Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest Van Het Grondwettelijk Hof van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 21 november 2006 in zake de stad Antwerpen tegen de NV « Port Estates », waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is « Schenden de artikelen 4, 5 en 6 van de wet van 24 december 1996 betreffende het vestigen en invor(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 21 november 2006 in zake de stad Antwerpen tegen de NV « Port Estates », waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is « Schenden de artikelen 4, 5 en 6 van de wet van 24 december 1996 betreffende het vestigen en invor(...) Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt du 21 novembre 2006 en cause de la ville d'Anvers contre la SA « Port Estates », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitra « Les articles 4, 5 et 6 de la loi du 24 décembre 1996 relative à l'établissement et au recouvremen(...)
ARBITRAGEHOF COUR D'ARBITRAGE
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989
januari 1989 op het Arbitragehof sur la Cour d'arbitrage
Bij arrest van 21 november 2006 in zake de stad Antwerpen tegen de NV Par arrêt du 21 novembre 2006 en cause de la ville d'Anvers contre la
« Port Estates », waarvan de expeditie ter griffie van het SA « Port Estates », dont l'expédition est parvenue au greffe de la
Arbitragehof is ingekomen op 28 november 2006, heeft het Hof van Cour d'arbitrage le 28 novembre 2006, la Cour d'appel d'Anvers a posé
Beroep te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : la question préjudicielle suivante :
« Schenden de artikelen 4, 5 en 6 van de wet van 24 december 1996 « Les articles 4, 5 et 6 de la loi du 24 décembre 1996 relative à
betreffende het vestigen en invorderen van de provincie- en l'établissement et au recouvrement des taxes provinciales et
gemeentebelastingen, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen
346 en 351 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, de communales, combinés ou non avec les articles 346 et 351 du Code des
artikelen 10, 11 en 172 van de Gecoördineerde Grondwet doordat zij zonder redelijke verantwoording aan de bevoegde besturen in de directe locale belastingen de verplichting opleggen om steeds de belasting te moeten vestigen door het volgen van de procedure van de 'ambtshalve inkohiering', ook ingeval de aangifte enkel laattijdig is, welke verplichting in dat geval niet is opgelegd aan de bevoegde administratie in de directe rijksbelastingen door de artikelen 346 en 351 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, die daarvan [kan] afzien door het bestaan van dergelijke aangifte te aanvaarden ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 4077 van de rol van het Hof. De griffier, impôts sur les revenus 1992, violent-ils les articles 10, 11 et 172 de la Constitution coordonnée en ce que, sans justification raisonnable, ils imposent aux administrations compétentes en matière de taxes locales directes l'obligation d'établir toujours la taxe en suivant la procédure de l''enrôlement d'office", même lorsque la déclaration est seulement tardive, laquelle obligation n'est, en pareil cas, pas imposée à l'administration compétente en matière d'impôts d'Etat directs par les articles 346 et 351 du Code des impôts sur les revenus 1992, qui peut y renoncer en acceptant l'existence de cette déclaration ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 4077 du rôle de la Cour. Le greffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
^