gepubliceerd op 30 juli 2014
Milieubeleidsovereenkomst betreffende de terugnameplicht inzake draagbare en industriële batterijen en accu's
5 DECEMBER 2013. - Milieubeleidsovereenkomst betreffende de terugnameplicht inzake draagbare en industriële batterijen en accu's
Gelet op richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batterijen en accu's;
Gelet op richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen;
Gelet op het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen, zoals gewijzigd;
Gelet op het Milieuwetboek, Boek I, zoals gewijzigd;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 september 2010 tot invoering van een terugnameplicht voor bepaalde afvalstoffen, zoals gewijzigd;
Gelet op de milieuovereenkomst van 22 december 2005 betreffende de uitvoering van de terugnameplicht inzake gebruikte batterijen verlengd tot 31 december 2010 d.m.v. een aanhangsel;
Gelet op het verbintenisprotocol betreffende de selectieve inzameling en de verwerking van gebruikte batterijen van 17 juni 1997, verlengd tot 31 december 2002 d.m.v. een aanhangsel;
Overwegende dat het geboden is enerzijds de sectoren die de draagbare en industriële batterijen en accu's op de markt brengen te responsabiliseren en anderzijds de recyclage van de afvalstoffen van draagbare en industriële batterijen en accu's te bevorderen ten einde een hoge beschermingsgraad van het leefmilieu te waarborgen;
Overwegende dat het geboden is de eenheid van de Belgische markt van de draagbare en industriële batterijen en accu's in stand te houden en een geharmoniseerde aanpak inzake het beheer van afgedankte draagbare en industriële batterijen en accu's in de drie Gewesten te beogen, Tussen de volgende partijen : 1° het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door de heer Rudy Demotte, Minister-President van de Waalse Regering en door de heer Philippe Henry, Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, hierna "het Gewest" genoemd;2° de volgende representatieve organisaties : - de Federatie Elektriciteit en Elektronica VZW, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is Excelsiorlaan 91, te 1930 Zaventem, vertegenwoordigd door de heer Daniel Noé, voorzitter en de heer Wim Willems, bestuurder; - FEDEREAUTO, de Confederatie van de Autohandel en -reparatie en de aanverwante sectoren, gevestigd Jules Bordetlaan 164, te 1140 Brussel, vertegenwoordigd door de heer Carl Veys, voorzitter; 3° het volgende beheersorgaan : - de VZW BEBAT, gevestigd Walstraat 5, te 3300 Tienen, vertegenwoordigd door de heer Yves Van Doren, voorzitter en de heer Peter Coonen, afgevaardigd bestuurder, Wordt overeengekomen wat volgt: HOOFDSTUK I.- Algemene bepalingen Afdeling 1. - Voorwerp van de overeenkomst
Artikel 1.§ 1. Deze overeenkomst beoogt de vastlegging van de modaliteiten voor de uitvoering van de terugnameplicht voor draagbare en industriële batterijen en accu's ingevoerd bij het besluit van de Waalse Regering van 23 september 2010 tot invoering van een terugnameplicht voor bepaalde afvalstoffen. § 2. De overeenkomst beoogt de bevordering van preventie alsmede de optimalisering van het gezamenlijk beheer van de afgedankte draagbare en industriële batterijen en accu's via de selectieve ophaling en de gepaste verwerking ervan, met inachtneming van de organisationele, technische, economische en ecologische verplichtingen en van de globale effecten op het leefmilieu en de gezondheid van de mens. Afdeling 2. - Begripsomschrijvingen
Art. 2.§ 1. De begrippen en definities opgenomen in het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen, in Boek I van het Milieuwetboek en in het besluit van de Waalse Regering van 23 september 2010 tot invoering van een terugnameplicht voor bepaalde afvalstoffen zijn van toepassing op deze overeenkomst. § 2. Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder : 1° decreet : het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen, zoals gewijzigd;2° besluit : het besluit van de Waalse Regering van 23 september 2010 tot invoering van een terugnameplicht voor bepaalde afvalstoffen, zoals gewijzigd;3° Minister : de Minister van Leefmilieu;4° beheersorgaan : vereniging zonder winstoogmerk, VZW afgekort, opgericht door een of meerdere organisaties en/of leden van de organisaties en dat tot doel heeft de doelstellingen en verbintenissen van onderhavige overeenkomst te verwezenlijken.Het heeft tot statutair doel, voor rekening van de organisaties, van de leden en van de aangeslotenen, de terugnameplicht voor draagbare en industriële batterijen en accu's uit te voeren overeenkomstig de bepalingen van deze overeenkomst en op basis van het besluit; 5° publiekrechtelijke rechtspersoon : de publiekrechtelijke rechtspersoon die territoriaal verantwoordelijk is voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen;6° lid : elk lid van één van de ondertekenende organisaties, dat een mandaat aan zijn organisatie heeft verleend en dat, gezien zijn activiteiten, aan de terugnameplicht voor draagbare en industriële batterijen en accu's wordt onderworpen en dat de uitvoering van zijn terugnameplicht via een toetredingsovereenkomst aan BEBAT toevertrouwt;7° aangeslotene : elke producent van draagbare en industriële batterijen en accu's die een toetredingsovereenkomst met de VZW BEBAT heeft gesloten en die de uitvoering van zijn terugnameplicht aan BEBAT toevertrouwt;8° batterij of accu : bron van door rechtstreekse omzetting van chemische energie verkregen elektrische energie, bestaande uit één of meer primaire (niet-oplaadbare) batterijcellen of uit één of meer secundaire (oplaadbare) batterijcellen;9° autobatterij of -accu : iedere batterij of accu gebruikt voor het starten, voor de verlichting of het ontstekingsvermogen van een voertuig;10° industriële batterij of accu : iedere batterij of accu die uitsluitend voor gebruik voor industriële of professionele doeleinden is ontworpen of in elk type elektrisch voertuig;11° draagbare batterij of accu : iedere batterij, knoopcel, batterijpak of accu die/dat : a) afgedicht is, en b) met de hand kan worden gedragen, en c) geen industriële batterij of accu, noch een autobatterij of -accu is;12° knoopcel : iedere kleine ronde draagbare batterij of accu met een diameter die groter is dan de hoogte en die wordt gebruikt voor speciale doeleinden zoals gehoorapparaten, horloges, kleine draagbare apparatuur en als back-upstroomvoorziening;13° afgedankte batterij of accu : iedere batterij of accu die in de zin van artikel 3, 1°, van Richtlijn 2008/98/EG als afvalstof geldt;14° preventie : preventie in de zin van artikel 2, 7bis, van het decreet;15° recyclage : het in een productieproces opnieuw verwerken van afvalmaterialen, hetzij voor het oorspronkelijke doel, hetzij voor een ander doel, maar met uitzondering van de terugwinning van energie;16° verwijdering : één van de toepasselijke handelingen die worden vermeld in bijlage II bij het decreet betreffende de afvalstoffen;17° verwerking : elke activiteit uitgevoerd op de afval van batterijen en accu's na aflevering aan een installatie voor sortering, voorbereiding op recycling of verwijdering;18° "Dienst" : de "Office wallon des déchets" (Waalse dienst voor afvalstoffen). Afdeling 3. - Toepassingsveld van de overeenkomst.
Art. 3.§ 1. De milieubeleidsovereenkomst heeft betrekking op alle draagbare en industriële batterijen en accu's die op de markt worden gebracht door de leden en aangeslotenen van de ondertekenende partijen en op alle afgedankte draagbare en industriële batterijen en accu's. § 2. De onderscheiding tussen de draagbare batterijen en accu's en de industriële batterijen en accu's wordt uitgevoerd op grond van een beslissingsstructuur vastgelegd door het beheersorgaan en de Dienst.
Art. 4.§ 1. De overeenkomst bindt de ondertekenende partijen alsmede hun leden en de aangeslotenen. § 2. De ondertekenende partijen verbinden zich ertoe hun leden en aangeslotenen te informeren over de verplichtingen die deze overeenkomst oplegt. De lijst van de gebonden leden en aangeslotenen wordt bijgewerkt en is via e-mail beschikbaar. § 3. Ten einde de uitvoering van het geheel of een gedeelte van hun verplichtingen over te dragen aan het beheersorgaan ondertekenen de leden en aangeslotenen een toetredingsovereenkomst met dat orgaan. De toetredingsovereenkomst bepaalt de rechten en verplichtingen van de terugnameplichtingen die tot het collectieve systeem ingevoerd voor de uitvoering van de terugnameplicht inzake afgedankte batterijen en accu's toetreden. § 4. De toetredingsovereenkomst garandeert uitsluiting van discriminatie of concurrentiële bevoordeling tussen de leden en de aangeslotenen. Administratieve vereenvoudiging wordt hierbij voorzover mogelijk nagestreefd. Het beheersorgaan mag de toetreding van geen enkele terugnameplichtige weigeren die aan de in deze overeenkomst bedoelde terugnameplicht worden onderworpen, behoudens overtuigende motivering en na goedkeuring door de Dienst.
Uiterlijk twee maanden vóór de ondertekening van de eerste toetredingsovereenkomst wordt een model van toetredingsovereenkomst voor advies aan de Dienst voorgelegd. Het advies van de Dienst is dwingend wat betreft de naleving van de bepalingen van die milieubeleidsovereenkomst en van de vigerende regelgeving in milieuzaken. Het beheersorgaan mag van de door de Dienst uitgedrukte aanbevelingen afwijken als het de redenen waarvoor het het advies goedgekeurd door laatstgenoemde niet volgt, behoorlijk rechtvaardigt.
Bij wijziging van de toetredingsovereenkomst wordt het nieuw model minstens 2 maanden vóór de ondertekening van de eerste gewijzigde toetredingsovereenkomst voor advies aan de Dienst voorgelegd. Binnen een termijn van drie maanden na de ondertekening van deze milieubeleidsovereenkomst gaat het begeleidingscomité, zoals ingesteld in artikel 24, na of de bestaande toetredingsovereenkomst met de milieubeleidsovereenkomst overeenstemt. § 5. Het beheersorgaan mag een lid of een aangeslotene bij het collectieve systeem uitsluiten wegens ernstige tekortkoming aan zijn verplichtingen. De modaliteiten worden in de toetredingsovereenkomst uitgelegd. § 6. Het beheersorgaan is gehouden aan de verplichtingen opgelegd aan de terugnameplichtigen, leden of aangeslotenen bij het beheersorgaan, overeenkomstig artikel 4, § 1, derde lid, van het besluit. § 7. De leden en de aangeslotenen verbinden zich ertoe geen batterijen en accu's op de Waalse markt te brengen waarvoor geen enkele milieubijdrage is betaald of waarvoor geen enkel daadwerkelijk terugnamesysteem is aangetoond. HOOFDSTUK II. - Preventie
Art. 5.§ 1. Het beheersorgaan, de organisaties, de leden en de aangeslotenen bij de milieubeleidsovereenkomst verbinden zich ertoe om kwalitatieve en kwantitatieve preventiemaatregelen te treffen. § 2. De overeenkomstig dit artikel ingevoerde preventiemaatregelen maken deel uit van het in artikel 15 bedoelde preventieplan. De initiatieven die de kwalitatieve en kwantitatieve preventie bevorderen, slaan met name op: - de duidelijke en actieve communicatie ten opzichte van de verbruikers en fabrikanten van apparaten over het soort batterijen en accu's dat binnen hun gamma het meest geschikt lijkt voor bepaalde toepassingen, rekening houdende met de technische kenmerken van de batterijen en accu's en van de toepassingen; - de sensibilisering over het gepaste gebruik van de batterijen en accu's om hun levensduur te optimaliseren; - de verhoging van de gemiddelde kwaliteit van de op de markt gebrachte batterijen en accu's wat betreft met name hun levensduur, hun doeltreffenheid en de bewaringstermijnen. § 3. Het beheersorgaan, de organisaties, de leden en de aangeslotenen bij de milieubeleidsovereenkomst verbinden zich ertoe om de ontwikkeling van relevante en doeltreffende indicatoren voor de kwalitatieve en kwantitatieve preventiemaatregelen te bevorderen. § 4. Het preventieplan maakt het voorwerp uit van een jaarlijkse beoordeling door het in artikel 24 bedoelde Begeleidingscomité op grond van de indicatoren en resultaten; indien het relevant is, zal het in overleg met alle partijen aangepast worden. HOOFDSTUK III. - Informatie en sensibilisering
Art. 6.§ 1. Ten einde de doelstellingen van deze overeenkomst te bereiken verbindt het beheersorgaan er zich toe informatie- en sensibiliseringscampagnes op te starten over de terugnameplicht inzake draagbare en industriële batterijen en accu's.
De sensibiliseringscampagnes zijn voor alle consumentengroepen bestemd, beogen de bevordering van het gepaste gebruik van de batterijen en accu's en zijn bestemd om met name: - de aankoop van batterijen en accu's te voorkomen door het gebruik van uitrustingen die met milieuvriendelijkere energiebronnen functioneren; - oplaadbare batterijen en accu's te gebruiken, die in veel toepassingen het meest geschikt zijn. § 2. De intensiteit, de vorm en de inhoud van de informatie- en sensibiliseringscampagnes worden aangepast in functie van de behaalde resultaten. Het beheersorgaan zorgt ervoor via informatiecampagnes dat de eindgebruikers volkomen geïnformeerd worden over: a) de mogelijke effecten van de in genoemde batterijen en accu's gebruikte stoffen op het leefmilieu en de gezondheid van de mens;b) het belang om de afval van batterijen en accu's niet als ongesorteerde huishoudafval te verwijderen en om deel te nemen aan de gescheiden inzameling met het oog op een vlotte verwerking en recycling;c) de inzamelings- en recyclingsystemen die hen ter beschikking gesteld worden;d) de rol die ze te vervullen hebben bij de recycling van afval van batterijen en accu's;e) de betekenis van het symbool van de doorgestreepte vuilnisbak op wieltjes en van de chemische symbolen Hg, Cd en Pb. § 3. De Dienst wordt betrokken bij de projecten voor informatie- en sensibiliseringscampagnes met een regionaal of federaal bereik, vanaf de totstandkoming ervan.
De campagneprojecten worden voor advies aan de Dienst voorgelegd, die zich overeenkomstig artikel 22 uitspreekt. Het advies van de Dienst is dwingend wat betreft de naleving van de bepalingen van die milieubeleidsovereenkomst en van de vigerende regelgeving in milieuzaken. Indien de informatie- en sensibiliseringscampagnes niet voldoen aan de bepalingen van deze overeenkomst of nadelig zijn voor het gewestelijke beleid of voor de door het Gewest gevoerde campagnes van algemeen nut, moeten de organisaties de bovenvermelde campagnes dienovereenkomstig aanpassen.
Behalve andersluidende beslissing van het in artikel 24 bedoelde begeleidingscomité worden sensibiliseringscampagnes enerzijds voor de draagbare batterijen en accu's en anderzijds voor de industriële accu's georganiseerd. § 4. De eindverkoper moet in elk verkooppunt op een zichtbare plaats in een bericht met als opschrift "TERUGNAMEPLICHT" aangeven hoe hij aan zijn verplichtingen voortvloeiend uit het besluit voldoet en hoe de koper van zijn afvalstoffen kan ontdoen. De informatieplicht voor de consument geldt ook tijdens een buiten een verkooppunt georganiseerde verkoop. Het sensibiliseringsmaterieel ter beschikking gesteld door het beheersorgaan behoeft het voorafgaandelijk advies van de Dienst. § 5. Elke campagne wordt minstens jaarlijks beoordeeld door het in artikel 24 bedoelde begeleidingscomité. § 6. Het beheersorgaan verbindt zich ertoe om zijn informatie- en sensibiliseringscampagne minstens in de officiële talen van het Gewest te organiseren. HOOFDSTUK IV. - Inzameling van afgedankte batterijen en accu's Afdeling 1. - Inzameling van afgedankte batterijen en accu's
Art. 7.§ 1er. Deze overeenkomst wordt uitgevoerd met het oog op de maximale inzameling van afgedankte draagbare batterijen en accu's voortvloeiend uit de draagbare batterijen en accu's die in het Waalse Gewest op de markt zijn gebracht of die door de leden of aangeslotenen voor eigen gebruik binnen hun bedrijf(bedrijven) zijn ingevoerd om minstens de doelstellingen van het besluit te bereiken. § 2. Het beheersorgaan zorgt voor de terugname van alle afgedankte draagbare batterijen en accu's die overeenkomstig dit artikel zijn ingezameld.
De algemene inzamelingsstrategie en de inzamelingslogica maken noodzakelijk deel uit van het preventie- en beheersplan zoals bepaald in artikel 15. § 3. De inzamelingsorganisatie is gesteund op een netwerk van inzamelpunten samengesteld uit detailhandelaars, scholen, besturen, beroepsgebruikers, containerparken of andere inzamelpunten. De inzamelpunten worden bij het beheersorgaan geregistreerd. § 4. Het beheersorgaan stelt de bijgewerkte lijst van de geregistreerde inzamelpunten elektronisch ter beschikking van de Dienst. Elke weigering om een inzamelpunt te registreren, moet bij de verzoeker gemotiveerd worden en de weigeringsredenen moeten door de Dienst voorafgaandelijk goedgekeurd worden. De lijst met de geweigerde inzamelpunten wordt elektronisch ter beschikking gesteld van de Dienst. § 5. Het beheersorgaan stelt de gegevens van het afvalregister van alle inzamelpunten over de bij die inzamelpunten ingezamelde afval van draagbare batterijen en accu's elektronisch ter beschikking van de Dienst. § 6. Het beheersorgaan verbindt zich ertoe alle afgedankte draagbare batterijen en accu's die ingezameld zijn door de in het Gewest aanwezige inzamelpunten alsook in instellingen vergund om elektrische of elektronische toestellen of buiten dienst gestelde voertuigen te ontmantelen of te ontsmetten, regelmatig gratis in te zamelen of te laten inzamelen. § 7. Onverminderd de wettelijke opdrachten van de gemeenten en publiekrechtelijke rechtspersonen inzake het beheer van de huishoudelijke afvalstoffen kan het beheersorgaan voor een bepaalde duur pilootprojecten uitvoeren om alternatieve inzamelingsscenario's uit te zoeken die voor elke betrokken partij gunstig zijn en die efficiënt zijn in termen van kosten en resultaten om het inzamelingspercentage van de afval van draagbare batterijen en accu's te verhogen. Dergelijke pilootprojecten worden eerst ter goedkeuring aan de Dienst voorgelegd. Aan het einde van een periode die door een pilootproject gedekt is, wordt een evaluatieverslag opgemaakt. Op basis van dit verslag kan het beheersorgaan het pilootproject uitbreiden, mits voorafgaande goedkeuring door de Dienst. § 8. Het beheersorgaan verbindt zich ertoe alle inzamelrecipiënten die ter beschikking van de verbruikers gesteld worden, op te halen en te behandelen zodra ze buiten dienst zijn.
Art. 8.§ 1. Indien het beheersorgaan een beroep wil doen op de publiekrechtelijke rechtspersonen moet het met hen een contract sluiten op grond van een modelcontract dat door het beheersorgaan is bepaald en ter goedkeuring aan de Dienst is voorgelegd. § 2. Het contract bepaalt minstens de volgende bestanddelen: - de nadere regels voor de toegang tot en de kosteloze opslag van de afval van draagbare batterijen en accu's door de eindgebruiker; - de bereikbaarheid van de inzamelpunten; - de frequentie en de wijze van inzameling van de afval van draagbare batterijen en accu's in de inzamelpunten; - de regeling van de vergoeding van de inzamelpunten, met inbegrip van de betaling van de kosten voor de infrastructuur en de werking van de containerparken; - de terbeschikkingstelling door het beheersorgaan van de containers voor de voorlopige opslag van de ingezamelde afval van draagbare batterijen en accu's; - de transparantie van het inzamelsysteem via een statistische opvolging van de bewegingen. Afdeling 2. - Inzameling van afgedankte industriële batterijen en
accu's
Art. 9.§ 1. Overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batterijen en accu's vertrouwen de houders van afgedankte atterijen en industriële loodaccu's de inzameling ervan toe aan erkende ophalers of vervoerders of aan vergunde verwerkingsbedrijven, hierna "operatoren" genoemd.
De houders en de operatoren bepalen contractueel de vergoeding van de inzamelings- en verwerkingskosten ten laste van de houders. Het contract houdt rekening met de eventuele ontvangsten die zouden kunnen voortvloeien uit de terugname van de afvalstoffen door de operatoren. § 2. Het beheersorgaan sluit met de operatoren bedoeld in § 1 een handvest dat het het beheersorgaan mogelijk maakt de aldus verwijderde hoeveelheden afgedankte batterijen en industriële loodaccu's te kennen en de Dienst een ter zake doend verslag over te maken. § 3. Een type-handvest wordt ter goedkeuring aan de Dienst voorgelegd.
Dat handvest bevat minstens de volgende gegevens: - de criteria betreffende de economische, technische en financiële draagkracht; - de bevestiging dat de operator over alle vereiste administratieve vergunningen beschikt om het contract uit te voeren; - de volledige overeenstemming met de milieuregelgeving; - de bestaande recyclingdoelstellingen en de eventuele verwerkingsnormen; - de bepaling dat de inzamelings- en verwerkingskosten ten laste zijn van de houders; - de rapportageprocedures voor de ingezamelde en verwerkte hoeveelheden om het het beheersorgaan mogelijk te maken een verslag uit te brengen aan de Dienst overeenkomstig deze overeenkomst; - de bekrachtigingsproceduren voor de verstrekte gegevens. § 4. Het beheersorgaan maakt de Dienst een lijst van alle operatoren met wie ze een handvest heeft gesloten, over. § 5. In afwijking van § 1 kan het beheersorgaan in de ontwikkeling van een gezamenlijk terugnamesysteem van de andere industriële batterijen en accu's voorzien. HOOFDSTUK V. - Verwerking en recyclage van de batterijen en accu's
Art. 10.Doelstellingen inzake verwerking en recyclage § 1. De afval van ingezamelde batterijen en accu's dienen verwerkt te worden overeenkomstig de geldende wet- en regelgeving op het tijdstip van de verwerking, overeenkomstig de administratieve vergunningen van de verwerkingsoperatoren en, in voorkomend geval, overeenkomstig het in artikel 12 bedoelde bestek of het handvest waarvan sprake in artikel 9. § 2. De verwerking van materialen en bestanddelen moet minstens de in dit besluit bedoelde recyclagedoelstellingen bereiken. § 3. Als afgedankte batterijen en accu's uitgevoerd worden, worden de verwerkende sector en de bereikte percentages in termen van recylage, valorisering en verwijdering bekrachtigd door een onafhankelijk controlebureau dat geaccrediteerd is op grond van de norm ISO 17020. § 4. Het beheersorgaan kan voor een beperkte duur pilootprojecten uitvoeren om te zoeken naar alternatieve verwerkingsscenario's die gunstig zijn voor alle betrokken partijen en die doeltreffend zijn in termen van kosten en resultaten om een zo goed mogelijk evenwicht te vinden tussen preventie, leefmilieu en beheer van de afvalstoffen van batterijen en accu's. Dergelijke pilootprojecten worden vooraf ter goedkeuring voorgelegd aan de Dienst. Op het einde van de periode waarin een pilootproject loopt, wordt er een evaluatieverslag opgesteld. Op basis van dat verslag kan het beheersorgaan het pilootproject na goedkeuring door de Dienst veralgemenen. § 5. De recyclagedoelstellingen worden jaar na jaar beoordeeld door het Begeleidingscomité waarvan sprake in artikel 24. Op basis van deze beoordeling kunnen de voorstellen voor de aanpassing van het recyclagpercentage rekening houdende met de beste beschikbare technologie die geen overdreven kosten als gevolg heeft, aan de Minister voorgelegd worden. HOOFDSTUK VI. - Gunning van de contracten betreffende het beheer van de batterijen en draagbare en industriële accu's
Art. 11.Toewijzing van contracten aan de operatoren voor de inzameling en de verwerking van de draagbare batterijen.
Voor de opdrachten van inzameling en sortering van de afval van draagbare batterijen en accu's enerzijds en van verwerking van die afval anderzijds worden afzonderlijke bestekken en contracten opgesteld.
Als de overeenkomst gevolgen heeft op de uitvoering van de contracten die met de operatoren zijn gesloten, verbindt het beheersorgaan zich ertoe om over de nodige wijzigingen van het contract te goeder trouw te praten met de betrokken operatoren en om het contract bijgevolg aan te passen.
Art. 12.Gunningsprocedure van de beheersopdrachten van de draagbare batterijen § 1. De gunning van de contracten voor de inzameling en de verwerking van de draagbare batterijen en accu's gebeurt op grond van bestekken en vooraf door de Dienst goedgekeurde procedures die het toepasselijke privé-recht, de gelijke behandeling, de transparantie, de concurrentieregels, de regelgeving en de fundamentele beginselen van het Europese recht inzake leefmilieu naleven. De bestekken worden aan de Dienst ter goedkeuring voorgelegd binnen zes maanden na de handtekening van deze overeenkomst. § 2. In dit kader en in dat opzicht past het beheersorgaan de volgende princiepen toe: 1. de contracten worden gesloten volgens de beginselen van een procedure voor een algemene of beperkte offerteaanvraag.Indien het beheersorgaan het contract volgens een procedure voor beperkte offerteaanvraag wil sluiten, moet die beslissing met redenen omkleed zijn; 2. bij een beperkte procedure raadplegen de beheersorganen de operatoren die opgenomen zijn in een lijst die vooraf ter advies is overgemaakt aan de Dienst.Bij het opstellen van die lijst leven ze de doelstellingen na die het Gewest heeft vastgelegd en gaan ze na of de operatoren en hun onderaannemers die buiten de Europese Unie gevestigd zijn, dezelfde internationale arbeidsnormen naleven die zijn vastgesteld door de Internationale Arbeidsorganisatie, zelfs als de overeenkomsten die die normen opleggen, niet zijn geratificeerd door de Staat waar de arbeid verricht wordt. De door de operatoren uitgevoerde processen worden zodanig omschreven dat het bereiken van de doelstellingen van de richtlijn en van de Europese eisen inzake de berekening van de recyclagerendementen wordt bewezen. Het beheersorgaan richt elk verzoek om inlichtingen van de Dienst aan de potentiële operatoren. Het advies van de Dienst is dwingend wat betreft de naleving van de bepalingen van die milieubeleidsovereenkomst en van de vigerende regelgeving in milieuzaken; 3. De procedures voor de gunning van de contracten worden omschreven in een document dat is vastgelegd door het beheersorgaan dat vooraf ter goedkeuring aan de Dienst is voorgelegd en dat door elke belanghebbende op eerste verzoek in het Frans kan worden ingezien.Dat document bepaalt met name de minimale selectiecriteria voor de economische, technische en financiële draagkracht van de kandidaten, de termijnen voor de indiening van de kandidaturen en de offertes, de nadere bekendmakingsregels, de uitsluitingscriteria, de vereiste attesten en typedocumenten, de weging van de gunningscriteria en alle andere gegevens die door het beheersorgaan relevant worden bevonden; 4. Het beheersorgaan treft de nodige maatregelen om zich te vergewissen van de economische, technische en financiële draagkracht van de kandidaten en voorziet daartoe in de selectiecriteria. Bij algemene procedure zorgt het beheersorgaan ervoor dat de inschrijvers de door het Gewest vastgelegde doelstellingen naleven en gaat ze na of de kandidaten en hun onderaannemers die buiten de Europese Unie gevestigd zijn, de internationale arbeidsnormen naleven die zijn vastgesteld door de Internationale Arbeidsorganisatie, zelfs als de overeenkomsten die die normen opleggen, niet zijn geratificeerd door de Staat waar de arbeid verricht wordt. De lijst van de kandidaten omschrijft het door hen uitgevoerde proces, zoals bepaald in punt 2. Het beheersorgaan maakt de kandidaten elke informatieaanvraag die de Dienst heeft ingediend, over. Het advies van de Dienst is dwingend wat betreft de naleving van de bepalingen van die milieubeleidsovereenkomst en van de vigerende regelgeving in milieuzaken; 5. de bestekken vermelden minstens als gunningscriteria de prijs, de technische waarde van de inhoud van de offerte, met inbegrip van de milieuperformantie van de gezamenlijke prestaties, alsmede de kwaliteit van de dienstverlening.Ze bepalen duidelijk de weging van de criteria.
De technische waarde van de offerte voor de verwerking overweegt onder andere de hiërarchie tussen de preventie, de recyclage en de valorisering, de kwaliteit van de verwerking, de energie-efficiëntie en de minimalisering van de te verwijderen residuaire afvalstoffen.
De aankondigingen van opdrachten en bestekken bevatten de uitdrukkelijke bepaling dat de contracten enkel gegund zullen worden aan de gegadigden die over alle vereiste administratieve vergunningen beschikken om het contract uit te voeren, geheel in overeenstemming met de milieuregelgeving; 6. het beheersorgaan zorgt ervoor dat voldoende ruchtbaarheid wordt gegeven aan zijn oproepen tot het indienen van een offerte.Hoe dan ook zorgt het ervoor dat zijn oproepen tot het indienen van een offerte op adequate wijze worden bekend gemaakt via de verspreiding van de hoofdkenmerken van de opdracht en een omschrijving van de gunningsprocedure.
Het moet ervoor zorgen dat elke potentiële gegadigde over de nuttige en identieke inlichtingen beschikt om zijn kandidatuur in te dienen en zijn offerte uit te werken. Daartoe worden aanvullende gegevens die aan één gegadigde bekend worden gemaakt na overmaking van het bestek, eveneens aan de andere gegadigden medegedeeld als sommige gegevens van belang zijn voor het opstellen van de offertes of verband houden met een interpretatie van het bestek; 7. het beheersorgaan behandelt de verschillende gegadigden op gelijke voet;8. het beheersorgaan mag de inlichtingen die het gekregen heeft in het kader van de oproep tot het indienen van offertes niet voor andere doelen gebruiken dan die waarvoor ze zijn medegedeeld;9. het contract wordt toegewezen op grond van toewijzigingscriteria en nadere regels die in het bestek vermeld zijn, nadat is nagegaan of de gegadigden geschikt zijn overeenkomstig de eventuele selectiecriteria. Het contract wordt toegewezen aan de kandidaat die de meest interessante regelmatige offerte heeft ingediend; 10. de keuze van de operatoren wordt ter advies aan de Dienst medegedeeld, samen met een gemotiveerd verslag, gegrond op de gunningscriteria van de opdracht, opgesomd in het bestek;11. elke gegadigde heeft het recht inzage te krijgen in het verslag ter beoordeling van zijn offerte;12. elke significante wijziging van de voorwaarden van de gesloten contracten wordt vooraf door de Dienst goedgekeurd;13. indien er een belangenconflict bestaat voor een persoon die bij de beoordeling van de offertes, de opvolging van de gunningsprocedure en/of de beslissing tot gunning van een opdracht betrokken is, moet die persoon zich bij het sluiten van dat contract afzijdig houden. § 3. Er wordt een comité ter begeleiding van de gunning van de opdrachten opgericht. Het bestaat uit een gelijk aantal vertegenwoordigers van het Gewest en het beheersorgaan. Het krijgt de verslagen van elke belangrijke stap in de procedure voor de gunning van de contracten - kennisname van de kandidaturen, kennisname van de offertes, beoordeling van de slotoffertes en gunning van de opdrachten-, opgesteld door het beheersorgaan of het uitvoeringsorgaan en gaat na of er geen concurrentievervalsing in het spel is. Het brengt eenparig en voor gunning van de contracten advies over de inachtneming van de gunningsprocedure uit aan de beslissingsorganen van het beheersorgaan. Bij gebrek aan eenparigheid kan elk lid van de Commissie zijn bemerkingen opperen, die bij het advies worden gevoegd.
