← Terug naar  "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 1. Bij arrest 
nr. 223.729 van 5 juni 2013 in zake Mohammed Bouanane tegen het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, waarvan 
de expeditie ter griffie van het Hof is ingek « Schendt artikel 8, § 1, van de wet van 30 april 1999 
betreffende de tewerkstelling van buite(...)"
                    
                        
                        
                
              | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 1. Bij arrest nr. 223.729 van 5 juni 2013 in zake Mohammed Bouanane tegen het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingek « Schendt artikel 8, § 1, van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buite(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 1. Par arrêt n° 223.729 du 5 juin 2013 en cause de Mohammed Bouanane contre la Région de Bruxelles-Capitale, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 10 juin 2013, « L'article 8, § 1 er , de la loi du 30 avril 1999 relative à l'occupation des travai(...) | 
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE | 
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | 
| januari 1989 1. Bij arrest nr. 223.729 van 5 juni 2013 in zake Mohammed Bouanane | 1. Par arrêt n° 223.729 du 5 juin 2013 en cause de Mohammed Bouanane | 
| tegen het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, waarvan de expeditie ter | contre la Région de Bruxelles-Capitale, dont l'expédition est parvenue | 
| griffie van het Hof is ingekomen op 10 juni 2013, heeft de Raad van | au greffe de la Cour le 10 juin 2013, le Conseil d'Etat a posé la | 
| State de volgende prejudiciële vraag gesteld : | question préjudicielle suivante : | 
| « Schendt artikel 8, § 1, van de wet van 30 april 1999 betreffende de | « L'article 8, § 1er, de la loi du 30 avril 1999 relative à | 
| tewerkstelling van buitenlandse werknemers artikel 191 van de | l'occupation des travailleurs étrangers viole-t-il l'article 191 de la | 
| Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 23 van de | Constitution, lu isolément ou en combinaison avec l'article 23 de la | 
| Grondwet, in zoverre het de Koning ertoe machtigt de categorieën | Constitution, en ce qu'il habilite le Roi à déterminer, par un arrêté | 
| alsmede de voorwaarden tot toekenning, geldigheid, verlenging, | délibéré en Conseil des ministres, les catégories ainsi que les | 
| vernieuwing, weigering en intrekking van de arbeidsvergunningen en de | conditions d'octroi, de validité, de prorogation, de renouvellement, | 
| arbeidskaarten te bepalen bij een in Ministerraad overlegd besluit, | de refus et de retrait des autorisations d'occupation et des permis de | 
| terwijl artikel 191 van de Grondwet aan de wetgever de bevoegdheid | travail alors que l'article 191 de la Constitution réserve au | 
| voorbehoudt om te voorzien in de verschillen in behandeling die de | législateur la compétence de prévoir les différences de traitement qui | 
| vreemdelingen benadelen met betrekking tot de bescherming verleend aan | défavorisent les étrangers en matière de protection accordée aux | 
| personen en aan goederen ? ». | personnes et aux biens ? ». | 
| 2. Bij arrest nr. 223.737 van 5 juni 2013 in zake de bvba « Ximus » en | 2. Par arrêt n° 223.737 du 5 juin 2013 en cause de la SPRL « Ximus » | 
| Mohamed Hedi Jouini tegen het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, | et Mohamed Hedi Jouini contre la Région de Bruxelles-Capitale, dont | 
| waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 juni | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 13 juin 2013, le | 
| 2013, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante : | 
| « Schendt artikel 8 van de wet van 30 april 1999 betreffende de | « L'article 8 de la loi du 30 avril 1999 relative à l'occupation des | 
| tewerkstelling van buitenlandse werknemers de artikelen 10, 11, 23 en | travailleurs étrangers viole-t-il les articles 10, 11, 23 et 191 de la | 
| 191 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen, in zoverre het | Constitution, lus isolément ou en combinaison, en ce qu'il habilite le | 
| de Koning ertoe machtigt de categorieën alsmede de voorwaarden tot | Roi à déterminer les catégories ainsi que les conditions d'octroi, de | 
| toekenning, geldigheid, verlenging, vernieuwing, weigering en | |
| intrekking van de arbeidsvergunningen en de arbeidskaarten te bepalen, | validité, de prorogation, de renouvellement, de refus et de retrait | 
| terwijl de bevoegdheid om uitzonderingen te bepalen op het genot, door | des autorisations d'occupation et des permis de travail alors que la | 
| de vreemdeling, van de bescherming verleend aan personen en aan | compétence d'ériger des exceptions à la jouissance par l'étranger de | 
| goederen, aan de wet toekomt en terwijl alleen die laatste op dat | la protection accordée aux personnes et aux biens appartient à la loi | 
| gebied een verschil in behandeling tussen Belgen en vreemdelingen kan | et que cette dernière seule est susceptible de créer en la matière une | 
| creëren ? ». | différence de traitement entre Belges et étrangers ? ». | 
| Die zaken, ingeschreven onder de nummers 5654 en 5661 van de rol van | Ces affaires inscrites sous les numéros 5654 et 5661 du rôle de la | 
| het Hof, werden samengevoegd met de zaken met rolnummers 5631 en 5632. | Cour ont été jointes aux affaires portant les numéros du rôle 5631 et 5632. | 
| De griffier, | Le greffier, | 
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |