← Terug naar "Arrest nr. 116/98 van 18 november 1998 Rolnummer 1269 In zake : de prejudiciële vraag
betreffende artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Cassatie. Het
Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters L. De wijst na beraad het volgende arrest : I.
Onderwerp van de prejudiciële vraag Bij arrest van 1(...)"
| Arrest nr. 116/98 van 18 november 1998 Rolnummer 1269 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Cassatie. Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters L. De wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag Bij arrest van 1(...) | Arrêt n° 116/98 du 18 novembre 1998 Numéro du rôle : 1269 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 425 du Code d'instruction criminelle, posée par la Cour de cassation. La Cour d'arbitrage, composée des présidents L. De après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle Par ar(...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Arrest nr. 116/98 van 18 november 1998 | Arrêt n° 116/98 du 18 novembre 1998 |
| Rolnummer 1269 | Numéro du rôle : 1269 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 425 van het | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 425 du Code |
| Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Cassatie. | d'instruction criminelle, posée par la Cour de cassation. |
| Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
| samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de | composée des présidents L. De Grève et M. Melchior, et des juges H. |
| rechters H. Boel, L. François, G. De Baets, E. Cerexhe en R. Henneuse, | Boel, L. François, G. De Baets, E. Cerexhe et R. Henneuse, assistée du |
| bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter L. De Grève, | greffier L. Potoms, présidée par le président L. De Grève, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Objet de la question préjudicielle |
| Bij arrest van 16 december 1997 in zake R. Vande Casteele en A. | Par arrêt du 16 décembre 1997 en cause de R. Vande Casteele et A. |
| Henricy tegen J. Clauwers en anderen, waarvan de expeditie ter griffie | Henricy contre J. Clauwers et autres, dont l'expédition est parvenue |
| is ingekomen op 5 januari 1998, heeft het Hof van Cassatie de volgende | au greffe le 5 janvier 1998, la Cour de cassation a posé la question |
| prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
| « Schendt art. 425 van het Wetboek van Strafvordering niet de art. 10 | « L'article 425 du Code d'instruction criminelle ne viole-t-il pas les |
| en 11 van de Gecoördineerde Grondwet ? » | articles 10 et 11 de la Constitution coordonnée ? » |
| II. De feiten en de rechtspleging in het bodemgeschil | II. Les faits et la procédure antérieure |
| 2.1. Bij vonnis van 10 oktober 1995 inzake het openbaar ministerie en | 2.1. Par jugement du 10 octobre 1995 en cause du ministère public et |
| P. Vande Casteele, R. Vande Casteele en A. Henricy tegen J. Clauwers, | de P. Vande Casteele, de R. Vande Casteele et d'A. Henricy contre J. |
| N. Peeters en L. Jacobs worden laatstgenoemden, inmiddels | Clauwers, N. Peeters et L. Jacobs, ces derniers, entre-temps |
| gepensioneerde ambtenaren van het Ministerie van Financiën, | |
| vrijgesproken van de hun ten laste gelegde feiten (valsheid, gebruik | fonctionnaires pensionnés du ministère des Finances, sont acquittés |
| van valse stukken en knevelarij), door de Correctionele Rechtbank te | des faits mis à leur charge (faux, usage de faux et concussion) par le |
| Antwerpen. De Rechtbank verklaart zich onbevoegd om kennis te nemen | Tribunal correctionnel d'Anvers. Le Tribunal se déclare incompétent |
| van de burgerlijke vordering, gelet op de vrijspraak. | pour connaître de l'action civile, eu égard à l'acquittement. |
| 2.2. De burgerlijke partijen R. Vande Casteele en A. Henricy stellen | 2.2. Le 20 octobre 1995, les parties civiles R. Vande Casteele et A. |
| op 20 oktober 1995 hoger beroep in tegen al de hen aanbelangende | Henricy interjettent appel de toutes les dispositions du susdit |
| beschikkingen van het vermelde vonnis. | jugement les concernant. |
| Het Hof van Beroep te Antwerpen verklaart het hoger beroep van de | Dans son arrêt du 7 mars 1997, la Cour d'appel d'Anvers déclare |
| burgerlijke partijen in zijn arrest van 7 maart 1997 ongegrond en | l'appel des parties civiles non fondé et confirme le jugement attaqué. |
| bevestigt het bestreden vonnis. | |
| 2.3. Op 21 maart 1997 stellen beiden cassatieberoep in tegen het | 2.3. Le 21 mars 1997, les parties civiles se pourvoient toutes deux en |
| voormelde arrest. | cassation contre le susdit arrêt. |
| 2.4. In zijn arrest van 16 december 1997 stelt het Hof van Cassatie | 2.4. Dans son arrêt du 16 décembre 1997, la Cour de cassation constate |
| vast dat de eisers zelf een verzoekschrift hebben ingediend en Mr. M. | que les demandeurs ont eux-mêmes introduit une requête et que Me M. |
| Forges namens hen een memorie heeft neergelegd. Het Hof overweegt dat | Forges a déposé un mémoire en leur nom. La Cour considère que suivant |
| naar luid van de vroegere tekst van artikel 425, tweede zin, van het | les termes anciens de l'article 425, deuxième phrase, du Code |
| Wetboek van Strafvordering, welke toepasselijk was tijdens de | d'instruction criminelle, qui était applicable au cours des délais |
| termijnen van artikel 420bis binnen welke de eisers een memorie konden | prévus par l'article 420bis dans lesquels les demandeurs pouvaient |
| indienen, de burgerlijke partij die slechts kon indienen door | introduire un mémoire, la partie civile ne pouvait déposer celui-ci |
| tussenkomst van een advocaat bij het Hof van Cassatie. Die bepaling | que par le ministère d'un avocat à la Cour de cassation. Cette |
| werd weliswaar geschrapt bij artikel 26 van de wet van 6 mei 1997 | disposition a certes été abrogée par l'article 26 de la loi du 6 mai |
| strekkende tot de bespoediging van de procedure voor het Hof van | 1997 visant à accélérer la procédure devant la Cour de cassation, mais |
| Cassatie, maar die schrapping heeft geen terugwerkende werking ten | |
| aanzien van onder de oude wet voltrokken toestanden. Derhalve is het | cette abrogation n'a pas d'effet rétroactif à l'égard de situations |
| Hof gehouden de eerder vermelde, door de partijen opgeworpen | régies par l'ancienne loi. La Cour de cassation est donc tenue de |
| prejudiciële vraag aan het Arbitragehof voor te leggen. | poser à la Cour d'arbitrage la question préjudicielle soulevée par les parties. |
| III. De rechtspleging voor het Hof | III. La procédure devant la Cour |
| Bij beschikking van 5 januari 1998 heeft de voorzitter in functie de | Par ordonnance du 5 janvier 1998, le président en exercice a désigné |
| rechters van de zetel aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en 59 | les juges du siège conformément aux articles 58 et 59 de la loi |
| van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. | spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage. |
| De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was | Les juges-rapporteurs ont estimé n'y avoir lieu de faire application |
| om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. | des articles 71 ou 72 de la loi organique. |
| Van de verwijzingsbeslissing is kennisgegeven overeenkomstig artikel | La décision de renvoi a été notifiée conformément à l'article 77 de la |
| 77 van de organieke wet bij op 10 maart 1998 ter post aangetekende brieven. | loi organique, par lettres recommandées à la poste le 10 mars 1998. |
| Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is | L'avis prescrit par l'article 74 de la loi organique a été publié au |
| bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 21 maart 1998. | Moniteur belge du 21 mars 1998. |
| Memories zijn ingediend door : | Des mémoires ont été introduits par : |
| - R. Vande Casteele en A. Henricy, beiden wonende te 2900 Schoten, | - R. Vande Casteele et A. Henricy, demeurant tous deux à 2900 Schoten, |
| Klamperdreef 7, bij op 23 maart 1998 ter post aangetekende brief; | Klamperdreef 7, par lettre recommandée à la poste le 23 mars 1998; |
| - de Ministerraad, Wetstraat 16, 1000 Brussel, bij op 24 april 1998 | - le Conseil des ministres, rue de la Loi 16, 1000 Bruxelles, par |
| ter post aangetekende brief. | lettre recommandée à la poste le 24 avril 1998. |
| Van die memories is kennisgegeven overeenkomstig artikel 89 van de | Ces mémoires ont été notifiés conformément à l'article 89 de la loi |
| organieke wet bij op 8 mei 1998 ter post aangetekende brieven. | organique, par lettres recommandées à la poste le 8 mai 1998. |
| R. Vande Casteele en A. Henricy hebben een memorie van antwoord | R. Vande Casteele et A. Henricy ont introduit un mémoire en réponse |
| ingediend bij op 20 mei 1998 ter post aangetekende brief. | par lettre recommandée à la poste le 20 mai 1998. |
| Bij beschikking van 30 juni 1998 heeft het Hof de termijn waarbinnen | Par ordonnance du 30 juin 1998, la Cour a prorogé jusqu'au 5 janvier |
| het arrest moet worden gewezen, verlengd tot 5 januari 1999. | 1999 le délai dans lequel l'arrêt doit être rendu. |
| Bij beschikking van 23 september 1998 heeft het Hof de zaak in | Par ordonnance du 23 septembre 1998, la Cour a déclaré l'affaire en |
| gereedheid verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 21 | état et fixé l'audience au 21 octobre 1998. |
| oktober 1998. Van die beschikking is kennisgegeven aan de partijen en hun advocaten | Cette ordonnance a été notifiée aux parties ainsi qu'à leurs avocats, |
| bij op 24 september 1998 ter post aangetekende brieven. | par lettres recommandées à la poste le 24 septembre 1998. |
| Op de openbare terechtzitting van 21 oktober 1998 : | A l'audience publique du 21 octobre 1998 : |
| - zijn verschenen : | - ont comparu : |
| . Mr. S. Huart loco Mr. M. Forges, advocaten bij de balie te Brussel, | . Me S. Huart loco Me M. Forges, avocats au barreau de Bruxelles, pour |
| voor R. Vande Casteele en A. Henricy; | R. Vande Casteele et A. Henricy; |
| . Mr. J. Laenens, advocaat bij de balie te Antwerpen, voor de | . Me J. Laenens, avocat au barreau d'Anvers, pour le Conseil des |
| Ministerraad; | ministres; |
| - hebben de rechters-verslaggevers H. Boel en E. Cerexhe verslag | - les juges-rapporteurs H. Boel et E. Cerexhe ont fait rapport; |
| uitgebracht; | |
| - zijn de voornoemde advocaten gehoord; | - les avocats précités ont été entendus; |
| - is de zaak in beraad genomen. | - l'affaire a été mise en délibéré. |
| De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende | La procédure s'est déroulée conformément aux articles 62 et suivants |
| van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de talen voor het Hof. | de la loi organique, relatifs à l'emploi des langues devant la Cour. |
| IV. In rechte | IV. En droit |
| - A - | - A - |
| Ten gronde | Quant au fond |
| Memorie van R. Vande Casteele en A. Henricy | Mémoire de R. Vande Casteele et d'A. Henricy |
| A.1.1. De memorie neergelegd ter griffie van het Hof van Cassatie is | A.1.1. En l'espèce, le mémoire déposé au greffe de la Cour de |
| in casu ondertekend door een advocaat, ingeschreven op het tableau der | cassation est signé par un avocat inscrit au tableau des avocats |
| advocaten (Brussel) sedert 1985. Die memorie voldoet niet aan het | (Bruxelles) depuis 1985. Ce mémoire ne satisfait pas à l'exigence de |
| vereiste van artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering. Dit leidt | l'article 425 du Code d'instruction criminelle. Il en résulte qu'il |
| in principe tot de ambtshalve op te werpen onontvankelijkheid. | faut en principe en soulever d'office l'irrecevabilité. |
| Naar het oordeel van de verzoekers is artikel 425 van het Wetboek van | A l'estime des requérants, l'article 425 du Code d'instruction |
| Strafvordering evenwel strijdig met de artikelen 10 en 11 van de | criminelle est toutefois contraire aux articles 10 et 11 de la |
| Grondwet. De verzoekers worden immers op onredelijke en onverantwoorde | Constitution. Les requérants sont en effet limités de manière |
| wijze beperkt in hun keuze van raadsman. | déraisonnable et injustifiée dans le choix de leur conseil. |
| A.1.2. De burgerlijke partijen die een beroep doen op een advocaat bij | A.1.2. Les parties civiles qui font appel à un avocat à la Cour de |
| het Hof van Cassatie kunnen een memorie rechtsgeldig indienen. | cassation peuvent introduire valablement un mémoire. Les personnes qui |
| Personen die een beroep doen op een andere advocaat kunnen dat niet, | font appel à un autre avocat ne le peuvent pas, même si cet avocat |
| zelfs al is die advocaat geen stagiair meer en zelfs al is hij | n'est plus stagiaire et même s'il est inscrit au tableau depuis plus |
| ingeschreven op het tableau sedert meer dan 10 jaar. De burgerlijke | de 10 ans. Les parties civiles sont ainsi contraintes de renoncer au |
| partijen zijn aldus genoodzaakt te verzaken aan de keuze van hun | choix de leur conseil, qui les avait, le cas échéant, assistées en |
| raadsman, die hen in voorkomend geval bijstond tijdens de procedure en aan wie ze nochtans op rechtsgeldige wijze hadden kunnen opdragen ook een verzoekschrift houdende middelen tot cassatie te ondertekenen en neer te leggen ter griffie van het hof van beroep. De discriminatie is des te meer voorhanden nu de andere partijen - de beklaagde en het openbaar ministerie - geen beroep moeten doen op een advocaat bij het Hof van Cassatie. Ten slotte stelt men vast, enerzijds, dat het verzoekschrift in een eerste fase bij de griffie van het hof van beroep wordt neergelegd en, anderzijds, dat de memorie in een tweede fase ter griffie van het Hof van Cassatie wordt neergelegd. De omstandigheid dat men naar gelang | cours de procédure et qu'elles avaient néanmoins pu valablement charger de signer également une requête contenant des moyens de cassation et de déposer celle-ci au greffe de la cour d'appel. La discrimination est d'autant plus manifeste que les autres parties - le prévenu et le ministère public - ne doivent pas faire appel à un avocat à la Cour de cassation. On constate enfin, d'une part, que, dans une première phase, la requête est déposée au greffe de la cour d'appel et, d'autre part, que, dans une deuxième phase, le mémoire est déposé au greffe de la |
| van het tijdsverloop het document houdende de middelen dient neer te | Cour de cassation. Le fait que le document contenant les moyens doive |
| leggen bij de ene of de andere griffie is verklaarbaar. Het dossier | être déposé, en fonction du délai, auprès d'un greffe ou de l'autre |
| wordt immers verzonden naar de griffie van het Hof van Cassatie. | peut s'expliquer. Le dossier est en effet envoyé au greffe de la Cour |
| Daarentegen ziet men niet in waarom de verschillende plaatsen van | de cassation. Par contre, on ne voit pas pourquoi les différents lieux |
| neerlegging een beperking van de keuze van raadsman zou kunnen | de dépôt pourraient impliquer une limitation du choix du conseil. Ce |
| impliceren. Dat criterium ter verantwoording van het onderscheid is | critère de justification de la distinction est en effet dépourvu de |
| immers irrelevant. | pertinence. |
| A.1.3. De onredelijkheid van die behandeling in strafzaken is des te | A.1.3. Le caractère déraisonnable de ce traitement en matière pénale |
| meer voorhanden nu in de eerste fase van de cassatieprocedure (artikel | est d'autant plus manifeste qu'au cours de la première phase de la |
| 422 van het Wetboek van Strafvordering) elke partij zelf een | procédure de cassation (article 422 du Code d'instruction criminelle) |
| voorziening kan indienen. Vermits de wetgever zich niet heeft verzet | chaque partie peut introduire elle-même un pourvoi. Le législateur ne |
| tegen de mogelijkheid dat alle partijen zelf of hun raadsman, zijnde | s'étant pas opposé à ce que toutes les parties ou leur conseil, |
| een gewone advocaat, in de eerste fase hun middelen verwoorden in een verzoekschrift, ziet men redelijkerwijze de verantwoording niet in om strengere vereisten te kunnen doen gelden ten aanzien van alle partijen voor het opstellen van de memorie. Er anders over oordelen brengt met zich mee dat de na te streven gelijkheid tussen partijen en de gelijkheid van wapens tussen hen in het gedrang komt. In acht genomen de mogelijkheid om zelf het verzoekschrift te ondertekenen, ziet men dan ook niet in waarom de wetgever de verzoekers rechtmatig zou kunnen verplichten om een beroep te doen op een advocaat in een tweede fase, ter gelegenheid van het opstellen van de memorie. A.1.4. A fortiori is het onredelijk de burgerlijke partijen in strafzaken te verplichten een beroep te doen op een advocaat bij het Hof van Cassatie, hetgeen een verregaande beperking in de keuze van de raadslieden uitmaakt. | c'est-à-dire un simple avocat, puissent, au cours de la première phrase, formuler leurs moyens dans une requête, on ne voit pas raisonnablement comment on pourrait justifier des exigences plus rigoureuses à l'égard de toutes les parties pour l'établissement du mémoire. En juger autrement a pour conséquence que se trouvent compromises l'égalité à rechercher entre les parties et l'égalité des armes entre elles. Compte tenu de la possibilité de signer soi-même la requête, on ne voit dès lors pas pourquoi le législateur pourrait légitimement obliger les requérants à faire appel à un avocat dans une deuxième phase, à l'occasion de l'établissement du mémoire. A.1.4. A fortiori, il est déraisonnable, en matière pénale, d'obliger les parties civiles à faire appel à un avocat à la Cour de cassation, ce qui constitue une limitation excessive du choix des conseils. |
| A.1.5. De exceptie van onontvankelijkheid lijkt ambtshalve te mogen | A.1.5. L'exception d'irrecevabilité semble pouvoir être soulevée |
| worden opgeworpen, wat erop wijst dat zij de openbare orde aanbelangt. | d'office, ce qui indique qu'elle concerne l'ordre public. Si on le |
| Gezien vanuit een mogelijke bezorgdheid om door adequate | considère sous l'angle d'un éventuel souci d'obtenir, par des |
| wetsbepalingen behoorlijk opgestelde verzoekschriften en memories te | dispositions législatives adéquates, des requêtes et des mémoires de |
| verkrijgen, lijkt artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering zelfs | qualité, l'article 425 du Code d'instruction criminelle semble même |
| contradictorisch te zijn. Het lijkt immers logischer te zijn om | contradictoire. En effet, il paraît plus logique d'obliger les |
| verzoekers te verplichten om op een raadsman een beroep te doen indien | requérants à faire appel à un conseil s'ils veulent développer leurs |
| zij hun grieven op korte termijn willen ontwikkelen, terwijl zij zelf | griefs à bref délai, alors qu'ils peuvent eux-mêmes développer leurs |
| hun grieven mogen ontwikkelen op langere termijn. | griefs dans un délai plus long. |
| Men kan zich dan ook niet van de indruk ontdoen dat de mogelijkheid | On ne peut dès lors se défaire de l'impression que la possibilité qui |
| geboden aan de burgerlijke partijen om zichzelf te vertegenwoordigen | est offerte aux parties civiles de se représenter elles-mêmes au cours |
| in een eerste fase als veeleer illusoir werd beschouwd. Die | d'une première phase a été considérée comme plutôt illusoire. Cette |
| aanneembare vaststelling brengt met zich mee dat de gevolgen van de | constatation plausible a pour effet que les conséquences de la |
| discriminatie nog onredelijker zijn. De facto is enkel een beroep op | discrimination sont encore plus déraisonnables. De facto, seul le |
| een advocaat bij het Hof van Cassatie mogelijk. | recours à un avocat à la Cour de cassation est possible. |
| A.1.6. De schrapping van artikel 425 van het Wetboek van | A.1.6. L'abrogation de l'article 425 du Code d'instruction criminelle |
| Strafvordering door artikel 26 van de wet van 6 mei 1997 bevestigt het | par l'article 26 de la loi du 6 mai 1997 confirme le caractère |
| discriminerend karakter van de voormelde bepaling. | discriminatoire de la disposition susdite. |
| Memorie van de Ministerraad | Mémoire du Conseil des ministres |
| A.2.1. Om te antwoorden op een prejudiciële vraag kan het Hof | A.2.1. La Cour peut, pour répondre à une question préjudicielle, |
| bepalingen waarover de verwijzende rechter het Hof niet heeft | inclure dans son examen des dispositions à propos desquelles le juge a |
| ondervraagd betrekken bij zijn onderzoek, zonder dat het uitspraak | quo ne l'a pas interrogée, sans qu'elle se prononce pour autant sur la |
| doet over de bestaanbaarheid van die bepalingen met de artikelen 10 en | compatibilité de ces dispositions avec les articles 10 et 11 de la |
| 11 van de Grondwet. Het is bijgevolg raadzaam artikel 478 van het | Constitution. Il est donc souhaitable d'inclure dans l'examen |
| Gerechtelijk Wetboek bij het onderzoek te betrekken. | l'article 478 du Code judiciaire. |
| A.2.2. Het in geding zijnde verschil in behandeling is klaarblijkelijk | A.2.2. La différence de traitement en cause est manifestement la |
| het onderscheid dat wordt gemaakt tussen de burgerlijke partij die een | distinction qui est faite entre la partie civile qui introduit un |
| memorie indient overeenkomstig de artikelen 420bis en 425 van het | mémoire conformément aux articles 420bis et 425 du Code d'instruction |
| Wetboek van Strafvordering, enerzijds, en de burgerlijke partij die | criminelle, d'une part, et la partie civile qui dépose une requête |
| een verzoekschrift houdende de middelen van cassatie indient | |
| overeenkomstig artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, | contenant les moyens de cassation conformément à l'article 422 du Code |
| anderzijds. Het verschil in behandeling bestaat hierin dat de | d'instruction criminelle, d'autre part. La différence de traitement |
| burgerlijke partij die een memorie indient, een beroep moet doen op | réside dans le fait que la partie civile qui introduit un mémoire doit |
| een advocaat bij het Hof van Cassatie, dit in tegenstelling met de | faire appel à un avocat à la Cour de cassation, contrairement à la |
| burgerlijke partij die een verzoekschrift houdende de middelen van | partie civile qui introduit une requête contenant les moyens de |
| cassatie indient. | cassation. |
| A.2.3. Dat verschil in behandeling kan in redelijkheid worden | A.2.3. Cette différence de traitement peut raisonnablement se |
| verantwoord. Het berust tevens op een objectief criterium. | justifier. Elle repose également sur un critère objectif. |
| Een eerste manier om cassatiemiddelen voor te dragen bestaat in het | Une première manière de présenter des moyens de cassation consiste à |
| indienen van een verzoekschrift op de griffie van het gerecht dat de | déposer une requête au greffe de la juridiction qui a rendu la |
| bestreden beslissing heeft gewezen (artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering). Voor geen enkele partij is alsdan de tussenkomst van een advocaat bij het Hof van Cassatie vereist, ook niet voor de burgerlijke partij. Wie de gelegenheid liet voorbijgaan om een dergelijk verzoekschrift neer te leggen op de griffie van de rechtbank die of het hof dat de bestreden beslissing heeft gewezen, krijgt een tweede kans om zijn middelen te laten kennen. Hij kan namelijk een memorie indienen op de griffie van het Hof van Cassatie. Het is slechts wanneer de burgerlijke partij gebruik wil maken van die tweede gelegenheid, dat zij een beroep moet doen op een advocaat bij het Hof van Cassatie wiens tussenkomst wettelijk wordt opgelegd om een memorie in te dienen (artikel 425, tweede zin, van het Wetboek van Strafvordering). Er is bijgevolg slechts sprake van een eventueel verschil in behandeling wanneer de burgerlijke partij geen gebruik maakt van de mogelijkheid om binnen vijftien dagen na haar verklaring van beroep in cassatie haar middelen in een verzoekschrift te laten kennen. Vermits de vordering van de burgerlijke partij een burgerlijke zaak is in de | décision attaquée (article 422 du Code d'instruction criminelle). Dans ce cas, l'intervention d'un avocat à la Cour de cassation n'est exigée pour aucune des parties, même pas pour la partie civile. Celui qui a laissé passer l'occasion de déposer une telle requête au greffe du tribunal ou de la cour qui a rendu la décision entreprise obtient une seconde chance de faire connaître ses moyens. Il peut en effet introduire un mémoire au greffe de la Cour de cassation. Ce n'est que lorsque la partie civile entend faire usage de cette deuxième opportunité qu'elle doit faire appel à un avocat à la Cour de cassation dont l'intervention est légalement imposée pour introduire un mémoire (article 425, deuxième phrase, du Code d'instruction criminelle). Il n'est dès lors question d'une différence de traitement éventuelle que lorsque la partie civile ne fait pas usage de la possibilité de faire connaître ses moyens dans une requête dans les quinze jours suivant sa déclaration de pourvoi en cassation. L'action de la partie |
| zin van het oude artikel 478 van het Gerechtelijk Wetboek, kan voor | civile étant une matière civile au sens de l'ancien article 478 du |
| het Hof van Cassatie alleen een advocaat optreden die de titel van | Code judiciaire, seul un avocat portant le titre d'avocat à la Cour de |
| advocaat bij het Hof van Cassatie voert. | cassation peut agir devant celle-ci. |
| Er bestaat geen onredelijk verschil in behandeling. Het verzoekschrift | Il n'existe pas de différence de traitement déraisonnable. La requête |
| houdende de middelen van cassatie wordt immers ingediend op de griffie | contenant les moyens de cassation est en effet déposée au greffe de la |
| van het hof dat of de rechtbank die het bestreden arrest of vonnis | cour ou du tribunal qui a rendu l'arrêt ou le jugement attaqué, |
| heeft gewezen, terwijl de memorie rechtstreeks ter griffie van het Hof | cependant que le mémoire est introduit directement au greffe de la |
| van Cassatie wordt ingediend. Indien de memorie zou kunnen worden | Cour de cassation. Si le mémoire pouvait être introduit sans |
| ingediend zonder tussenkomst van een advocaat bij het Hof van | l'intervention d'un avocat à la Cour de cassation, il serait |
| Cassatie, zou juist een ongelijkheid worden gecreëerd tussen de | précisément créé une inégalité entre les parties au procès devant la |
| procespartijen voor het Hof van Cassatie in burgerlijke zaken. Er zou | Cour de cassation en matière civile. On verrait apparaître ainsi une |
| aldus een niet redelijk verantwoord onderscheid tot stand komen ten | distinction dépourvue de justification raisonnable dans le chef des |
| aanzien van de benadeelde partijen bij de uitoefening van hun | parties lésées dans l'exercice de leur droit d'option sur la base de |
| optierecht op grond van artikel 4 van de voorafgaande titel van het | l'article 4 du titre préliminaire du Code de procédure pénale. La |
| Wetboek van Strafvordering. De benadeelde partij die de burgerlijke | partie lésée qui saisit le juge civil d'une action civile distincte de |
| rechtsvordering afzonderlijk van de strafvordering aanhangig maakt bij | l'action pénale doit, en cassation, faire appel à un avocat à la Cour |
| de burgerlijke rechter, moet in cassatie een beroep doen op een | de cassation, alors que ce ne serait pas le cas si elle s'était |
| advocaat bij het Hof van Cassatie, terwijl zulks niet het geval zou | constituée partie civile devant le juge pénal. |
| zijn indien zij zich voor de strafrechter burgerlijke partij heeft | |
| gesteld. A.2.4. De wijziging van artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering | A.2.4. La modification de l'article 425 du Code d'instruction |
| door artikel 26 van de wet van 6 mei 1997 beoogde geenszins een | criminelle par l'article 26 de la loi du 6 mai 1997 ne visait |
| eventuele ongelijkheid tussen de procespartijen weg te werken. De | aucunement à éliminer une inégalité éventuelle entre les parties au |
| verplichting voor de burgerlijke partij om in strafzaken een beroep te | procès. L'obligation pour la partie civile de faire appel en matière |
| doen op een advocaat bij het Hof van Cassatie werd enkel afgeschaft | pénale à un avocat à la Cour de cassation n'a été supprimée que parce |
| omdat diens tussenkomst een belemmering zou vormen voor de toegang tot | que l'intervention de ce dernier aurait constitué une entrave à |
| het Hof van Cassatie. De ophefmakende zaak Dutroux-Nihoul en consorten | l'accès à la Cour de cassation. La retentissante affaire |
| ligt trouwens aan die wetswijziging ten grondslag. Die aanpassing zou | Dutroux-Nihoul et consorts se trouve d'ailleurs à la base de cette |
| volledig passen in de tijdgeest, waarbij ernaar wordt gestreefd het | modification de la loi. Cette adaptation s'inscrivait parfaitement |
| slachtoffer gemakkelijker toegang te verlenen tot het gerecht. | dans l'esprit du temps, à savoir permettre à la victime d'avoir plus |
| facilement accès à la justice. | |
| Memorie van antwoord van R. Vande Casteele en A. Henricy | Mémoire en réponse de R. Vande Casteele et d'A. Henricy |
| A.3.1. Uit de memories van de partijen blijkt dat preciseringen nodig | A.3.1. Les mémoires des parties font apparaître que des précisions |
| zijn met betrekking tot de draagwijdte van de belemmering van | s'imposent en ce qui concerne la portée de l'entrave mise à l'accès à |
| rechtstoegang tot het Hof van Cassatie zoals daarin is voorzien in het | |
| oude artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering. De volgende | la Cour de cassation, tel que le prévoit l'ancien article 425 du Code |
| herformulering van de vraag is verantwoord : | d'instruction criminelle. Il se justifie de reformuler comme suit la |
| « Schendt het voormalig art. 425 W.Sv. de art. 10 en 11 van de | question : « L'ancien article 425 du Code d'instruction criminelle viole-t-il les |
| Gecoördineerde Grondwet, inzoverre de eisende burgerlijke partij - na | articles 10 et 11 de la Constitution coordonnée, en tant que la partie |
| bekrachtiging op 6 mei 1997 van de wet strekkende tot de bespoediging | civile demanderesse - après la sanction, le 6 mai 1997, de la loi |
| van de procedure voor het Hof van Cassatie - een memorie slechts | visant à accélérer la procédure devant la Cour de cassation - ne peut |
| rechtsgeldig kan indienen door tussenkomst van een advocaat bij het | valablement introduire un mémoire que par le ministère d'un avocat à |
| Hof van Cassatie en niet door tussenkomst van een andere advocaat, | la Cour de cassation et non par le ministère d'un autre avocat, y |
| inbegrepen de advocaat die sedert tenminste tien jaar bij de balie is | compris l'avocat qui est inscrit au barreau depuis au moins dix ans et |
| ingeschreven en de advocaat die de voorziening in cassatie heeft | l'avocat qui a introduit le pourvoi en cassation, ni à l'intervention |
| ingediend, noch door de tussenkomst van eisers zelf ? » | des demandeurs eux-mêmes ? » |
| A.3.2. Het bestaan van een verantwoording van een verschil in | A.3.2. L'existence d'une justification de la différence de traitement |
| behandeling tussen verschillende categorieën van personen moet worden | entre plusieurs catégories de personnes doit s'apprécier en tenant |
| beoordeeld rekening houdend met het doel en de gevolgen van de | compte du but et des effets de la mesure contestée ainsi que de la |
| betwiste maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen. | nature des principes en cause. |
| De Ministerraad stelt op generlei wijze een eventuele doelstelling | Le Conseil des ministres n'avance aucun objectif éventuel pour |
| voorop ter verantwoording van het enkel ten aanzien van de eisende | justifier l'intervention obligatoire, en matière pénale, d'un avocat à |
| burgerlijke partij in strafzaken verplicht optreden van een advocaat | la Cour de cassation en ce qui concerne la seule partie civile |
| bij het Hof van Cassatie in de enkele tweede fase van de procedure. A | demanderesse et uniquement au cours de la seconde phase de la |
| fortiori is er dus geen sprake van enige aanvaardbare doelstelling. | procédure. Il n'est dès lors a fortiori pas question d'un quelconque |
| Bijgevolg is de aangevoerde discriminatie voorhanden. | objectif admissible. La discrimination invoquée est donc réelle. |
| Verder erkent de Ministerraad dat de gevolgen van de beperking | Le Conseil des ministres reconnaît par ailleurs que les effets de la |
| verregaand zijn waar hij schrijft dat de verplichting voor de | limitation sont importants puisqu'il écrit que l'obligation pour la |
| burgerlijke partij om in strafzaken een beroep te doen op een advocaat | partie civile de faire appel, en matière pénale, à un avocat à la Cour |
| bij het Hof van Cassatie enkel werd afgeschaft, omdat diens | de cassation n'a été supprimée que parce que l'intervention de |
| tussenkomst een belemmering zou vormen voor de toegang tot het Hof van | celui-ci aurait constitué une entrave à l'accès à la Cour de |
| Cassatie. De belemmering voor de rechtstoegang in de tweede fase heeft | cassation. L'entrave mise à l'accès à la justice au cours de la |
| een zodanig gevolg dat ze rechtens niet aanvaardbaar is. Bijgevolg is | deuxième phase a un effet tel qu'elle n'est pas admissible en droit. |
| de aangevoerde discriminatie voorhanden. | Par conséquent, la discrimination dénoncée est réelle. |
| Het recht tot bijstand van een advocaat en tot vertegenwoordiging door | Le droit d'être assisté ou d'être représenté par un avocat constitue |
| een advocaat is een grondrecht. De federale wetgever vermag hier enkel | un droit fondamental. Le législateur fédéral ne peut y apporter des |
| beperkingen aan te brengen in zoverre een duidelijke doelstelling | restrictions qu'en tant que soit avancé un objectif clair, |
| wordt vooropgesteld, die volstrekt nodig is in een democratische | indispensable dans une société démocratique pour préserver l'Etat de |
| samenleving om de rechtstaat in stand te houden. De mogelijke | droit. L'intervention éventuelle de l'avocat librement choisi ne peut, |
| tussenkomst van de vrij gekozen advocaat mag hoe dan ook niet in de | de toute manière, être restreinte en cours de procédure, même pas de |
| loop van de procedure worden ingeperkt, zelfs niet op voorlopige | manière provisoire, en l'espèce durant la deuxième phase. |
| wijze, in casu in de tweede fase. | A.3.3. Il ne découle donc pas automatiquement du fait que l'exception |
| A.3.3. Uit het feit dat de uitzondering aangebracht in het artikel 478 | prévue à l'article 478 du Code judiciaire en faveur des avocats à la |
| van het Gerechtelijk Wetboek ten voordele van de advocaten bij het Hof | |
| van Cassatie, verantwoord zou zijn in burgerlijke zaken, volgt niet | |
| meteen dat ook artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering | Cour de cassation serait justifiée en matière civile que l'article 425 |
| verantwoord zou zijn. Het argument van de « burgerlijke partij » in de | du Code d'instruction criminelle serait justifié. L'argument de la « |
| zin van artikel 478 van het Gerechtelijk Wetboek gaat des te minder op | partie civile » au sens de l'article 478 du Code judiciaire est |
| daar de burgerlijke partij als verweerder zelf mag optreden om een | d'autant moins pertinent que la partie civile peut intervenir |
| memorie van antwoord in te dienen. Dat bevestigt, voor zover nodig, | elle-même comme défendeur pour introduire un mémoire en réponse. Cela |
| dat men zich in strafzaken bevindt. Indien de extensieve interpretatie | confirme, pour autant que de besoin, que l'on a effectivement affaire |
| van de Ministerraad thans door het Hof van Cassatie zou zijn | à une matière pénale. Si l'interprétation extensive du Conseil des |
| aangenomen, dan had het Hof van Cassatie noodzakelijkerwijs artikel | ministres devait être désormais admise par la Cour de cassation, |
| 478 van het Gerechtelijk Wetboek in de prejudiciële vraagstelling | celle-ci aurait dû nécessairement impliquer l'article 478 du Code |
| betrokken. Dat is evenwel niet het geval. De eisers bevinden zich in | judiciaire dans la question préjudicielle. Or, ce n'est pas le cas. En |
| l'espèce, les demandeurs se situent dans le cadre d'une matière pénale | |
| casu in strafzaken : hieromtrent kan geen twijfel bestaan. In | : il ne saurait y avoir aucun doute à ce sujet. Contrairement à ce que |
| tegenstelling met het betoog van de Ministerraad lijkt het bijgevolg | soutient le Conseil des ministres, il ne semble donc pas souhaitable |
| niet raadzaam het oude artikel 478 van het Gerechtelijk Wetboek bij | d'inclure dans l'examen l'ancien article 478 du Code judiciaire. |
| het onderzoek te betrekken. | |
| A.3.4. Een irrelevant criterium kan geen verschil in behandeling | A.3.4. Un critère non pertinent ne saurait justifier une différence de |
| verantwoorden. Het « geografisch » criterium is tevens buitensporig. | traitement. Le critère « géographique » est également excessif. Il est |
| Het is des te onredelijker daar een persoonlijke neerlegging ter | d'autant plus déraisonnable qu'un dépôt personnel au greffe de la Cour |
| griffie van het Hof van Cassatie door een advocaat bij het Hof van | de cassation par un avocat à la Cour de cassation n'est manifestement |
| Cassatie kennelijk niet vereist is. Het is de postbode die de memorie | pas requis. C'est le facteur qui remet le mémoire au greffe, après |
| aanbiedt ter griffie, nadat een advocaat of de eiser zelf die zending | qu'un avocat ou le demandeur lui-même a expédié cet envoi par pli |
| aangetekend verstuurt in een postkantoor van het Koninkrijk. Men | recommandé dans un bureau de poste du Royaume. On se rappellera aussi |
| herinnere zich ook dat elke verwerende partij haar memorie van | que toute partie défenderesse peut introduire elle-même son mémoire en |
| antwoord zelf - of door tussenkomst van elke advocaat - mag indienen | réponse - ou par le ministère de tout avocat - auprès de tout greffe. |
| bij elke griffie. Het argument ontleend aan de absolute noodzaak om | L'argument pris de l'absolue nécessité de ne déposer le mémoire au |
| ter griffie van het Hof van Cassatie de memorie enkel neer te leggen | greffe de la Cour de cassation que par le ministère obligé d'un avocat |
| door de verplichte tussenkomst van een advocaat bij het Hof van | à la Cour de cassation est totalement défectueux. Le respect du |
| Cassatie, faalt volkomen. De inachtneming van het gelijkheidsbeginsel | principe d'égalité exige en l'espèce qu'au cours de la deuxième phase, |
| vergt in casu dat de eisers in de tweede fase op dezelfde wijze worden | les demandeurs soient traités de la même manière que les demandeurs |
| behandeld als de eisers in de eerste of in de derde fase (ter openbare | qui se trouvent dans la première ou la troisième phase (à l'audience |
| terechtzitting). In hun memorie hebben de verzoekers gesteld dat ze zich in een situatie bevonden die vergelijkbaar is met die van de beklaagden en van het openbaar ministerie. Hieraan dient men de situatie van de verwerende burgerlijke partij toe te voegen. Het gelijkheidsbeginsel, waarin het beginsel van gelijkheid van wapens begrepen is, vergt dat alle partijen over dezelfde mogelijkheden beschikken en dat ze allen hun vrijelijk gekozen advocaat - ja zelfs zichzelf - kunnen behouden, vanaf de voorziening tot de openbare zitting. In zoverre in de tweede fase de eisende burgerlijke partij aan dat recht moet verzaken, is er sprake van een discriminatie. | publique). Les requérants ont affirmé dans leur mémoire qu'ils se trouvaient dans une situation comparable à celle des prévenus et du ministère public. Il faut y ajouter la situation de la partie civile défenderesse. Le principe d'égalité, qui inclut le principe d'égalité des armes, exige que toutes les parties disposent des mêmes possibilités et qu'elles puissent toutes conserver leur avocat librement choisi - voire elles-mêmes - depuis le pourvoi jusqu'à l'audience publique. Il y a discrimination dans la mesure où au cours de la seconde phase, la partie civile demanderesse doit renoncer à ce droit. |
| A.3.5. In de oude regeling was geen enkele partij in strafzaken, ook | A.3.5. Sous l'ancienne réglementation, aucune partie en matière |
| het slachtoffer niet, verplicht om in de eerste fase een beroep te | pénale, y compris la victime, n'était obligée de faire appel, au cours |
| doen op de tussenkomst van een advocaat bij het Hof van Cassatie | de la première phase, à l'intervention d'un avocat à la Cour de |
| teneinde haar cassatiemiddelen naar voren te brengen. Die grondrechten | cassation aux fins de présenter ses moyens de cassation. Ces droits |
| worden ten aanzien van elke partij ook gewaarborgd tijdens de derde | fondamentaux sont également garantis à l'égard de chaque partie durant |
| fase. De nieuwe wetswijziging betreft dus enkel de tweede fase, | la troisième phase. La nouvelle modification législative concerne donc |
| waarbij thans elke belemmering in de keuze van raadsman ten aanzien | exclusivement la seconde phase, toute entrave dans le choix du conseil |
| van het slachtoffer wordt opgeheven. | étant désormais supprimée à l'égard de la victime. |
| Algemeen geldt dat al zou een wettekst ab initio niet meteen | Il est généralement admis que même si un texte législatif n'était pas |
| discriminerend zijn, hij na verloop van tijd discriminerend kan | discriminatoire ab initio, il pourrait le devenir au fil du temps. La |
| worden. De vraag rijst dan vanaf welk ogenblik die discriminatie | question est alors de savoir à partir de quel moment cette |
| rechtens in aanmerking kan worden genomen. De nieuwe wet werd pas | discrimination peut être retenue en droit. La nouvelle loi n'a été |
| aangenomen op 6 mei 1997. Evenwel werd het wetsontwerp reeds ingediend | adoptée que le 6 mai 1997. Or, le projet de loi avait déjà été déposé |
| in 1996. Vanaf 1996 staat de ernstige en onredelijke belemmering | en 1996. A partir de 1996, l'entrave grave et déraisonnable en matière |
| inzake de vrije keuze van raadsman ontegensprekelijk vast. Het door de | de libre choix d'un conseil est incontestablement établie. Le pourvoi |
| eisers ingestelde cassatieberoep werd ingediend na de bekrachtiging | en cassation formé par les demandeurs a été introduit après la |
| van de wetswijziging, doch vóór de bekendmaking van de wijzigingswet. | sanction de la modification législative, mais avant la publication de |
| De uitvoerende macht heeft immers getalmd met de publicatie van de | la loi modificative. En effet, le pouvoir exécutif a tardé à publier |
| wet. In zulke omstandigheden kan zeker worden besloten dat minstens op | la loi. Dans ces conditions, il peut certainement être conclu que le |
| datum van 11 juni 1997, de datum van indiening van de voorziening, het | 11 juin 1997 au moins, date d'introduction du pourvoi, l'ancien |
| oude artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering reeds ongrondwettig was. Sinds het arrest Vermeulen van 20 februari 1996 van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens hebben alle partijen recht van repliek op de conclusies van het openbaar ministerie. Dat wezenlijke recht kan worden uitgeoefend door alle partijen zelf en door elke advocaat. De wetgever heeft niet besloten tot een wijziging van die rechtsregel. Het is in 1997 des te onredelijker dat enkel de eisende burgerlijke partij in de tweede fase niet mag optreden door tussenkomst van een vrijelijk gekozen advocaat, terwijl ze dat recht behouden heeft in de derde fase. | article 425 du Code d'instruction criminelle était déjà inconstitutionnel. Depuis l'arrêt Vermeulen de la Cour européenne des droits de l'homme du 20 février 1996, toutes les parties ont un droit de réplique aux conclusions du ministère public. Ce droit essentiel peut être exercé par toutes les parties elles-mêmes et par tout avocat. Le législateur n'a pas décidé de modifier cette règle de droit. Il est a fortiori d'autant plus déraisonnable, en 1997, que la partie civile demanderesse soit la seule à ne pouvoir intervenir durant la deuxième phase par le ministère d'un avocat librement choisi, alors qu'elle a conservé ce droit dans la troisième phase. |
| - B - | - B - |
| B.1. Uit de verwijzingsbeslissing blijkt dat de prejudiciële vraag | B.1. Il appert de la décision de renvoi que la question préjudicielle |
| porte sur la deuxième phrase de l'article 425 du Code d'instruction | |
| betrekking heeft op de inmiddels bij artikel 26 van de wet van 6 mei | criminelle, supprimée dans l'intervalle par l'article 26 de la loi du |
| 1997 strekkende tot de bespoediging van de procedure voor het Hof van | 6 mai 1997 visant à accélérer la procédure devant la Cour de cassation |
| Cassatie (Belgisch Staatsblad van 25 juni 1997) opgeheven tweede zin | (Moniteur belge du 25 juin 1997). Cette disposition est, selon la |
| van artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering. Die bepaling vindt | |
| blijkens de verwijzingsbeslissing toepassing op de voor het Hof van | décision de renvoi, applicable à l'affaire pendante devant la Cour de |
| Cassatie hangende zaak. | cassation. |
| Dat artikel 425 luidde vóór de wet van 6 mei 1997 : | L'article 425 disposait, avant la loi du 6 mai 1997 : |
| « De eisers kunnen hun memories en stukken ook rechtstreeks aan de | « Les demandeurs pourront aussi transmettre directement leurs mémoires |
| griffie van het Hof van Cassatie doen toekomen. De burgerlijke partij | et pièces au greffe de la Cour de cassation. Néanmoins, la partie |
| kan er evenwel geen memorie indienen dan door tussenkomst van een | civile ne pourra y déposer de mémoire sans le ministère d'un avocat à |
| advocaat bij het Hof van Cassatie. » | la Cour de cassation. » |
| B.2. Cassatieberoep in strafzaken wordt luidens artikel 417 van het | B.2. Selon l'article 417 du Code d'instruction criminelle, le recours |
| Wetboek van Strafvordering gedaan door een verklaring, waarvan akte | en cassation en matière répressive est formé par une déclaration, dont |
| wordt opgemaakt, op de griffie van het gerecht dat de bestreden | il est dressé acte, faite au greffier de la juridiction qui a pris la |
| uitspraak deed. Die verklaring, die moet worden gedaan binnen vijftien | décision attaquée. Cette déclaration, qui doit être faite dans les |
| vrije dagen na de uitspraak (artikel 373 van het Wetboek van | quinze jours francs après le prononcé (article 373 du Code |
| Strafvordering), moet nauwkeurig aangeven tegen welke beslissing men | d'instruction criminelle), doit indiquer avec précision contre quelle |
| zich voorziet, en kan door de partij zelf of door een advocaat worden | décision le pourvoi est formé et peut être faite par la partie même ou |
| gedaan. | par avocat. |
| Cassatiemiddelen kunnen in de eerste plaats worden aangevoerd door het | Les moyens de cassation peuvent en premier lieu être présentés dans |
| indienen van een verzoekschrift op de griffie van het gerecht dat de | une requête déposée, dans les quinze jours suivant la déclaration |
| bestreden beslissing heeft gewezen, binnen vijftien dagen volgend op | précitée, au greffe de la juridiction qui a pris la décision attaquée |
| de voormelde verklaring (artikel 422 van het Wetboek van | (article 422 du Code d'instruction criminelle). Dans ce cas, le |
| Strafvordering). Voor geen enkele partij is alsdan de tussenkomst van | ministère d'un avocat à la Cour de cassation n'est requis pour aucune |
| een advocaat bij het Hof van Cassatie vereist, ook niet voor de | |
| burgerlijke partij (Cass., 21 januari 1981, Arr. Cass., 1980-1981, | des parties, pas même pour la partie civile (Cass., 21 janvier 1981, |
| 553). | Pas., 1981, 535). |
| Wie de gelegenheid laat voorbijgaan om een verzoekschrift neer te | Celui qui a laissé passer l'occasion de déposer une requête au greffe |
| leggen op de griffie van de rechtbank die of het hof dat de bestreden | du tribunal ou de la cour qui aura rendu l'arrêt ou le jugement |
| beslissing heeft gewezen, krijgt een tweede kans om zijn middelen ter | |
| kennis te brengen, namelijk door een memorie in te dienen op de | attaqué reçoit une deuxième chance de faire connaître ses moyens, en |
| griffie van het Hof van Cassatie, uiterlijk twee maanden sedert de dag | remettant un mémoire au greffe de la Cour de cassation dans les deux |
| waarop de zaak op de algemene rol van het Hof is ingeschreven (artikel | mois à dater du jour où la cause a été inscrite au rôle général de la |
| 420bis, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering) en, mocht die | Cour (article 420bis, alinéa 2, du Code d'instruction criminelle) et, |
| termijn nog lopen, ten minste acht dagen vóór de terechtzitting | pour autant que ce délai ne soit pas encore expiré, au moins huit |
| (artikel 420bis, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering). De | jours avant l'audience (article 420bis, alinéa 1er, du Code |
| burgerlijke partij kon evenwel met toepassing van de in het geding | d'instruction criminelle). Toutefois, en application de la disposition |
| zijnde bepaling als eiseres in cassatie geen memorie neerleggen zonder | litigieuse, la partie civile ne pouvait déposer un mémoire, en tant |
| tussenkomst van een advocaat bij het Hof van Cassatie. | que demanderesse en cassation, sans le ministère d'un avocat à la Cour |
| B.3. Het door eisers in cassatie gekritiseerde verschil in behandeling | de cassation. B.3. C'est donc exclusivement dans cette seconde phase qu'existait la |
| wat het aanbrengen van cassatiemiddelen betreft, tussen de burgerlijke | différence de traitement critiquée par les demandeurs en cassation, en |
| partij die optreedt als eiseres in cassatie, en andere partijen, | ce qui concerne la communication des moyens de cassation, entre la |
| inzonderheid de veroordeelde en het openbaar ministerie, bestond | partie civile qui agit en tant que demanderesse en cassation et les |
| derhalve uitsluitend in die tweede fase. | autres parties, en particulier le condamné et le ministère public. |
| B.4. Het cassatieberoep is een buitengewoon rechtsmiddel waardoor een | B.4. Le pourvoi en cassation est une voie de recours extraordinaire |
| partij in de mogelijkheid wordt gesteld om, wegens schending van de wet of wegens verzuim van substantiële of op straffe van nietigheid voorgeschreven vormen, de vernietiging te vragen van een beslissing gewezen in laatste aanleg. Het recht op een eerlijk proces, meer bepaald het beginsel van gelijkheid van wapens, houdt in dat de wetgever, wanneer hij in de mogelijkheid van aanwending van buitengewone rechtsmiddelen voorziet, bij de nadere uitwerking ervan het gelijkheidsbeginsel moet respecteren. Het gelijkheidsbeginsel impliceert evenwel niet dat de wetgever bij het bepalen van de modaliteiten de verschillende bij een strafzaak betrokken partijen, mede gelet op de onderscheiden belangen die zij behartigen, op dezelfde voet moet behandelen. Er is enkel vereist dat die modaliteiten niet leiden tot een discriminerende | permettant à une partie de demander l'annulation, pour contravention à la loi ou pour violation des formes, soit substantielles, soit prescrites à peine de nullité, de décisions rendues en dernier ressort. Le droit à un procès équitable, en particulier le principe de l'égalité des armes, implique que le législateur, lorsqu'il prévoit l'usage de voies de recours extraordinaires, respecte le principe d'égalité dans l'élaboration détaillée de celles-ci. Le principe d'égalité ne postule toutefois pas que le législateur, lorsqu'il définit les modalités, doive traiter sur le même pied les diverses parties concernées par une affaire pénale, compte tenu notamment des intérêts distincts que ces parties défendent. Il est seulement requis que ces modalités n'aient pas pour effet que la possibilité de se |
| beperking van de bij de wet aan de partijen toegekende mogelijkheid om | pourvoir en cassation, que la loi donne aux parties, soit limitée de |
| cassatieberoep in te stellen. | manière discriminatoire. |
| B.5. Te dezen moet worden vastgesteld dat er tussen cassatieberoepen | B.5. En l'espèce, il convient d'observer qu'il existe des différences |
| ingesteld door de beklaagde, het openbaar ministerie en de burgerlijke | entre les pourvois en cassation pris par le prévenu, par le ministère |
| partij verschillen bestaan. | public ou par la partie civile. |
| De beklaagde, die optreedt in het eigen belang, kan zich in cassatie | Le prévenu, qui agit dans son propre intérêt, peut se pourvoir en |
| voorzien tegen de beslissingen die hem aanbelangen, zowel op | cassation contre les décisions qui le concernent, tant sur le plan |
| strafrechtelijk als op burgerlijk gebied. Het openbaar ministerie, dat | pénal que sur le plan civil. Le ministère public, qui agit dans |
| optreedt in het algemeen belang, beschikt in de regel over geen cassatieberoep tegen de beslissing op burgerlijk gebied, enkel op strafrechtelijk gebied. De burgerlijke partij, die optreedt in het eigen belang, kan de eis tot cassatie enkel instellen ten opzichte van de beschikkingen betreffende haar burgerlijke belangen; zij kan zich niet voorzien tegen de beslissing op strafgebied, behoudens wanneer ze tot de kosten van de strafvordering veroordeeld is. Terwijl het Hof van Cassatie op strafgebied, omdat de publieke vordering het algemeen belang betreft, ambtshalve middelen aanvoert, is zulks niet het geval op burgerlijk vlak, nu het private belangen betreft. | l'intérêt général, ne peut en règle se pourvoir en cassation contre la décision sur le plan civil, mais exclusivement sur le plan pénal. La partie civile, qui agit dans son propre intérêt, ne peut se pourvoir en cassation qu'à l'égard des dispositions relatives à ses intérêts civils; elle ne peut se pourvoir contre la décision sur le plan pénal, sauf si elle est condamnée aux dépens de l'action publique. Alors que sur le plan pénal, la Cour de cassation soulève des moyens d'office, parce que l'action publique concerne l'intérêt général, il n'en va pas de même sur le plan civil, étant donné que ce sont des intérêts privés qui sont en cause. |
| B.6. Gezien het buitengewone karakter van het rechtsmiddel, de | B.6. Compte tenu du caractère extraordinaire de cette voie de recours, |
| onderscheiden belangen van de verschillende bij het strafproces | des intérêts distincts des différentes parties au procès pénal, de la |
| betrokken partijen, de verschillende draagwijdte van de door hen | portée variable de leurs pourvois en cassation et des effets |
| ingestelde cassatieberoepen en de verschillende gevolgen van de door hen in voorkomend geval verkregen cassatie, kan het feit dat een burgerlijke partij, naar het voorbeeld van de cassatieprocedure in burgerlijke zaken doch in tegenstelling tot andere partijen betrokken in de strafzaak, voor het indienen van een memorie een beroep moest doen op een advocaat bij het Hof van Cassatie, redelijkerwijs niet worden geacht haar rechten op onevenredige wijze te beperken. Dat is des te meer het geval nu zij, in tegenstelling tot de andere eisers in cassatie in civiele zaken, het voordeel genoot middelen te kunnen aanvoeren in een verzoekschrift neergelegd ter griffie van het gerecht in hoger beroep en dit, zo zij dit wenste, met de bijstand van een advocaat die niet de hoedanigheid van advocaat bij het Hof van Cassatie moest hebben. | différents qui sont attachés à la cassation que ces parties obtiennent éventuellement, le fait qu'une partie civile ait dû, comme dans la procédure de cassation en matière civile mais contrairement à d'autres parties à la cause pénale, faire appel à un avocat à la Cour de cassation pour introduire un mémoire ne saurait raisonnablement être considéré comme une restriction disproportionnée des droits de cette partie. Il en est d'autant plus ainsi qu'elle jouissait, contrairement aux autres demandeurs en cassation en matière civile, de l'avantage de pouvoir articuler des moyens dans une requête déposée au greffe de la juridiction d'appel et ce, si elle le souhaitait, avec l'assistance d'un avocat ne devant pas avoir la qualité d'avocat à la Cour de cassation. |
| B.7. Het feit dat de wetgever, vanwege nieuwe beleidsinzichten, een | B.7. Le fait que le législateur, poursuivant de nouveaux objectifs |
| einde gesteld heeft aan het gekritiseerde verschil in behandeling, | politiques, a mis fin à la différence de traitement critiquée ne |
| leidt niet tot een andere conclusie, ook niet ten aanzien van | conduit pas à une autre conclusion, même à l'égard de pourvois qui |
| voorzieningen die zouden zijn ingediend na de bekrachtiging en | auraient été introduits après la sanction et la promulgation de la loi |
| afkondiging van de wijzigende wet, doch vóór de bekendmaking en | modificative, mais avant la publication et l'entrée en vigueur de |
| inwerkingtreding ervan. | celle-ci. |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 425 van het Wetboek van Strafvordering, zoals het luidde vóór | L'article 425 du Code d'instruction criminelle, tel qu'il était |
| de wijziging ervan door artikel 26 van de wet van 6 mei 1997 | libellé avant sa modification par l'article 26 de la loi du 6 mai 1997 |
| strekkende tot de bespoediging van de procedure voor het Hof van | visant à accélérer la procédure devant la Cour de cassation, ne viole |
| Cassatie, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | pas les articles 10 et 11 de la Constitution. |
| Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 18 november 1998. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 18 novembre 1998. |
| De griffier, | Le greffier, |
| L. Potoms. | L. Potoms. |
| De voorzitter, | Le président, |
| L. De Grève. | L. De Grève. |