← Terug naar "Arrest nr. 85/99 van 15 juli 1999 Rolnummer 1376 In zake : de prejudiciële vragen
over artikel 88, 5°, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie
van bepaalde personeelsleden van het gemeenschaps Het
Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de rechters H. (...)"
| Arrest nr. 85/99 van 15 juli 1999 Rolnummer 1376 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 88, 5°, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het gemeenschaps Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de rechters H. (...) | Arrêt n° 85/99 du 15 juillet 1999 Numéro du rôle : 1376 En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 88, 5°, du décret de la Communauté flamande du 27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de l'enseignem La Cour d'arbitrage, composée des présidents L. De Grève et M. Melchior, et des juges H. Boel, (...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Arrest nr. 85/99 van 15 juli 1999 | Arrêt n° 85/99 du 15 juillet 1999 |
| Rolnummer 1376 | Numéro du rôle : 1376 |
| In zake : de prejudiciële vragen over artikel 88, 5°, van het decreet | En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 88, 5°, |
| van de Vlaamse Gemeenschap van 27 maart 1991 betreffende de | du décret de la Communauté flamande du 27 mars 1991 relatif au statut |
| rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het | de certains membres du personnel de l'enseignement communautaire, |
| gemeenschapsonderwijs, gesteld door de Raad van State. | posées par le Conseil d'Etat. |
| Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
| samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de | composée des présidents L. De Grève et M. Melchior, et des juges H. |
| rechters H. Boel, L. François, J. Delruelle, R. Henneuse en M. | Boel, L. François, J. Delruelle, R. Henneuse et M. Bossuyt, assistée |
| Bossuyt, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter L. De Grève, | du greffier L. Potoms, présidée par le président L. De Grève, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vragen | I. Objet des questions préjudicielles |
| Bij arrest nr. 74.935 van 3 juli 1998 in zake R. Osier tegen de | Par arrêt n° 74.935 du 3 juillet 1998 en cause de R. Osier contre la |
| Vlaamse Gemeenschap en de Autonome Raad voor het Gemeenschapsonderwijs | Communauté flamande et le Conseil autonome de l'enseignement |
| (ARGO), waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is | communautaire (ARGO), dont l'expédition est parvenue au greffe de la |
| ingekomen op 16 juli 1998, heeft de Raad van State de volgende | Cour d'arbitrage le 16 juillet 1998, le Conseil d'Etat a posé les |
| prejudiciële vragen gesteld : | questions préjudicielles suivantes : |
| 1. « Schendt artikel 88, 5°, van het decreet van 27 maart 1991 | 1. « L'article 88, 5°, du décret du 27 mars 1991 relatif au statut de |
| betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het | certains membres du personnel de l'Enseignement communautaire |
| gemeenschapsonderwijs het in de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de | viole-t-il le principe d'égalité inscrit aux articles 10, 11 et 24, § |
| 4, de la Constitution, en ce qu'il prescrit le licenciement pour les | |
| Grondwet vervatte gelijkheidsbeginsel, doordat het het ontslag voor | membres du personnel de l'enseignement de la Communauté flamande, |
| personeelsleden van het Vlaamse gemeenschapsonderwijs voorschrijft, | alors qu'une disposition similaire fait défaut pour le personnel de |
| terwijl een gelijkaardige bepaling voor het personeel van het | l'enseignement subventionné et de l'enseignement de la Communauté |
| gesubsidieerd onderwijs en van de Franse Gemeenschap ontbreekt ? » | française ? » |
| 2. « Schendt artikel 88, 5°, van het decreet van 27 maart 1991 | 2. « L'article 88, 5°, du décret du 27 mars 1991 relatif au statut de |
| betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het | certains membres du personnel de l'Enseignement communautaire |
| gemeenschapsonderwijs het in de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de | viole-t-il le principe d'égalité inscrit aux articles 10, 11 et 24, § |
| 4, de la Constitution, en ce qu'il n'établit aucune distinction ou ne | |
| Grondwet vervatte gelijkheidsbeginsel, doordat geen onderscheid of | laisse aucune latitude pour faire une distinction entre, d'une part, |
| ruimte voor onderscheid wordt gemaakt tussen enerzijds personeelsleden | des membres du personnel aux prestations insuffisantes desquels il ne |
| waarvan het vastgestelde onvoldoende presteren niet kan worden | peut pas être remédié en réaffectant les intéressés dans une autre |
| geremedieerd door de betrokkene weder tewerk te stellen in een ander | fonction, et, d'autre part, les membres du personnel dont il ne peut |
| ambt en anderzijds personeelsleden waarvan niet zonder meer uit te | être exclu sans plus qu'ils puissent fournir des prestations |
| sluiten valt dat zij in een ander ambt voldoende zouden presteren en | suffisantes dans une autre fonction et contribuer ainsi à un service |
| zouden bijdragen tot een kwaliteitsvolle dienstverlening ? » | public de qualité ? » |
| II. De feiten en de rechtspleging in het bodemgeschil | II. Les faits et la procédure antérieure |
| R. Osier is sinds 1 september 1971 vast benoemd als leraar algemene | R. Osier est nommé à titre définitif en qualité de professeur de cours |
| vakken in het secundair onderwijs. | généraux dans l'enseignement secondaire depuis le 1er septembre 1971. |
| Op grond van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 27 maart 1991 | Sur la base du décret de la Communauté flamande du 27 mars 1991 |
| betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het | relatif au statut de certains membres du personnel de l'enseignement |
| gemeenschapsonderwijs wordt hij tijdens het schooljaar 1991-1992 en | communautaire, ses prestations ont fait l'objet d'une évaluation |
| tijdens het schooljaar 1992-1993 negatief geëvalueerd, de eerste keer | négative au cours de l'année scolaire 1991-1992 et de l'année scolaire |
| door het instellingshoofd, de tweede keer door het instellingshoofd en | 1992-1993, la première fois par le chef d'établissement et la seconde |
| door een lid van de diensten van de Autonome Raad voor het | fois par le chef d'établissement et par un membre des services du |
| Gemeenschapsonderwijs (ARGO). | Conseil autonome de l'enseignement communautaire (ARGO). |
| Bij brief van 1 juli 1993 vraagt R. Osier te worden gehoord door de | Par lettre du 1er juillet 1993, R. Osier a demandé à être entendu par |
| Raad van Beroep van het Gemeenschapsonderwijs, die op 19 januari 1995 | la chambre de recours de l'enseignement communautaire qui, le 19 |
| zijn beroep ontvankelijk doch ongegrond verklaart. Op 30 maart 1995 | janvier 1995, a déclaré son recours recevable mais non fondé. Le 30 |
| beslist de centrale raad van de ARGO de beslissing van de Raad van | mars 1995, le conseil central de l'ARGO a décidé d'exécuter la |
| Beroep « uit te voeren », wat op grond van het voormelde decreet de | décision de la chambre de recours, ce qui a eu pour effet, sur la base |
| definitieve ambtsneerlegging tot gevolg heeft. Voor de duur van de | du décret précité, la cessation définitive des fonctions. Pour la |
| opzeggingstermijn die onder voorbehoud was vastgesteld op 24 maanden, | durée du délai de préavis, fixée sous réserve à 24 mois, R. Osier a |
| été affecté temporairement à l'athénée royal de Mortsel. | |
| werd R. Osier tijdelijk tewerkgesteld aan het Koninklijk Atheneum te Mortsel. | R. Osier a introduit auprès du Conseil d'Etat deux recours en |
| Tegen de beslissing van de Raad van Beroep en tegen de beslissing van | annulation, contre la décision de la chambre de recours et contre la |
| de centrale raad van de ARGO stelt R. Osier twee beroepen tot | décision du conseil central de l'ARGO. Le Conseil d'Etat, par son |
| vernietiging in bij de Raad van State. Bij arrest nr. 74.935 van 3 | arrêt n° 74.935 du 3 juillet 1998, a déclaré le premier recours |
| juli 1998 wordt het eerste beroep ontvankelijk doch ongegrond | recevable mais non fondé. Dans le cadre du second recours, le Conseil |
| verklaard. In het kader van het tweede beroep stelt de Raad van State | d'Etat pose, dans le même arrêt, deux questions préjudicielles. |
| in hetzelfde arrest twee prejudiciële vragen. | |
| III. De rechtspleging voor het Hof | III. La procédure devant la Cour |
| Bij beschikking van 16 juli 1998 heeft de voorzitter in functie de | Par ordonnance du 16 juillet 1998, le président en exercice a désigné |
| rechters van de zetel aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en 59 | les juges du siège conformément aux articles 58 et 59 de la loi |
| van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. | spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage. |
| De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was | Les juges-rapporteurs ont estimé n'y avoir lieu de faire application |
| om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. | des articles 71 ou 72 de la loi organique. |
| Van de verwijzingsbeslissing is kennisgegeven overeenkomstig artikel | La décision de renvoi a été notifiée conformément à l'article 77 de la |
| 77 van de organieke wet bij op 30 oktober 1998 ter post aangetekende brieven. | loi organique, par lettres recommandées à la poste le 30 octobre 1998. |
| Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is | L'avis prescrit par l'article 74 de la loi organique a été publié au |
| bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 13 november 1998. | Moniteur belge du 13 novembre 1998. |
| Memories zijn ingediend door : | Des mémoires ont été introduits par : |
| - de Franse Gemeenschapsregering, Surlet de Chokierplein 15-17, 1000 | - le Gouvernement de la Communauté française, place Surlet de Chokier |
| Brussel, bij op 11 december 1998 ter post aangetekende brief; | 15-17, 1000 Bruxelles, par lettre recommandée à la poste le 11 |
| décembre 1998; | |
| - de ARGO, Belliardstraat 12, 1040 Brussel, bij op 16 december 1998 | - l'ARGO, rue Belliard 12, 1040 Bruxelles, par lettre recommandée à la |
| ter post aangetekende brief; | poste le 16 décembre 1998; |
| - de Vlaamse Regering, Martelaarsplein 19, 1000 Brussel, bij op 18 | - le Gouvernement flamand, place des Martyrs 19, 1000 Bruxelles, par |
| december 1998 ter post aangetekende brief. | lettre recommandée à la poste le 18 décembre 1998. |
| Van die memories is kennisgegeven overeenkomstig artikel 89 van de | Ces mémoires ont été notifiés conformément à l'article 89 de la loi |
| organieke wet bij op 23 februari 1999 ter post aangetekende brieven. | organique, par lettres recommandées à la poste le 23 février 1999. |
| Bij beschikking van 30 maart 1999 heeft de voorzitter in functie, op | Par ordonnance du 30 mars 1999, le président en exercice a prorogé de |
| verzoek van de Vlaamse Regering, de termijn voor het indienen van een | quinze jours le délai pour introduire un mémoire en réponse, à la |
| memorie van antwoord verlengd met vijftien dagen. | demande du Gouvernement flamand. |
| Van die beschikking is kennisgegeven aan de Vlaamse Regering bij op 1 | Cette ordonnance a été notifiée au Gouvernement flamand, par lettre |
| april 1999 ter post aangetekende brief. | recommandée à la poste le 1er avril 1999. |
| Memories van antwoord zijn ingediend door : | Des mémoires en réponse ont été introduits par : |
| - de Franse Gemeenschapsregering, bij op 23 maart 1999 ter post | - le Gouvernement de la Communauté française, par lettre recommandée à |
| aangetekende brief; | la poste le 23 mars 1999; |
| - de ARGO, bij op 24 maart 1999 ter post aangetekende brief; | - l'ARGO, par lettre recommandée à la poste le 24 mars 1999; |
| - de Vlaamse Regering, bij op 12 april 1999 ter post aangetekende | - le Gouvernement flamand, par lettre recommandée à la poste le 12 |
| brief. | avril 1999. |
| Bij beschikking van 16 december 1998 heeft het Hof de termijn | Par ordonnance du 16 décembre 1998, la Cour a prorogé jusqu'au 16 |
| waarbinnen het arrest moet worden gewezen, verlengd tot 16 juli 1999. | juillet 1999 le délai dans lequel l'arrêt doit être rendu. |
| Bij beschikking van 5 mei 1999 heeft het Hof de zaak in gereedheid | Par ordonnance du 5 mai 1999, la Cour a déclaré l'affaire en état et |
| verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 26 mei 1999. | fixé l'audience au 26 mai 1999. |
| Van die beschikking is kennisgegeven aan de partijen en hun advocaten | Cette ordonnance a été notifiée aux parties ainsi qu'à leurs avocats, |
| bij op 6 mei 1999 ter post aangetekende brieven. | par lettres recommandées à la poste le 6 mai 1999. |
| Op de openbare terechtzitting van 26 mei 1999 : | A l'audience publique du 26 mai 1999 : |
| - zijn verschenen : | - ont comparu : |
| . Mr. R. Rombaut, advocaat bij de balie te Antwerpen, voor de ARGO; | . Me R. Rombaut, avocat au barreau d'Anvers, pour l'ARGO; |
| - Mr. F. Liebaut loco Mr. P. Devers, advocaten bij de balie te Gent, | . Me F. Liebaut loco Me P. Devers, avocats au barreau de Gand, pour le |
| voor de Vlaamse Regering; | Gouvernement flamand; |
| . Mr. P. Levert, advocaat bij de balie te Brussel, voor de Franse | . Me P. Levert, avocat au barreau de Bruxelles, pour le Gouvernement |
| Gemeenschapsregering; | de la Communauté française; |
| - hebben de rechters-verslaggevers M. Bossuyt en R. Henneuse verslag uitgebracht; | - les juges-rapporteurs M. Bossuyt et R. Henneuse ont fait rapport; |
| - zijn de voornoemde advocaten gehoord; | - les avocats précités ont été entendus; |
| - is de zaak in beraad genomen. | - l'affaire a été mise en délibéré. |
| De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende | La procédure s'est déroulée conformément aux articles 62 et suivants |
| van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de talen voor het Hof. | de la loi organique, relatifs à l'emploi des langues devant la Cour. |
| IV. In rechte | IV. En droit |
| - A | - A - |
| Standpunt van de Franse Gemeenschapsregering | Position du Gouvernement de la Communauté française |
| A.1.1. De Franse Gemeenschapsregering gaat in haar memorie slechts in | A.1.1. Dans son mémoire, le Gouvernement de la Communauté française |
| op één aspect van de eerste prejudiciële vraag, waar de vergelijking | n'aborde qu'un seul aspect de la première question préjudicielle, à |
| wordt gemaakt tussen de regeling voor de personeelsleden van de | savoir la comparaison entre les régimes applicables aux membres du |
| Vlaamse Gemeenschap en het onderwijzend personeel van de Franse | personnel de la Communauté flamande et au personnel enseignant de la |
| Gemeenschap. | Communauté française. |
| Zij wijst erop dat sinds de hervorming der instellingen in 1980 België | Il souligne que, depuis la réforme institutionnelle de 1980, la |
| is opgebouwd volgens het model van een federale staat. Volgens de | Belgique s'est construite sur le modèle d'un Etat fédéral. Selon une |
| vaste rechtspraak van het Hof is een verschillende behandeling in | jurisprudence constante de la Cour, une différence de traitement dans |
| aangelegenheden waar de gemeenschappen en de gewesten over eigen | les matières où les communautés et les régions disposent de |
| bevoegdheden beschikken, het mogelijke gevolg van een onderscheiden | compétences propres est la conséquence possible de politiques |
| beleid, wat is toegelaten door de autonomie die hun door of krachtens | distinctes permises par l'autonomie qui leur est accordée par la |
| de Grondwet is toegekend. Een zodanig verschil kan op zich niet worden | Constitution ou en vertu de celle-ci. Une telle différence de |
| geacht strijdig te zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. Die | traitement ne peut en soi être jugée contraire aux articles 10 et 11 |
| autonomie zou geen betekenis hebben indien een verschil in behandeling | de la Constitution. Cette autonomie serait dépourvue de signification |
| tussen adressaten van regels die in eenzelfde aangelegenheid in de | si le seul fait qu'il existe des différences de traitement entre les |
| verschillende gemeenschappen en gewesten toepasselijk zijn, als | |
| zodanig strijdig zou worden geacht met de artikelen 10 en 11 van de | destinataires de règles s'appliquant à une même matière dans les |
| Grondwet. De Franse Gemeenschapsregering besluit dat dezelfde | |
| redenering moet gelden in onderwijszaken, waar naast de artikelen 10 | diverses communautés et régions était jugé contraire aux articles 10 |
| en 11 van de Grondwet ook artikel 24 van de Grondwet van toepassing | et 11 de la Constitution. Le Gouvernement de la Communauté française |
| is. | conclut que le même raisonnement doit être tenu dans les affaires |
| A.1.2. In haar memorie van antwoord constateert de Franse Gemeenschapsregering dat de hiervoor uiteengezette zienswijze wordt gedeeld door de Vlaamse Regering en door de ARGO. A.1.3. Wat betreft het tweede onderscheid dat aan de orde is in de eerste prejudiciële vraag, namelijk het onderscheid tussen het personeel van het gemeenschapsonderwijs en het personeel van het gesubsidieerd onderwijs, merkt de Franse Gemeenschapsregering op dat dit onderscheid samenhangt met een door de decreetgever gemaakte opportuniteitskeuze die door artikel 24, § 4, van de Grondwet is toegelaten. Het komt het Hof niet toe een dergelijke beleidskeuze te beoordelen. Het gesubsidieerd vrij onderwijs wordt georganiseerd door | relatives à l'enseignement auxquelles, à côté des articles 10 et 11 de la Constitution, s'applique également l'article 24 de celle-ci. A.1.2. Dans son mémoire en réponse, le Gouvernement de la Communauté française constate que le Gouvernement flamand et l'ARGO partagent le point de vue exposé ci-dessus. A.1.3. En ce qui concerne la deuxième distinction soulevée dans la première question préjudicielle, à savoir la distinction entre le personnel de l'enseignement communautaire et le personnel de l'enseignement subventionné, le Gouvernement de la Communauté française fait observer que cette distinction est liée à un choix d'opportunité opéré par le législateur décrétal et autorisé par l'article 24, § 4, de la Constitution. Il n'appartient pas à la Cour d'apprécier de tels choix de politique. L'enseignement libre subventionné est organisé par des personnes |
| privé-personen. In onze samenleving is de arbeidsverhouding tussen een | privées. Dans notre société, la relation de travail entre un employeur |
| werkgever die een privé-persoon is en een werknemer in de regel van | personne privée et un travailleur est en règle générale de nature |
| contractuele aard, met alle gevolgen die daaraan verbonden zijn. | contractuelle, avec toutes les conséquences qui en découlent. |
| Standpunt van de Autonome Raad voor het Gemeenschapsonderwijs (ARGO) | Position du Conseil autonome de l'enseignement communautaire (ARGO) |
| A.2.1. Omtrent de eerste prejudiciële vraag, en meer specifiek over | A.2.1. Concernant la première question préjudicielle et plus |
| het verschil in behandeling van het onderwijzend personeel in de | spécifiquement la différence de traitement entre le personnel |
| Vlaamse en de Franse Gemeenschap, stelt de ARGO dat de Grondwetgever, | enseignant de la Communauté flamande et celui de la Communauté |
| française, l'ARGO soutient que, sauf les exceptions mentionnées à | |
| behoudens de in artikel 127, § 1, eerste lid, 2°, van de in de | l'article 127, § 1er, alinéa 1er, 2°, de la Constitution, le |
| Grondwet vermelde uitzonderingen, de volledige bevoegdheid inzake | Constituant a transféré aux communautés l'entière compétence en |
| onderwijs naar de gemeenschappen heeft overgeheveld, daarin begrepen | matière d'enseignement, y compris les règles qui concernent le statut |
| de bevoegdheid om de rechtspositie van het personeel te regelen. | du personnel. En vertu de l'article 87, §§ 3 et 4, de la loi spéciale |
| Krachtens artikel 87, §§ 3 en 4, van de bijzondere wet van 8 augustus | du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, les communautés et les |
| 1980 tot hervorming der instellingen zijn de gemeenschappen en de | régions sont compétentes pour fixer, dans les limites des principes |
| gewesten binnen de grenzen van de door het koninklijk besluit van 26 september 1994 aangewezen algemene principes en met inachtneming van de andere grondwettelijke en wettelijke bepalingen bevoegd om het statuut van het personeel vast te stellen. De ARGO verwijst voorts uitvoerig naar de rechtspraak van het Hof waaruit blijkt dat ten gevolge van de autonomie van de deelgebieden een verschillende regeling in verschillende gemeenschappen niet om die enkele reden als strijdig met de grondwettelijke beginselen inzake gelijkheid en niet-discriminatie kan worden beschouwd. A.2.2. Omtrent het onderscheid in behandeling tussen het personeel van het Vlaamse gemeenschapsonderwijs en het personeel van het gesubsidieerd vrij onderwijs, dat eveneens aan de orde is in de eerste prejudiciële vraag, merkt de ARGO in de eerste plaats op dat tussen beide onderwijsnetten een fundamenteel verschil bestaat doordat de rechtspositie in het eerste geval statutair en in het tweede geval contractueel van aard is. Het Hof heeft reeds aanvaard dat het verschil in juridische aard tussen een vrije en een officiële onderwijsinstelling tot een verschillende rechtspositieregeling kan leiden. Voorts stelt de ARGO, onder verwijzing naar het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde psycho-medisch-sociale centra, dat een soortgelijke ontslagregeling geldt in het gesubsidieerd onderwijs, zodat er geen fundamenteel verschil bestaat. Ten slotte wijst de ARGO erop dat het verschil in rechtspositie van het personeel van het gemeenschapsonderwijs, enerzijds, en het gesubsidieerd vrij onderwijs, anderzijds, leidt tot een verschil in rechtsbescherming, doordat enkel de eerste categorie een beroep tot | généraux désignés par l'arrêté royal du 26 septembre 1994 et dans le respect des autres dispositions constitutionnelles et législatives, le statut de leur personnel. L'ARGO fait ensuite abondamment référence à la jurisprudence de la Cour dont il ressort qu'en raison de l'autonomie des entités fédérées, les réglementations différentes en vigueur dans les diverses communautés ne sauraient, pour ce seul motif, être considérées comme contraires aux principes constitutionnels d'égalité et de non-discrimination. A.2.2. S'agissant de la différence de traitement entre le personnel de l'enseignement communautaire flamand et le personnel de l'enseignement libre subventionné qui est également soulevée dans la première question préjudicielle, l'ARGO observe en premier lieu qu'il existe entre les deux réseaux d'enseignement une différence fondamentale, en ce que la situation juridique est dans le premier cas de nature statutaire et dans le second de nature contractuelle. La Cour a déjà admis que les natures juridiques différentes d'un établissement d'enseignement libre et d'un établissement d'enseignement officiel peuvent conduire à des régimes juridiques différents. L'ARGO affirme ensuite, en faisant référence au décret du 27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de l'enseignement subventionné et des centres psycho-médico-sociaux subventionnés, qu'un régime de licenciement similaire existe dans l'enseignement subventionné, de sorte qu'il n'y a pas de différence fondamentale. Enfin, l'ARGO souligne que les statuts juridiques différents du personnel de l'enseignement communautaire, d'une part, et de l'enseignement libre subventionné, d'autre part, aboutissent à une protection juridique différente, en ce que seule la première catégorie |
| vernietiging kan instellen bij de Raad van State en alzo een eventuele | peut introduire un recours en annulation auprès du Conseil d'Etat et |
| reïntegratie kan verkrijgen. Indien dit eventueel als een | obtenir ainsi une éventuelle réintégration. Si ceci devait être |
| discriminatie zou worden beschouwd, werkt ze in casu in elk geval niet | considéré comme une discrimination, elle n'opère pas ici, en tout état |
| in het nadeel van de verzoeker. | de cause, en défaveur du requérant. |
| A.2.3. Betreffende de tweede prejudiciële vraag beklemtoont de ARGO | A.2.3. En ce qui concerne la deuxième question préjudicielle, l'ARGO |
| dat de doelstelling van de in het geding zijnde bepaling een streven | souligne que la disposition en cause a pour objectif de tendre vers un |
| is naar kwaliteitsonderwijs, wat maar mogelijk is met kwalitatief | enseignement de qualité, ce qui n'est possible qu'avec des enseignants |
| voldoende presterende leerkrachten. Vóór de totstandkoming van die | fournissant un travail de qualité suffisante. Antérieurement à cette |
| bepaling bestond er geen mogelijkheid om slecht functionerende | disposition, il n'existait aucune possibilité de licencier des membres |
| personeelsleden te ontslaan. De ARGO wijst erop dat een soortgelijke | du personnel remplissant mal leurs fonctions. L'ARGO indique qu'il |
| regeling bestaat in het vrij onderwijs en ook in het Vlaamse | existe un système similaire dans l'enseignement libre et dans le |
| ambtenarenstatuut. | statut de la fonction publique flamande. |
| De ontslagregeling is bovendien met voldoende waarborgen omringd : | Le régime de licenciement est, en outre, entouré de garanties |
| enerzijds, bestaat er een mechanisme van intensieve begeleiding na een | suffisantes : d'une part, il existe un mécanisme d'accompagnement |
| eerste evaluatie « onvoldoende » en heeft de eerste onvoldoende een | intensif après une première évaluation « insuffisant » et cette |
| ernstige waarschuwende functie; anderzijds, staan er ook | première mention « insuffisant » a une fonction d'avertissement |
| rechtsmiddelen open, bij de Raad van Beroep van het | sérieux; d'autre part, des voies de recours sont ouvertes auprès de la |
| Gemeenschapsonderwijs en bij de Raad van State, om de genomen | chambre de recours de l'enseignement communautaire et auprès du |
| beslissingen te bestrijden. Wat de onderliggende suggestie in de prejudiciële vraag betreft, dat bij de ontslagregeling een onderscheid zou kunnen worden gemaakt naargelang het onvoldoende presteren van het betrokken personeelslid nog kan worden geremedieerd door tewerkstelling in een ander ambt, antwoordt de ARGO dat niet valt in te zien hoe een slecht functionerend personeelslid via tewerkstelling in een ander ambt zou kunnen worden aangezet tot beter functioneren. Voorts meent de ARGO dat van wedertewerkstelling reeds een « ondaadwerkelijk gebruik wordt gemaakt », wat, enerzijds, ertoe leidt dat voor bepaalde studierichtingen de vrees bestaat dat niet voldoende leerkrachten nog bereid worden gevonden te onderwijzen en, anderzijds, dat via wedertewerkstelling betrekkingen worden opgeëist die in principe toekomen aan anderen die daartoe een specifieke opleiding hebben genoten, wat eveneens tot een discriminatie leidt. Standpunt van de Vlaamse Regering A.3.1. In haar memorie stelt de Vlaamse Regering dat ze haar opmerkingen ten gronde voorbehoudt voor haar memorie van antwoord, nadat ze kennis heeft genomen van de standpunten van de partijen in de | Conseil d'Etat, pour attaquer les décisions prises. S'agissant de la proposition sous-jacente à la question préjudicielle, qui suggère qu'une distinction pourrait être faite dans la réglementation du licenciement, selon qu'il serait encore possible ou non de remédier aux prestations insuffisantes du membre du personnel concerné par une affectation à un autre emploi, l'ARGO répond ne pas apercevoir en quoi pareille réaffectation inciterait un membre du personnel travaillant de façon déficiente à mieux remplir ses fonctions. L'ARGO considère par ailleurs qu'il est déjà fait un usage inadéquat de la réaffectation, ce qui, d'une part, conduit à la crainte qu'on ne trouvera plus suffisamment d'enseignants prêts à enseigner dans certaines orientations d'études et, d'autre part, a pour conséquence que des emplois qui devraient normalement être attribués à des personnes ayant suivi une formation spécifique à cette fin sont revendiqués par le biais de cette réaffectation, ce qui aboutit également à une discrimination. Position du Gouvernement flamand A.3.1. Dans son mémoire, le Gouvernement flamand déclare réserver ses remarques de fond pour son mémoire en réponse, après qu'il aura pris connaissance des positions des parties dans l'instance principale. |
| bodemprocedure. Betreffende de eerste prejudiciële vraag verwijst de | S'agissant de la première question préjudicielle, le Gouvernement |
| Vlaamse Regering naar de rechtspraak van het Hof, waar een | flamand renvoie à la jurisprudence de la Cour, qui considère que le |
| verschillende regeling in de verschillende gemeenschappen als niet | fait qu'il existe des réglementations différentes dans les différentes |
| strijdig met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet wordt beschouwd. A.3.2. In haar memorie van antwoord sluit de Vlaamse Regering zich, wat het antwoord op het eerste onderdeel van de eerste vraag betreft, aan bij het standpunt van de Franse Gemeenschapsregering. Wat het onderscheid tussen het gemeenschapsonderwijs en het gesubsidieerd onderwijs betreft, merkt de Vlaamse Regering op dat volgens een vast beleid van de decreetgever ernaar wordt gestreefd om de rechtspositieregeling van het personeel van de verschillende onderwijsnetten zoveel mogelijk op elkaar te doen aansluiten. Dit belet niet dat zekere verschillen blijven bestaan op het vlak van het personeelsstatuut, die voortvloeien uit het feit dat de | communautés n'est pas contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution. A.3.2. Dans son mémoire en réponse, le Gouvernement flamand se rallie au point de vue exposé par le Gouvernement de la Communauté française en ce qui concerne la première partie de la première question. S'agissant de la distinction entre l'enseignement communautaire et l'enseignement subventionné, le Gouvernement flamand observe qu'une politique constante du législateur décrétal tend à faire converger autant que possible les statuts du personnel des différents réseaux d'enseignement. Ceci n'empêche pas que certaines différences continuent d'exister en |
| arbeidsverhouding in het vrij onderwijs, ook na het decreet van 27 maart 1991, contractueel van aard is gebleven, wat uiteraard gevolgen heeft omtrent de gronden en de wijze van beëindiging van de tewerkstelling. De Vlaamse Regering merkt ook op dat inzake de definitieve ambtsneerlegging, na een negatieve evaluatie, de regeling voor het gemeenschapsonderwijs is afgestemd op het algemene ambtenarenrecht. Dat er een verschil in behandeling bestaat tussen het personeel van het gemeenschapsonderwijs en het personeel van het gesubsidieerd officieel onderwijs heeft, behoudens met de toepassing van artikel 24, | la matière, qui résultent du fait que, même après le décret du 27 mars 1991, la relation de travail dans l'enseignement libre est restée de nature contractuelle, ce qui a évidemment des conséquences sur les motifs pour lesquels et sur la manière dont il est mis fin à un emploi. Le Gouvernement flamand observe encore qu'en ce qui concerne la cessation définitive de fonctions après une évaluation négative, le système en vigueur dans l'enseignement communautaire est calqué sur le droit commun de la fonction publique. L'existence d'une différence de traitement entre le personnel de l'enseignement communautaire et le personnel de l'enseignement officiel subventionné, outre qu'elle découle de l'article 24, §§ 1er |
| §§ 1 en 4, van de Grondwet, ook te maken met de vrijwaring van het | et 4, de la Constitution, est également liée au respect de l'intérêt |
| door de artikelen 41 en 162 van de Grondwet gewaarborgde provinciale | provincial et communal que garantissent les articles 41 et 162 de la |
| en gemeentelijke belang en de vrijheid die aan de provincies en | Constitution et à la liberté conférée aux provinces et aux communes |
| gemeenten is gegund bij de organisatie van het onderwijs waarvoor zij | dans l'organisation de l'enseignement dont elles sont le pouvoir |
| als inrichtende macht optreden. | organisateur. |
| De Vlaamse Regering besluit dat ook het tweede onderdeel van de eerste | Le Gouvernement flamand conclut que la deuxième partie de la première |
| vraag een negatief antwoord behoeft. | question appelle également une réponse négative. |
| A.3.3. Wat de tweede prejudiciële vraag betreft, sluit de Vlaamse | A.3.3. En ce qui concerne la seconde question préjudicielle, le |
| Regering zich aan bij de argumentatie van de ARGO, zoals die hiervoor | Gouvernement flamand se rallie à l'argumentation de l'ARGO telle |
| wordt uiteengezet. | qu'elle a été exposée plus haut. |
| Zij merkt op dat het Hof de vraag niet kan beantwoorden zonder in de | Il observe que la Cour ne saurait répondre à la question sans porter |
| beleidsvrijheid van de decreetgever in te grijpen. Ze wijst op de | atteinte à la liberté politique du législateur décrétal. Il souligne |
| mogelijkheid tot remediëring met steun van de ARGO, waarin is voorzien | la possibilité de « remédiation » avec l'aide de l'ARGO, qui est |
| tussen de eerste en de tweede evaluatie, en het feit dat tussen de | prévue entre la première et la seconde évaluation, et le fait que les |
| twee evaluaties een minimumperiode van acht maanden moet liggen die de betrokkene ertoe in staat moet stellen beter te presteren. De door de Raad van State gesuggereerde mogelijkheid van tewerkstelling in een ander ambt stuit volgens de Vlaamse Regering op het praktische bezwaar dat die wedertewerkstelling het voorwerp uitmaakt van een omstandige regelgeving waarin de gedane suggestie niet past. De suggestie van de Raad van State gaat eraan voorbij dat de wedertewerkstelling in een ander ambt voorbehouden is aan personeelsleden die ter beschikking zijn gesteld wegens ontstentenis van betrekking om redenen die niet aan hun eigen toedoen te wijten zijn. Het risico bestaat ook dat de dubbele negatieve evaluatie verglijdt naar een middel om wedertewerkstelling in een andere, meer rustige opdracht te verkrijgen met behoud van wedde, ondanks het feit dat men tevoren ondermaats heeft gepresteerd. | deux évaluations doivent être distantes de huit mois au moins, période devant permettre à l'intéressé d'améliorer ses prestations. La possibilité, suggérée par le Conseil d'Etat, d'une réaffectation à un autre emploi se heurte, selon le Gouvernement flamand, à l'objection pratique que cette réaffectation fait l'objet d'une réglementation détaillée avec laquelle la suggestion faite ne cadre pas. La solution avancée par le Conseil d'Etat néglige le fait que la réaffectation à un autre emploi est réservée aux membres du personnel qui sont mis en disponibilité par défaut d'emploi, pour des motifs qui ne leur sont pas imputables. Le risque existe également que cette double évaluation négative ne finisse par devenir un moyen pour obtenir une réaffectation à un autre emploi plus reposant, avec le maintien du traitement, nonobstant le fait que des prestations insuffisantes aient été fournies antérieurement. |
| - B - | - B - |
| B.1.1. De prejudiciële vragen hebben betrekking op artikel 88, 5°, van | B.1.1. Les questions préjudicielles portent sur l'article 88, 5°, du |
| het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van | décret du 27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du |
| bepaalde personeelsleden van het gemeenschapsonderwijs. Die bepaling | personnel de l'enseignement communautaire. Cette disposition est |
| luidt: | libellée comme suit : |
| « Art. 88.Voor de vast benoemde personeelsleden geven eveneens |
« Art. 88.En ce qui concerne les membres du personnel nommés à titre |
| aanleiding tot definitieve ambtsneerlegging : | définitif, la cessation définitive des fonctions [résulte] : |
| [...] | [...] |
| 5° indien zij gedurende twee opeenvolgende schooljaren ` onvoldoende ' | 5° du fait qu'ils ont obtenu la mention ` insuffisant ' pendant deux |
| hebben gekregen bij een evaluatie ten aanzien van het ambt waarop de | années scolaires successives, lors d'une évaluation à l'égard de la |
| evaluatie betrekking heeft. Die periode wordt opgeschort wanneer het | fonction à laquelle l'évaluation se rapporte. Cette période est |
| personeelslid geen diensten presteert in het ambt waarvoor de ` | suspendue, lorsque le membre du personnel ne rend pas de services dans |
| onvoldoende ' is toegekend. Een evaluatie ` onvoldoende ' die overeenkomstig artikel 69 in behandeling is bij de raad van beroep heeft slechts gevolgen vanaf de datum van de eindbeslissing van de raad van beroep. Er wordt een opzeggingstermijn toegekend waarvan de duur gelijk is aan de periode die nodig is om de voordelen van de sociale zekerheid en werkloosheidsuitkeringen te kunnen genieten. Tijdens die opzeggingstermijn wordt het personeelslid beschouwd als tijdelijk aangesteld. Tijdens deze opzeggingstermijn wordt het personeelslid geacht als tijdelijk te zijn aangesteld, wordt het buiten de normen geaffecteerd aan een instelling en tewerkgesteld door de centrale raad die het met een opdracht kan belasten en kan het, naar rato van de grootte van die opdracht, worden vervangen. Het geniet de bruto-wedde verbonden aan het ambt waarin het vast benoemd was. Gedurende die periode kan het personeelslid door de centrale raad met een opdracht worden belast en krijgt de betrokken instelling een | la fonction pour laquelle la mention ` insuffisant ' lui a été attribuée. Une mention ` insuffisant ' à l'examen en chambre de recours conformément à l'article 69, ne produit ses effets qu'à partir de la date de la décision finale de la chambre de recours. Un préavis est accordé dont la durée est égale à la période nécessaire pour pouvoir bénéficier de la sécurité sociale et des allocations de chômage. Pendant ledit préavis, l'agent est considéré comme étant désigné à titre temporaire. Pendant ce préavis, le membre du personnel est censé être désigné à titre temporaire; il est affecté, en dehors des normes, à un établissement et mis au travail par le conseil central, qui peut le charger d'une mission; il peut, au prorata de l'importance de cette mission, être remplacé. L'agent jouit du traitement brut lié à la fonction dans laquelle il est nommé à titre définitif. Pendant cette période, le conseil central peut charger l'agent d'une mission, tandis que l'établissement concerné obtient une extension de |
| uitbreiding van de haar toegekende omkadering noodzakelijk voor de | l'encadrement lui étant attribué, afin de pourvoir au remplacement de |
| vervanging van dit personeelslid. » | ce membre du personnel. » |
| B.2.1. De Raad van State vraagt het Hof in de eerste plaats of die | B.2.1. Le Conseil d'Etat demande tout d'abord à la Cour si cette |
| bepaling de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet schendt | disposition viole les articles 10, 11 et 24, § 4, de la Constitution |
| doordat een soortgelijke regeling ontbreekt voor het personeel van het | en ce qu'une réglementation similaire fait défaut pour le personnel de |
| gesubsidieerd onderwijs en het onderwijs van de Franse Gemeenschap. | l'enseignement subventionné et de l'enseignement de la Communauté |
| B.2.2. Op grond van artikel 127, § 1, eerste lid, 2°, van de Grondwet | française. B.2.2. En vertu de l'article 127, § 1er, alinéa 1er, 2°, de la |
| zijn de gemeenschappen bevoegd om de rechtspositie van het | Constitution, les communautés sont compétentes pour régler le statut |
| onderwijzend personeel te regelen. | du personnel enseignant. |
| Een verschillende behandeling in aangelegenheden waar de | Une différence de traitement dans des matières où les communautés et |
| gemeenschappen en de gewesten over eigen bevoegdheden beschikken, is | les régions disposent de compétences propres est la conséquence |
| het mogelijke gevolg van een onderscheiden beleid, wat is toegelaten | |
| door de autonomie die hun door of krachtens de Grondwet is toegekend. | possible de politiques distinctes permises par l'autonomie qui leur |
| Een zodanig verschil kan op zich niet worden geacht strijdig te zijn | est accordée par la Constitution ou en vertu de celle-ci. Une telle |
| met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. Die autonomie zou geen | différence ne peut en soi être jugée contraire aux articles 10 et 11 |
| betekenis hebben, indien een verschil in behandeling tussen adressaten | de la Constitution. Cette autonomie serait dépourvue de signification |
| van regels die in eenzelfde aangelegenheid in de verschillende | si le seul fait qu'il existe des différences de traitement entre les |
| gemeenschappen en gewesten toepasselijk zijn, als zodanig geacht zou | |
| worden strijdig te zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | destinataires de règles s'appliquant à une même matière dans les |
| B.3.1. De verwijzende rechter vraagt eveneens of de aan het Hof | diverses communautés et régions était jugé contraire aux articles 10 |
| voorgelegde bepaling de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet | et 11 de la Constitution. B.3.1. La juridiction a quo demande également si la disposition |
| soumise à la Cour viole les articles 10, 11 et 24, § 4, de la | |
| schendt doordat een soortgelijke regeling ontbreekt voor het personeel | Constitution en ce qu'une réglementation similaire fait défaut pour le |
| van het gesubsidieerd onderwijs. | personnel de l'enseignement subventionné. |
| B.3.2. Artikel 88, 5°, van het decreet van 27 maart 1991 betreffende | B.3.2. L'article 88, 5°, du décret du 27 mars 1991 relatif au statut |
| de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het | de certains membres du personnel de l'enseignement communautaire |
| gemeenschapsonderwijs voorziet in de definitieve ambtsneerlegging | prévoit la cessation définitive des fonctions lorsqu'un membre du |
| wanneer een personeelslid gedurende twee opeenvolgende schooljaren « | personnel a obtenu la mention « insuffisant » pendant deux années |
| onvoldoende » heeft gekregen bij de evaluatie van het uitgeoefende ambt. | scolaires consécutives, lors de l'évaluation de la fonction exercée. |
| De maatregel past in het kader van de algemene doelstelling die aan | La mesure répond à l'objectif général du décret, lequel vise à |
| het decreet ten grondslag ligt om de kwaliteit van het | améliorer la qualité de l'enseignement communautaire et à dynamiser et |
| gemeenschapsonderwijs te bevorderen en het leraarsambt te dynamiseren | revaloriser la fonction d'enseignant (Doc., Conseil flamand, |
| en te herwaarderen (Parl. St., Vlaamse Raad, 1990-1991, n° 470/4, p. 9). | 1990-1991, n° 470/4, p. 9). |
| Hoewel een identieke regel niet voorkomt in het decreet van 27 maart | Bien qu'une règle identique ne figure pas dans le décret du 27 mars |
| 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het | 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de |
| gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde psycho-medisch-sociale | l'enseignement subventionné et des centres psycho-médico-sociaux |
| centra, voorziet de regeling in artikel 62, 3°, van dat decreet wel in | subventionnés, l'article 62, 3°, de ce décret prévoit cependant la |
| de mogelijkheid om een personeelslid bij wijze van tuchtsanctie | possibilité de déclarer un membre du personnel définitivement inapte, |
| definitief ontoelaatbaar te verklaren, wat het geval kan zijn wanneer | par mesure disciplinaire, ce qui peut être le cas lorsque ce membre du |
| een personeelslid zijn taak niet naar behoren vervult. | personnel n'accomplit pas convenablement sa tâche. |
| De duur van de opzeggingstermijn en de modaliteiten van het ontslag | La durée du délai de préavis et les modalités du licenciement sont |
| zijn voor het gemeenschapsonderwijs en voor het gesubsidieerd | sensiblement les mêmes pour l'enseignement communautaire et pour |
| onderwijs nagenoeg dezelfde. | l'enseignement subventionné. |
| B.3.3. Uit het bovenstaande blijkt dat het verschil in behandeling | B.3.3. Il ressort de ce qui précède que la différence de traitement ne |
| niet zozeer is gelegen in de sanctie zelf van het ontslag, noch in de | réside pas tant dans la sanction même du licenciement et dans ses |
| gevolgen ervan, dan wel in het feit dat in het gesubsidieerd onderwijs | conséquences que dans le fait que dans l'enseignement subventionné, |
| een beoordelingsruimte wordt gelaten aan de inrichtende macht om die | une marge d'appréciation est laissée au pouvoir organisateur pour |
| sanctie uit te spreken. | infliger cette sanction. |
| B.3.4. Artikel 24, § 4, van de Grondwet bepaalt : | B.3.4. L'article 24, § 4, de la Constitution dispose : |
| « Alle leerlingen of studenten, ouders, personeelsleden en | « Tous les élèves ou étudiants, parents, membres du personnel et |
| onderwijsinstellingen zijn gelijk voor de wet of het decreet. De wet | établissements d'enseignement sont égaux devant la loi ou le décret. |
| en het decreet houden rekening met objectieve verschillen, waaronder | La loi et le décret prennent en compte les différences objectives, |
| de eigen karakteristieken van iedere inrichtende macht, die een | notamment les caractéristiques propres à chaque pouvoir organisateur, |
| aangepaste behandeling verantwoorden. » | qui justifient un traitement approprié. » |
| B.3.5. Hoewel de gelijke behandeling van personeelsleden het | B.3.5. Bien que l'égalité de traitement des membres du personnel |
| uitgangspunt is, sluit artikel 24, § 4, van de Grondwet een | constitue le principe, l'article 24, § 4, de la Constitution n'exclut |
| verschillende behandeling niet uit op voorwaarde dat die gegrond is op | pas un traitement différencié, à la condition que celui-ci soit fondé |
| « de eigen karakteristieken van iedere inrichtende macht ». | « sur les caractéristiques propres à chaque pouvoir organisateur ». |
| Het gelijkheidsbeginsel inzake onderwijs kan evenwel niet los worden | Le principe d'égalité en matière d'enseignement ne saurait toutefois |
| gezien van de andere in artikel 24 van de Grondwet vervatte | être dissocié des autres garanties établies par l'article 24 de la |
| waarborgen. | Constitution. |
| De vrijheid van onderwijs omvat de vrijheid voor de inrichtende macht | La liberté d'enseignement comprend la liberté, pour le pouvoir |
| om het personeel te kiezen dat wordt tewerkgesteld met het oog op de | organisateur, de choisir le personnel qui sera chargé de la |
| verwezenlijking van de eigen onderwijsdoelstellingen. De vrijheid van | réalisation des objectifs pédagogiques propres. La liberté de choix a |
| keuze werkt door in de arbeidsverhouding tussen die inrichtende macht | des répercussions sur les relations de travail entre ce pouvoir |
| en haar personeel. | organisateur et son personnel. |
| Gelet op de vrijheid van onderwijs, aan de burgers gewaarborgd bij | Compte tenu de la liberté d'enseignement, garantie aux citoyens par |
| artikel 24, § 1, van de Grondwet, en op de autonomie van de | l'article 24, § 1er, de la Constitution, et de l'autonomie des |
| provinciale en gemeentelijke overheden wat het gesubsidieerd officieel onderwijs betreft, kon de decreetgever redelijkerwijze een beoordelingsruimte laten aan de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs bij het definitief verwijderen van een personeelslid uit zijn ambt wanneer het niet naar behoren presteert. Vanuit het oogpunt van het gemeenschapsonderwijs wordt het feit dat uitdrukkelijk en automatisch in een sanctie is voorzien voor personeelsleden die ondermaats presteren, verantwoord door het streven van de decreetgever om de kwaliteit te waarborgen van het voor allen toegankelijke onderwijs, waarvoor de Gemeenschap verantwoordelijk is. Het verschil in behandeling tussen het personeel van het gemeenschapsonderwijs en dat van het gesubsidieerd onderwijs berust op een objectief criterium en is relevant. | autorités provinciales et communales pour ce qui est de l'enseignement officiel subventionné, le législateur décrétal pouvait raisonnablement laisser une marge d'appréciation aux pouvoirs organisateurs de l'enseignement subventionné en ce qui concerne la cessation définitive de fonction d'un membre du personnel lorsque celui-ci n'accomplit pas convenablement sa mission. Du point de vue de l'enseignement communautaire, prévoir expressément et automatiquement une sanction pour les membres du personnel dont les prestations sont insuffisantes se justifie par la volonté du législateur décrétal de garantir la qualité de l'enseignement, ouvert à tous, dont la Communauté a la responsabilité. La différence de traitement entre le personnel de l'enseignement communautaire et celui de l'enseignement subventionné repose sur un critère objectif et est pertinente. |
| B.3.6. De gevolgen van de maatregel zijn niet onevenredig met de door | B.3.6. Les effets de la mesure ne sont pas disproportionnés aux |
| de decreetgever nagestreefde doelstellingen : enerzijds, gaat van een | objectifs du législateur décrétal : d'une part, une première |
| eerste negatieve evaluatie een waarschuwende functie uit voor het | évaluation négative constitue un avertissement pour le membre du |
| betrokken personeelslid, zodat het ontslag alsnog kan worden vermeden; | personnel concerné, de sorte que le licenciement peut encore être |
| anderzijds, voorziet het decreet in de mogelijkheid om een negatieve | évité; d'autre part, le décret prévoit la possibilité de contester une |
| evaluatie aan te vechten bij de Raad van Beroep, waardoor de sanctie | évaluation négative devant la chambre de recours, ce qui suspend la |
| wordt opgeschort. | sanction. |
| Voor het overige zijn, zoals hiervoor is gezegd, de modaliteiten en de | Pour le surplus, ainsi qu'il a été observé ci-dessus, les modalités et |
| gevolgen van de ontslagregeling nagenoeg identiek in de verschillende | les conséquences du régime de licenciement sont à peu près identiques |
| onderwijsnetten. | dans les différents réseaux d'enseignement. |
| B.3.7. De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden | B.3.7. La première question préjudicielle appelle une réponse |
| beantwoord. | négative. |
| B.4. De verwijzende rechter vraagt in de tweede prejudiciële vraag of | B.4. Dans la seconde question préjudicielle, le juge a quo demande si |
| de in het geding zijnde bepaling de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van | la disposition litigieuse viole les articles 10, 11 et 24, § 4, de la |
| de Grondwet schendt in zoverre geen onderscheid wordt gemaakt - en ook | Constitution en ce qu'elle n'établit aucune distinction - ou ne laisse |
| geen mogelijkheid wordt opengelaten om een onderscheid te maken - | aucune latitude pour faire une distinction - parmi les membres du |
| onder de personeelsleden wier prestaties onvoldoende zijn geacht, | personnel dont les prestations sont jugées insuffisantes, selon qu'ils |
| naargelang zij al dan niet in een ander ambt voldoende zouden kunnen | sont ou non susceptibles de fournir dans une autre fonction des |
| presteren. | prestations suffisantes. |
| B.5.1. In die tweede vraag wordt gewag gemaakt van een mogelijkheid | B.5.1. Dans cette seconde question, il est fait état d'une possibilité |
| van overgang van één functie naar een andere. Die hypothese volgens | de passage d'une fonction à une autre. Cette hypothèse - selon |
| welke het mogelijk zou zijn zonder termijn en definitief een nieuwe | laquelle il serait possible de confier sans délai et définitivement |
| functie toe te vertrouwen aan een personeelslid dat overigens net is | une nouvelle fonction à un membre du personnel qui par ailleurs vient |
| ontslagen in een andere functie - is niet verzoenbaar met de procedure | d'être démis d'une autre fonction n'est pas conciliable avec la |
| en de kwaliteitswaarborgen inzake aanwerving die van toepassing zijn | procédure et les garanties de qualité en matière de recrutement |
| op het hele onderwijzend personeel. | applicables à l'ensemble du personnel enseignant. |
| B.5.2. Zelfs indien men zich in die hypothese zou plaatsen, kan niet | B.5.2. Même en se plaçant dans cette hypothèse, il ne peut être |
| aan de decreetgever worden verweten dat hij het in de tweede | reproché au législateur décrétal de ne pas avoir fait la distinction |
| prejudiciële vraag beoogde onderscheid niet heeft gemaakt. | visée dans la seconde question préjudicielle. |
| In de eerste plaats is het niet mogelijk, a priori en op objectieve wijze, vast te stellen dat het betrokken personeelslid in een andere functie voldoende zou presteren. Vervolgens merkt het Hof op dat, behoudens leeftijdsgrens, het betrokken personeelslid, voor zover het houder is van de vereiste titel, zich kandidaat kan stellen en, zoals andere kandidaten, de verschillende stadia van de aanwervingprocedure doorlopen, om benoemd te worden in een ander ambt. Bijgevolg kan niet worden volgehouden dat het personeelslid ten aanzien van wie een maatregel van definitieve stopzetting in zijn functie wordt genomen maar dat zou doen blijken van kwaliteiten die van die aard zijn dat het een andere functie zou kunnen uitoefenen, door de maatregel van stopzetting verstoken zou zijn van elke mogelijkheid om die kwaliteiten ten nutte te maken. B.6. De tweede prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. Om die redenen, het Hof zegt voor recht : | Tout d'abord, il n'est pas possible d'établir, a priori et de manière objective, que le membre du personnel concerné pourrait fournir des prestations de niveau suffisant dans une autre fonction. Ensuite, la Cour observe que, sauf limite d'âge, le membre du personnel concerné peut, pour autant qu'il soit porteur du titre requis, se porter candidat et parcourir, comme d'autres candidats, les différentes étapes de la procédure de recrutement pour être nommé dans une autre fonction. Il ne peut dès lors être soutenu que le membre du personnel faisant l'objet d'une mesure de cessation définitive de ses fonctions mais justifiant de qualités de nature à lui permettre d'exercer une autre fonction serait, du fait de la mesure de cessation, privé de toute possibilité de valoriser ces qualités. B.6. La seconde question préjudicielle appelle une réponse négative. Par ces motifs, la Cour dit pour droit : |
| - Artikel 88, 5°, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 27 | - L'article 88, 5°, du décret de la Communauté flamande du 27 mars |
| maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden | 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de |
| l'enseignement communautaire ne viole pas le principe d'égalité | |
| van het gemeenschapsonderwijs schendt niet het in de artikelen 10, 11 | inscrit aux articles 10, 11 et 24, § 4, de la Constitution, en ce |
| en 24, § 4, van de Grondwet vervatte gelijkheidsbeginsel, doordat het | qu'il prescrit le licenciement pour les membres du personnel de |
| het ontslag voor personeelsleden van het Vlaamse gemeenschapsonderwijs | l'enseignement de la Communauté flamande, alors qu'une disposition |
| voorschrijft, terwijl een soortgelijke bepaling voor het personeel van | similaire fait défaut pour le personnel de l'enseignement subventionné |
| het gesubsidieerd onderwijs en dat van de Franse Gemeenschap | et celui de l'enseignement de la Communauté française; |
| ontbreekt. - Artikel 88, 5°, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 27 | - L'article 88, 5°, du décret de la Communauté flamande du 27 mars |
| maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden | 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de |
| l'enseignement communautaire ne viole pas le principe d'égalité | |
| van het gemeenschapsonderwijs schendt niet het in de artikelen 10, 11 | inscrit aux articles 10, 11 et 24, § 4, de la Constitution, en ce |
| en 24, § 4, van de Grondwet vervatte gelijkheidsbeginsel, doordat geen | qu'il n'établit aucune distinction ou ne laisse aucune latitude pour |
| onderscheid of ruimte voor onderscheid wordt gemaakt tussen, | faire une distinction entre, d'une part, des membres du personnel aux |
| enerzijds, personeelsleden van wie het vastgestelde onvoldoende | prestations insuffisantes desquels il ne peut pas être remédié en |
| presteren niet kan worden verholpen door de betrokkenen weder tewerk | réaffectant les intéressés dans une autre fonction, et, d'autre part, |
| te stellen in een ander ambt en, anderzijds, personeelsleden van wie | les membres du personnel dont il ne peut être exclu qu'ils puissent |
| niet uit te sluiten valt dat zij in een ander ambt voldoende zouden | fournir des prestations suffisantes dans une autre fonction. |
| presteren. Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 15 juli 1999. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 15 juillet 1999. |
| De griffier, | Le greffier, |
| L. Potoms. | L. Potoms. |
| De voorzitter, | Le président, |
| L. De Grève | L. De Grève. |