← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest
van 18 juni 2008 in zake het openbaar ministerie en de Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister
van Financiën, tegen G. V.R., in zake het openba « Schendt artikel 458,
eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB-92), de ar(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 18 juni 2008 in zake het openbaar ministerie en de Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Financiën, tegen G. V.R., in zake het openba « Schendt artikel 458, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB-92), de ar(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 18 juin 2008 en cause du ministère public et de l'Etat belge, représenté par le Ministre des Finances, contre G. V.R., en cause du ministère public et de Martin Mi « L'article 458, alinéa 1 er , du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 92) viole-t-il(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 Bij arrest van 18 juni 2008 in zake het openbaar ministerie en de | Par arrêt du 18 juin 2008 en cause du ministère public et de l'Etat |
Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Financiën, | belge, représenté par le Ministre des Finances, contre G. V.R., en |
tegen G. V.R., in zake het openbaar ministerie en Martin Michel, in | cause du ministère public et de Martin Michel, en sa qualité de |
zijn hoedanigheid van curator, tegen L. V.B. en anderen en inzake het | curateur, contre L. V.B et autres, et en cause du ministère public et |
openbaar ministerie en Martin Michel, in zijn hoedanigheid van | de Martin Michel, en sa qualité de curateur, contre J.M., dont |
curator, tegen J.M., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | |
ingekomen op 23 juni 2008, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 23 février 2008, la |
volgende prejudiciële vraag gesteld : | Cour d'appel d'Anvers a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 458, eerste lid, van het Wetboek van de | « L'article 458, alinéa 1er, du Code des impôts sur les revenus 1992 |
inkomstenbelastingen 1992 (WIB-92), de artikelen 10 en 11 van de | (CIR 92) viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés |
Grondwet, gelezen in samenhang met artikel 6.1. van het Europees | avec l'article 6.1 de la Convention européenne de sauvegarde des |
Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens | droits de l'homme et des libertés fondamentales du 4 novembre 1950 |
en de fundamentele vrijheden (EVRM), in de interpretatie dat de erin | (CEDH), dans l'interprétation selon laquelle l'obligation solidaire au |
bedoelde hoofdelijke gehoudenheid tot betaling van de ontdoken | |
belastingen een straf is in de zin van artikel 6.1. van het EVRM; | |
- in zoverre deze bepaling de hoofdelijke gehoudenheid tot betaling | paiement des impôts éludés qui y est visée constitue une peine au sens |
van de ontdoken belastingen ten aanzien van zowel de dader als | de l'article 6.1 de la CEDH; |
deelnemer automatisch en van rechtswege verbindt aan elke | - en ce que cette disposition attache automatiquement et de plein |
strafrechtelijke veroordeling wegens een fiscaal misdrijf omschreven | droit, à toute condamnation pénale encourue pour une infraction |
in artikel 449 of 450 WIB-92 - zonder vordering van het openbaar ministerie, zonder tegensprekelijk debat en zonder motivering of zelfs maar een vermelding - en het zo de strafrechter niet toestaat om zich met volle rechtsmacht uit te spreken over de toepassing van de hoofdelijke gehoudenheid tot betaling van de ontdoken belastingen; - in zoverre deze bepaling aan de strafrechter de mogelijkheid ontzegt om deze hoofdelijke gehoudenheid te matigen bij het bestaan van verzachtende omstandigheden en of in functie van het concreet aandeel van elke veroordeelde in de bewezen verklaarde fiscale misdrijven en of in functie van de genoten voordelen en in zoverre de strafrechter met betrekking tot deze hoofdelijke gehoudenheid geen | fiscale définie aux articles 449 ou 450 du CIR 92, l'obligation solidaire au paiement des impôts éludés, tant pour l'auteur de l'infraction que pour quiconque y a participé, - sans réquisition du ministère public, sans débat contradictoire et sans motivation ou même seulement mention -, et en ce qu'elle ne permet dès lors pas que le juge pénal statue en pleine juridiction sur l'application de l'obligation solidaire au paiement des impôts éludés; - en ce que cette disposition refuse au juge pénal la faculté de tempérer l'obligation solidaire, lorsqu'il existe des circonstances atténuantes et/ou en fonction de la part concrètement prise par chacune des personnes condamnées aux infractions fiscales déclarées établies et/ou en fonction des avantages retirés, et en ce que le juge pénal ne peut, concernant cette obligation solidaire, ordonner un |
(probatie-)uitstel van tenuitvoerlegging kan bevelen zoals omschreven | sursis (probatoire) à l'exécution, tel que défini dans la loi du 29 |
in de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en | juin 1964 concernant la suspension, le sursis et la probation, et en |
de probatie en zo niet in de mogelijkheid wordt gesteld een mogelijke | ce que la possibilité ne lui est dès lors pas donnée d'éviter une |
schending van het recht op eerbiediging van de eigendom gewaarborgd | éventuelle violation du droit au respect de la propriété, garanti par |
door artikel 1 van het Aanvullend Protocol van 20 maart 1952 bij het Verdrag van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, te vermijden, terwijl de strafrechter bij het opleggen van sancties die naar Belgisch intern strafrecht straffen zijn of bij het opleggen van administratieve geldboeten met een volgens de interne Belgische rechtspraak strafrechtelijk karakter met eenzelfde, vergelijkbare of zelfs beperkter financiële impact, wel beschikt over een dergelijke volle rechtsmacht na een tegensprekelijk debat ? ». Die zaak, ingeschreven onder nummer 4480 van de rol van het Hof, werd samengevoegd met de zaak met rolnummer 4465. De griffier, | l'article 1er du Premier Protocole additionnel du 20 mars 1952 à la Convention de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales, alors que, lorsqu'il impose des sanctions qui constituent des peines en droit pénal interne belge ou lorsqu'il inflige des amendes administratives qui présentent, selon la jurisprudence interne belge, un caractère pénal et qui ont une incidence financière identique, comparable ou même moindre, le juge pénal dispose effectivement d'une pleine juridiction, à l'issue d'un débat contradictoire ? ». Cette affaire, inscrite sous le numéro 4480 du rôle de la Cour, a été jointe à l'affaire portant le numéro 4465 du rôle. Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |