← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest
nr. 193.108 van 8 mei 2009 in zake Maria Emperatriz Bermeo Caicedo tegen de Belgische Staat, waarvan
de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op « Schendt het vroegere artikel 40, § 6, van de wet van
15 december 1980 betreffende de toegang(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 193.108 van 8 mei 2009 in zake Maria Emperatriz Bermeo Caicedo tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op « Schendt het vroegere artikel 40, § 6, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt n° 193.108 du 8 mai 2009 en cause de Maria Emperatriz Bermeo Caicedo contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 13 mai 2009, le Conse « L'article 40, § 6, ancien, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjou(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 193.108 van 8 mei 2009 in zake Maria Emperatriz Bermeo Caicedo tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 mei 2009, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het vroegere artikel 40, § 6, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, in zoverre het een voorwaarde oplegt van tenlasteneming van de bloedverwanten in de opgaande lijn door het kind, in die zin geïnterpreteerd dat het minderjarig Belgisch kind wiens bloedverwanten in de opgaande lijn die niet de Belgische nationaliteit hebben, niet te zijnen laste zijn, ofwel ervan moet afzien te leven in het land waarvan het de nationaliteit heeft, ofwel ervan moet afzien te leven met zijn ouders indien die laatstgenoemden beslissen terug te keren naar hun land van | COUR CONSTITUTIONNELLE Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt n° 193.108 du 8 mai 2009 en cause de Maria Emperatriz Bermeo Caicedo contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 13 mai 2009, le Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 40, § 6, ancien, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers, en ce qu'il impose une condition de prise en charge des ascendants par l'enfant, interprété en ce sens que l'enfant belge mineur, dont les ascendants qui n'ont pas la nationalité belge ne sont pas à sa charge, doit, soit renoncer à vivre dans le pays dont il a la nationalité, soit renoncer à vivre avec ses parents, si ceux-ci |
herkomst, artikel 22 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen | décident de rentrer dans leur pays d'origine, viole-t-il l'article 22 |
met artikel 8 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de | de la Constitution lu isolément ou conjointement avec l'article 8 de |
mens en de fundamentele vrijheden, goedgekeurd bij de wet van 13 mei | la Convention de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés |
1955 ? ». | fondamentales, approuvée par la loi du 13 mai 1955 ? ». |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 4705 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 4705 du rôle de la Cour. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |