Etaamb.openjustice.be
Document
gepubliceerd op 17 november 1999

Administratie van de Invordering Dioxinecrisis. - Fiscale begeleidingsmaatregelen De ondernemingen die getroffen zijn door de dioxinecrisis en dientengevolge ernstige financiële moeilijkheden ondervinden, kunnen inzake BTW onder bepaalde voor Wanneer het verzoek evenwel een BTW-schuld betreft die blijkt uit een nog in te dienen periodieke a(...)

bron
ministerie van financien
numac
1999003586
pub.
17/11/1999
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN FINANCIEN


Administratie van de Invordering Dioxinecrisis. - Fiscale begeleidingsmaatregelen De ondernemingen die getroffen zijn door de dioxinecrisis en dientengevolge ernstige financiële moeilijkheden ondervinden, kunnen inzake BTW onder bepaalde voorwaarden betalingsfaciliteiten verkrijgen en/of de vrijstelling van verwijlinteresten. De schriftelijke aanvraag daartoe dient te gebeuren wat de betaalfaciliteiten betreft bij de voor de belastingschuldige bevoegde ontvanger en wat de vrijstelling van de verwijlinteresten betreft bij de bevoegde gewestelijke directeur.

Wanneer het verzoek evenwel een BTW-schuld betreft die blijkt uit een nog in te dienen periodieke aangifte (maand of kwartaal) dient de getroffen onderneming bij die aangifte een aanvraag te voegen tot het bekomen van betalingsfaciliteiten voor de belastingschuld die blijkt uit die aangifte. In de aanvraag zal tevens een verklaring op eer opgenomen worden waarin het getroffen bedrijf verklaart financiële moeilijkheden te ondervinden ingevolge de dioxinecrisis. Wanneer deze procedure gevolgd wordt, dient de verschuldigde belasting, zoals die blijkt uit de in te dienen aangifte, voorlopig niet betaald te worden (de aandacht wordt erop gevestigd dat in voorkomend geval de interesten wegens laattijdige betaling zullen lopen). De bevoegde BTW-ontvanger zal in dat geval met de verzoeker zo vlug als mogelijk contact opnemen teneinde een afbetalingsplan te onderhandelen.

De procedure in het voorgaande lid blijft van kracht voor alle BTW-aangiften waarvoor bovengenoemde ondernemingen betaalmoeilijkheden hebben ingevolge de dioxinecrisis.

^