← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij
twee arresten van 31 oktober 2006 in zake respectievelijk V. Ivonaitis en M. Van Charante, waarvan de
expedities ter griffie van het Arbitrag « Schendt artikel 235ter, § 6, van het Wetboek
van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij twee arresten van 31 oktober 2006 in zake respectievelijk V. Ivonaitis en M. Van Charante, waarvan de expedities ter griffie van het Arbitrag « Schendt artikel 235ter, § 6, van het Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par deux arrêts du 31 octobre 2006 en cause respectivement de V. Ivonaitis et de M. Van Charante, dont les expéditions sont parvenues au greffe de la Co « L'article 235ter, § 6, du Code d'instruction criminelle viole-t-il les articles 10 et 11 de (...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 op het Arbitragehof | sur la Cour d'arbitrage |
Bij twee arresten van 31 oktober 2006 in zake respectievelijk V. | Par deux arrêts du 31 octobre 2006 en cause respectivement de V. |
Ivonaitis en M. Van Charante, waarvan de expedities ter griffie van | Ivonaitis et de M. Van Charante, dont les expéditions sont parvenues |
het Arbitragehof zijn ingekomen op 13 november 2006, heeft het Hof van | au greffe de la Cour d'arbitrage le 13 novembre 2006, la Cour de |
Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : | cassation a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 235ter, § 6, van het Wetboek van Strafvordering de | « L'article 235ter, § 6, du Code d'instruction criminelle viole-t-il |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat deze wetsbepaling geen | les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il ne permet aucun |
enkel cassatieberoep toelaat tegen het arrest van de kamer van | pourvoi en cassation contre l'arrêt de la chambre des mises en |
inbeschuldigingstelling betreffende de controle van de regelmatigheid | accusation relatif à l'examen de régularité de la mise en oeuvre des |
over de toepassing van de bijzondere opsporingsmethoden observatie en | méthodes particulières de recherche d'observation et d'infiltration, |
infiltratie, in zoverre daartoe de controle van het vertrouwelijk | en tant que le contrôle du dossier confidentiel est requis à cet |
dossier is vereist, terwijl artikel 416, tweede lid, van het Wetboek | effet, alors que l'article 416, alinéa 2, du Code d'instruction |
van Strafvordering een onmiddellijk cassatieberoep toelaat tegen het | criminelle permet un pourvoi en cassation immédiat contre l'arrêt de |
arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling betreffende de | la chambre des mises en accusation relatif à l'application, notamment, |
toepassing van onder meer artikel 235bis van het Wetboek van | de l'article 235bis du Code d'instruction criminelle et que les |
Strafvordering en de artikelen 407, 408, 409, 413 en 416, eerste lid, | articles 407, 408, 409, 413 et 416, alinéa 1er, du Code d'instruction |
van het Wetboek van Strafvordering cassatieberoep toelaten tegen elk | criminelle permettent un pourvoi en cassation contre tout arrêt ou |
eindarrest of eindvonnis ? ». | jugement définitif ? ». |
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 4069 en 4070 van de rol van | Ces affaires, inscrites sous les numéros 4069 et 4070 du rôle de la |
het Hof, werden samengevoegd. | Cour, ont été jointes. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |