gepubliceerd op 13 maart 2025
Beslissing van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de sociale tarieven, van de vervoerbewijzen die daarvoor gelden en de doelgroepen die daar recht op hebben, geldend in het kernnet en het aanvullend net, genomen in uitvoering van artikel 36, § 1, eerste lid, van het decreet van 26 april 2019 betreffende de basisbereikbaarheid
28 FEBRUARI 2025. - Beslissing van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de sociale tarieven, van de vervoerbewijzen die daarvoor gelden en de doelgroepen die daar recht op hebben, geldend in het kernnet en het aanvullend net, genomen in uitvoering van artikel 36, § 1, eerste lid, van het decreet van 26 april 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 26/04/2019 pub. 12/06/2019 numac 2019012697 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de basisbereikbaarheid sluiten betreffende de basisbereikbaarheid
Mobiliteit en Openbare Werken
Artikel 1.De volgende personen zijn vrijgesteld van betaling van een vervoerbewijs binnen het kernnet en het aanvullend net: 1° personen met een beperking, namelijk de personen woonachtig in het Vlaamse Gewest die hetzij: a) ingeschreven zijn bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH);b) een tegemoetkoming ontvangen van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid (FOD SZ), met uitzondering van de rechthebbenden van een tegemoetkoming bijkomende kinderbijslag voor kinderen erkend als persoon met een beperking;c) een tegemoetkoming (zorgbudget) ontvangen voor hulp voor bejaarden via de zorgkas;d) recht hebben op bijzondere tewerkstellingsondersteunende maatregelen (BTOM) van de Vlaamse Dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding (VDAB). De betrokken personen zijn vrijgesteld van betaling door de inschrijving bij één van voormelde instanties. Aan de betrokken personen wordt een abonnement verstrekt door VVM-De Lijn na ontvangst van de nodige gegevens via de beveiligde server Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid; 2° personen met een visuele beperking, namelijk personen die blind of slechtziend zijn, met name een verminderd gezichtsvermogen hebben van minstens 90%.Deze personen zijn vrijgesteld van betaling mits voorlegging van de persoonlijke Nationale Verminderingskaart uitgereikt door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid die op het moment van gebruik nog steeds geldig is; 3° begeleiders van personen met een beperking.De begeleider, namelijk de persoon die een persoon met een beperking begeleidt, is gerechtigd kosteloos mee te reizen met de persoon met een beperking, houder van de Kaart Kosteloze Begeleider, uitgereikt door de NMBS. De persoon die een persoon met een beperking begeleidt, is voor het traject van de reis vrijgesteld van betaling; 4° oud-strijders en de personen met het statuut nationale erkenning, namelijk: a) hetzij de houders van één van volgende statuten van nationale erkenning en hun weduwe/weduwnaar: 1) het statuut "militair" van nationale erkenning;2) het statuut "militair oorlogsinvaliditeitspensioen" of hiermee gelijkgesteld;3) het statuut "burger oorlogsinvaliditeitspensioen";b) hetzij de houders van een statuut "burger" van nationale erkenning, met inbegrip van personen die worden erkend als rechtstreekse slachtoffers van terroristische daden, en met een invaliditeitspercentage van minstens 10%, alsook de weduwe/weduwnaar van deze personen; De personen, vermeld in a) en b), zijn vrijgesteld van betaling mits voorlegging van de kaart "Kaart voor Vaderlandslievende Redenen", uitgereikt door de NMBS, die op het moment van gebruik nog steeds geldig is. Het statuut kan eveneens aangetoond worden mits voorlegging van het attest "Statuut nationale erkentelijkheid", verstrekt door Defensie of de Federale Pensioendienst; 5° begeleide kinderen met een leeftijd van nul tot zes jaar, namelijk kinderen tot en met het vijfde levensjaar, mits zij onder begeleiding van een persoon van minstens twaalf jaar oud reizen.Deze personen dienen geen vervoersbewijs voor te leggen; 6° agenten van de geïntegreerde politie binnen de uitoefening van hun beroep, op vertoon van hun dienstkaart;7° parlementsleden, op vertoon van de algemene vrijkaart uitgereikt door de quaestuur van hun parlement.
Art. 2.Binnen het kernnet en het aanvullend net worden volgende soorten van betalende sociale tarieven ingesteld: 1° het sociaal tarief vervoergarantie, afgekort VG;2° het sociaal tarief verhoogde tegemoetkoming, afgekort VT. De tarieven, vermeld in het eerste lid, worden enkel toegekend door uitreiking van een abonnement. Er worden geen sociale tarieven ingesteld voor tickets. Het abonnement wordt uitgereikt door VVM-De Lijn na betaling door de rechthebbende van de prijs, vermeld in artikel 4.
Art. 3.De volgende personen hebben recht op het sociaal tarief vervoergarantie: 1° personen die recht hebben op het leefloon of hiermee gelijkgesteld zijn, via tussenkomst en attestatie door het OCMW (uitwisseling OCMW-portaal of gelijkgesteld);2° personen die recht hebben op het equivalent leefloon, via tussenkomst en attestatie door het OCMW (uitwisseling OCMW-portaal of gelijkgesteld);3° personen die in een lokaal opvanginitiatief verblijven, via tussenkomst en attestatie van het erkende opvanginitiatief (uitwisseling FEDARO-portaal);4° personen die een inkomensgarantie voor ouderen ontvangen op voorlegging van het attest uitgereikt door de Rijksdienst voor Pensioenen, geldig op het ogenblik van de aanvraag. De volgende personen hebben recht op het sociaal tarief verhoogde tegemoetkoming: 1° personen die in aanmerking komen voor het statuut voor verhoogde tegemoetkoming vastgesteld door de sociale zorgkas;2° houders van een recent attest voor verhoogde tegemoetkoming, namelijk een attest van maximaal 3 maanden oud;3° houders van een geldige WIGW kaart;4° houders van een geldige kaart voor verhoogde tegemoetkoming van de NMBS.
Art. 4.Het sociaal tarief vervoergarantie wordt vastgesteld op 54 euro voor een jaarabonnement.
Het sociaal tarief verhoogde tegemoetkoming wordt vastgesteld op 66 euro voor een jaarabonnement.
Art. 5.De kostprijs van de MOBIB-kaart of andere drager waarop het abonnement van de rechthebbende wordt opgeladen en het voldoen aan de technische vereisten specifiek verbonden aan de drager zoals mobiel internet en GSM blijft ten laste van de rechthebbende.
De administratieve afhandeling van het afleveren en het gebruik van het abonnement, en het gebruik maken van het vervoer gebeurt voor het overige conform de Algemene reisvoorwaarden en de algemene verkoopsvoorwaarden van VVM-De Lijn.
Art. 6.Deze beslissing treedt in werking op 1 april 2025.