Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest Van Het Grondwettelijk Hof van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 27 juni 2001 in zake het openbaar ministerie en het Ministerie van Financiën tegen J. Jansen, waarvan de expeditie ter griffie van « of de artikelen 205 en volgende van hoofdstuk XXII van de Algemene Wet van 18 juli 1977 inzake Do(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 27 juni 2001 in zake het openbaar ministerie en het Ministerie van Financiën tegen J. Jansen, waarvan de expeditie ter griffie van « of de artikelen 205 en volgende van hoofdstuk XXII van de Algemene Wet van 18 juli 1977 inzake Do(...) Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt du 27 juin 2001 en cause du ministère public et du ministère des Finances contre J. Jansen, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour « si les articles 205 et suivants du chapitre XXII de la loi générale du 18 juillet 1977 relative a(...)
ARBITRAGEHOF COUR D'ARBITRAGE
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989
januari 1989 op het Arbitragehof sur la Cour d'arbitrage
Bij arrest van 27 juni 2001 in zake het openbaar ministerie en het Par arrêt du 27 juin 2001 en cause du ministère public et du ministère
Ministerie van Financiën tegen J. Jansen, waarvan de expeditie ter des Finances contre J. Jansen, dont l'expédition est parvenue au
griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 2 juli 2001, heeft het greffe de la Cour d'arbitrage le 2 juillet 2001, la Cour d'appel
Hof van Beroep te Antwerpen de prejudiciële vraag gesteld : d'Anvers a posé la question préjudicielle de savoir :
« of de artikelen 205 en volgende van hoofdstuk XXII van de Algemene « si les articles 205 et suivants du chapitre XXII de la loi générale
Wet van 18 juli 1977 inzake Douane en Accijnzen, de artikelen 10 en 11 du 18 juillet 1977 relative aux douanes et accises violent les
van de Grondwet schenden omdat de strafvordering en de rechtspleging articles 10 et 11 de la Constitution au motif que, contrairement à
inzake Douane en Accijnzen, in tegenstelling met de strafvordering en l'action publique et à la procédure pénale en général, l'action
de strafrechtspleging in het algemeen, geen onafhankelijkheid publique et la procédure en matière de douanes et accises ne
waarborgen aan de verdachte-geadministreerde, gezien de Administratie garantissent pas d'indépendance à l'inculpé-administré puisque
der Douane en Accijnzen fungeert als diegene die naast de opsporing l'Administration des douanes et accises, en plus des recherches,
ook eenzijdig, niet tegensprekelijk, het scheikundig labo-onderzoek en effectue aussi unilatéralement et de manière non contradictoire
het boekhoudkundig onderzoek, voert, waarvan de resultaten van aard l'examen chimique de laboratoire et l'enquête comptable dont les
zijn dat de tenlastelegging staat of valt ». résultats sont de nature à établir ou à supprimer la prévention ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 2209 van de rol van het Hof. Cette affaire est inscrite sous le numéro 2209 du rôle de la Cour.
De griffier, Le greffier,
P.-Y. Dutilleux P.-Y. Dutilleux
^