gepubliceerd op 15 juli 2008
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Interpretatieregels betreffende de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen Op voorstel van de Overeenkomstencommissie orthopedisten-verzekeringsinstellingen van 26 februari 2008 Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 29, § 1, van de nomenclatuur van(...)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Interpretatieregels betreffende de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen Op voorstel van de Overeenkomstencommissie orthopedisten-verzekeringsinstellingen van 26 februari 2008 en in uitvoering van artikel 22, 4°bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, heeft het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging op 19 mei 2008 de hiernagaande interpretatieregel vastgesteld : Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 29, § 1, van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen : « Interpretatieregel 24 Vraag Wat moet verstaan worden onder ontlastingsorthese ? Antwoord Onder een ontlastingsorthese moet worden verstaan : een orthese van bovenste of onderste lidmaat die de interne krachten die op een fractuur inwerken opvangt buiten de breuk en die gebruikt wordt tijdens een groot deel van de dag om vroegtijdige activiteit of belasting mogelijk te maken. Met interne krachten worden o.a. bedoeld krachten door gewicht van romp bij steunname op onderste lidmaat, krachten door actieve spieractiviteit.
Wordt niet bedoeld met een ontlastingsorthese : orthese enkel ter bescherming van een fractuur voor krachten die uitwendig op de fractuur inwerken. » Deze interpretatieregel treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
De Leidend ambtenaar, De Voorzitter, H. De Ridder. G. Perl.