← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 61/2000 van 25 mei 2000 Rolnummer 1711 In zake : de prejudiciële
vraag betreffende artikel 320, 4°, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg
te Brussel. Het Arbitragehof, samenges wijst na beraad het volgende arrest
: I. Onderwerp van de prejudiciële vraag Bij vonnis van 9(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 61/2000 van 25 mei 2000 Rolnummer 1711 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 320, 4°, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel. Het Arbitragehof, samenges wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag Bij vonnis van 9(...) | Extrait de l'arrêt n° 61/2000 du 25 mai 2000 Numéro du rôle : 1711 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 320, 4°, du Code civil, posée par le Tribunal de première instance de Bruxelles. La Cour d'arbitrage, composée après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle Par ju(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 61/2000 van 25 mei 2000 | Extrait de l'arrêt n° 61/2000 du 25 mai 2000 |
Rolnummer 1711 | Numéro du rôle : 1711 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 320, 4°, van het | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 320, 4°, du |
Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel. | Code civil, posée par le Tribunal de première instance de Bruxelles. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de | composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. |
rechters H. Boel, L. François, J. Delruelle, A. Arts en M. Bossuyt, | Boel, L. François, J. Delruelle, A. Arts et M. Bossuyt, assistée du |
bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Objet de la question préjudicielle |
Bij vonnis van 9 juni 1999 in zake S. Lachaal, R. Ragha en F. Broes, | Par jugement du 9 juin 1999 en cause de S. Lachaal, R. Ragha et F. |
waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op | Broes, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage |
23 juni 1999, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de | le 23 juin 1999, le Tribunal de première instance de Bruxelles a posé |
volgende prejudiciële vraag gesteld : | la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 320, 4°, van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10 | « L'article 320, 4°, du Code civil ne violerait-il pas les articles 10 |
en 11 van de Grondwet niet doordat het aan de biologische vader - en | et 11 de la Constitution en ce qu'il réserve au père biologique - donc |
dus aan het kind wanneer dit laatste meer dan 300 dagen na de datum | à l'enfant lorsque ce dernier est né plus de 300 jours après la date |
van de feitelijke scheiding van de echtgenoten is geboren - de | de séparation de fait d'époux - la possibilité d'une substitution de |
mogelijkheid biedt het biologische vaderschap in de plaats te stellen | la paternité biologique à la paternité légale aux seules hypothèses où |
van het wettelijke vaderschap alleen in die gevallen waarin de | |
echtscheiding van de moeder en van de vermoede vader van het kind is | le divorce de la mère et du père présumé de l'enfant a été prononcé |
uitgesproken op grond van de artikelen 229, 231 of 232 van het | sur base des articles 229, 231 ou 232 du Code civil excluant ainsi que |
Burgerlijk Wetboek, waarbij aldus wordt uitgesloten dat ten aanzien | puisse être prise en considération au bénéfice des mêmes personnes la |
van diezelfde personen dezelfde datum van feitelijke scheiding in | |
aanmerking kan worden genomen indien de echtgenoten door onderlinge | même date de séparation de fait si les époux ont divorcé par |
toestemming zijn gescheiden ? » | consentement mutuel ? » |
(...) | (...) |
IV. In rechte | IV. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Artikel 320 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt : | B.1. L'article 320 du Code civil dispose : |
« Wanneer het vaderschap dat vaststaat krachtens artikel 315 of 317 | « Lorsque la paternité établie en vertu des articles 315 ou 317 n'est |
niet bevestigd wordt door het bezit van staat, kan het kind met | pas corroborée par la possession d'état, l'enfant peut, sur |
machtiging van de rechtbank van eerste aanleg van zijn woonplaats, | l'autorisation du tribunal de première instance de son domicile, être |
worden erkend door een andere man dan de echtgenoot : | reconnu par un autre homme que le mari : |
1° ingeval het kind geboren is tenminste 180 dagen na de ontbinding of | 1° s'il est né 180 jours au moins après la dissolution ou l'annulation |
de nietigverklaring van het huwelijk van de moeder; | du mariage de la mère; |
2° ingeval het kind geboren is meer dan 300 dagen na de | 2° s'il est né plus de 300 jours après l'audience d'introduction visée |
inleidingszitting bedoeld in artikel 1258 van het Gerechtelijk Wetboek | à l'article 1258 du Code judiciaire et qu'un procès-verbal de |
en geen proces-verbaal van verzoening is opgemaakt, of na de | |
beschikking van de voorzitter zitting houdend in kort geding, waarbij | conciliation n'a pas été établi, ou après l'ordonnance du président |
de echtgenoten gemachtigd worden een afzonderlijke verblijfplaats te | siégeant en référé et autorisant les époux à résider séparément, ou |
betrekken, of na de verklaring bedoeld in artikel 1289 van hetzelfde | après la déclaration prévue à l'article 1289 du même Code, et moins de |
Wetboek, en minder dan 180 dagen na de definitieve afwijzing van de | 180 jours après le rejet définitif de la demande ou depuis la |
eis of na de verzoening van de echtgenoten; | conciliation des époux; |
3° ingeval het kind geboren is meer dan driehonderd dagen na een | 3° s'il est né plus de 300 jours après une ordonnance du juge de paix |
beschikking van de vrederechter gegeven krachtens artikel 223 van dit | rendue en vertu de l'article 223 du présent Code et autorisant les |
Wetboek, waarbij de echtgenoten gemachtigd worden een afzonderlijke | époux à résider séparément, et moins de 180 jours depuis que cette |
verblijfplaats te betrekken, en minder dan honderdtachtig dagen nadat | |
aan deze maatregel een einde is gekomen, of nadat de echtgenoten | mesure a pris fin ou depuis la réunion de fait des époux; |
feitelijk herenigd zijn geweest; | |
4° ingeval het kind geboren is meer dan 300 dagen na de datum van de | 4° si l'enfant est né plus de 300 jours après la date de la séparation |
feitelijke scheiding wanneer de echtscheiding is uitgesproken | de fait lorsque le divorce a été prononcé en vertu des articles 229, |
krachtens de artikelen 229, 231 of 232. » | 231 ou 232. » |
B.2. Artikel 320 van het Burgerlijk Wetboek staat een andere man dan | B.2. L'article 320 du Code civil permet à un homme autre que le mari |
de echtgenoot van de moeder toe een kind te erkennen, wanneer het | de la mère de reconnaître un enfant, lorsque la paternité du mari |
vaderschap van de echtgenoot niet bevestigd wordt door het bezit van | n'est pas corroborée par la possession d'état, pour autant qu'il y |
staat, en voor zover hij daartoe gemachtigd is door de rechtbank van | soit autorisé par le tribunal de première instance et que l'enfant |
eerste aanleg en het kind geboren is in bepaalde gevallen waarin de | soit né dans certaines hypothèses, où les époux étaient désunis au |
echtgenoten niet meer samen waren op het ogenblik dat het kind werd | moment de la conception de l'enfant. |
verwekt. B.3. Het in het geding zijnde artikel 320, 4°, roept, zowel onder de | B.3. L'article 320, 4°, en cause crée, tant entre les enfants qu'entre |
kinderen als onder diegenen die beweren de biologische vader ervan te | |
zijn, een verschil in behandeling in het leven ten aanzien van de | ceux qui affirment être les pères biologiques de ceux-ci, une |
mogelijkheid om « het biologische vaderschap in de plaats te stellen | différence de traitement, quant à la possibilité de « substitution de |
van het wettelijke vaderschap » naargelang de echtscheiding van de | la paternité biologique à la paternité légale » suivant que le divorce |
vermoedelijke verwekkers van het kind verkregen is op basis van | des auteurs présumés de l'enfant est obtenu sur la base des articles |
artikel 229, 231 of 232 van het Burgerlijk Wetboek ofwel of het gaat | 229, 231 ou 232 du Code civil ou qu'il s'agit d'un divorce par |
om een echtscheiding door onderlinge toestemming uitgesproken op basis van artikel 233 van dat Wetboek. | consentement mutuel prononcé sur la base de l'article 233 de ce Code. |
B.4. De grondwettelijke regels van de gelijkheid en de niet-discriminatie sluiten niet uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is. Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het gelijkheidsbeginsel is geschonden wanneer vaststaat dat er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. B.5.1. Het in het geding zijnde verschil in behandeling berust op een objectief criterium, namelijk de wijze van totstandkoming van de echtscheiding. Het Hof moet echter onderzoeken of dat criterium relevant is ten aanzien van het door de wet nagestreefde doel. B.5.2. De in het geding zijnde bepaling vindt haar oorsprong in de wet van 1 juli 1974 « tot wijziging van sommige artikelen van het Burgerlijk en het Gerechtelijk Wetboek, betreffende de echtscheiding », waarbij de echtscheiding wegens feitelijke scheiding van meer dan tien jaar (termijn die nadien werd ingekort) is ingevoerd. De wetgever | B.4. Les règles constitutionnelles de l'égalité et de la non-discrimination n'excluent pas qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et qu'elle soit raisonnablement justifiée. L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la nature des principes en cause; le principe d'égalité est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but visé. B.5.1. La différence de traitement en cause repose sur un critère objectif, à savoir le mode d'obtention du divorce. La Cour doit toutefois vérifier si ce critère est pertinent par rapport au but poursuivi par la loi. B.5.2. La disposition en cause trouve son origine dans la loi du 1er juillet 1974 modifiant certains articles du Code civil et du Code judiciaire relatifs au divorce, qui institua le divorce pour cause de séparation de fait de plus de dix ans (durée raccourcie par la suite). |
heeft geoordeeld dat het kind dat geboren is meer dan 300 dagen na het | Le législateur a estimé que l'enfant né plus de 300 jours après le |
begin van de feitelijke scheiding van zijn moeder en zijn | |
vermoedelijke vader, door het gevolg van het huwelijk, na de | début de la séparation de fait de sa mère et de son père présumé par |
scheiding, met toestemming van de rechtbank, door zijn biologische | l'effet du mariage pouvait être reconnu par son père biologique, avec |
vader erkend kan worden. De wet van 31 maart 1987 die het | l'autorisation du tribunal, après le divorce. La loi du 31 mars 1987 |
qui réforma le droit de la filiation reprit cette hypothèse à | |
afstammingsrecht hervormde, nam die hypothese in artikel 320, 4°, van | l'article 320, 4°, du Code civil. Dans la rédaction qui avait été |
het Burgerlijk Wetboek over. In de formulering die aan artikel 320 was | donnée à l'article 320 lors de la réforme du droit de la filiation par |
gegeven bij de hervorming van het afstammingsrecht bij de wet van 31 | la loi du 31 mars 1987, la reconnaissance aux conditions de cet |
maart 1987, werd de erkenning onder de voorwaarden van dat artikel | article était limitée à la seule hypothèse où le divorce est prononcé |
beperkt tot het enkele geval waarin de echtscheiding wordt | pour cause de séparation de fait. Cette possibilité de reconnaissance |
uitgesproken wegens feitelijke scheiding. Die mogelijkheid tot | |
erkenning werd vervolgens bij de wet van 27 december 1994 uitgebreid | fut ensuite étendue par la loi du 27 décembre 1994 aux cas où la |
tot de gevallen waarin de feitelijke scheiding gevolgd wordt door een | |
echtscheiding op grond van bepaalde feiten krachtens de artikelen 229 | séparation de fait est suivie d'un divorce pour cause déterminée en |
of 231 van het Burgerlijk Wetboek. Die mogelijkheid daarentegen werd | vertu des articles 229 ou 231 du Code civil. En revanche, cette |
niet uitgebreid tot de gevallen waarin de feitelijke scheiding wordt | possibilité ne fut pas étendue aux cas où la séparation de fait est |
gevolgd door een echtscheiding door onderlinge toestemming. | suivie d'un divorce par consentement mutuel. |
B.5.3. De mogelijkheid om het wettelijk vaderschap toe te kennen aan | B.5.3. La possibilité d'attribuer la paternité légale au père |
de biologische vader wanneer het kind geboren is meer dan 300 dagen na | biologique lorsque l'enfant est né plus de 300 jours après la |
de feitelijke scheiding van zijn moeder en haar echtgenoot, | séparation de fait de sa mère et du mari de celle-ci, répond à l'un |
beantwoordt aan een van de door de wetgever nagestreefde | des objectifs poursuivis par le législateur lors de l'adoption de la |
doelstellingen bij de aanneming van de wet van 31 maart 1987. Het ging | loi du 31 mars 1987. Il s'agissait en effet, en ce qui concerne la |
immers erom, wat de afstamming betreft, « de waarheid zoveel mogelijk | filiation, de « cerner le plus près possible la vérité », c'est-à-dire |
te benaderen », dit wil zeggen de « biologische afstamming » (Parl. | la « filiation biologique » (Doc. parl., Sénat, 1977-1978, n° 305-1, |
St., Senaat, 1977-1978, nr. 305-1, p. 3). Die doelstelling werd echter | p. 3). Cet objectif était toutefois tempéré par la volonté du |
gematigd door de wil van de wetgever om « de rust der families » in | législateur de prendre en considération et de protéger « la paix des |
acht te nemen en ze te beschermen (ibid., p. 15). | familles » (ibid., p. 15). |
Teneinde, in een zekere mate, die beide doelstellingen met elkaar te | Pour concilier, dans une certaine mesure, ces deux objectifs, le |
verzoenen, heeft de wetgever de indeplaatsstelling van vaderschap aan | |
bepaalde voorwaarden onderworpen. In de eerste plaats heeft hij ze | législateur a soumis la substitution de paternité à certaines |
uitgesloten wanneer het vaderschap van de echtgenoot bevestigd wordt | conditions. Tout d'abord, il l'a exclue lorsque la paternité du mari |
door het bezit van staat. Vervolgens heeft hij aan een rechtbank de | est corroborée par la possession d'état. Ensuite, il a confié à un |
zorg toevertrouwd om « de juistheid van de na te leven voorwaarden [na | tribunal le soin de « vérifier le respect des conditions imposées et |
te gaan] » en « [te] onderzoeken of de erkenning aan de werkelijkheid | d'examiner si la reconnaissance correspond à la réalité » sans |
beantwoordt », zonder evenwel te « oordelen over de opportuniteit van | toutefois « juger de l'opportunité de la reconnaissance » (Doc. parl., |
de erkenning » (Parl. St., Senaat, 1984-1985, nr. 904-2, p. 85). | Sénat, 1984-1985, n° 904-2, p. 85). |
B.5.4. Het criterium van de wijze van echtscheiding vertoont geen | B.5.4. Le critère du mode de divorce ne présente pas de lien de |
relevante band met de aldus nagestreefde doelstellingen. Indien het | pertinence avec les objectifs ainsi poursuivis. Si la paternité du |
vaderschap van de echtgenoot niet bevestigd wordt door het bezit van | mari n'est pas corroborée par la possession d'état, dès lors qu'une |
staat en wanneer een feitelijke scheiding wordt gevolgd door een | séparation de fait est suivie d'un divorce et qu'un enfant est né plus |
echtscheiding en een kind geboren wordt meer dan 300 dagen na die | de 300 jours après cette séparation de fait, il n'existe aucune raison |
feitelijke scheiding, bestaat er geen reden meer om aan dat kind en | de refuser à cet enfant et à son père biologique le droit à |
zijn biologische vader het recht tot vaststelling van de afstamming te | l'établissement de la filiation. L'autorisation du juge prévue par |
weigeren. De in artikel 320 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde | l'article 320 du Code civil, qui est d'ailleurs exigée dans toutes les |
machtiging van de rechter, die bovendien geëist wordt in alle | hypothèses, permet de vérifier qu'une séparation de fait a réellement |
gevallen, maakt het mogelijk te onderzoeken of een feitelijke scheiding werkelijk heeft plaatsgevonden meer dan 300 dagen vóór de geboorte, wat overeenkomt met de zorg van de wetgever om te garanderen dat de erkenning overeenstemt met de werkelijkheid. Bovendien, wanneer de echtscheiding wordt uitgesproken, of het nu wegens feitelijke scheiding is, op grond van bepaalde feiten of door onderlinge toestemming, verdwijnt de gezinskern en is er dus in elk van die gevallen geen « rust der families » meer die dient te worden beschermd. B.6. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord. Om die redenen, het Hof | eu lieu plus de 300 jours avant la naissance, ce qui correspond au souci du législateur de garantir que la reconnaissance correspond à la réalité. En outre, lorsque le divorce est prononcé, qu'il le soit pour séparation de fait, pour cause déterminée ou par consentement mutuel, le noyau familial disparaît et il n'y a donc plus, dans aucune hypothèse, de « paix des familles » à protéger. B.6. La question préjudicielle appelle une réponse positive. Par ces motifs, la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 320, 4°, van het Burgerlijk Wetboek schendt de artikelen 10 en | L'article 320, 4°, du Code civil viole les articles 10 et 11 de la |
11 van de Grondwet, in zoverre het de echtscheiding door onderlinge | Constitution en tant qu'il ne mentionne pas le divorce par |
toestemming niet vermeldt. | consentement mutuel. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 25 mei 2000. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 25 mai 2000. |
De griffier, De voorzitter, | Le greffier, Le président, |
L. Potoms. M. Melchior. | L. Potoms. M. Melchior. |