← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arresten
nrs. 223.593, 223.594 en 223.592 van 24 mei 2013 in zake respectievelijk Damien Thiery, François van
Hoobrouck d'Aspre en Véronique Caprasse tegen het V « Worden de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie en de artikelen 10 en 11 van
de Grondwe(...)"
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arresten nrs. 223.593, 223.594 en 223.592 van 24 mei 2013 in zake respectievelijk Damien Thiery, François van Hoobrouck d'Aspre en Véronique Caprasse tegen het V « Worden de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie en de artikelen 10 en 11 van de Grondwe(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêts n os 223.593, 223.594 et 223.592 du 24 mai 2013 en cause, respectivement, de Damien Thiery, François van Hoobrouck d'Aspre et Véronique Caprasse contre la R « Les principes d'égalité et de non-discrimination et les articles 10 et 11 de la Constitution, com(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
| januari 1989 Bij arresten nrs. 223.593, 223.594 en 223.592 van 24 mei 2013 in zake | Par arrêts nos 223.593, 223.594 et 223.592 du 24 mai 2013 en cause, |
| respectievelijk Damien Thiery, François van Hoobrouck d'Aspre en | respectivement, de Damien Thiery, François van Hoobrouck d'Aspre et |
| Véronique Caprasse tegen het Vlaamse Gewest, waarvan de expedities ter | Véronique Caprasse contre la Région flamande, dont les expéditions |
| griffie van het Hof zijn ingekomen op 28 mei 2013, heeft de Raad van | sont parvenues au greffe de la Cour le 28 mai 2013, le Conseil d'Etat |
| State de volgende prejudiciële vraag gesteld : | a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Worden de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie en de | « Les principes d'égalité et de non-discrimination et les articles 10 |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet geschonden, al dan niet samen | et 11 de la Constitution, combinés ou non avec l'article 4 de la |
| gelezen met artikel 4 van de Grondwet, door artikel 13bis van de | Constitution, sont-ils violés par l'article 13bis de la nouvelle loi |
| nieuwe gemeentewet, zoals ingevoegd bij artikel 10/1 van de wet van 9 | communale, tel qu'il a été inséré par l'article 10/1 de la loi du 9 |
| augustus 1988 ' tot wijziging van de gemeentewet, de nieuwe | août 1988 ' portant modification de la loi communale, de la nouvelle |
| gemeentewet, de gemeentekieswet, de organieke wet betreffende de | loi communale, de la loi électorale communale, de la loi organique des |
| openbare centra voor maatschappelijk welzijn, de provinciewet, het | centres publics d'aide sociale, de la loi provinciale, du Code |
| Kieswetboek, de wet tot regeling van de provincieraadsverkiezingen en | électoral, de la loi organique des élections provinciales et de la loi |
| de wet tot regeling van de gelijktijdige parlements- en | organisant l'élection simultanée pour les chambres législatives et les |
| provincieraadsverkiezingen ', ingevoegd bij artikel 4 van de | conseils provinciaux ', lui-même inséré par l'article 4 de la loi |
| bijzondere wet van 19 juli 2012 ' houdende wijziging van de wet van 9 | spéciale du 19 juillet 2012 ' portant modification de la loi du 9 août |
| augustus 1988 tot wijziging van de gemeentewet, de gemeentekieswet, de | 1988 portant modification de la loi communale, de la loi électorale |
| organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk | communale, de la loi organique des centres publics d'aide sociale, de |
| welzijn, de provinciewet, het Kieswetboek, de wet tot regeling van de | la loi provinciale, du Code électoral, de la loi organique des |
| provincieraadsverkiezingen en de wet tot regeling van de gelijktijdige | élections provinciales et de la loi organisant l'élection simultanée |
| parlements- en provincieraadsverkiezingen (de zogenaamde " | pour les chambres législatives et les conseils provinciaux (dite " de |
| pacificatiewet ") en van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot | pacification communautaire ") et de la loi spéciale du 8 août 1980 de |
| hervorming der instellingen, wat de benoeming van de burgemeesters van | réformes institutionnelles, concernant la nomination des bourgmestres |
| de randgemeenten betreft ', in zoverre daarbij de benoeming, door de | |
| Vlaamse regering, van de burgemeesters van de randgemeenten en de | des communes périphériques ', en ce que la nomination des bourgmestres |
| bescherming die de Vlaamse regering aan de inwoners van de | des communes périphériques par le Gouvernement flamand et la |
| randgemeenten kan bieden, alsmede de betwisting van die benoeming, | protection que le Gouvernement flamand peut offrir aux habitants des |
| anders worden geregeld dan de benoeming, door de betrokken | communes périphériques, ainsi que la contestation de cette nomination, |
| gewestregering, van de burgemeesters van de andere gemeenten in het | sont réglées autrement que la nomination, par le gouvernement régional |
| algemeen, van de andere gemeenten met een bijzondere taalregeling in | concerné, des bourgmestres des autres communes en général, des autres |
| het bijzonder en van de taalgrensgemeenten meer in het bijzonder, | communes à statut linguistique spécial en particulier et, plus |
| minstens in zoverre het arrest van de algemene vergadering van de | particulièrement encore, des communes de la frontière linguistique, |
| afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarbij de | tout au moins dans la mesure où l'arrêt de l'assemblée générale de la |
| weigering tot benoeming wordt tenietgedaan, daarbij leidt tot de | section du contentieux administratif du Conseil d'Etat annulant le |
| definitieve benoeming van de aangewezen burgemeester en tot zijn | refus de nomination emporte en outre la nomination définitive du |
| vervanging als schepen, indien hij als schepen werd verkozen, en dit | bourgmestre désigné et son remplacement en tant qu'échevin, s'il avait |
| eveneens het geval is indien de weigering tot benoeming wordt | été élu comme échevin, et que tel est également le cas lorsque le |
| tenietgedaan wegens een externe illegaliteit in het algemeen of een | refus de nomination est annulé en raison d'une illégalité externe en |
| vormgebrek in het bijzonder ? ». | général ou d'un vice de forme en particulier ? ». |
| Bij de voormelde arresten nrs. 223.593 en 223.594 werd bovendien de | Par les arrêts précités nos 223.593 et 223.594 a été posée en outre la |
| volgende tweede prejudiciële vraag gesteld : | seconde question préjudicielle suivante : |
| « Worden de artikelen 4, 10 en 11 van de Grondwet geschonden door | |
| artikel 7 van de bijzondere wet van 19 juli 2012 ' houdende wijziging | L'article 7 de la loi spéciale du 19 juillet 2012 ' portant |
| van de wet van 9 augustus 1988 tot wijziging van de gemeentewet, de gemeentekieswet, de organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, de provinciewet, het Kieswetboek, de wet tot regeling van de provincieraadsverkiezingen en de wet tot regeling van de gelijktijdige parlements- en provincieraadsverkiezingen (de zogenaamde " pacificatiewet ") en van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, wat de benoeming van de burgemeesters van de randgemeenten betreft ', in zoverre die bepaling moet worden geïnterpreteerd in die zin dat bij de niet-benoeming van een burgemeester in één van de randgemeenten géén rekening mag gehouden worden met het gedrag van de kandidaat in de periode voorafgaand aan de inwerkingtreding van die bijzondere wet, ook al is dat gedrag nog steeds actueel en relevant wanneer er expliciet in volhard wordt, terwijl voor de benoeming van burgemeesters buiten de randgemeenten wel degelijk rekening mag worden gehouden met hun gedrag voorafgaand aan datzelfde ogenblik ? ». Die zaken, ingeschreven onder de nummers 5640, 5641 en 5642 van de rol van het Hof, werden samengevoegd. De griffier, | modification de la loi du 9 août 1988 portant modification de la loi communale, de la loi électorale communale, de la loi organique des centres publics d'aide sociale, de la loi provinciale, du Code électoral, de la loi organique des élections provinciales et de la loi organisant l'élection simultanée pour les chambres législatives et les conseils provinciaux (dite " de pacification communautaire ") et de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, concernant la nomination des bourgmestres des communes périphériques ' viole-t-il les articles 4, 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il doit être interprété en ce sens que, lors de la non-nomination d'un bourgmestre dans une des communes périphériques, il ne peut être tenu aucun compte du comportement du candidat dans la période qui a précédé l'entrée en vigueur de cette loi spéciale, même si ce comportement est encore toujours actuel et pertinent dès lors qu'il est explicitement persisté dans ce comportement, alors que, pour la nomination des bourgmestres en dehors des communes périphériques, il peut effectivement être tenu compte de leur comportement antérieur à ce même moment ? ». Ces affaires, inscrites sous les numéros 5640, 5641 et 5642 du rôle de la Cour, ont été jointes. Le greffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |