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, | conseils de guerre, viole-t-il les articles 10 et 11 de la |
in zoverre het bepaalt dat de beslissingen van, onder meer, het | Constitution, en tant qu'il prévoit que les décisions, de la Cour |
Militair Gerechtshof; bij meerderheid van stemmen genomen worden ', zonder voor te schrijven dat zij met eenparige stemmen van zijn leden genomen worden, wanneer zij een vrijspraak wijzigen of de door de krijgsraad opgelegde straffen verzwaren, terwijl artikel 211bis van het Wetboek van Strafvordering, dat toepasselijk is op de gewone strafgerechten in hoger beroep, bepaalt dat, wanneer er een vrijsprekend vonnis is, het gerecht in hoger beroep geen veroordeling kan uitspreken dan met eenparige stemmen van zijn leden, en dat dezelfde eenstemmigheid voor het gerecht in hoger beroep vereist is om de door de eerste rechter uitgesproken straffen te kunnen verzwaren ? » | militaire notamments sont prises à la majorité des voix ', sans prescrire qu'elles doivent être prises à l'unanimité de ses membres, lorsqu'elles réforment une décision d'acquittement ou qu'elles aggravent les peines prononcées par le conseil de guerre, alors que l'article 211bis du Code d'instruction criminelle, applicable aux juridictions pénales ordinaires en degré d'appel, prévoit que s'il y a jugement d'acquittement, la juridiction d'appel ne peut prononcer la condamnation qu'à l'unanimité de ses membres, et que la même unanimité est nécessaire pour que la juridiction d'appel puisse aggraver les peines prononcées par le premier juge ? » |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 1787 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 1787 du rôle de la Cour. |
IV. In rechte | IV. En droit |
Ten aanzien van de ontvankelijkheid van de memorie van tussenkomst van | Quant à la recevabilité du mémoire en intervention de l'auditeur |
de auditeur-generaal bij het Militair Gerechtshof | général près la Cour militaire |
B.1.1. De verzoekende partij voor het Hof van Cassatie in de zaak nr. | B.1.1. La partie requérante devant la Cour de cassation dans l'affaire |
1671 is van mening dat de memorie van tussenkomst ingesteld door de | n° 1671 estime que le mémoire en intervention introduit par l'auditeur |
auditeur-generaal bij het Militair Gerechtshof onontvankelijk is, om | général près la Cour militaire est irrecevable, au motif que le |
reden dat het openbaar ministerie bij het Militair Gerechtshof geen | ministère public devant la Cour militaire n'est pas partie dans la |
partij is in de zaak voor de verwijzende rechter, namelijk het Hof van | cause devant le juge a quo, à savoir la Cour de cassation. |
Cassatie. B.1.2. Artikel 87, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op | B.1.2. L'article 87, § 1er, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
het Arbitragehof bepaalt dat « wanneer het Arbitragehof, bij wijze van | la Cour d'arbitrage dispose que « lorsque la Cour d'arbitrage statue, |
prejudiciële beslissing, uitspraak doet op vragen als bedoeld in | à titre préjudiciel, sur les questions visées à l'article 26, toute |
artikel 26, [ . ] ieder die van een belang doet blijken in de zaak | personne justifiant d'un intérêt dans la cause devant la juridiction |
voor de rechter die de verwijzing gelast, een memorie aan het Hof | qui ordonne le renvoi, peut adresser un mémoire à la Cour dans les |
[kan] richten binnen dertig dagen na de bekendmaking voorgeschreven in | trente jours de la publication prescrite par l'article 74. Elle est, |
artikel 74. Hij wordt daardoor geacht partij in het geding te zijn ». | de ce fait, réputée partie au litige ». Le litige pendant devant la |
Aangezien het voor het Hof van Cassatie hangende geschil betrekking | |
heeft op een arrest gewezen in een zaak waarbij de auditeur-generaal | Cour de cassation étant relatif à un arrêt rendu dans une affaire où |
bij het Militair Gerechtshof partij was, doet deze van het vereiste | l'auditeur général près la Cour militaire était partie, celui-ci |
belang blijken. | justifie de l'intérêt requis. |
B.1.3. De exceptie van onontvankelijkheid wordt verworpen. | B.1.3. L'exception d'irrecevabilité est rejetée. |
De in het geding zijnde bepalingen en de bevoegdheid van het Hof | Quant aux dispositions en cause et à la compétence de la Cour |
B.2. Het Hof van Cassatie stelt aan het Hof de vraag naar de | B.2. La Cour de cassation interroge la Cour sur la compatibilité avec |
bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet van, | les articles 10 et 11 de la Constitution, d'une part, de l'article 8, |
enerzijds, artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september | alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 et, d'autre part, de |
1918 en, anderzijds, van artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 | l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre |
houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en | préliminaire du Code de procédure pénale et de l'article 19, alinéa 2, |
van artikel 19, tweede lid, van de wet van 15 juni 1899 houdende | de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre Ier du Code de procédure |
eerste titel van het Wetboek van Strafrechtspleging voor het leger. | pénale militaire. |
Artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 | L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 |
betreffende o.m. de wijze van stemmen in het Militair Gerechtshof en | modifiant le Code pénal, le Code pénal militaire et le Code de |
de krijgsraden bepaalt : | procédure pénale militaire dispose : |
« De beslissingen van het krijgsgerechtshof en van de krijgsraden | « Les décisions de la cour militaire et des conseils de guerre sont |
worden bij meerderheid van stemmen genomen. » | prises à la majorité des voix. » |
Artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 bepaalt : | L'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 dispose : |
« Ieder aan de militaire wetten onderworpen persoon die enig misdrijf | « Toute personne soumise aux lois militaires qui aura commis une |
pleegt op het grondgebied van een vreemde Staat, kan in België worden | infraction quelconque sur le territoire d'un Etat étranger pourra être |
vervolgd. | poursuivie en Belgique. |
Hetzelfde geldt voor degenen die in welke hoedanigheid ook verbonden | Il en est de même des personnes qui sont attachées à quelque titre que |
zijn aan een onderdeel van het leger dat zich op buitenlands | ce soit à une fraction de l'armée se trouvant en territoire étranger |
grondgebied bevindt, of voor degenen die gemachtigd zijn om een | ou de celles qui sont autorisées à suivre un corps de troupe qui en |
troepenkorps dat van dit leger deel uitmaakt, te volgen. » | fait partie. » |
Artikel 19 van de wet van 15 juni 1899 houdende eerste titel van het | L'article 19 de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre Ier du Code |
Wetboek van strafrechtspleging voor het leger - waarvan enkel het | de procédure pénale militaire - dont seul l'alinéa 2 est en cause - |
tweede lid in het geding is - bepaalt : « In tijd van oorlog worden de personen die, in welke hoedanigheid ook, aan het leger verbonden zijn, en zij die machtiging bekwamen een troepenkorps te volgen, berecht door de militaire gerechten voor al de misdrijven die hun ten laste kunnen gelegd worden, met uitzondering van die waarvan sprake in artikel 23, indien zij op het Belgisch grondgebied werden gepleegd. Wanneer, buiten de tijd van oorlog, een legerfractie zich in een buitenlands gebied bevindt, worden de personen die, in welke hoedanigheid ook, eraan verbonden zijn en zij die machtiging bekwamen om een troepenkorps te volgen dat er deel van uitmaakt, geoordeeld door de militaire rechtscolleges voor al de door hen in het buitenlands gebied gepleegde misdrijven. » B.3. De Ministerraad betwijfelt de bevoegdheid van het Hof om kennis te nemen van een besluitwet, te dezen de hiervoor vermelde besluitwet | dispose : « En temps de guerre, les personnes attachées à l'armée, à quelque titre que ce soit, et celles autorisées à suivre un corps de troupes sont jugées par la juridiction militaire pour toutes les infractions qui peuvent leur être imputées, à l'exception de celles visées à l'article 23 et qui ont été commises sur le territoire belge. Lorsqu'en dehors du temps de guerre, une fraction de l'armée se trouve en territoire étranger, les personnes qui y sont attachées, à quelque titre que ce soit, et celles autorisées à suivre un corps de troupe qui en fait partie, sont jugées par les juridictions militaires pour toutes les infractions commises par elles sur le territoire étranger. » B.3. Le Conseil des ministres met en doute la compétence de la Cour |
van 14 september 1918. | pour connaître d'un arrêté-loi, en l'espèce celui précité du 14 |
Hoewel de besluitwetten niet uitdrukkelijk voorkomen onder de normen | septembre 1918. S'il est vrai que les arrêtés-lois ne figurent pas expressément parmi |
die bij artikel 142 van de Grondwet en bij de artikelen 1 en 26 van de | les normes soumises au contrôle de la Cour par l'article 142 de la |
bijzondere wet op het Arbitragehof ter toetsing aan het Hof worden | Constitution et par les articles 1er et 26 de la loi spéciale sur la |
voorgelegd, hebben de Grondwetgever en de bijzondere wetgever ze | Cour d'arbitrage, le Constituant et le législateur spécial ne peuvent |
impliciet beoogd, aangezien aan die besluitwetten exact dezelfde | que les avoir implicitement visés dès lors que leur sont reconnus |
gevolgen worden toegekend als aan de eigenlijke wetten, temeer daar | exactement les mêmes effets qu'aux lois proprement dites, d'autant que |
hun uitzonderlijk proces van totstandkoming niet dezelfde waarborgen | leur processus exceptionnel d'élaboration n'a pu comporter les mêmes |
heeft kunnen omvatten als dat van de wetten. | garanties que celui des lois. |
Het Hof is bevoegd om kennis te nemen van de bestaanbaarheid van de | La Cour est compétente pour connaître de la compatibilité avec les |
besluitwet van 14 september 1918 met de artikelen 10 en 11 van de | articles 10 et 11 de la Constitution de l'arrêté-loi du 14 septembre |
Grondwet; de door de Ministerraad opgeworpen exceptie wordt verworpen. | 1918; l'exception soulevée par le Conseil des ministres est rejetée. |
Ten gronde | Quant au fond |
B.4. Artikel 157, eerste lid, van de Grondwet bepaalt : | B.4. Aux termes de l'article 157, alinéa 1er, de la Constitution : |
« De organisatie van de militaire rechtbanken, hun bevoegdheid, de | « Des lois particulières règlent l'organisation des tribunaux |
rechten en verplichtingen van de leden van deze rechtbanken, alsmede | militaires, leurs attributions, les droits et obligations des membres |
de duur van hun ambt worden door bijzondere wetten geregeld. » | de ces tribunaux, et la durée de leurs fonctions. » |
B.5. Doordat de Grondwet aldus erin voorziet dat « bijzondere wetten » | B.5. En prévoyant ainsi que des lois particulières règlent, notamment, |
met name de organisatie van de militaire rechtbanken regelen, stelt | |
zij dat een verschil in behandeling in beginsel toelaatbaar is, maar | l'organisation des tribunaux militaires, la Constitution pose qu'une |
heeft zij de wetgever niet vrijgesteld van elke inachtneming van de | différence de traitement est admissible en principe, mais n'a pas |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | dispensé le législateur de tout égard aux articles 10 et 11. |
Wat artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 betreft (zaak nr. 1671, eerste vraag, en zaak nr. 1787) B.6. Het voormelde artikel 8, eerste lid, bepaalt dat de beslissingen van het Militair Gerechtshof bij meerderheid van stemmen worden genomen, in geval van veroordeling na vrijspraak in eerste aanleg of in geval van verzwaring van de in eerste aanleg uitgesproken straffen, terwijl, in hetzelfde geval, artikel 211bis van het Wetboek van Strafvordering, in verband met de gewone gerechten in hoger beroep, bepaalt dat de beslissingen moeten worden genomen met eenparigheid van stemmen. Ten aanzien van de meerderheid volgens welke moet worden beslist over een verzwaring van de situatie die resulteerde uit de in eerste aanleg genomen beslissing, wordt dus onder de rechtzoekenden een verschil in behandeling gemaakt tussen diegenen die onder de bevoegdheid vallen van het Militair Gerechtshof en diegenen die onder de bevoegdheid vallen van de gewone gerechten in hoger beroep. B.7. Het verschil in behandeling tussen bepaalde categorieën van | En ce qui concerne l'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 (affaire n° 1671, première question, et affaire n° 1787) B.6. L'article 8, alinéa 1er, précité, prévoit que les décisions de la Cour militaire sont prises à la majorité des voix, en cas de condamnation après acquittement en première instance ou en cas d'aggravation des peines prononcées en première instance, alors que, dans la même hypothèse, l'article 211bis du Code d'instruction criminelle prévoit, s'agissant des juridictions d'appel ordinaires, que les décisions doivent être prises à l'unanimité. Une différence de traitement est donc opérée entre justiciables, quant à la majorité selon laquelle doit être décidée une aggravation de la situation résultant de la décision de première instance, entre ceux relevant de la Cour militaire et ceux relevant des juridictions d'appel ordinaires. B.7. La différence de traitement entre certaines catégories de |
personen dat voortvloeit uit de toepassing van verschillende | personnes qui résulte de l'application de procédures différentes |
procedures voor verschillende rechtscolleges en in minstens | devant des juridictions différentes et dans des circonstances au moins |
gedeeltelijk verschillende omstandigheden, houdt op zich geen | partiellement différentes n'est pas discriminatoire en soi. Il ne |
discriminatie in. Van discriminatie zou slechts sprake kunnen zijn, | pourrait y avoir de discrimination que si la différence de traitement |
indien het verschil in behandeling dat voortvloeit uit de toepassing | résultant de l'application de ces procédures allait de pair avec une |
van die procedures gepaard zou gaan met een onevenredige beperking van | limitation disproportionnée des droits des parties concernées. |
de rechten van de daarbij betrokken partijen. | |
B.8. Artikel 211bis van het Wetboek van Strafvordering, ingevoegd bij | B.8. L'article 211bis du Code d'instruction criminelle, inséré par la |
de wet van 10 oktober 1967 (artikel 3), neemt artikel 140, tweede en | loi du 10 octobre 1967 (article 3), reproduit l'article 140, alinéas 2 |
derde lid, van de wet van 18 juni 1869 op de rechterlijke organisatie | et 3, de la loi du 18 juin 1869 sur l'organisation judiciaire, alinéas |
over, bepalingen die zijn ingevoegd bij artikel 2 van de wet van 4 | insérés par l'article 2 de la loi du 4 septembre 1891. |
september 1891. | |
De parlementaire voorbereiding van de wet van 4 september 1891 geeft | Les travaux préparatoires de la loi du 4 septembre 1891 indiquent que |
aan dat de eenparigheid van stemmen, die ze voortaan oplegt om de in | l'unanimité qu'elle impose désormais, pour aggraver la peine prononcée |
eerste aanleg uitgesproken straf te verzwaren, bedoeld is als | en première instance, visait à compenser la réduction, de cinq à |
compensatie voor de vermindering, van vijf tot drie, van het aantal | trois, du nombre des conseillers composant les chambres |
raadsheren waaruit de correctionele kamers van de hoven van beroep | correctionnelles des cours d'appel; ainsi a-t-il été relevé (Doc. |
zijn samengesteld; aldus is opgemerkt (Parl. St., Senaat, 1890-1891, | parl., Sénat, 1890-1891, rapport de la Commission de la justice, n° |
verslag van de Commissie voor de Justitie, nr. 97, pp. 3 en 4) : | 97, pp. 3 et 4) que : |
« Het wetsontwerp doet een nieuwe stap in dezelfde richting doordat | « Le projet de loi fait un nouveau pas dans la même voie, en réduisant |
het het aantal raadsheren die in correctionele zaken uitspraak moeten | à trois le nombre des conseillers appelés à statuer en appel dans les |
doen in hoger beroep en die de kamer van inbeschuldigingstelling | affaires correctionnelles et à former la chambre des mises en |
moeten vormen, vermindert tot drie. | accusation. |
Die vermindering lijkt ons volledig verantwoord. | Cette réduction nous semble complètement justifiée. |
Na geanimeerde debatten heeft de Kamer zich uitgesproken voor die belangrijke hervorming en heeft zij ingestemd met een amendement van de Regering waarbij een nieuwe garantie wordt ingevoerd ten voordele van de verdediging van de beklaagde : Is er een vrijsprekend vonnis of een beschikking tot buitenvervolgingstelling gewezen door een rechtbank van eerste aanleg in strafzaken, zal het hof waarbij het hoger beroep aanhangig is gemaakt geen veroordeling of verwijzing kunnen uitspreken dan met eenparige stemmen van zijn leden. Dezelfde eenstemmigheid zal vereist zijn opdat het hof de tegen de verdachte uitgesproken straffen kan verzwaren. ' Die bepaling komt tegemoet aan het meest ernstige bezwaar dat is opgeworpen tegen de vermindering van het aantal raadsheren die zitting nemen in de correctionele kamer of in de kamer van inbeschuldigingstelling. » | Après des débats animés, la Chambre s'est prononcée en faveur de cette importante réforme, et elle s'est ralliée à un amendement du Gouvernement, établissant une garantie nouvelle en faveur de la défense du prévenu : S'il y a jugement d'acquittement ou ordonnance de non-lieu rendus par un tribunal de première instance en matière répressive, la Cour saisie de l'appel ne pourra prononcer la condamnation ou le renvoi qu'à l'unanimité de ses membres. La même unanimité sera exigée pour que la Cour puisse aggraver les peines prononcées contre l'inculpé. ' Cette disposition répond à l'objection la plus sérieuse élevée contre la réduction du nombre des conseillers siégeant à la chambre correctionnelle ou à la chambre des mises en accusation. » |
B.9.1. Met toepassing van artikel 105 van het Wetboek van | B.9.1. En application de l'article 105 du Code de procédure pénale |
strafrechtspleging voor het leger en van artikel 1 van het koninklijk | |
besluit van 18 augustus 1914 houdende samenstelling van het | militaire et de l'article 1er de l'arrêté royal du 18 août 1914 |
Krijgsgerechtshof in oorlogstijd, bestaat laatstgenoemd gerechtshof | déterminant la composition de la Cour militaire en temps de guerre, |
uit vijf leden. | celle-ci est composée de cinq membres. |
De correctionele kamers van de hoven van beroep zijn, hunnerzijds, | Les chambres correctionnelles des cours d'appel sont, pour leur part, |
samengesteld uit drie raadsheren met toepassing van artikel 109bis, § | composées de trois conseillers en application de l'article 109bis, § |
3, van het Gerechtelijk Wetboek. | 3, du Code judiciaire. |
De correctionele kamers van de rechtbanken van eerste aanleg zitting | Les chambres correctionnelles des tribunaux de première instance |
houdende in hoger beroep tegen vonnissen gewezen door de | jugeant en appel des jugements des tribunaux de police sont composées |
politierechtbanken zijn samengesteld uit drie rechters in toepassing | |
van artikel 92, § 1, 3°, van hetzelfde Wetboek. | de trois juges en application de l'article 92, § 1er, 3°, du même |
B.9.2. Het is geen vaste regel dat een tweede onderzoek slechts tot | Code. B.9.2. Il ne s'impose pas qu'un deuxième examen ne puisse conduire à |
een veroordeling of tot een verzwaring van de straf kan leiden tegen | une condamnation ou à une aggravation de peine qu'à des conditions |
voorwaarden die strenger zijn dan die welke voor het eerste onderzoek | plus strictes que celles qui étaient en vigueur au cours du premier. |
golden. De regel van de eenparigheid in de hoven van beroep steunt | La règle de l'unanimité dans les cours d'appel n'a pas été justifiée |
niet op een principeoverweging, doch wel op de bijzondere omstandigheid dat de wetgever, bij het terugbrengen van het aantal raadsheren van vijf tot drie, gemeend heeft een ongewenst gevolg van die wijziging te moeten compenseren. Het Hof merkt bovendien op dat het in het geding zijnde verschil in behandeling niet ertoe leidt dat een verzwarende beslissing door een beperkter aantal leden in het Militair Gerechtshof kan worden genomen dan in de correctionele kamers van hoger beroep. De vereiste van een geheime stemming in het Militair Gerechtshof is overigens van die aard dat zij de onafhankelijkheid kan waarborgen van de militaire leden van dat rechtscollege die van verschillende graad zijn. B.9.3. Uit wat voorafgaat volgt dat de rechten van de rechtzoekenden | par une considération de principe, mais bien par la circonstance particulière que le législateur souhaitait réduire de cinq à trois le nombre des conseillers et qu'il a cru devoir compenser un effet redouté de ce changement. La Cour observe en outre que la différence de traitement en cause n'aboutit pas à ce qu'une décision aggravante puisse être prise par un nombre plus réduit de membres à la Cour militaire qu'aux chambres correctionnelles d'appel. Par ailleurs, l'exigence du vote au scrutin secret au sein de la Cour militaire est de nature à garantir l'indépendance des membres militaires de cette juridiction qui sont de grades différents. |
die aan het Militair Gerechtshof worden voorgelegd, door de wijze van | B.9.3. Il résulte de ce qui précède que les droits des justiciables |
stemming bedoeld in het in het geding zijnde artikel 8, eerste lid, | déférés devant la Cour militaire ne sont pas, du fait du mode de vote |
niet op onevenredige wijze worden beperkt; die bepaling schendt de | retenu par l'article 8, alinéa 1er en cause, limités de façon |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | disproportionnée; cette disposition ne viole pas les articles 10 et 11 |
de la Constitution. | |
Wat artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende de | En ce qui concerne l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 |
voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en artikel 19, | contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale et |
tweede lid, van de wet van 15 juni 1899 houdende eerste titel van het | l'article 19, alinéa 2, de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre |
Wetboek van strafrechtspleging voor het leger betreft (zaak nr. 1671, | Ier du Code de procédure pénale militaire (affaire n° 1671, seconde |
tweede vraag) | question) |
B.10.1. Uit de artikelen 3 en 4 van het Strafwetboek volgt dat door de | B.10.1. Il résulte des articles 3 et 4 du Code pénal que ne sont |
Belgische rechtscolleges maar kunnen worden bestraft de misdrijven die | punissables par des juridictions belges que les infractions commises |
zijn gepleegd op het grondgebied van het Rijk; die welke zijn gepleegd | sur le territoire du Royaume; celles commises en dehors de ce |
buiten dat grondgebied zijn echter strafbaar « in de gevallen bij de | territoire sont toutefois punissables « dans les cas déterminés par la |
wet bepaald », waaronder het in artikel 10bis van de wet van 17 april | loi », au nombre desquels figure l'hypothèse visée à l'article 10bis |
1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering | de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre préliminaire du Code de |
beoogde geval wordt vermeld in verband met de misdrijven die zijn | procédure pénale, relative aux infractions commises par les militaires |
gepleegd door militairen (eerste lid) en de personen die zijn | (alinéa 1er) et les personnes attachées à ou autorisées à suivre un |
verbonden aan of gemachtigd zijn om een troepenkorps te volgen (tweede | corps d'armée (alinéa 2). |
lid). B.10.2. Terwijl artikel 21 van het Wetboek van strafrechtspleging voor | B.10.2. Par ailleurs, alors que l'article 21 du Code de procédure |
het leger de militaire gerechten ertoe in staat stelt kennis te nemen | pénale militaire attribue aux juridictions militaires la connaissance |
van « al de misdrijven tegen de krijgsstrafwetten of tegen de wetten | de « toutes les infractions aux lois pénales militaires ou de droit |
van gemeen recht » die zijn gepleegd door personen die onder de | commun » commises par les personnes relevant de ces tribunaux, |
bevoegdheid vallen van die rechtbanken, wijkt artikel 23 van hetzelfde | l'article 23 du même Code déroge à cette compétence générale en |
Wetboek evenwel van die algemene bevoegdheid af doordat het | |
verscheidene aangelegenheden - met name fiscale - preciseert waarin de | précisant diverses matières - notamment fiscales - dans lesquelles les |
militairen onder de enkele bevoegdheid van de gewone rechtscolleges | militaires relèvent de la seule compétence des juridictions |
vallen. | ordinaires. |
Krachtens artikel 23, tweede lid, en artikel 19, eerste lid, van het | En vertu de l'article 23, alinéa 2, et de l'article 19, alinéa 1er, du |
Wetboek van strafrechtspleging voor het leger, is die uitzondering echter niet van toepassing wanneer de misdrijven in die aangelegenheden in het buitenland door militairen of, in oorlogstijd, door personen gemachtigd om hen te volgen, zijn gepleegd; op dezelfde wijze verwijst het in het geding zijnde artikel 19, tweede lid, buiten oorlogstijd, de personen die het leger volgen naar de militaire rechtscolleges voor alle misdrijven die zijn gepleegd in buitenlands gebied, zonder uitsluiting van de misdrijven in de in artikel 23 bedoelde aangelegenheden. In die aangelegenheden blijven de misdrijven bijgevolg tot de bevoegdheid van de militaire rechtbanken behoren, wanneer zij in buitenlands gebied zijn gepleegd. | Code de procédure pénale militaire, cette exception n'est toutefois pas applicable lorsque les infractions en ces matières sont commises à l'étranger par des militaires ou, en temps de guerre, par des personnes autorisées à les suivre; de même l'article 19, alinéa 2, en cause défère-t-il, en dehors du temps de guerre, les personnes autorisées à suivre l'armée à la compétence des juridictions militaires pour toutes les infractions commises sur le territoire étranger, sans exclure les infractions dans les matières visées à l'article 23. Dans ces matières, les infractions restent dès lors de la compétence des juridictions militaires, lorsqu'elles sont commises sur le territoire étranger. |
B.10.3. Wanneer het om in het buitenland gepleegde misdrijven gaat, | B.10.3. S'agissant des infractions commises à l'étranger, les |
wordt, enerzijds, de bevoegdheid van de Belgische gerechten uitgebreid | personnes attachées à un corps d'armée ou autorisées à le suivre, |
tot de genoemde misdrijven ten aanzien van de personen die verbonden | voient la compétence des juridictions belges étendue auxdites |
zijn aan een troepenkorps of gemachtigd zijn om het te volgen en | infractions, d'une part, et sont privées de la compétence des |
worden zij, anderzijds, aan de bevoegdheid van de gewone | juridictions ordinaires à l'égard de celles de ces infractions visées |
rechtscolleges onttrokken wat diegene van die misdrijven betreft die | |
in artikel 23 van het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger | à l'article 23 du Code de procédure pénale militaire, d'autre part. Il |
zijn bedoeld. Daarin ligt, tussen die personen en anderen, een dubbel | y a là, entre ces personnes et les autres, une double différence de |
verschil in behandeling waarvoor aan het Hof wordt gevraagd te | traitement dont il est demandé à la Cour d'apprécier la compatibilité |
oordelen of het bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de | avec les articles 10 et 11 de la Constitution. |
Grondwet. Wat artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende de | En ce qui concerne l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 |
voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering betreft | contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale. |
B.11.1. Het in het geding zijnde artikel 10bis is ingevoegd in de wet | B.11.1. L'article 10bis en cause a été inséré dans la loi du 17 avril |
van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van | 1878 contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale par |
Strafvordering bij artikel 1 van de wet van 14 juli 1951. | l'article 1er de la loi du 14 juillet 1951. |
Volgens de parlementaire voorbereiding strekte het feit dat de | Selon les travaux préparatoires, l'extension de compétence des |
bevoegdheid van de Belgische rechtscolleges werd uitgebreid tot de in | juridictions belges aux infractions commises à l'étranger par les |
het buitenland door militairen en burgers die hen vergezellen | militaires et les civils les accompagnant visait à éviter les |
gepleegde misdrijven ertoe de rechtelijke of feitelijke | impunités de droit ou de fait susceptibles de jouer en faveur des |
straffeloosheid tegen te gaan die ten voordele van de voormelde | personnes précitées afin, d'une part, de protéger la réputation de la |
personen zou kunnen spelen, teneinde, enerzijds, het aanzien van | |
België te beschermen en, anderzijds, de discipline binnen het leger te | Belgique et, d'autre part, d'assurer le maintien de la discipline au |
handhaven (Parl. St., Kamer, 1950-1951, nr. 374, pp. 1 tot 3). B.11.2. Doordat de wetgever de bevoegdheid van de Belgische gerechten heeft uitgebreid tot de in het buitenland gepleegde misdrijven door de militairen en de personen die aan een troepenkorps verbonden zijn of gemachtigd zijn het te volgen, heeft de wetgever een maatregel genomen die pertinent is ten aanzien van de nagestreefde doelstellingen. Die maatregel, die zowel van toepassing is op de militairen als op diegenen die hen bijstaan of begeleiden - en die zich bijgevolg in hetzelfde milieu bewegen - is, doordat hij de daadwerkelijke bestraffing garandeert van de misdrijven welke die personen in het buitenland zouden plegen, van dien aard dat hij zowel bijdraagt tot het behoud van de voor de doeltreffendheid van de militaire operaties | sein de l'armée (Doc. parl., Chambre, 1950-1951, n° 374, pp. 1 à 3). B.11.2. En étendant la compétence des juridictions belges aux infractions commises à l'étranger par les militaires et les personnes attachées à la troupe ou autorisées à la suivre, le législateur a pris une mesure pertinente au regard des objectifs poursuivis. Applicable tant aux militaires qu'à ceux qui les assistent ou les accompagnent - et évoluent dès lors dans le même milieu -, cette mesure, en garantissant la répression effective des infractions que ces personnes commettraient à l'étranger, est de nature à contribuer tant au maintien de la discipline que requiert l'efficacité des opérations |
vereiste discipline als tot de vrijwaring van de geloofwaardigheid van | militaires qu'à la sauvegarde du crédit de la Belgique à l'égard de |
België ten aanzien van de buitenlandse Staat en diens bevolking. | l'Etat étranger comme de sa population. |
Het verschil in behandeling, naargelang die personen al dan niet aan | La différence de traitement selon que les personnes sont ou non |
die maatregel zijn onderworpen, houdt geen onevenredige beperking in | soumises à cette mesure, n'affecte pas de manière disproportionnée les |
van de rechten op wie het van toepassing is en is dus redelijk | droits de ceux auxquels elle s'applique et est dès lors |
verantwoord. | raisonnablement justifiée. |
Wat artikel 19, tweede lid, van het Wetboek van strafrechtspleging | En ce qui concerne l'article 19, alinéa 2, du Code de procédure pénale |
voor het leger betreft | militaire |
B.12.1. Artikel 19, tweede lid, kent aan de militaire gerechten, | B.12.1. L'article 19, alinéa 2, attribue aux juridictions militaires, |
buiten oorlogstijd, de bevoegdheid toe om over « al de misdrijven » te | en dehors du temps de guerre, la compétence de juger « toutes les |
oordelen die zijn gepleegd door de personen die aan een troepenkorps | infractions » commises par les personnes attachées à la troupe ou |
zijn verbonden of die gemachtigd zijn het te volgen, wanneer het gaat | autorisées à la suivre, dès lors que ces infractions ont été commises |
om misdrijven gepleegd in het buitenland. | sur le territoire étranger. |
Die bepaling is in het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger | Cette disposition a été insérée dans le Code de procédure pénale |
ingevoegd bij de wet van 25 november 1948. Volgens de parlementaire | militaire par la loi du 25 novembre 1948. Selon ses travaux |
voorbereiding strekte die wetswijziging ertoe, in vredestijd, de | préparatoires, cette modification législative visait à maintenir, en |
bevoegdheid van de militaire rechtbanken te behouden voor de | temps de paix, la compétence des juridictions militaires pour les |
misdrijven die in het buitenland zijn gepleegd door de personen die | infractions commises à l'étranger par les personnes accompagnant |
het leger vergezellen, aangezien die bevoegdheid destijds enkel in | |
oorlogstijd gewaarborgd was (oorspronkelijk artikel 19 van de wet van | l'armée, cette compétence n'étant assurée à l'époque qu'en temps de |
15 juni 1899). Aldus is uiteengezet (Parl. St., Senaat, 1947-1948, | guerre (article 19 originaire de la loi du 15 juin 1899). Ainsi a-t-il |
verslag, nr. 520, 28 september 1948) : | été exposé (Doc. parl., Sénat, 1947-1948, rapport, n° 520, 28 |
septembre 1948) : | |
« Door het leger weer op vredesvoet te brengen, zou aan deze | « La remise de l'armée sur pied de paix aurait pour effet de mettre |
bevoegdheid een einde komen, vermits zij luidens de wet van 1899 | fin à cette compétence puisque celle-ci, aux termes de la loi de 1899, |
slechts geldt in tijd van oorlog. » | ne vaut que pour le temps de guerre. » |
B.12.2. Bovendien reglementeert artikel 19, eerste lid, dezelfde in | B.12.2. Par ailleurs, l'article 19, alinéa 1er, réglemente les mêmes |
het buitenland gepleegde misdrijven door dezelfde personen, in | |
oorlogstijd; die bepaling vloeit voort uit de wijziging van het | infractions commises à l'étranger par les mêmes personnes en temps de |
oorspronkelijke artikel 19 van de wet van 15 juni 1899 bij de wet van | guerre; cette disposition résulte de la modification de l'article 19 |
27 februari 1958, die een dubbele doelstelling had. | originaire de la loi du 15 juin 1899 par la loi du 27 février 1958, |
Enerzijds, wordt bij artikel 1 van die wet een artikel 57bis in het | laquelle avait un double objet. |
Militair Strafwetboek ingevoegd dat, wat betreft de militairen of | D'une part, l'article 1er de cette loi insère dans le Code pénal |
diegenen die ze begeleiden, het feit dat men in het buitenland de | militaire un article 57bis, qui érige en infraction de droit belge, en |
wetgeving van die Staat overtreedt in verscheidene aangelegenheden, | ce qui concerne les militaires ou ceux qui les accompagnent, le fait |
met name fiscale en inzake wegverkeer, als een misdrijf naar Belgisch | de contrevenir, à l'étranger, à la législation locale en diverses |
recht beschouwt. | matières, notamment fiscales et de roulage. |
Anderzijds, wijzigen de artikelen 3 en 5 artikel 19, eerste lid, en 23 | D'autre part, les articles 3 et 5 modifient l'article 19, alinéa 1er, |
van het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger, waarbij die | et 23 du Code de procédure pénale militaire, cette modification étant |
wijziging, volgens de parlementaire voorbereiding, is ingegeven door | inspirée, selon les travaux préparatoires, par un souci de cohérence |
een zorg voor samenhang (Parl. St., Senaat, 1956-1957, nr. 54, | |
vergadering van 11 december 1956, advies van de Raad van State, p. 11) | (Doc. parl., Sénat, 1956-1957, n° 54, séance du 11 décembre 1956, avis |
: | du Conseil d'Etat, p. 11) : |
« Wat de bevoegdheid van de militaire rechter betreft, zijn de | « En ce qui concerne la compétence des juridictions militaires, la |
personen die aan het leger zijn verbonden of gemachtigd werden om een | situation faite aux personnes attachées à l'armée ou autorisées à |
troepenkorps te volgen, van wie sprake is in artikel 19, niet in | suivre un corps de troupes, dont il est question à l'article 19, n'est |
dezelfde toestand als de militairen van wie sprake is in artikel 23. | pas la même que celle faite aux militaires, dont il est question à l'article 23. |
Te dien aanzien kan men volstaan met er op te wijzen dat de in artikel | Il suffit de noter, à cet égard, qu'en temps de guerre, les personnes |
19 bedoelde personen in oorlogstijd door de militaire rechter wegens | visées à l'article 19 sont jugées par des juridictions militaires pour |
alle misdrijven, met inbegrip van de in artikel 23 genoemde | toutes les infractions, y compris celles prévues par l'article 23, |
misdrijven, worden berecht, terwijl de militairen wegens | alors que pour ces dernières infractions les militaires relèvent en |
laatstgenoemde misdrijven in beginsel voor de gewone rechtbanken | principe de la juridiction ordinaire. |
komen. Het ontwerp L.4742 wil de behandeling van beide categorieën | Le projet L.4742 entend rapprocher la situation des personnes |
gelijkvormiger maken. | appartenant à ces deux catégories. |
In de regeling van de gewijzigde artikelen 19 en 23 worden beide | Sous l'empire des articles 19 et 23 modifiés, en temps de paix comme |
en temps de guerre, ces deux catégories de personnes seront désormais | |
categorieën van personen zowel in vredestijd als in oorlogstijd | jugées par les juridictions militaires pour les infractions visées à |
voortaan door de militaire rechter berecht wegens de in artikel 23 | l'article 23 commises à l'étranger et par les juridictions ordinaires |
bedoelde misdrijven die in het buitenland worden gepleegd, en door de | pour les mêmes infractions commises en Belgique. » |
gewone rechter wegens dezelfde misdrijven als deze in België worden | |
gepleegd. » Overeenkomstig die zorg voor samenhang, handhaven artikel 23, tweede | Conformément à ce souci de cohérence, l'article 23, alinéa 2, et |
lid, en artikel 19, eerste lid, - het eerste wat de militairen betreft | l'article 19, alinéa 1er, nouveaux maintiennent - le premier en ce qui |
en het tweede voor de personen die aan de troep verbonden zijn of de | concerne les militaires et le second pour les personnes attachées à la |
machtiging hebben die te volgen in oorlogstijd - de bevoegdheid van de | troupe ou autorisées à la suivre en temps de guerre - la compétence |
militaire rechtbanken voor de misdrijven in de in artikel 23 beoogde | des juridictions militaires pour les infractions dans les matières |
aangelegenheden, wanneer zij in buitenlands gebied zijn gepleegd. | visées à l'article 23, dès lors qu'elles sont commises sur un territoire étranger. |
B.13.1. In zoverre de tweede door de verwijzende rechter in de zaak | B.13.1. La seconde question préjudicielle posée par le juge a quo dans |
nr. 1671 gestelde prejudiciële vraag artikel 19, tweede lid, beoogt, | l'affaire n° 1671, en ce qu'elle vise l'article 19, alinéa 2, |
wordt het Hof ondervraagd naar de bestaanbaarheid van die bepaling met | interroge la Cour sur la compatibilité de cette disposition avec le |
het gelijkheidsbeginsel, in zoverre de aan de troep verbonden personen | principe d'égalité en ce que les personnes attachées à une fraction ou |
of die welke de troep vergezellen, buiten oorlogstijd, « geoordeeld | accompagnant la troupe, en dehors du temps de guerre, « seront jugées |
worden door de militaire rechtscolleges voor al de door hen in het | par les juridictions militaires pour toutes les infractions commises |
buitenlands gebied gepleegde misdrijven, terwijl de personen die niet | par elles sur le territoire étranger, alors que les personnes non |
onder die wetsbepalingen vallen, niet onderworpen zijn aan die | visées par ces dispositions légales échappent à cette compétence |
uitgebreide bevoegdheid van de militaire gerechten ». | élargie des juridictions militaires ». |
B.13.2. Uit de artikelen 19, eerste en tweede lid, 21 en 23, eerste en | B.13.2. Il ressort des articles 19, alinéas 1er et 2, 21 et 23, |
tweede lid, volgt dat, wat de in het buitenland gepleegde misdrijven | alinéas 1er et 2, précités que, pour les infractions commises à |
betreft, geen enkel verschil in behandeling wordt gemaakt ten aanzien | |
van de omvang van de bevoegdheid van de militaire rechtscolleges | l'étranger, aucune différence de traitement n'est opérée quant à |
tussen, enerzijds, de personen die verbonden zijn aan een troepenkorps | l'étendue de la compétence des juridictions militaires entre, d'une |
of de machtiging verkregen een troepenkorps te volgen in vredestijd | part, les personnes attachées à la troupe ou autorisées à la suivre en |
en, anderzijds, diegenen die met hen kunnen worden vergeleken, | temps de paix et, d'autre part, celles qui leur sont comparables, à |
namelijk dezelfde personen maar in oorlogstijd beschouwd en de | savoir les mêmes personnes considérées en temps de guerre et les |
militairen : de door die personen in het buitenland gepleegde | militaires : les infractions commises par ces personnes à l'étranger, |
misdrijven, met name in de in artikel 23 van het Wetboek van | notamment dans les matières visées à l'article 23 du Code de procédure |
strafrechtspleging voor het leger bedoelde aangelegenheden, vallen | pénale militaire, relèvent pour l'ensemble des personnes précitées de |
la compétence des juridictions militaires. La Cour observe, à | |
voor al de voormelde personen onder de bevoegdheid van de militaire | l'inverse, qu'il n'y a pas davantage de différence de traitement entre |
rechtbanken. Het Hof merkt daarentegen op dat er evenmin een verschil | les personnes citées ci-dessus en ce qui concerne les infractions |
in behandeling is onder de hiervoor vermelde personen wat de in België | commises en Belgique, dès lors qu'elles sont incriminées à l'article |
gepleegde misdrijven betreft, vermits deze door artikel 23 strafbaar | 23 : en effet, dans cette hypothèse, il ressort des dispositions |
zijn gesteld : in dat geval volgt uit de voormelde bepalingen immers | précitées que seules les juridictions ordinaires sont compétentes. |
dat enkel de gewone rechtscolleges bevoegd zijn. | |
B.13.3. In afwezigheid van inbreuken op de Belgische wetten, is er | B.13.3. En l'absence d'infraction à la loi belge, il n'existe aucune |
geen enkele reden om personen die niet aan het leger verbonden zijn of | raison de soumettre des personnes qui ne sont pas attachées à l'armée |
gemachtigd worden om een troepenkorps te volgen, aan de bevoegdheid | ou autorisées à suivre un corps de troupe à la compétence des |
van de militaire gerechten te onderwerpen. | juridictions militaires. |
B.14. Uit wat voorafgaat volgt dat de prejudiciële vraag die | B.14. Il résulte de ce qui précède que la question préjudicielle |
betrekking heeft op de eventuele niet-bestaanbaarheid met het | portant sur l'éventuelle non-compatibilité avec le principe d'égalité |
gelijkheidsbeginsel van artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 | de l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre |
houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en | préliminaire du Code de procédure pénale et de l'article 19, alinéa 2, |
van artikel 19, tweede lid, van het Wetboek van strafrechtspleging | du Code de procédure pénale militaire appelle une réponse négative. |
voor het leger, ontkennend dient te worden beantwoord. | |
B.15. De vragen dienen ontkennend te worden beantwoord. | B.15. Les questions appellent une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
1. Artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 | 1. L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918, en |
schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, in zoverre het | |
bepaalt dat de beslissingen van het Militair Gerechtshof « bij | tant qu'il édicte que les décisions de la Cour militaire « sont prises |
meerderheid van stemmen worden genomen », zonder dat het oplegt dat | à la majorité des voix », sans imposer qu'elles le soient à |
zij met eenparigheid van stemmen van de leden moeten worden genomen | l'unanimité de ses membres lorsqu'elles réforment un acquittement ou |
wanneer zij een vrijspraak wijzigen of door de Krijgsraad uitgesproken | qu'elles aggravent les peines prononcées par le Conseil de guerre, ne |
straffen verzwaren. | viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. |
2. Artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande | 2. L'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre |
titel van het Wetboek van Strafvordering schendt de artikelen 10 en 11 | préliminaire du Code de procédure pénale ne viole pas les articles 10 |
van de Grondwet niet, in zoverre het bepaalt dat de personen die, in | et 11 de la Constitution, en tant qu'il dispose que les personnes |
welke hoedanigheid ook, aan een legerfractie in het buitenland | attachées, à quelque titre que ce soit, à une fraction de l'armée se |
verbonden zijn of zij die de machtiging verkregen een troepenkorps te | trouvant en territoire étranger ou celles qui sont autorisées à suivre |
volgen dat er deel van uitmaakt, en die enig misdrijf hebben gepleegd | un corps de troupe qui en fait partie, qui auront commis une |
op het grondgebied van een vreemde Staat, in België zullen kunnen | infraction quelconque sur le territoire d'un Etat étranger, pourront |
worden vervolgd. | être poursuivies en Belgique. |
3. Artikel 19, tweede lid, van de wet van 15 juni 1899 houdende eerste | 3. L'article 19, alinéa 2, de la loi du 15 juin 1899 comprenant le |
titel van het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger schendt de | titre Ier du Code de procédure pénale militaire ne viole pas les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, in zoverre het bepaalt dat de | articles 10 et 11 de la Constitution en tant qu'il dispose que les |
personen die, in welke hoedanigheid ook, aan een legerfractie in het | personnes attachées, à quelque titre que ce soit, à une fraction de |
buitenland verbonden zijn of zij die de machtiging verkregen een | l'armée se trouvant en territoire étranger ou celles autorisées à |
troepenkorps te volgen dat er deel van uitmaakt, buiten oorlogstijd, | suivre un corps de troupe qui en fait partie seront, en dehors du |
beoordeeld worden door militaire rechtscolleges voor alle in | temps de guerre, jugées par les juridictions militaires pour toutes |
buitenlands gebied gepleegde misdrijven. | les infractions commises sur le territoire étranger. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 11 oktober 2000. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 11 octobre 2000. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Melchior. | M. Melchior. |