Dat advies wordt uitgebracht binnen één maand volgend op het aangetekend schrijven van het beheersorgaan waarbij de leden van de commissie samengeroepen worden. Bij gebrek aan advies binnen die termijn wordt het advies geacht gunstig te zijn. § 4. Elke wijziging in het verwerkingsproces na de gunning van de contracten wordt eerst aan de Dienst medegedeeld. Als die wijziging potentiële gevolgen heeft op de recyclageresultaten wordt de voorgestelde wijziging ter advies aan de Dienst voorgelegd.
Het beheersorgaan richt elke informatieaanvraag van de Dienst aan de operatoren. De operatoren moeten binnen vijftien dagen antwoorden. § 5. Wanneer de Dienst bij de gunningen van opdrachten een advies moet uitbrengen, spreekt hij zich uit binnen een termijn van twee maanden vanaf de ontvangst van het verzoek. Bij gebrek aan beslissing of advies na die termijn zet het beheersorgaan de procedure voort.
Wanneer de Dienst bij aangetekend schrijven aanvullende inlichtingen vraagt wordt de termijn met maximum één maand verlengd vanaf de ontvangst van de aangevraagde inlichtingen. Indien overeenstemming uitblijft, wordt het geschil voorgelegd aan de geschillencommissie, overeenkomstig artikel 25. § 6. Indien het beheersorgaan op grond van artikel 9, § 4, een gezamenlijk inzamelingssysteem organiseert voor de industriële batterijen, volgt de gunning van opdrachten dezelfde regels als die bepaald in artikel 12, §§ 1 en 2.
Het gezamenlijke systeem moet doorzichtig zijn en voor de handhaving van een open systeem voor alle actoren zonder concurrentievervalsing zorgen. HOOFDSTUK VII. - De beheersinstelling
Art. 13.Statuut van het beheersorgaan § 1. De organisaties of hun leden richten één of meer beheersorganen op in de vorm van (een) vereniging(en) zonder winstoogmerk overeenkomstig de wet van 27 juni 1921, zoals gewijzigd, waarbij aan de verenigingen zonder winstgevend doel en aan de instellingen van openbaar nut rechtspersoonlijkheid wordt verleend. § 2. Minstens één mandaat van waarnemer in de raad van bestuur van het beheersorgaan is beschikbaar voor de gezamenlijke organisaties die de verdeling vertegenwoordigen.
Art. 14.De beheerstaken § 1. Het beheersorgaan is belast met alle beheerstaken die nodig zijn voor de uitvoering van deze overeenkomst. § 2. Het beheersorgaan verbindt zich ertoe in alle transparantie naar de doelstellingen van het besluit te streven, meer bepaald ten opzichte van de Dienst en van de Minister, maar met inachtneming van het vertrouwelijk karakter van de gegevens van de individuele ondernemingen. 3. Als permanente waarnemer van het Waalse Gewest woont de Dienst alle vergaderingen bij van de raad van bestuur van het beheersorgaan en van de algemene vergaderingen van laatsgenoemde overeenkomstig de betrokken statutaire bepalingen voor de gewone leden van de beslissingsorganen.De notulering van die vergaderingen wordt steeds binnen de maand aan de Dienst overgemaakt. § 4. Het beheersorgaan probeert de logica en de administratieve procedures te vereenvoudigen en te harmoniseren. Alle betrokken actoren mogen hun advies geven in verband met de nadere werkingsregels van het beheersorgaan. Daarnaast werkt het beheersorgaan vereenvoudigde aangiftemodaliteiten uit voor invoerders die slechts sporadisch batterijen en accu's op de markt brengen. § 6. Het beheersorgaan gaat een verzekering aan ter dekking van de contractuele en extra-contractuele aansprakelijkheid die uit elke activiteit kan voortvloeien. § 7. Het beheersorgaan richt een overlegplatform in om problemen te bespreken die te maken hebben met preventie, inzameling en verwerking van batterijen en accu's. Dit overlegplatform verenigt alle ondertekenende partijen en de representatieve verenigingen van de actoren die actief zijn in het op de markt brengen, de inzameling en de verwerking van de afval van batterijen en accu's zodat ze problemen kunnen bespreken die te maken hebben met de uitvoering van deze overeenkomst. Het platform vergadert minstens één keer per jaar op grond van een vooraf opgemaakte agenda. Alle betrokken actoren kunnen punten toevoegen aan de agenda. Alle partijen krijgen de notulen toegestuurd binnen de 15 dagen na de vergadering. § 8. In ieder geval moet het advies of de goedkeuring van de Dienst aangevraagd worden op grond van in het Frans opgemaakte documenten. § 9. Het beheersorgaan is verantwoordelijk voor het archiveren van het geheel van het registratiesysteem van de operationele informatie. De gegevens worden tijdens minstens 5 jaar behouden.
Art. 15.Het preventie- en beheersplan. § 1. Het beheersorgaan werkt een meerjarig preventie- en beheersplan uit voor de duur van de onvereenkomst dat het in twee exemplaren ter goedkeuring aan de Dienst voorlegt, uiterlijk binnen de drie maanden na de inwerkingtreding van deze overeenkomst.
Het beheersorgaan legt jaarlijks een actualisering voor het volgende kalenderjaar en vóór 1 oktober ter goedkeuring voor. § 2. Het preventie- en beheersplan bevat op zijn minst : - de maatregelen getroffen om de organisaties, de leden en de aangeslotenen bij deze overeenkomst op de hoogte te brengen van hun verplichting; - de maatregelen die door de organisaties, leden en aangeslotenen worden getroffen om aan hun verplichtingen te voldoen; - de in artikel 5 bedoelde preventiemaatregelen; - de in artikel 6 bedoelde informatie- en sensibiliseringsmaatregelen; - de doelstellingen, de strategie en de logica waarin wordt voorzien om de inzameling en de verwerking van de afval van batterijen en accu's te optimaliseren; - de opvolgingsmethode van de inzameling en de verwerking van de afval van batterijen en accu's met inbegrip van de modaliteiten voor de opmaking van het in artikel 17 bedoelde jaarlijkse verslag; - de in artikel 19 bedoelde voorbegroting.
Het preventie- en beheersplan moet minstens in afzonderlijke bepalingen voorzien voor enerzijds de draagbare batterijen en accu's en anderzijds de industriële batterijen en accu's.
In voorkomend geval kan het beheersorgaan ook een bijzonder actieplan voor de K.M.O.S opmaken.
Art. 16.De jaarlijkse uitvoeringsplannen en de monitoring van de gegevens. § 1. Het beheersorgaan verbindt zich ertoe het preventie- en beheerplan uit te voeren. Daartoe maakt het een jaarlijks uitvoeringsplan op dat het uiterlijk op 1 oktober van elk jaar voor de toepassing ervan ter goedkeuring aan de Dienst voorlegt. § 2. In samenwerking met de Dienst beoordeelt het beheersorgaan jaarlijks de doelen inzake preventie, inzameling, hergebruik en verwerking bepaald in deze milieubeleidsovereenkomst en stelt het maatregelen voor die opgenomen moeten worden in het beheersplan, rekening houdende met meer bepaald : - de ten gevolge van de uitvoering van de overeenkomst geboekte resultaten; - de technologische vooruitgang; - de nieuwe wettelijke en regelgevende bepalingen. § 3. Het beheersorgaan moet beschikken over een monitoringssysteem van de gegevens betreffende de inzameling, de sortering en de verwerking van de afgedankte batterijen en accu's.
Het beheersorgaan zorgt ervoor dat het monitoringssysteem controleerbaar en toegankelijk is voor de Dienst. Dit monitoringssysteem moet het de Dienst mogelijk maken nauwkeurig verslag uit te brengen aan de Europese Commissie overeenkomstig de bepalingen van richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batterijen en accu's. § 4. Het beheersorgaan moet beschikken over een registratiesysteem van de gegevens m.b.t. de aangeslotenen en het op de markt brengen van batterijen en accu's.
Dit registratiesysteem moet het de Dienst mogelijk maken nauwkeuring verslag uit te brengen aan de Europese Commissie overeenkomstig de bepalingen van richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batterijen en accu's.
Art. 17.Rapportering § 1er. Het jaarverslag Het beheersorgaan maakt de Dienst een jaarverslag over binnen drie maanden na het einde van het betrokken kalenderjaar. Het verslag bevat op zijn minst de volgende gegevens : - de uitvoering van het preventie- en beheersplan tijdens het afgelopen jaar; - de gegevens betreffende de inzameling en de verwerking en meer bepaald : * de totale hoeveelheid, uitgedrukt in kilogram, per chemisch systeem en in aantallen, batterijen en accu's die op de markt werden gebracht door de leden en de aangeslotenen; *een beoordeling van de gemiddelde samenstelling, minstens per stof, voor de producten die op de markt zijn gebracht door de leden en de aangeslotenen, evenals van de gebruikte gevaarlijke stoffen en componenten; * de totale hoeveelheid, uitgedrukt in kilogram en aantallen, afval van batterijen en accu's die ingezameld zijn in het kader van de terugnameplicht, per inzamelkanaal; * de in kg uitgedrukte totale hoeveelheid afval van batterijen en accu's toevertrouwd aan de inrichtingen erkend voor de verwerking ervan, per type verwerking en per categorie; * een lijst van de inzamelings- en verwerkingsoperatoren die de inzameling van de afval batterijen en accu's waargenomen hebben; *de wijze en de plaats van verwerking van de afval van batterijen en accu's per verwerkingsproces, met inbegrip van de kwalitatieve en kwantitatieve omschrijving van de handelingen. De beschrijving van het verwerkingsproces begint op het moment waarop de afvalstoffen worden ontvangen en geregistreerd en eindigt met een beschrijving van de materialenstromen voortvloeiend uit de laatste verwerkingsfase die nodig is om ervoor te zorgen dat de materialenstromen als grondstof voor de (primaire) industrie dienen of dat ze hoofdzakelijk als brandstof worden gevaloriseerd. Dit is tegelijkertijd van toepassing op de stappen van het proces die binnen de organisaties plaatsvinden en op de stappen die eventueel uitgevoerd worden bij duidelijk geïdentificeerde derden. Indien bepaalde materialenstromen niet meer gebruikt kunnen worden, eindigt de beschrijving van het proces door een beschrijving van de samenstelling van de afvalstromen die gestort of verbrand moeten worden en van de plaats van de eindverwerking. Die beschrijvingen en schema's moeten hetgeen volgt duidelijk beschrijven : ° welke methoden (processen) worden gebruikt; ° welke zijn de tussen- en eindfracties; ° welke zijn de percentages voor elke fractie met vermelding van hun toepassing (nieuwe invoering in het verwerkings,- recycling-, hergebruik- en valorisatieproces, enz.) en hun bestemming; ° de wijze waarop die percentages worden berekend en bepaald; ° welke verwerkingsfase wordt uigevoerd door de operator met wie het beheersorgaan een contract heeft gesloten en welke fase wordt eventueel onderbehandeld door die operator; ° de plaats waar elke verwerkingsfase plaatsvindt; ° de winningsmethode van de eventuele verontreinigende stoffen - Cd, Hg -,...; *een lijst van de gecontroleerde leden waaronder een beoordelingsverslag van de uitgevoerde controles wordt elektronisch ter beschikking gesteld; - het financiële beheer overeenkomstig de bepalingen van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding van de ondernemingen; - de andere bepalingen van het preventie- en beheersplan.
Een gescheiden rapportage wordt verricht voor de industriële batterijen en accu's en voor de draagbare batterijen en accu's overeenkomstig de bepalingen van artikel 3, § 2. § 2. Bekrachtiging en controles De gegevens in verband met de inzameling en de verwerking vermeld in het jaarverslag, en waarvan melding wordt gemaakt in de overeenkomst, worden bekrachtigd door een onafhankelijke controle-instelling die vergoed wordt door het beheersorgaan en die opgenomen is op een lijst goedgekeurd door de Dienst. De onafhankelijke controle-instellingen worden op basis van norm ISO 17020 geaccrediteerd.
Binnen de zes maanden na ondertekening van de milieubeleidsovereenkomst sluit het beheersorgaan met de onafhankelijke controle-instanties contracten over de controle en de certificering van de correcte uitvoering van de recyclagecontracten die de beheersorganen en de verwerkingsoperatoren binden.
Het doel van de controle en de check-list worden vooraf door de Dienst en het beheersorgaan goedgekeurd.
Voor elke verwerkingsoperator voorzien de contracten minstens in één aangekondigde controle om de twee of drie jaar. Naast die aangekondigde controles moet de onafhankelijke controle-instelling eveneens onverwachte controles uitvoeren op verzoek van het beheersorgaan of de Dienst.
De verwerkingscontracten voorzien in een verhelping en een opzeggingsprocedure bij niet-naleving van de controleregels of als de onafhankelijke controle-instantie afwijkingen vaststelt die ruimer zijn dan 10 % ten opzichte van de resultaten medegedeeld door de operator aan de organisaties of het beheersorgaan.
De taak van de onafhankelijke controle-instelling bestaat er onder meer in: - de technische capaciteiten en de menselijke middelen na te gaan waardoor de verwerkingsoperator kan instaan voor de terugname en de recyclage; - een nauwkeurige omschrijving te geven van de gebruikte verwerkingsprocédés; - de eindbestemming na te gaan van de afval van batterijen of accu's, evenals de resultaten die inzake reyclage verkregen zijn bij die bestemmelingen en die het voorwerp uitmaakt van het contract tussen de organisaties of het beheersorgaan en de verwerkingsoperator; - een beoordeling door te voeren van de percentages die bereikt zijn voor het hergebruik en de recyclage van de producten zoals omschreven in artikel 8 van deze overeenkomst; - het waarheidsgehalte van de cijfers en de technische en financiële gegevens, verstrekt door de operator, nagaan, wat betreft de binnenkomende en uitgaande afvalstoffenbewegingen.
Om haar taak tot een goed einde te brengen, heeft de onafhankelijke controle-instelling toegang tot elke informatie, al dan niet vertrouwelijk, die verband houdt met de uitvoering van het contract gesloten tussen het beheersorgaan en de operator. De controle-instelling is gemachtigd om elke inspectie, monsterneming, meting of analyse door te voeren die nodig zijn voor de zorgvuldige uitvoering van haar taak.
Van elke controle wordt door de onafhankelijke controle-instelling een verslag opgesteld over de gebruikte methodes voor de inspectie, de monsterneming, de metingen, de analyse en de controle, evenals over de aard van de gecontroleerde gegevens. Het verslag brengt een gemotiveerd advies uit over de al dan niet correcte uitvoering van de verwerkingscontracten, gesloten met de beheersorganen, evenals over het vertrouwelijk karakter van de gegevens overgemaakt door de verwerkingsoperator. De controle-instelling maakt haar verslag over aan de operator, opdat laatstgenoemde zijn bemerkingen kan maken. Die bemerkingen worden bij het verslag gevoegd. Het eindverslag wordt door de onafhankelijke controle-instelling tegelijk verstuurd naar het beheersorgaan en naar de Dienst, uiterlijk drie maanden na de controle. Het eindverslag van elke controle wordt in het jaarverslag opgenomen.
Het beheersorgaan zorgt ervoor dat de externe entiteit die is aangesteld om voornoemde inlichtingen in te zamelen geschikte garanties biedt voor wat betreft het vertrouwelijk karakter van de verwerking en de medegedeelde gegevens. Daartoe wordt een vertrouwelijkheidscontract ondertekend.
De controle door een onafhankelijke controle-instelling moet ervoor zorgen dat kan worden nagegaan of de afval van batterijen en accu's die aan het beheersorgaan zijn toevertrouwd, correct verwerkt worden of de recyclagedoelstellingen zijn bereikt.
Bij de controles moet minstens nagegaan worden of de fracties van de stoffen uit de verwerking daadwerkelijk gerecycleerd zijn en of de fracties van stoffen niet zijn opgeslagen tijdens een onbepaalde tijd, of verwijderd.
De controle kan met de instemming van de Dienst vereenvoudigd worden voor de verwerkingsites met het certificaat ISO 14.001 of EMAS. Het beheersorgaan controleert minstens één keer om de drie jaar de gegevens van elke aangeslotene over het op de markt brengen van de batterijen en accu's. § 3. Aanvullende bepalingen betreffende de opmaking van de verslagen.
Bij de opstelling van de verslagen stelt het beheersorgaan zich borg voor het vertrouwelijk karakter van de gegevens van de betrokken individuele ondernemingen.
Een beoordeling wordt door de Dienst overgemaakt aan het beheersorgaan uiterlijk twee maanden na de indiening van de jaarverslagen.
Art. 18.Informatie over de Dienst § 1. Het beheersorgaan verstrekt alle inlichtingen die nodig zijn voor de uitvoering van deze overeenkomst aan de Dienst. § 2. De Dienst kan elke aanvullende informatie die door beide partijen nuttig worden geacht voor de beoordeling van de te behalen doelstellingen krachtens deze milieuovereenkomst en voor de controle van hun uitvoering van het beheersorgaan eisen De Dienst stelt zich borg voor het vertrouwelijke karakter van de overgemaakte gegevens. § 3. De door de Dienst benoemde controleurs van de terugnameplicht kunnen gemakkelijk en bij voorkeur on line toegang krijgen tot de gegevens die ze nodig hebben en die in handen zijn van het beheersorgaan. Het beheersorgaan sluit eveneens de overeenkomsten met de Dienst en met de andere bevoegde gewestelijke besturen die nodig zijn voor de automatische versturing van sommige verslagen en bapaalde gegevens die ze respectievelijk nodig hebben. Het vertrouwelijk karakter van de gegevens blijft gewaarborgd. HOOFDSTUK VIII. - Financiering
Art. 19.De voorbegroting § 1. Het beheersorgaan legt een met het besluit overeenstemmende voorbegroting voor de duur van de overeenkomst ter advies aan de Dienst voor uiterlijk zes maanden na de ondertekening van deze overeenkomst.
Het voorziet bovendien in bepalingen die waarborgen dat het systeem tijdens minstens zes maanden blijft functioneren. § 2. De voorbegroting bevat minstens de volgende inlichtingen: - de raming van de kosten van de afvalinzameling en -verwerking, met inbegrip van de eventuele ontvangsten van de recycling; - de berekening van de milieubijdrage en het model van de beoordeling ervan; - de wijze waarop de bijdrage geïnd wordt; - de herzieningsvoorwaarden van de bijdragen; - de uitgaven i.v.m. de preventiemaatregelen; - de motivering van de uitgaven, per stap in het beheer van de afval van batterijen en accu's; - de raming van de kosten van de afvalinzameling en -verwerking, met inbegrip van de eventuele ontvangsten van de recycling; - de bestemming van eventuele overschotten voor de werking van het systeem; - de financiering van de eventuele verliezen. § 3. Het beheersorgaan legt jaarlijks vóór 1 oktober een geconsolideerde versie van de voorbegroting voor het volgende kalenderjaar ter advies aan de Dienst voor. § 4. Elke aanvullende informatie kan door de Dienst mits motivering opgevraagd worden bij het beheersorgaan.
De voorbegroting verdeelt de begroting bestemd voor de draagbare batterijen enerzijds en die voor de industriële batterijen anderzijds. § 5. Het beheersorgaan legt jaarlijks vóór 30 juni zijn balansen en resultatenrekeningen van het afgelopen jaar over nadat het die voorafgaandelijk heeft laten bekrachtigen door een bedrijfsrevisor.
Art. 20.De milieubijdrage § 1. Om de activiteiten van het beheersorgaan te financieren, betalen de leden en de aangeslotenen aan dit orgaan een milieubijdrage per batterij of accu bij het op de markt brengen ervan.
Die milieubijdrage wordt bepaald per soort en type batterij en accu.
Het bedrag van die milieubijdrage wordt door het beheersorgaan bepaald rekening houdende met de vermoedelijke kosten van het beheer van elk soort afval van batterijen en accu's.
Die bijdrage is evenwel niet verschuldigd voor batterijen of accu's die in het Waalse Gewest op de markt zijn gebracht en waarvoor de leden of de aangeslotenen het bewijs kunnen leveren dat een inzamelings- en recyclagebijdrage werd betaald aan een inzamelings- en recyclagesysteem opgericht in het kader van een andere Belgische wetgeving. § 2. De bepaling van het bedrag van de milieubijdrage maakt deel uit van de voorbegroting. De bestanddelen van de vaststelling en de herziening van de bijdrage worden ter goedkeuring onderworpen aan de Dienst. § 3. Het bedrag van de milieubijdrage is jaarlijks herzienbaar.
De herziene bijdragen treden bij voorkeur in werking op 1 juli en uitzonderlijk op 3 januari. De herziene bijdragen worden zes maanden voor hun inwerkingtreding aan de distributiesector medegedeeld. Hoe dan ook wordt er, rekening houdend met de motiveringen die tot uiting komen bij de tariefwijzigingen, om de twee jaar een door een bedrijfsrevisor goedgekeurde motivering uitgewerkt voor alles wat de financieringsbehoeften van het beheersorgaan betreft. Het beheersorgaan en de distributie moeten een akkoord sluiten in verband met de compensatie van de bijdrage op de aanwezige voorraad. § 4. De milieubijdragen worden, samen met de vermelding van de bedragen altijd op de factuur tussen professionele uitvoerders aangegeven bij de verkoop van batterijen en accu's. § 5. Het beheersorgaan kan te allen tijde door een onafhankelijk kantoor controles laten uitvoeren bij de verdelingskanalen die instaan voor de inzameling van afgedankte batterijen en accu's, om na te gaan of dit artikel zorgvuldig wordt uitgevoerd. De controleprocedure en de betaling van de daarmee verband houdende kosten worden in de aansluitingsovereenkomst vastgesteld. § 6. De leden en de aangeslotenen verbinden zich ertoe geen batterijen en accu's op de markt te brengen waarvoor geen enkele milieubijdrage is betaald of waarvoor geen enkel daadwerkelijk terugnamesysteem is aangetoond. § 7. Het beheersorgaan beheert de financiële middelen als een goede huisvader. Bij de berekening van de milieubijdragen probeert het beheersorgaan geen overdreven reserves aan te leggen of te handhaven. § 8. Met uitzondering van de industriële batterijen betrokken bij het gezamenlijke terugnamesysteem kunnen de industriële batterijen en accu's het voorwerp uitmaken van een administratieve bijdrage die de beheerskosten van het handvest dekt. HOOFDSTUK IX. - Rol van het Gewest
Art. 21.§ 1. Onverminderd zijn wettelijke en reglementaire opdrachten zorgt de Dienst voor de opvolging van de overeenkomst. § 2. Het Waalse Gewest treft initiatieven ten opzichte van de andere gewestelijke overheden om in de drie Gewesten de regelgeving die van toepassing is inzake de terugnameplicht van batterijen en accu's een te maken, na overleg met de betrokken sectoren. § 3. Het Waalse Gewest verbindt zich ertoe na te gaan of de terugnameplicht door alle actoren strikt wordt toegepast en de overtredingen te verbaliseren of te bestraffen. § 4. Om de goede uitvoering van deze overeenkomst mogelijk te maken en de initiatieven van de organisaties of het beheersorgaan te ondersteunen, verbindt het Waalse Gewest zich, in voorkomend geval, ertoe in overleg met de betrokken actoren aanvullende regelgevende bepalingen te treffen. § 5. Het Waalse Gewest verbindt zich ertoe de milieubeleidsovereenkomst in aanmerking te nemen in de beoordeling van de individuele plannen voor het afvalstoffenbeheer die het voorgelegd krijgt in het kader van de terugnameplicht van de batterijen en accu's.
Art. 22.Procedure m.b.t. het advies van de Dienst § 1er. Binnen de gevallen bedoeld bij de milieubeleidsovereenkomst legt het beheersorgaan een aktevoorstel ter advies aan de Dienst voor.
De Dienst brengt een met redenen omkleed advies uit binnen dertig dagen na ontvangst van de aanvraag. Het beheersorgaan zorgt ervoor rekening te houden met het advies van de Dienst. § 2. Bij gebrek aan advies binnen dertig dagen na ontvangst van de aanvraag wordt het advies geacht gunstig te zijn. § 3. De Dienst moet opnieuw geraadpleegd worden indien het beheersorgaan te veel afwijkt van het oorspronkelijke voorstel. § 4. Minstens de helft van de termijn van dertig dagen valt buiten de schoolvakantieperiodes. Wanneer de Dienst bij aangetekend schrijven aanvullende informatie vraagt, kan de termijn met vijftien dagen na ontvangst van alle gevraagde inlichtingen verlengd worden. § 5. Het aktevoorstel dat ter advies aan de Dienst wordt voorgelegd, wordt in het Frans opgemaakt.
Art. 23.Goedkeuringsprocedure door de Dienst § 1. Binnen de gevallen bedoeld bij de milieubeleidsovereenkomst legt het beheersorgaan een aktevoorstel ter goedkeuring aan de Dienst voor.
De Dienst brengt een met redenen omklede beslissing uit binnen vijfenveertig dagen na ontvangst van de aanvraag. Een negatieve beslissing is dwingend wanneer ze behoorlijk met redenen omkleed is overeenkomstig de bepalingen van de milieuregelgeving of deze milieubeleidsovereenkomst. Het beheersorgaan mag zich slechts daartegen verzetten indien het een beroepsprocedure voor de Geschillencommissie overeenkomstig artikel 25 inleidt.
Dit beroep moet slechts ingesteld worden als het gesprek niet tot een akkoord heeft geleid. § 2. Bij gebrek aan advies binnen vijfenveertig dagen na ontvangst van de aanvraag wordt de beslissing geacht gunstig te zijn. § 3. Minstens de helft van de termijn van vijfenveertig dagen valt buiten de schoolvakantieperiodes. Wanneer de Dienst bij aangetekend schrijven aanvullende informatie vraagt, kan de termijn met maximum één maand na ontvangst van alle gevraagde inlichtingen verlengd worden. § 4. Het aktevoorstel dat ter goedkeuring aan de Dienst wordt voorgelegd, wordt in het Frans opgemaakt. HOOFDSTUK X. - Slotbepalingen
Art. 24.Begeleidingscomité Er wordt een begeleidingscomité opgericht.
Dat Comité bestaat hoe dan ook uit : - een vertegenwoordiger van de Minister; - een vertegenwoordiger van FEDERAUTO; - een vertegenwoordiger van de Dienst; - een vertegenwoordiger van de FEE; - een vertegenwoordiger van BEBAT. Elke vertegenwoordiger mag zich door een plaatsvervanger laten vervangen.
Het begeleidingscomité neemt zijn beslissingen bij consensus en vergadert één keer per kwartaal. Deskundigen kunnen punctueel naar gelang van de agenda uitgenodigd worden.
Art. 25.Geschillencommissie § 1. In geval van geschil over de uitvoering van de milieubeleidsovereenkomst tussen het beheersorgaan en het Waalse Gewest en wanneer de dialoog niet tot een oplossing van het geschil heeft geleid, wordt een geschillencommissie samengesteld. Die commissie wordt op verzoek samengesteld in functie van de aard van het geschil en telt steeds twee vertegenwoordigers van het Waalse Gewest en twee vertegenwoordigers van de organisaties of het beheersorgaan.
De voorzitter wordt na consensus aangewezen door de vier vertegenwoordigers. § 2. De beslissingen worden bij consensus genomen. Als er voor het geschil geen enkele oplossing gevonden wordt, wordt er een verslag overgemaakt aan de Minister van Leefmilieu.
Art. 26.Looptijd en opzeg van de overeenkomst De milieubeleidsovereenkomst eindigt op 31 december 2015 en treedt in werking op de tiende dag na bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad. De partijen hebben het recht om de overeenkomst elk ogenblik op te zeggen, mits inachtneming van een opzegtermijn van zes maanden. De opzegging wordt op straffe van nietigheid bij ter post aangetekend schrijven of bij deurwaardersexploot betekend.
De opzegtermijn gaat in op de eerste dag van de maand na de maand van de betekening.
Art. 27.Wijzigingen en verlenging § 1er. De bepalingen van deze milieubeleidsovereenkomst worden aangepast aan een eventuele wijziging van de Europese regelgeving terzake inzake batterijen en accu's of aan elke andere verplichting voortvloeiend uit het internationale recht. § 2. Tijdens de looptijd van de overeenkomst kunnen de partijen wijzigingen aanbrengen en/of toevoegingen doen aan de overeenkomst, overeenkomstig de procedure bepaald bij het Milieuwetboek, Boek I, Deel VI, milieubeleidsovereenkomsten.
De wijzigingen in die overeenkomst gelden enkel indien er een schriftelijk akkoord ondertekend wordt door alle partijen waarbij uitdrukkelijk naar deze overeenkomst verwezen wordt. § 3. De overeenkomst kan verlengd worden overeenkomstig de bepalingen van het Milieuwetboek, Boek I, artikel D.88.
Art. 28.Arbitrageprocedure en rechterlijke bevoegdheid § 1. Bij een geschil en als de bij artikel 25 ingestelde Geschillencommissie niet tot een akkoord tussen de partijen over het bestaan, de interpretatie en de uitvoering van de overeenkomst heeft geleid, kunnen de partijen kiezen om over de geschillen te laten beslissen overeenkomstig de wetgeving over de arbitrages. Indien er geen eensgezindheid is over de arbitrage, wordt het geschil voorgelegd aan de Rechtbank van eerste aanleg van het gerechtelijk arrondissement van Namen. § 2. Indien de partijen voor arbitrage kiezen, is het geschil definitief beslecht overeenkomstig het arbitragereglement CEPINA of elke gelijkgestelde instelling, door scheidsrechters die overeenkomstig het reglement benoemd worden. Het scheidsgerecht bestaat uit drie scheidsrechters. De zetel van de procedure is in Namen gevestigd. De arbitrage vindt plaats in het Frans. § 3. In afwijking van § 1 is de arbitrageprocedure niet van toepassing op de geschillen in verband met de facturen. In dat geval hebben de partijen het recht om elke vordering in die zij nuttig achten in te leiden bij de bevoegde rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement van Namen.
Art. 29.Strafbeding Als het Gewest een overtreding van bovenstaande bepalingen vaststelt, wordt het beheersorgaan daarvan bij aangetekend schrijven in kennis gesteld. Het beheersorgaan maakt binnen twee maanden na de kennisgeving van de vastgestelde overtreding een bijsturingsplan over aan de Dienst.
Als de Dienst het plan verwerpt, deelt hij zijn standpunt mee in een aangetekend schrijven waarin hij de redenen van de weigering opgeeft.
Het beheersorgaan moet dan binnen een maand een bijgestuurd plan indienen waarbij rekening wordt gehouden met de opmerkingen van de Dienst, op straffe van een aan de Dienst te betalen boete van 15.000 euro onverminderd het recht voor het Gewest om de in de vigerende wetgeving bedoelde acties aan te spannen.
Tegen de beslissing van de Dienst kan beroep ingesteld worden bij de Minister. De Minister beslist over het beroep binnen een termijn van veertig dagen.
Art. 30.Slotbepaling De milieuovereenkomst is gesloten te Namen op 5 december 2013 en ondertekend door de vertegenwoordigers van elke partij. Elke partij bericht ontvangst van een exemplaar van de overeenkomst.
Namen, 5 december 2013.
Voor het Waalse Gewest : De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY Voor de organisaties : De Voorzitter, De heer Daniel NOE De Administrateur, De heer Wim WILLEMS De Voorzitter Carl VEYS Voor het beheersorgaan : De Voorzitter, De heer Yves VAN DOREN De Directeur-generaal, De heer Peter COONEN