← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof
Bij arrest van 10 maart 2006 in zake het openbaar ministerie en C. Taquin tegen J. Remacle, waarvan de
expeditie ter griffie van het Arbitrageho « Schendt artikel 12 van het decreet van 20
juli 1831 op de drukpers de artikelen 10 en 11 van de G(...)"
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 10 maart 2006 in zake het openbaar ministerie en C. Taquin tegen J. Remacle, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitrageho « Schendt artikel 12 van het decreet van 20 juli 1831 op de drukpers de artikelen 10 en 11 van de G(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt du 10 mars 2006 en cause du ministère public et C. Taquin contre J. Remacle, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage l « L'article 12 du décret du 20 juillet 1831 sur la presse viole-t-il les articles 10 et 11 de la Co(...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
| januari 1989 op het Arbitragehof | sur la Cour d'arbitrage |
| Bij arrest van 10 maart 2006 in zake het openbaar ministerie en C. | Par arrêt du 10 mars 2006 en cause du ministère public et C. Taquin |
| Taquin tegen J. Remacle, waarvan de expeditie ter griffie van het | contre J. Remacle, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour |
| Arbitragehof is ingekomen op 16 maart 2006, heeft het Hof van Beroep | d'arbitrage le 16 mars 2006, la Cour d'appel de Mons a posé la |
| te Bergen de volgende prejudiciële vraag gesteld : | question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 12 van het decreet van 20 juli 1831 op de drukpers | « L'article 12 du décret du 20 juillet 1831 sur la presse viole-t-il |
| de artikelen 10 en 11 van de Grondwet van België in zoverre het de | les articles 10 et 11 de la Constitution de la Belgique en ce qu'il |
| verjaringstermijn van de strafvordering beperkt tot drie maanden in | réduit à trois mois le délai de prescription de l'action publique en |
| geval van laster of belediging jegens openbare ambtenaren, of jegens | cas de calomnie ou d'injure envers des fonctionnaires publics, ou |
| lichamen, dragers of agenten van het openbaar gezag of jegens elk | envers des corps dépositaires ou agent de l'autorité publique, ou |
| envers tout autre corps constitué alors qu'en application notamment de | |
| ander gesteld lichaam, terwijl, met toepassing van met name artikel 21 | l'article 21 du titre préliminaire du Code d'instruction criminelle et |
| van de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en de | |
| artikelen 443 en 444 van het Strafwetboek, die termijn vijf jaar | des articles 443 et 444 du Code pénal, ce délai est de cinq ans pour |
| bedraagt voor laster gericht tegen private personen die aldus zijn | ce qui concerne la calomnie envers les particuliers ainsi dénommés par |
| vermeld in artikel 4 van hetzelfde decreet ? ». | l'article 4 du même décret ? ». |
| Die zaak is ingeschreven onder nummer 3941 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 3941 du rôle de la Cour. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |