← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 125/99 van 25 november 1999 Rolnummer 1449 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 12.6, tweede lid, van de pachtwet van 4 november 1969, gesteld
door de vrederechter van het kanton Etalle. Het Arbitra samengesteld uit de voorzitters
M. Melchior en G. De Baets, en de rechters P. Martens, J. Delruelle(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 125/99 van 25 november 1999 Rolnummer 1449 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 12.6, tweede lid, van de pachtwet van 4 november 1969, gesteld door de vrederechter van het kanton Etalle. Het Arbitra samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de rechters P. Martens, J. Delruelle(...) | Extrait de l'arrêt n° 125/99 du 25 novembre 1999 Numéro du rôle : 1449 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 12.6, alinéa 2, de la loi du 4 novembre 1969 sur le bail à ferme, posée par le juge de paix du canton d'Etalle. |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Uittreksel uit arrest nr. 125/99 van 25 november 1999 | Extrait de l'arrêt n° 125/99 du 25 novembre 1999 |
| Rolnummer 1449 | Numéro du rôle : 1449 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 12.6, tweede lid, | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 12.6, alinéa |
| van de pachtwet van 4 november 1969, gesteld door de vrederechter van | 2, de la loi du 4 novembre 1969 sur le bail à ferme, posée par le juge |
| het kanton Etalle. | de paix du canton d'Etalle. |
| Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
| samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de | composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges P. |
| rechters P. Martens, J. Delruelle, H. Coremans, A. Arts en M. Bossuyt, | Martens, J. Delruelle, H. Coremans, A. Arts et M. Bossuyt, assistée de |
| bijgestaan door referendaris B. Renauld, waarnemend griffier, onder | la référendaire B. Renauld, faisant fonction de greffier, présidée par |
| voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | le président M. Melchior, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Objet de la question préjudicielle |
| Bij vonnis van 19 oktober 1998 in zake J. Darche en A. Darche tegen S. | Par jugement du 19 octobre 1998 en cause de J. Darche et A. Darche |
| Loutsch, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is | contre S. Loutsch, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour |
| ingekomen op 27 oktober 1998, heeft de vrederechter van het kanton | d'arbitrage le 27 octobre 1998, le juge de paix du canton d'Etalle a |
| Etalle de volgende prejudiciële vraag gesteld : | posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 12.6, tweede lid, van de pachtwet de artikelen 10 en | « L'article 12.6, alinéa 2, de la loi sur le bail à ferme viole-t-il |
| 11 van de Grondwet, in zoverre het, wanneer de pachter zijn | les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'il ne permet pas la |
| hoofdberoep in de landbouw heeft, de geldigverklaring van de opzegging | validation du congé pour exploitation personnelle, quand le preneur |
| voor persoonlijke exploitatie niet toestaat indien het landbouwbedrijf | exerce la profession agricole à titre principal, si l'exploitation |
| niet het overwegende deel van de beroepsactiviteit van de aanstaande | agricole ne constituera pas la partie prépondérante de l'activité |
| exploitant zal uitmaken, terwijl het zulks wel toestaat wanneer de | professionnelle du futur exploitant, alors qu'il la permet quand le |
| pachter geen landbouwer is in hoofdberoep, of indien het | preneur n'est pas agriculteur à titre principal, ou si l'exploitation |
| landbouwbedrijf het overwegende deel van de beroepsactiviteit van de | agricole constituera la partie prépondérante de l'activité |
| aanstaande exploitant zal uitmaken ? » | professionnelle du futur exploitant ? » |
| (...) | (...) |
| IV. In rechte | IV. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1. Artikel 12.6, tweede lid, van de pachtwet bepaalt : | B.1. L'article 12.6, alinéa 2, de la loi sur le bail à ferme dispose : |
| « Daarenboven, wanneer de pachter zijn hoofdberoep in de landbouw | « En outre, quand le preneur exerce la profession agricole à titre |
| heeft, kan de opzegging voor persoonlijke exploitatie door de rechter | principal, le juge ne pourra valider le congé en vue de l'exploitation |
| slechts geldig worden verklaard indien het exploiteren van het | personnelle que si l'exploitation de l'entreprise agricole dans |
| landbouwbedrijf, waarin de betrokken landeigendommen zullen worden | laquelle les biens ruraux en question seront exploités, constituera |
| geëxploiteerd, een overwegend deel van de beroepsactiviteit van de | une partie prépondérante de l'activité professionnelle du futur |
| aanstaande exploitant zal uitmaken. » | exploitant. » |
| B.2. Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 7 november 1988 | B.2. Il ressort des travaux préparatoires de la loi du 7 novembre 1988 |
| « tot wijziging van de wetgeving betreffende de pacht en de beperking | « modifiant la législation sur le bail à ferme et la limitation des |
| van de pachtprijzen » blijkt dat de wetgever de belangen van de | fermages » que le législateur a voulu concilier les intérêts des |
| verpachters en de pachters met elkaar heeft willen verzoenen. De | bailleurs et des preneurs. La disposition litigieuse tente de donner |
| betwiste bepaling tracht een bijkomende bescherming te bieden aan de | une protection supplémentaire au preneur qui exerce la profession |
| pachter die zijn hoofdberoep in de landbouw heeft (Parl. St., Senaat, | agricole à titre principal (Doc. parl., Sénat, 1986-1987, n° 586/2, p. |
| 1986-1987, nr. 586/2, p. 59). « De ` boerende boer ' die in hoofdzaak | 59). « L'agriculteur professionnel qui vit essentiellement de |
| van de landbouw leeft, zal geen opzegging kunnen krijgen van een | l'agriculture, ne pourra pas recevoir congé de la part d'un |
| eigenaar die slechts een occasionele of beperkte landbouwbedrijvigheid | propriétaire qui ne songe qu'à une activité agricole occasionnelle ou |
| op het oog heeft. Een opzegging in zulk geval vereist nl. dat de | limitée. Un congé dans un tel cas suppose en effet que le futur |
| aanstaande exploitant in overwegende mate met het landbouwbedrijf zal | exploitant s'occupe d'une façon substantielle de l'entreprise agricole |
| bezig zijn. » (Parl. St., Kamer, 1981-1982, nr. 171/40, p. 79). « | concernée. » (Doc. parl., Chambre, 1981-1982, n° 171/40, p. 79). « La |
| commission estime d'une manière générale, qu'il s'agit d'une question | |
| Algemeen is de commissie van oordeel dat het hier een zeer | très fondamentale. Il n'est pas nécessaire de protéger le |
| fundamentele vraag betreft. De bescherming van een niet-landbouwer is | non-agriculteur. Elle est d'avis que la protection de la loi sur le |
| niet nodig. Hij die zijn hoofdberoep heeft buiten de landbouw heeft | bail à ferme n'est pas requise pour celui qui exerce son activité |
| volgens hem geen bescherming nodig van de pachtwet » (ibid., p. 179). | principale en dehors de l'agriculture » (ibid., p. 179). |
| Uit zorg om het mogelijk te maken zich een oordeel te vormen over « | Soucieux de permettre d'apprécier « une réalité variable », le |
| een veranderende realiteit », heeft de wetgever de vrederechter een | législateur a entendu « laisser » une certaine latitude au juge de |
| zekere ruimte willen « laten », en garandeert daarbij dat een | paix, tout en s'assurant qu'un agriculteur à temps plein ne soit pas |
| voltijdse landbouwer niet wordt verdrongen door een verpachter voor | évincé par un bailleur pour qui l'exploitation agricole ne |
| wie het landbouwbedrijf niet een belangrijk gedeelte van de | constituerait pas une partie importante de l'activité professionnelle |
| beroepsactiviteit van de aanstaande exploitant zou uitmaken en aldus | du futur exploitant et qui mettrait ainsi en péril le rendement |
| de economische rendabiliteit van het bedrijf in gevaar zou brengen | économique de l'entreprise (ibid., p. 80). La « notion de ` |
| (ibid., p. 80). Het « begrip ` overwegend ' werd duidelijk en | prépondérant ' a été insérée clairement et intentionnellement pour |
| welbewust ingelast om te wijzen op een hoofdberoep » (Parl. St., | indiquer une profession exercée à titre principal » (Doc. parl., |
| Kamer, B.Z. 1988, nr. 531/3, p. 4). | Chambre, S.E. 1988, n° 531/3, p. 4). |
| B.3. De in het geding zijnde bepaling roept een dubbel verschil in | B.3. La disposition en cause établit une double différence de |
| behandeling in het leven met het oog op de bescherming, enerzijds, van | traitement dans le but de protéger, d'une part, les preneurs qui |
| de pachters die het landbouwberoep als hoofdberoep uitoefenen en, | exercent la profession agricole à titre principal et, d'autre part, |
| anderzijds, van de aanstaande exploitanten die aan het landbouwbedrijf | les futurs exploitants qui consacreront à l'exploitation agricole une |
| een overwegend deel van hun beroepsactiviteit zullen wijden. | partie prépondérante de leur activité professionnelle. |
| B.4. Die beide verschillen in behandeling zijn redelijkerwijze | B.4. Ces deux différences de traitement sont justifiées |
| verantwoord in het licht van het door de wetgever nagestreefde doel, | raisonnablement au regard du but que poursuit le législateur, à |
| namelijk, inzake pacht, diegenen te beschermen die hoofdzakelijk een | savoir, en matière de bail à ferme, protéger ceux qui exercent une |
| landbouwactiviteit uitoefenen. | activité agricole à titre principal. |
| B.5. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.5. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 12.6, tweede lid, van de pachtwet schendt de artikelen 10 en | L'article 12.6, alinéa 2, de la loi sur le bail à ferme ne viole pas |
| 11 van de Grondwet niet, in zoverre het, wanneer de pachter zijn | les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'il ne permet pas la |
| hoofdberoep in de landbouw heeft, de geldigverklaring van de opzegging | validation du congé pour exploitation personnelle, quand le preneur |
| voor persoonlijke exploitatie niet toestaat indien het landbouwbedrijf | exerce la profession agricole à titre principal, si l'exploitation |
| niet het overwegende deel van de beroepsactiviteit van de aanstaande | agricole ne constituera pas la partie prépondérante de l'activité |
| exploitant zal uitmaken. | professionnelle du futur exploitant. |
| Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 25 november 1999. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 25 novembre 1999. |
| De wnd. griffier, | Le greffier f.f., |
| B. Renauld. | B. Renauld. |
| De voorzitter, | Le président, |
| M. Melchior. | M. Melchior. |