← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van
29 januari 2015 in zake N.V., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 februari
2015, heeft de kamer van inbeschuldigingstelling « 1. Schendt artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering het beginsel
van de scheiding der m(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 29 januari 2015 in zake N.V., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 februari 2015, heeft de kamer van inbeschuldigingstelling « 1. Schendt artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering het beginsel van de scheiding der m(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 29 janvier 2015 en cause de N.V., dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 13 février 2015, la chambre des mises en accusation de la Cour d'appel de G « 1. L'article 216bis du Code d'instruction criminelle viole-t-il le principe de la séparation des(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 Bij arrest van 29 januari 2015 in zake N.V., waarvan de expeditie ter | Par arrêt du 29 janvier 2015 en cause de N.V., dont l'expédition est |
griffie van het Hof is ingekomen op 13 februari 2015, heeft de kamer | parvenue au greffe de la Cour le 13 février 2015, la chambre des mises |
van inbeschuldigingstelling van het Hof van Beroep te Gent de volgende | en accusation de la Cour d'appel de Gand a posé les questions |
prejudiciële vragen gesteld : | préjudicielles suivantes : |
« 1. Schendt artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering het | « 1. L'article 216bis du Code d'instruction criminelle viole-t-il le |
beginsel van de scheiding der machten, het beginsel van de | principe de la séparation des pouvoirs, le principe de l'indépendance |
onafhankelijkheid der rechters, het beginsel van het recht op een | des juges, le principe du droit à un procès équitable, le principe du |
eerlijk proces, het beginsel van het recht op een behoorlijke | droit à une bonne administration de la justice, le principe de la |
rechtsbedeling, het vertrouwensbeginsel, artikel 6 EVRM en artikel 10 | confiance légitime, l'article 6 de la Convention européenne des droits |
en 11 van de Grondwet in zoverre hierdoor het openbaar ministerie de | de l'homme et les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce que le |
bevoegdheid heeft om vrij te kiezen met welke rechtsonderhorige, die | |
desgevallend zijn bereidheid te kennen gaf de aan een ander | ministère public a ainsi le pouvoir de choisir librement avec quel |
veroorzaakte schade te vergoeden en ten aanzien van wie de | justiciable, qui a manifesté, le cas échéant, sa volonté de réparer le |
strafvordering is ingesteld, zij wel of niet besluit tot een | dommage causé à autrui et contre qui l'action publique a été intentée, |
minnelijke schikking te komen zonder daarover enige motivering te | il décide de conclure ou non une transaction, sans être tenu de |
moeten geven en zonder dat op dat besluit en de eventueel tot stand | fournir une motivation à cet égard et sans que cette décision et |
gekomen minnelijke schikking enige voldoende, effectieve en | l'éventuelle transaction conclue puissent faire l'objet d'un contrôle |
inhoudelijke rechterlijke controle mogelijk is ? | juridictionnel suffisant, effectif et concret ? |
2. Schendt artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering artikel | 2. L'article 216bis du Code d'instruction criminelle viole-t-il |
12, tweede lid, in fine de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen | l'article 12, alinéa 2, in fine, de la Constitution, combiné ou non |
met artikelen 10 en 11 van de Grondwet en artikel 6 EVRM, doordat het | avec les articles 10 et 11 de la Constitution et avec l'article 6 de |
openbaar ministerie, na het instellen van de strafvordering, | la Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'après avoir |
rechtsonderhorigen, die desgevallend hun bereidheid te kennen gaven de | intenté l'action publique, le ministère public peut ainsi inviter ou |
aan een ander veroorzaakte schade te vergoeden, al dan niet een | non des justiciables, qui ont manifesté, le cas échéant, leur volonté |
verzoek tot minnelijke schikking kan doen zonder enige voldoende, | de réparer le dommage causé à autrui, à conclure une transaction, sans |
effectieve en inhoudelijke rechterlijke controle op het verzoek en de | que l'invitation et l'éventuelle transaction conclue puissent faire |
eventueel tot stand gekomen minnelijke schikking ? | l'objet d'un contrôle juridictionnel suffisant, effectif et concret ? |
3. Schendt artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering artikel | 3. L'article 216bis du Code d'instruction criminelle viole-t-il |
13 van de Grondwet, gelezen in samenhang met artikel 6 EVRM, in | l'article 13 de la Constitution, combiné avec l'article 6 de la |
zoverre hierdoor een rechtsonderhorige, die desgevallend zijn | Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'il a pour effet |
bereidheid te kennen gaf de aan een ander veroorzaakte schade te | qu'un justiciable, qui a manifesté, le cas échéant, sa volonté de |
vergoeden en ten aanzien van wie de strafvordering is ingesteld, geen | réparer le dommage causé à autrui et contre qui l'action publique a |
toegang heeft tot de rechter om de eenzijdige, niet tegensprekelijke | été intentée, n'a pas accès à un juge pour faire contrôler de manière |
beslissing van het openbaar ministerie tot weigering van een | suffisante, effective et concrète, par un juge indépendant et |
minnelijke schikking te laten controleren op een voldoende, effectieve | impartial, la décision unilatérale et non contradictoire du ministère |
en inhoudelijke wijze door een onafhankelijke en onpartijdige rechter | public refusant de conclure une transaction ? |
? 4. Schendt artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering de | 4. L'article 216bis du Code d'instruction criminelle viole-t-il les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met artikel | articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec l'article 14, |
14, § 1 IVPBR, artikel 6 EVRM, artikel 151, § 1 van de Grondwet alsook de artikelen 33 tot 40 van de Grondwet, in zoverre hierdoor het openbaar ministerie de bevoegdheid heeft om, indien aan de materiële toepassingsvoorwaarden van artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering is voldaan, vrij te kiezen welke rechtsonderhorigen, die desgevallend hun bereidheid te kennen gaven de aan een ander veroorzaakte schade te vergoeden en ten aanzien van wie de strafvordering is ingesteld, zij wel of niet verzoekt tot een minnelijke schikking te komen, zonder daarover enige motivering te moeten geven en zonder dat op dat verzoek en de eventueel tot stand gekomen minnelijke schikking voldoende, effectieve en inhoudelijke rechterlijke controle mogelijk is ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 6158 van de rol van het Hof. De griffier, | paragraphe 1, du Pacte international relatif aux droits civils et politiques, avec l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme, avec l'article 151, § 1er, de la Constitution, ainsi qu'avec les articles 33 à 40 de la Constitution, en ce que le ministère public a le pouvoir, si les conditions matérielles d'application de l'article 216bis du Code d'instruction criminelle sont remplies, de choisir librement les justiciables, qui ont manifesté, le cas échéant, leur volonté de réparer le dommage causé à autrui et contre qui l'action publique a été intentée, qu'il invite ou non à conclure une transaction, sans être tenu de fournir une motivation à cet égard et sans que cette invitation et l'éventuelle transaction conclue puissent faire l'objet d'un contrôle juridictionnel suffisant, effectif et concret ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 6158 du rôle de la Cour. Le greffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |