← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij
arrest van 10 mei 2000 in zake J.-J. Van Baelen en C. Collot tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie
ter griffie van het Arbitragehof i « Zijn de artikelen 32bis van het WIB 64 en 34, § 1, 1°,
van het WIB 92 in strijd met de artik(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 10 mei 2000 in zake J.-J. Van Baelen en C. Collot tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof i « Zijn de artikelen 32bis van het WIB 64 en 34, § 1, 1°, van het WIB 92 in strijd met de artik(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt du 10 mai 2000 en cause de J.-J. Van Baelen et C. Collot contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage l « Dans la mesure où l'article 32bis du CIR 64 et 34, § 1 er , 1°, du CIR 92 rendent i(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 op het Arbitragehof | sur la Cour d'arbitrage |
Bij arrest van 10 mei 2000 in zake J.-J. Van Baelen en C. Collot tegen | Par arrêt du 10 mai 2000 en cause de J.-J. Van Baelen et C. Collot |
de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het | contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la |
Arbitragehof is ingekomen op 18 mei 2000, heeft het Hof van Beroep te | Cour d'arbitrage le 18 mai 2000, la Cour d'appel de Liège a posé la |
Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : | question préjudicielle suivante : |
« Zijn de artikelen 32bis van het WIB 64 en 34, § 1, 1°, van het WIB | « Dans la mesure où l'article 32bis du CIR 64 et 34, § 1er, 1°, du CIR |
92 in strijd met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in | 92 rendent imposables les indemnités se rattachant directement ou |
zoverre ze de vergoedingen belastbaar stellen die rechtstreeks of | indirectement à une activité professionnelle versées par une compagnie |
onrechtstreeks betrekking hebben op een beroepswerkzaamheid en die | d'assurances en réparation d'une invalidité physiologique et/ou |
door een verzekeringsmaatschappij worden uitgekeerd tot herstel van | économique, sans qu'il y ait perte de revenus dans le chef de la |
een fysiologische en/of economische invaliditeit, zonder dat sprake is | victime, cette disposition n'est-elle pas contraire aux articles 10, |
van inkomstenderving voor het slachtoffer ? » | 11 et 172 de la Constitution ? » |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 1966 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 1966 du rôle de la Cour. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 op het Arbitragehof | sur la Cour d'arbitrage |
Bij vonnis van 8 mei 2000 in zake C. Houssa en anderen tegen de v.z.w. | Par jugement du 8 mai 2000 en cause de C. Houssa et autres contre |
Kinderbijslagfonds van Brabant, waarvan de expeditie ter griffie van | l'a.s.b.l. Caisse d'allocations familiales du Brabant, dont |
het Arbitragehof is ingekomen op 19 mei 2000, heeft de | l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 19 mai |
Arbeidsrechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : | 2000, le Tribunal du travail de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schenden de regels die van toepassing zijn om te bepalen wie van de | « Les règles applicables pour déterminer qui du père ou de la mère |
rechthebbende vader of moeder het recht op kinderbijslag doet | attributaires ouvrent le droit aux allocations familiales et plus |
ontstaan, en inzonderheid artikel 60, § 3, derde lid, van het | précisément l'article 60, § 3, alinéa 3, des dispositions de l'arrêté |
koninklijk besluit van 19 december 1939 houdende coördinatie van de | royal du 19 décembre 1939 portant coordination des lois relatives aux |
wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, in zoverre ze | allocations familiales pour travailleurs salariés, en ce qu'elles |
de hoedanigheid van rechthebbende wijzigen naar gelang van het gezin | modifient la qualité d'attributaire suivant le ménage dont l'enfant |
waarvan het kind deel uitmaakt, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, | fait partie, violent-elles les articles 10 et 11 de la Constitution |
afzonderlijk gelezen of in samenhang met de artikelen 8 en 14 van de | pris isolément ou combinés avec les articles 8 et 14 de la Convention |
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de | européenne de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés |
fundamentele vrijheden en met de artikelen 2.1, 2.2, 3.1, 16.1 en 26 | fondamentales et avec les articles 2.1., 2.2., 3.1., 16.1., et 26 de |
van het Verdrag van New York van 20 november 1989 inzake de rechten | la Convention de New York du 20 novembre 1989 relative aux droits de |
van het kind, goedgekeurd bij de Belgische wet van 25 november 1991 ? » | l'enfant, approuvée par la loi belge du 25 novembre 1991 ? » |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 1967 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 1967 du rôle de la Cour. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 op het Arbitragehof | sur la Cour d'arbitrage |
Bij vonnis van 28 april 2000 in zake F. Kitobo M'Buya tegen de | Par jugement du 28 avril 2000 en cause de F. Kitobo M'Buya contre |
Rijksdienst voor Pensioenen, waarvan de expeditie ter griffie van het | l'Office national des pensions, dont l'expédition est parvenue au |
Arbitragehof is ingekomen op 19 mei 2000, heeft de Arbeidsrechtbank te | greffe de la Cour d'arbitrage le 19 mai 2000, le Tribunal du travail |
Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : | de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 21, § 5, van de wet van 1 april 1969 [tot instelling | « L'article 21, § 5, de la loi du 1er avril 1969 [instituant un revenu |
van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden] de artikelen 10 en 11 van | garanti aux personnes âgées] viole-t-il les articles 10 et 11 de la |
de Grondwet, doordat het een discriminatie invoert tussen mannen en | Constitution, en ce qu'il instaure une discrimination entre hommes et |
vrouwen, aangezien laatstgenoemden het gewaarborgd inkomen voor | femmes, celles-ci pouvant bénéficier du revenu garanti aux personnes |
bejaarden kunnen genieten, vanaf 61 jaar van 1 juli 1997 tot 1 | âgées, à partir de 61 ans du 1er juillet 1997 au 1er décembre 1999, à |
december 1999, vanaf 62 jaar van 1 januari 2000 tot 1 december 2002, | partir de 62 ans du 1er janvier 2000 au 1er décembre 2002, à partir de |
vanaf 63 jaar van 1 januari 2003 tot 1 december 2005, vanaf 64 jaar | 63 ans du 1er janvier 2003 au 1er décembre 2005, à partir de 64 ans du |
van 1 januari 2006 tot 1 december 2008 ? » | 1er janvier 2006 au 1er décembre 2008 ? » |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 1968 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 1968 du rôle de la Cour. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |