Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 18 oktober 2012
gepubliceerd op 16 november 2012

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt

bron
waalse overheidsdienst
numac
2012027162
pub.
16/11/2012
prom.
18/10/2012
ELI
eli/besluit/2012/10/18/2012027162/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 OKTOBER 2012. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt


De Waalse Regering, Gelet op de wet van 28 december 1964 betreffende de bestrijding van de luchtverontreiniging, artikel 1, 2°, 4° en 5°, gewijzigd bij het decreet van 27 oktober 2011;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 20 juni 2012;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 12 juli 2012;

Gelet op het advies nr. 51.850/2/V van de Raad van State, gegeven op 12 september 2012, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 inzake bepaalde gefluoreerde broeikasgassen;

Gelet op Verordening (EG) nr. 303/2008 van de Commissie van 2 april 2008 tot instelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning voor de certificering van bedrijven en personeel betreffende stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat;

Gelet op Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen;

Gelet op Richtlijn 2010/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de energieprestatie van gebouwen, o.a. de artikelen 15 « Keuring van airconditioningsystemen », 17 « Onafhankelijke deskundigen » en 18 « Onafhankelijk controlesysteem »;

Op de voordracht van de Minister van Leefmilieu en van de Minister die voor het Energiebeleid bevoegd is;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) 1° wordt aangevuld met de volgende zin : « De klimaatregelings- en warmtepompapparatuur wordt als koelvoorzieningen beschouwd.»; b) 5° wordt vervangen als volgt : « 5° gefluoreerd koelmiddel : de gefluoreerde broeikasgassen bedoeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr.842/2006 en de bereidingen die die stoffen bevatten, alsook de gereguleerde ozonafbrekende stoffen bedoeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1005/2009; »; c) 7° wordt vervangen als volgt : « 7° gecertificeerd technicus : elke natuurlijke persoon gecertificeerd overeenkomstig de bepalingen van dit besluit;»; d) 10° wordt vervangen als volgt : « 10° integrale en sectorale voorwaarden van 12 juli 2007 : het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot bepaling van de integrale en sectorale voorwaarden betreffende de vaste installaties voor de productie van koude en warmte waarbij gebruik gemaakt wordt van een koelcyclus;»; e) 11° wordt opgeheven;f) 12° wordt vervangen als volgt : « 12° nominale koelmiddelmassa : koelmiddelmassa die een koelvoorziening bevat om te functioneren in de omstandigheden waarvoor ze ontworpen is. Deze waarde : a) hetzij is de hoeveelheid ingebracht bij de eerste inbedrijfstelling.Als de koelvoorziening in de fabriek voorzien wordt van het geheel of van een gedeelte van het koelmiddel, wordt dat deel in aanmerking genomen bij de raming van de nominale koelmiddelmassa; b) hetzij wordt bepaald na lediging en vervolgens vulling van de koelvoorziening, waarbij de gasflessen vóór en na de handeling gewogen worden of aan de hand van een andere methode waarbij de nominale koelmiddelmassa met een gelijkwaardige precisie bepaald kan worden;»; g) 16° wordt vervangen als volgt : « 16° controleboek : het register van de exploitanten bedoeld in artikel 3, § 6, van Verordening (EG) 842/2006 en in artikel 23, § 3, van Verordening (EG) 1005/2009;»; h) 21° wordt opgeheven;i) 22° wordt vervangen als volgt : « 22° DGOARNE : Het Operationele directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst; »; j) 23° wordt vervangen als volgt : « 23° directeur-generaal : de directeur-generaal van het « DGOARNE » of zijn afgevaardigde;»; k) 25° wordt vervangen als volgt : « 25° toezichthoudende ambtenaren : de personeelsleden aangewezen op grond van deel VIII van Boek I van het Milieuwetboek om overtredingen van dit besluit op te sporen en vast te stellen;»; l) het artikel wordt aangevuld met de punten 26° tot 35°, luidend als volgt : « 26° activiteiten op de stationaire koelapparatuur : de volgende activiteiten, met uitzondering van de fabricage- en reparatieactiviteiten op vestigingsplaatsen van de fabrikant : a) installatie;b) onderhoud of revisie;c) lekkagecontrole van toepassingen die 3 kg of meer gefluoreerde broeikasgassen bevatten en van toepassingen die 6 kg of meer gefluoreerde broeikasgassen bevatten met hermetisch afgesloten systemen die als zodanig zijn gelabeld;d) recuperatie;27° installatie : aaneenkoppeling van twee of meer apparatuuronderdelen of circuits die gefluoreerde broeikasgaskoudemiddelen bevatten of daartoe bestemd zijn met het oog op het monteren van een systeem op de locatie waar het zal functioneren, inclusief de handeling waarbij koudemiddelleidingen van een systeem worden aaneengekoppeld om een koelcircuit te voltooien ongeacht de noodzaak het systeem na montage te vullen 28° onderhoud of revisie : alle activiteiten, exclusief terugwinning en lekkagecontroles waarbij de circuits die gefluoreerde broeikasgassen bevatten of daartoe bestemd zijn, worden geopend, met name het vullen van het systeem met gefluoreerde broeikasgassen, het wegnemen van een of meer circuit- of apparatuuronderdelen, het hermonteren van twee of meer circuit- of apparatuuronderdelen en het herstellen van lekken;29° recuperatie : inzameling en opslag : a) gefluoreerde koelmiddellen;b) oliën uit koelcircuits die gefluoreerde koelmiddellen bevatten;c) en de koudedragende of warmtegeleidende vloeistoffen uit koelcircuits die gefluoreerde koelmiddellen bevatten;30° certificaat van categorie I : document waarbij bevestigd wordt dat de houder voldoet aan de voorwaarden om alle onder punt 26° bedoelde handelingen uit te voeren;31° certificaat van categorie II : document waaruit blijkt dat de houder voldoet aan de eisen betreffende de onderneming van de activiteiten bedoeld onder;a) punt 26°, c), op voorwaarde dat hierbij het koelcircuit dat gefluoreerde broeikasgassen bevat niet wordt geopend;c) punt 26°, a), b) en d), wat betreft de koelapparatuur die minder dan 3 kg gefluoreerde broeikasgassen bevat, of, indien het om hermetisch afgesloten systemen gaat die als zodanig zijn gelabeld, minder dan 6 kg gefluoreerde broeikasgassen bevat;32° certificaat van categorie III : document waaruit blijkt dat de houder voldoet aan de eisen om de onder punt 26°, d), bedoelde activiteiten te ondernemen wat betreft de apparatuur die minder dan 3 kg gefluoreerde broeikasgassen bevat, of, indien het om hermetisch afgesloten systemen gaat die als zodanig zijn gelabeld, minder dan 6 kg gefluoreerde broeikasgassen bevat;33° certificaat van categorie IV : document waaruit blijkt dat de houder voldoet aan de eisen betreffende de onderneming van de activiteiten bedoeld onder 26°, c), op voorwaarde dat hierbij het koelcircuit dat gefluoreerde broeikasgassen bevat niet wordt geopend;34° « AWAC » : Het « Agence wallonne de l'Air et du Climat » (Waals Agentschap voor Lucht en Klimaat) 35° voorzitter : de voorzitter van het directieorgaan van het « AWAC » of zijn afgevaardigde.».

Art. 2.In de artikelen 2, 12, 18, 24, 43 en 47 alsmede in bijlage X bij hetzelfde besluit worden de woorden « gespecialiseerde koeltechnicus » telkens vervangen door de woorden « gecertificeerd technicus ».

Art. 3.In de artikelen 10, 15, 17, 18, 19, 20, 21 en 24 alsmede in de bijlagen V, VI en VIII bij hetzelfde besluit worden de woorden « gespecialiseerde koeltechnicus » telkens vervangen door de woorden « gecertificeerde technicus »

Art. 4.In de artikelen 4, 5, 7, 8, 9, 12, 27, 29, 30, 31, 32, 33, 35, 47, 54 en 56 van hetzelfde besluit worden de woorden « directeur-generaal » telkens vervangen door het woord « voorzitter ».

Art. 5.In de artikelen 12, 30 en 58 van hetzelfde besluit worden de woorden « het Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu » telkens vervangen door de woorden « het AWAC ».

Art. 6.In de artikelen 20, 22 en 23 van hetzelfde besluit worden de woorden « het Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu » telkens vervangen door het woord « DGOARNE ».

Art. 7.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 1/1, luidend als volgt : «

Art. 1/1.Dit besluit beoogt de uitvoering van : 1° Verordening (EG) nr.842/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende bepaalde gefluoreerde broeikasgassen, hierna Verordening (EG) nr. 842/2006 genoemd; 2° Verordening (EG) nr.303/2008 van de Commissie van 2 april 2008 tot instelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning voor de certificering van bedrijven en personeel betreffende stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat, hierna Verordening (EG) nr. 303/2008 genoemd; 3° Verordening (EG) nr.1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen, hierna Verordening (EG) nr. 1005/2009 genoemd. ».

Art. 8.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in § 1 wordt punt 1° vervangen als volgt : « 1° de preventie van verontreiniging die zich tijdens of na de volgende handelingen zou kunnen voordoen : - activiteiten op de stationaire koelapparatuur die gefluoreerde broeikasgassen bevatten of kunnen bevatten; - de handelingen inzake afvalbeheer voortvloeiend uit de handelingen bedoeld onder punt a); »; b) in § 1, 2°, wordt de zin « De koelvoorzieningen met hermetisch circuit die minder dan drie kg gefluoreerde koelmiddel bevatten worden uit het toepassingsveld van dit besluit uitgesloten » geschrapt;c) in § 2 wordt het eerste lid vervangen als volgt : « Om gevaar voor emissie van gefluoreerde koelmiddelen te voorkomen, worden de in § 1, 1°, a, bedoelde handelingen enkel uitgevoerd door een persoon : 1° die de hoedanigheid van gecertificeerde koeltechnicus heeft en die beschikt over het certificaat van de categorie die overeenstemt met de handelingen die hij uitvoert;2° en die in naam en voor rekening van een gespecialiseerd koeltechniekbedrijf werkt als het gaat om een handeling bedoeld in artikel 1, 26°, a) of b).»; d) in § 2 wordt het tweede lid vervangen als volgt : « Het eerste lid is niet van toepassing op de personen die de in artikel 4, § 3, van Verordening (EG) nr.303/2008 bedoelde handelingen uitvoeren. »; e) in § 2, derde lid, wordt « e) » vervangen door « b) » .

Art. 9.In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het eerste lid worden de woorden « dat de in artikel 1, 26°, a en b, bedoelde handelingen uitvoert » ingevoegd tussen de woorden « het koeltechniekbedrijf » en de woorden « aan de volgende voorwaarden voldoen »;b) in het eerste lid wordt punt 4° vervangen als volgt : « voor de uitvoering van de handelingen bedoeld in artikel 1, 26°, voldoende gecertificeerde technici in dienst heeft om het verwachte activiteitenvolume te halen;»; c) onder punt 6°, eerste lid, worden de woorden « of zich ertoe verbinden om een verzekeringsovereenkomst te sluiten » geschrapt;d) het eerste lid wordt aangevuld met een punt 7°, luidend als volgt : « 7° de in bijlage II bedoelde minimale technische uitrusting in goede staat van werking en de nodige procedures ter beschikking stellen van het gecertificeerde personeel dat de in artikel 1, 26°, bedoelde handelingen uitvoert.»; e) het tweede lid wordt vervangen als volgt : « Het eerste lid, 4°, is niet van toepassing op de personen die de in artikel 4, § 3, van Verordening (EG) nr.303/2008 bedoelde handelingen uitvoeren. ».

Art. 10.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in § 1 worden de woorden « waarvan het model in bijlage I vastligt » vervangen door de woorden « dat ter beschikking gesteld wordt op de internetsite van het AWAC' »;b) § 1 wordt aangevuld met volgend lid : « De aanvrager laat zijn aanvraag vergezeld gaan van : 1° het bewijs dat het koeltechniekbedrijf voor de uitvoering van de handelingen bedoeld in artikel 1, 26, voldoende gecertificeerde technici in dienst heeft om het verwachte activiteitenvolume te halen;2° het bewijs dat het personeel dat de in artikel 1, 26°, bedoelde handelingen uitvoert over de minimale technische uitrusting en de nodige procedures beschikt »;c) in § 2 (Franse tekst) wordt het woord « la » geschrapt tussen de woorden « de » en « celle-ci »;d) § 5 wordt aangevuld met volgend lid : « De beslissing tot toekenning geldt als een certificaat dat is opgemaakt overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr.303/2008. ».

Art. 11.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 4/1, luidend als volgt: «

Art. 4/1.De erkenning wordt verleend voor een onbepaalde duur. ».

Art. 12.In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het eerste lid worden de woorden « waarvan het model in bijlage XIV vastligt » vervangen door de woorden « dat ter beschikking gesteld wordt op de internetsite van het AWAC' »;2° in het tweede lid worden de woorden « ter post » geschrapt.

Art. 13.In hoofdstuk I van hetzelfde besluit wordt afdeling 4, die artikel 6 inhoudt, opgeheven.

Art. 14.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid worden de woorden « waarvan het model in bijlage XIV vastligt » vervangen door de woorden « dat ter beschikking gesteld wordt op de internetsite van het AWAC' »;2° in het derde lid worden de woorden « ter post » geschrapt.

Art. 15.Hoofdstuk II van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een afdeling 6, die artikel 9/1 inhoudt, luidend als volgt : « Afdeling 6. - Erkenning van de certificaten van de andere Gewesten of Staten.

Art. 9/1.Bedrijven die beschikken over een geldig certificaat dat verkregen werd in een ander Gewest van België of in een Staat die deel uitmaakt van de Europese Economische Ruimte, overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 303/2008, worden geacht over de erkenning te beschikken, wat betreft de activiteiten vermeld op het certificaat, op voorwaarde dat ze de volgende stukken aan het « AWAC » overmaken : 1° een afschrift van het certificaat;2° een afschrift van de certificaten afgegeven aan het personeel overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr.303/2008, wat betreft de technici die op het grondgebied van het Waalse Gewest moeten ingrijpen.

De bedrijven voegen een Franse vertaling bij van de certificaten afgegeven in een andere Staat die deel uitmaakt van de Europese Economische Ruimte als ze opgesteld zijn in een andere taal dan het Frans of het Engels. ».

Art. 16.In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in de inleiding van het eerste lid worden de woorden « artikel 2, § 1, » vervangen door de woorden « artikel 1, 26° »;b) in het eerste lid, 2°, worden de woorden « of elke buitenlandse norm of code van goede praktijk erkend door het Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu » vervangen door de woorden « of elke gelijkwaardige buitenlandse norm of code van goede praktijk ».c) het tweede lid wordt opgeheven;d) in het derde lid, dat het tweede lid wordt, worden de woorden « milieucertificaat in koeltechnieken » vervangen door de woorden « certificaat van de gecertificeerde technicus ».

Art. 17.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 18.In artikel 12, § 4, van hetzelfde besluit worden de woorden « milieucertificaat in koeltechnieken » vervangen door de woorden « certificaat van elke gecertificeerde technicus ».

Art. 19.Artikel 13 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 13.De gespecialiseerde koeltechniekbedrijven : 1° voldoen tijdens de gezamenlijke duur van hun erkenning aan de toekenningsvoorwaarden ervan;2° maken op gewoon verzoek alle gevraagde gegevens aan het « AWAC » over;3° verlenen de toezichthoudende ambtenaren alsook het personeel dat voor rekening van een in artikel 58/2 bedoeld geaccrediteerd controleorgaan werkt toegang tot de lokalen en geven hen inzage van alle documenten die nuttig zijn om na te gaan of er aan de erkenningsvoorwaarden voldaan wordt.».

Art. 20.Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 14.Elke interventie op een ingedeelde installatie wordt door de gecertificeerde koeltechnicus in het controleboek genoteerd. ».

Art. 21.In artikel 15 van hetzelfde besluit worden de woorden « in artikel 13 van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot bepaling van de integrale en sectorale voorwaarden betreffende de vaste installaties voor de productie van koude of warmte waarbij gebruik wordt gemaakt van een koelcyclus » vervangen door de woorden « in de integrale en sectorale voorwaarden van 12 juli 2007 ».

Art. 22.Artikel 16 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 16.De dichtheid van de stationaire koelvoorzieningen die ozonafbrekende stoffen bevatten of zouden kunnen bevatten wordt gecontroleerd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1516/2007 van de Commissie van 19 december 2007 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van basisvoorschriften inzake controle op lekkage van stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat. ».

Art. 23.In artikel 17, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden « van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot bepaling van de integrale en sectorale voorwaarden betreffende de vaste installaties voor de productie van koude of warmte waarbij gebruik wordt gemaakt van een koelcyclus, Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen, of Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 inzake bepaalde gefluoreerde broeikasgassen » vervangen door de woorden « de integrale en sectorale voorwaarden van 12 juli 2007, van Verordening (EG) nr. 1005/2009 of Verordening (EG) nr. 842/2006 ».

Art. 24.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een hoofdstuk IV/1, dat de artikelen 24/1 tot 24/9 inhoudt, luidend als volgt : « HOOFDSTUK IV/ 1. - Certificering van de technici Afdeling 1. - Certificeringsvoorwaarden

Art. 24/1.Om gecertificeerd te worden voldoet elke persoon aan de volgende voorwaarden : 1° houder zijn van het in artikel 25 bedoelde certificaat waaruit blijkt dat betrokkene geslaagd is voor het examen van het niveau dat overeenstemt met de categorie van het te behalen certificaat;2° een activiteit als zelfstandige of werknemer uitoefenen binnen een onderneming geregistreerd bij de Kruispuntbank van Ondernemingen. Afdeling 2. - Procedure tot toekenning van de certificering

Art. 24/2.§ 1. De aanvrager dient zijn certificeringsaanvraag in d.m.v. een formulier dat verkrijgbaar is op de internetsite van het « AWAC » en stuurt ze bij aangetekend schrijven of geeft ze tegen ontvangbewijs af aan de voorzitter.

De aanvrager laat zijn aanvraag vergezeld gaan van : 1° het attest waaruit blijkt dat hij geslaagd is voor het examen bedoeld in artikel 25;2° een document waaruit blijkt dat hij een activiteit als zelfstandige of werknemer uitoefent binnen een onderneming geregistreerd bij de Kruispuntbank van Ondernemingen. § 2. De voorzitter geeft de aanvrager binnen vijftien dagen, te rekenen van de datum van ontvangst van de aanvraag, kennis van zijn beslissing waarbij de aanvraag volledig en ontvankelijk bevonden werd. § 3. Als de aanvraag onvolledig is, wijst de voorzitter de aanvrager op de ontbrekende gegevens of stukken. Binnen vijftien dagen na ontvangst van de ontbrekende gegevens stuurt de voorzitter zijn beslissing waarbij de aanvraag volledig en ontvankelijk bevonden werd aan de aanvrager. § 4. De voorzitter stuurt zijn beslissing tot toekenning of weigering van certificering bij aangetekend schrijven aan de aanvrager binnen een termijn van zestig dagen, die ingaat op de datum van verzending van zijn beslissing waarbij de aanvraag volledig en ontvankelijk bevonden werd.

Het certificaat wordt opgemaakt overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 303/2008. Afdeling 3. - Duur, wijziging en hernieuwing van het certificaat

Art. 24/3.Het certificaat wordt toegekend voor een periode van vijf jaar, die ingaat op de datum waarop geslaagd werd voor het examen waarvoor het in artikel 25 bedoelde certificaat opgemaakt werd.

Art. 24/4.De artikelen 24/1 en 24/2 zijn toepasselijk op de aanvraag tot hernieuwing van het certificaat.

Het aanvraagformulier gaat vergezeld van het certificaat van opfrissingsopleiding en -examen bedoeld in artikel 48.

Art. 24/5.De gecertificeerde technicus geeft het « AWAC » binnen een maand bij aangetekend schrijven kennis van elke wijziging i.v.m. zijn certificering. Afdeling 4. - Opschorting en intrekking van de certificering

Art. 24/6.De voorzitter kan de certificering opschorten of intrekken als de gecertificeerde technicus : 1° de bepalingen van dit besluit overtreedt;2° belet dat zijn activteiten door de toezichthoudende personeelsleden gecontroleerd worden.

Art. 24/7.§ 1er. Als de voorzitter van plan is de certificering op te schorten of in te trekken, geeft hij de betrokken technicus daar kennis van bij aangetekend schrijven. Het voorstel tot opschorting of intrekking geeft de verantwoordende motieven op.

De gecertificeerde technicus beschikt over een termijn van dertig dagen, te rekenen van de datum van ontvangst van het voorstel tot opschorting of intrekking, om zijn opmerkingen schriftelijk over te maken aan de voorzitter.

Hij wordt ook gehoord op zijn verzoek. § . 2. De voorzitter beslist binnen een termijn van dertig dagen, te rekenen van : 1° de datum van ontvangst van de opmerkingen bedoeld in § 1, tweede lid, of, bij gebreke daarvan, van de datum waarop de termijn van dertig dagen bedoeld in hetzelfde lid verstrijkt;2° ofwel van de datum van de hoorzitting bedoeld in § 1, derde lid, indien ze plaatsvindt. De beslissing wordt bij aangetekend schrijven gezonden aan de betrokken gecertificeerde technicus en, desgevallend, aan de onderneming waar hij tewerkgesteld is. § 3. Als de certificering ingetrokken wordt, moet de technicus het originele exemplaar en de eventuele voor eensluidend verklaarde afschriften van het certificaat binnen veertien dagen na de verzending van de beslissing aan het « AWAC » terugbezorgen. § 4. In geval van bijzonder gemotiveerde dringende noodzakelijkheid kan de voorzitter de certificering onmiddellijk opschorten.

Art. 24/8.De betrokken gecertificeerde technicus kan bij de Minister een beroep indienen tegen de beslissing tot opschorting of intrekking van de certificering.

De gecertificeerde technicus dient zijn beroep in d.m.v. een formulier dat verkrijgbaar is op de internetsite van het « AWAC » en stuurt hem bij aangetekend schrijven of geeft hem tegen ontvangbewijs af aan de voorzitter binnen twintig dagen na ontvangst van de betwiste beslissing.

De beslissing van de Minister wordt bij aangetekend schrijven aan de verzoeker medegedeeld binnen een termijn van zestig dagen, te rekenen van de datum van ontvangst van het beroep.

Behoudens in het geval bedoeld in artikel 8, § 4, is het beroep opschortend. Afdeling 5. - Erkenning van de certificaten van de andere Gewesten of

Staten

Art. 24/9.Personen die beschikken over een geldig certificaat dat verkregen werd in een ander Gewest van België of in een Staat die deel uitmaakt van de Europese Economische Ruimte, overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 303/2008, worden geacht over het certificaat te beschikken, wat betreft de activiteiten vermeld op het certificaat.

De in het eerste lid bedoelde persoon die niet tewerkgesteld is door een onderneming die overeenkomstig artikel 9/1 geacht wordt over de erkenning te beschikken, bezorgt het « AWAC » : 1° een afschrift van zijn certificaat en, desgevallend, een Franse vertaling van het certificaat afgegeven in een andere Staat die deel uitmaakt van de Europese Economische Ruimte als het opgesteld is in een andere taal dan het Frans of het Engels;2° het bewijs dat hij de activiteiten uitoefent waarvoor hij gecertificeerd is, als zelfstandige of als werknemer binnen een onderneming geregistreerd bij de Kruispuntbank van Ondernemingen.».

Art. 25.In hetzelfde besluit wordt het opschrift van Hoofdstuk V vervangen als volgt : « HOOFDSTUK V. - Examencentra »

Art. 26.Artikel 25 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 25.De certificaten betreffende het slagen voor een examen m.b.t. de handelingen bedoeld in artikel 1, 26°, worden afgegeven door de examencentra die door de voorzitter erkend zijn.

De certificaten bekrachtigen het slagen voor een examen dat overeenstemt met de door de technicus aangevraagde categorie, overeenkomstig de bepalingen van bijlage XI, I. De Minister kan bijkomende bepalingen vastleggen. ».

Art. 27.Artikel 26 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een punt 4°, luidend als volgt : « 4° minimum de examens van de categorieën I, III en IV of alleen II of alleen IV organiseren. ».

Art. 28.In artikel 27 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1 worden de woorden « in bijlage XIII vastligt » vervangen door de woorden « ter beschikking gesteld wordt op de internetsite van het AWAC' »;2° in § 5 worden de woorden « ter post » geschrapt;3° § 5 wordt aangevuld met volgend lid : « De erkenning vermeldt de opleidings- en examencategorieën waarvoor het centrum erkend is.».

Art. 29.In artikel 29 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden « in bijlage XIV vastligt » vervangen door de woorden « ter beschikking gesteld wordt op de internetsite van het AWAC' »;2° in het tweede lid worden de woorden « ter post » geschrapt.

Art. 30.In artikel 31 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden « in bijlage XIV vastligt » vervangen door de woorden « ter beschikking gesteld wordt op de internetsite van het AWAC' »;2° in het tweede lid worden de woorden « ter post » geschrapt.

Art. 31.In hetzelfde besluit wordt het opschrift van afdeling 3 van Hoofdstuk V vervangen als volgt : « Afdeling 3. - Examen en aflevering van de certificaten van goede afloop »

Art. 32.In artikel 34 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden « het milieucertificaat in koeltechnieken » vervangen door de woorden « een certificaat van het met goede afloop afgelegde examen »;2° in het tweede lid worden de woorden « Het certificaat wordt opgesteld » vervangen door de woorden « Het certificaat van goede afloop wordt opgesteld ».

Art. 33.In artikel 35 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in § 1, tweede lid, wordt punt 4° vervangen als volgt : « 4° de lijst van de kandidaten die het certificaat van goede afloop hebben behaald;»; b) § 1, tweede lid, wordt aangevuld met een punt 6°, luidend als volgt : « 6° de certificaatcategorie : I, II, III, of IV.»; c) § 2 wordt opgeheven.

Art. 34.In hoofdstuk V van hetzelfde besluit wordt afdeling 4, die de artikelen 37 tot 41 inhoudt, opgeheven.

Art. 35.In hetzelfde besluit wordt het opschrift van afdeling 5 van Hoofdstuk V vervangen als volgt : « Afdeling 5. - Opfrissingsopleiding en -examen »

Art. 36.Artikel 42 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 42.Voor de vervaldatum van zijn certificaat kan de gecertificeerde technicus een opleiding volgen en een opfrissingsexamen afleggen dat overeenstemt met de categorie van zijn certificaat.

De opfrissingsexamens dienen hoofdzakelijk om na te gaan of de gecertificeerde technici beschikken over een voldoende kennis van de regelgeving i.v.m. hun certificaat. ».

Art. 37.Artikel 43 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 43.De opfrissingsopleidingen en -examens bedoeld in artikel 42 worden georganiseerd door de examencentra bedoeld in artikel 25.

De inhoud en de modaliteiten van de opfrissingsopleidingen en -examens worden nader bepaald in samenspraak tussen de examencentra en het « AWAC ». ».

Art. 38.De artikelen 44 en 45 van hetzelfde besluit worden opgeheven.

Art. 39.In artikel 46 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen als volgt : « Om de kosten van de organisatie van de opfrissingsopleidingen en -examens te dekken, kan het examencentrum de kandidaten een inschrijvingsrecht opleggen. ».

Art. 40.In artikel 47 van hetzelfde besluit worden de woorden « Het voortgezette opleidingscentrum » door de woorden « Het examencentrum » vervangen.

Art. 41.Artikel 48 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 48.Het examencentrum levert een opfrissingscertificaat dat naar het in bijlage XVI bedoelde model is opgesteld af aan de gecertificeerde technici die geslaagd zijn voor het opfrissingsexamen ».

Art. 42.Artikel 49 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 49.Het examencentrum geeft het « AWAC » om de drie maanden langs de elektronische weg de naam en het certificaatnummer van de gecertificeeerde technici die een opfrissingsopleiding gevolgd hebben of een opfrissingsexamen afgelegd hebben. Die aangifte gebeurt uiterlijk een maand na afloop van bedoeld kwartaal.

Het informaticaformaat wordt ter beschikking van de examencentra gesteld op de site van het « AWAC ».

Art. 43.In hoofdstuk V van hetzelfde besluit wordt afdeling 6, die de artikelen 50 tot 53 inhoudt, opgeheven.

Art. 44.In artikel 56 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid opgeheven.

Art. 45.In artikel 57 van hetzelfde besluit worden de nummering « 50 tot 53 » vervangen door de nummering « 24/6 tot 24/8 ».

Art. 46.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een hoofdstuk VI/1, dat de artikelen 58/1 en 58/2 inhoudt, luidend als volgt : « Hoofdstuk VI/1. - Controle van de erkende bedrijven, van het werk van de gecertificeerde technici en het werk van de deskundigen energie-airconditioning door een aangewezen geaccrediteerd controleorgaan

Art. 58/1.Richtlijn 2010/31/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de energieprestatie van gebouwen wordt gedeeltelijk omgezet bij dit hoofdstuk.

Art. 58/2.§ 1. De voorzitter kan elk ogenblik : 1° een koelvoorziening, gecontroleerd of aan een energie-inspectie van de airconditioningssystemen onderworpen overeenkomstig de sectorale en integrale voorwaarde van 12 juli 2007, onderwerpen aan een controle door een geaccrediteerd controleorgaan aangewezen overeenkomstig de bepalingen die toepasselijk zijn inzake de overheidsopdrachten. De controle slaat op de conformiteit van de interventies van de gespecialiseerde koeltechniekbedrijven en de gecertificeerde technici t.o.v. de eisen die in dit besluit vastliggen; 2° door een geaccrediteerd controleorgaan, zoals bedoeld in het vorige lid, laten nagaan of de gespecialiseerde koeltechniekbedrijven voldoen aan de erkenningsvoorwaarden, alsook aan de verplichtingen die hen en de gecertificeerde technici opgelegd worden. § 2. Om overeenkomstig § 1 aangewezen te worden voldoet het geaccrediteerde controleorgaan aan de volgende voorwaarden : 1° geaccrediteerd zijn als controleorgaan van het type A op basis van de criteria van de NBN - EN ISO/IEC 17020 : Algemene criteria voor de werking van verschillende types inspectieorganen (ISO/IEC 17020:1998), 1e uit- gave, november 2004, of van de laatste herziening ervan, voor de activiteiten bepaald bij dit besluit, door een nationaal accreditatieorgaan in de zin van Verordening (EG) nr.765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 339/93; 2° onder zijn personeel beschikken over controleurs die houder zijn van een categoriecertificaat dat overeenstemt met het type te bezoeken installatie of bedrijf en, desgevallend, van het certificaat voor de inspectie van de energieprestatie van de airconditioningssystemen. De aanwijzing geldt voor maximum drie jaar. Ze is hernieuwbaar. ».

Art. 47.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met de artikelen 65/1 tot 65/5, luidend als volgt : «

Art. 65/1.De Minister kan de bijlagen bij dit besluit wijzigen om zich te voegen naar de wijzigingen van de Europese regelgeving.

Art. 65/2.De voorzitter geeft de in artikel 59, § 1, bedoelde gespecialiseerde koeltechnici kennis van de termijn waarin ze het in artikel 25 bedoelde certificaat van goede afloop moeten halen.

Art. 65/3.De erkende examencentra geven de voorzitter kennis van de categorieën certificaten van goede afloop die ze wensen af te leveren.

De voorzitter laat het examencentrum weten of hem aanvullende gegevens verstrekt moeten worden dan wel een bijkomende audit uitgevoerd moet worden om na te gaan of aan artikel 26 is voldaan.

De voorzitter bepaalt de categorieën certificaten van goede afloop waarvoor het centrum erkend is op basis van de door het centrum verstrekte gegevens of van de resultaten van de bijkomende audit. Het centrum wordt geacht erkend te zijn om de overeenstemmende certificaten van goede afloop af te leveren tot zijn erkenning vervalt of ingetrokken wordt.

Art. 65/4.De voorzitter maakt het in artikel 24/2, § 4, bedoelde certificaat op verzoek over aan de technici die beschikken over een geldig milieucertificaat inzake koeltechnieken en op voorwaarde dat ze het bewijs leveren dat ze activiteiten uitoefenen als zelfstandige of als werknemer binnen een bedrijf dat geregistreerd is bij de Kruispuntbank van Ondernemingen.

De categorie van het overeenkomstig lid 1 afgegevene certificaat is afhankelijk van de categorieën certificaten van goede afloop waarvoor het examencentrum dat het milieucertificaat inzake koeltechnieken afgegeven heeft overeenkomstig artikel 65/3 erkend is.

Art. 65/5.De voorzitter maakt het in artikel 4, § 5, bedoelde certifcaat over aan de gespecialiseerde koeltechniekbedrijven die het bewijs leveren dat ze voldoen aan de voorwaarden bedoeld in artikel 3, 4° en 7°.».

Art. 48.In hetzelfde besluit wordt bijlage I opgeheven.

Art. 49.In hetzelfde besluit wordt bijlage II vervangen door bijlage I die bij dit besluit gaat.

Art. 50.In hetzelfde besluit wordt bijlage IV opgeheven.

Art. 51.In hetzelfde besluit worden de bijlagen XI en XII respectievelijk vervangen door de bijlagen 2 en 3 die bij dit besluit gaan.

Art. 52.In hetzelfde besluit worden de bijlagen XIII en XIV opgeheven.

Art. 53.In hetzelfde besluit worden de bijlagen XV en XVI respectievelijk vervangen door de bijlagen 4 en 5 die bij dit besluit gaan.

Art. 54.In hetzelfde besluit wordt bijlage XVII opgeheven.

Art. 55.De Minister van Leefmilieu en de Minister bevoegd voor het Energiebeleid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 18 oktober 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY

Bijlage 1 Bijlage II bij het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Bijlage II : Minimale technische uitrusting voor de gecertificeerde koeltechnici


De gecertificeerde technicus moet minstens over de volgende uitrusting beschikken om werken uit te voeren op voorzieningen met een emissierisico van gefluoreerde koelmiddelen :

Minimale technische uitrusting voor de gecertificeerde koeltechnici

Categorie I

Categorie II

Categorie III

Categorie IV

Fles voor de recuperatie van koelmiddelen;

x

x

x


Fles met nieuw (of gerecycleerd) koelmiddel;

Fles met inert gas voor spoeling (droge stikstof, argon, helium) voorzien van reduceerventiel en debietmeter;

x

x


Recuperatiegroep voor koelmiddelen om het dode volume van de koelmiddelen die na recuperatie in de groep blijven of in de atmosfeer worden uitgestoten zoveel mogelijk te beperken en die het toepassen van een onderdruk van 0,5 bar op de koelvoorziening moet mogelijk maken;

x

x

x


Vacuümpomp tweetraps met elektromagnetisch ventiel bij het zuigen;

x

x


Weegschaal voor koelmiddelen (met een aanwijsnauwkeurigheid van minstens 10 g voor de flessen met een koelmiddelinhoud van minder dan 30 kg, met een aanwijsnauwkeurigheid van minstens 100 g voor de flessen met een koelmiddelinhoud tussen 30 kg en 300 kg en met een aanwijsnauwkeurigheid van minstens 0,3 % van de koelmiddelinhoud voor de flessen met een koelmiddelinhoud van meer dan 300 kg);

x

x

x


Soldeerinstallatie met drukregelaar van de gasbrandstof en zuurstofdruk, leidingen met terugslagklep en flexibele buizen;

x

x


Elektronische vacuümmeter (niet vereist indien gebruik wordt gemaakt van een elektronische manifold om het vacuüm te meten);

x

x


Vierweg manifold;

x

x

x


Elektronische lekdetector met een lekdetectiegevoeligheid van 5 g/jaar;

x

x

x

Zeepoplossing of een gelijkaardig product;

x

x

x

Digitale thermometer met contactsonde;

x

x


Elektrische multimeter;

x

x


Ampèremeter (niet vereist indien de multimeter voorzien is van een stroomtang);

x

x


Testkit voor het oliezuur.

x

x


De meetuitrustingen worden voor het eerste gebruik en één keer per jaar geijkt of, bij gebreke daarvan, volgens de richtlijnen van de fabricant of de invoerder.

De onderhouds- en ijkingscertificaten betreffende de meetuitrustingen worden ter inzage van de toezichthoudende ambtenaren gelegd.

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2012 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Namen, 18 oktober 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY

Bijlage 2 Bijlage XI bij het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Bijlage XI : Examens ter beoordeling van de milieukennis en van de vaardigheden inzake energie


I : BEOORDELING VAN DE MILIE A. Inleidende bepalingen 1° Het examen betreffende de milieukennis wordt georganiseerd met inachtneming van de minimumeisen van de bijlage bij Verordening nr. 303/2008. Het houdt ook rekening met de punten B en C van deze bijlage. 2° Het examen bestaat uit een theoretisch en uit een praktisch gedeelte : a) het praktisch gedeelte bevat een deel i.v.m.de hantering van gefluoreerde gassen die als koelmiddel worden gebruikt, alsook een montageoefening b) voor elk examendeel apart wordt een aantal punten toegekend De kandidaat is voor het examen geslaagd als hij voor elk gedeelte 50 % van de punten en in totaal 60 % van de punten behaalt. B. Theoretisch examen

Stoffen

Kennisniveau

Titel

Onderwerpen

1) Waalse milieuregelgeving

Relevante elementen van het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen Relevante elementen van het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning Besluiten van de Waalse Regering betreffende de koelvoozieningen, aangenomen overeenkomstig de Verordeningen 1005/2009/EG en 842/2006/EG

Goede kennis

2) Regelgevingen met internationale draagwijdte

Goede kennis

3) Normen en code van goede praktijk

NBN-EN 378 Delen 1-4 Code van goede praktijk van de UBF-ACA

Goede kennis

4) Milieu-impact ten gevolge van het gebruik van koeluitrustingen

Emissies van ozonafbrekende stoffen Directe en indirecte emissies van broeikasgassen, TEWI notie (Total Equivalent Warming Impact) Risico's i.v.m. het gebruik van oliën (olie als dusdanig en opgeloste koelmiddelen Risico's i.v.m. het gebruik van koudedragende of warmtegeleidende vloeistoffen Risico's i.v.m. het gebruik van isolerende schuim (inhoud in CFK, HCFK of HFK)

Goede kennis

5) Koelmiddelen

Gereglementeede stoffen, toegelaten koelmiddelen en oliën, keuze van het koelmiddel, keuze van de olie, keuze van de koudedragende of warmtegeleidende vloeistof

Zeer goede kennis van de eigenschappen van de vloeistoffen en de desbetreffende regelgeving

6) Dichtheid

Bepaling van de dichtheid, testen, gebruikte gasdetectoren Kennis van de technische maatregelen om emissies te reduceren, tijdens het ontwerp en het onderhoud van de voorzieningen Kennis van de milieurisico's (emissierisico's) die specifiek zijn voor bepaalde bestanddelen (bijv.Verbindingen, volgens het type; compressoren volgens het type, enz.).

Vaste detectoren (kennis van de principes, plaatsbepaling ervan, hoge en lage waarde, enz.)

Zeer goede kennis


Wat de examens van categorieën III en IV betreft, kan de draagwijdte van het theoretisch examen beperkt worden naar gelang van de handelingen waarop die categorieën betrekking hebben.

C. Praktischexamen

Stoffen

Kennisniveau

Betrokken categorieën

Titel

Onderwerpen

Montage

1. solderen en aaneenhechting van verschillende onderdelen : (kopere leidingen met koper, staal, messing), afsluiters, drukregelaars, dichtheidscontrole 2.verificatie van de soldering door doorzagen 3. Technieken inzake het plooien van koper en staal, bevestigings- en isolatietechnieken

Uitstekende praktische realisaties

I, II

Inbedrijfstelling

1.het onder druk brengen van inert gas 2. dichtheidscontrole via een zeepoplossing 3.vacumeren met tweetrapsvacuumpomp en controle d.m.v. een vacuummeter 4. vulling van de voorzieningweging en optekening van de gebruikte hoeveelheden 5.opstarting, regelingen en controles betreffende de vlotte werking

Uitstekende praktische realisaties

I, II

Onderhoud

1. Verificaties van de vlotte werking

Goede kennis van de door te voeren verificaties, alsook van de desbetreffende uitvoering

I, II

Recuperatie van koelmiddelen

1.recuperatie 2. weging en registratie van de gerecupereerde hoeveelheden 3.vulling van dezelfde voorziening met het gerecupereerde koelmiddel 4. herhaling van deze recuperatie met maximum 20 gram koelmiddelverlies 5.De berekening van het verschil tussen de geladen hoveelheid en de gerecupereerde hoeveelheid, dat niet groter mag zijn dan een waarde bepaald in samenspraak tussen de examencentra, het « AWAC » en het « DGOARNE ».

Uitstekende praktische realisaties

I, II, III (*)

Dichtheidscontrole

Kennis van de uit te voeren controles (in het bijzonder met de elektronische lekdetector) en van de desbetreffende documenten.

Zeer goede kennis van de door te voeren verificaties

I, II, IV (*)


Wat de examens van de categorieën III en IV betreft, kan het examenprotocol vereenvoudigd worden, rekening houdend met de handelingen die de technicus mag uitvoeren.

II : Beoordeling van de vaardigheden inzake energie A. Inleidende bepalingen Voor elk examendeel apart wordt een aantal punten toegekend. De kandidaat is voor het examen geslaagd als hij voor elk gedeelte 50 % van de punten en in totaal 60 % van de punten behaalt.

B. Theoretisch examen

Stoffen

Kennisniveau

Titel

Onderwerpen

1) Evaluatie van de energieprestaties van de airconditioningssystemen

Evaluatie van het rendement van het airconditioningssysteem en de dimensionering ervan op grond van de eisen inzake afkoeling van het gebouw. Goede kennis

2) Regelgevingen

Richtlijn EG 2010/31 (7) en besluiten van de Waalse Regering waarbij ze in het interne recht omgezet wordt. Goede kennis


C. Praktisch examen

Stoffen

Kennisniveau

Titel

Onderwerpen

Evaluatie van de energieprestaties van de airconditioningssystemen

1. Praktische evaluatie van het rendement van de airconditioning 2. Praktische evaluatie van de eisen inzake afkoeling van het gebouw 3. Praktische verificatie van de adequatie van de dimensionering van een airconditioningsinstallatie t.o.v. de eisen inzake afkoeling van het gebouw

Uitstekende praktische realisatie


Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2012 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Namen, 18 oktober 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY _______ Nota's (1) Protocol van Montreal betreffende betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken, opgemaakt te Montreal op 16 september 1987. Protocol van Kyoto bij het raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatsverandering, opgemaakt te Kyoto op 11 december 1997. (3) Verordening (EG) nr.1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen, hierna Verordening (EG) nr. 1005/2009 genoemd. (4) Verordening (EG) nr.842/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 inzake bepaalde gefluoreerde broeikasgassen.

Verordening (EG) nr. 303/2008 van de Commissie van 2 april 2008 tot instelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning voor de certificering van bedrijven en personeel betreffende stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat. (6) Verordening (EG) nr.1516/2007 van de Commissie van 19 december 2007 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van basisvoorschriften inzake controle op lekkage van stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat. (7) Richtlijn 2010/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de energieprestatie van gebouwen (herschikking). Bijlage 3 Bijlage XII bij het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Bijlage XII : Voorwaarden tot erkenning van de examencentra bedoeld in artikel 25 en van de in artikel 54 bedoelde examencentra betreffende vaardigheden inzake energie


I. Erkenning van de examencentra bedoeld in artikel 25 A. Examenjury Het examencentrum moet een examenjury samenstellen met inachtneming van de volgende voorwaarden : - de jury bestaat uit minstens drie koeltechniekspecialisten en wordt voorgezeten door een (burgerlijk, industrieel of technisch) ingenieur of door een persoon die het bewijs van minstens 3 jaar ervaring inzake koeltechniekonderzoek kan overleggen; - minstens één van de juryleden maakt niet deel van het examencentrum. - met uitzondering van de voorzitter beschikken de juryleden beschikken over het geldige certificaat (of over het certificaat van goede afloop dat met dat certificaat overeenstemt) : - van categorie I in het kader van een aanvraag tot erkenning van categorieën I, III en IV; - van categorie I of II in het kader van een aanvraag tot erkenning van categorie II alleen; - van categorie I of II in het kader van een aanvraag tot erkenning van categorie IV alleen.

B. Organisatie van de examens Het examencentrum moet beschikken over procedures betreffende de examens inzake de beoordeling van milieuvaardigheden, die voldoen aan de minimumeisen van de bijlage bij Verordening nr. 303/2008 en rekening houden met de punten B en C van bijlage XI, I. De procedures bevatten o.a. : - de procedure van de keuze van de vragen en praktische oefeningen voor de examens; - de lijst van alle mogelijke vragen die tijdens het theoretisch examen aan de kandidaten gesteld kunnen worden; deze lijst wordt telkens als nodig bijgewerkt, rekening houdend met de evolutie van de wetgeving op het milieucertificaat inzake koeltechniek en van de technieken of praktijken i.v.m. de uitoefening van het beroep van koeltechnicus die zouden kunnen bijdragen tot de vermindering van emissies uit koelvoorzieningen; - de lijst van alle praktische oefeningen die tijdens het praktische examen aan de kandidaten voorgelegd kunnen worden; - een becijferde evaluatierooster voor de beoordeling van de kandidaten en betreffende de theoretische en praktische examenvragen.

C. Technische infrastructuur Voor de organisatie van het praktische gedeelte van de examens ter beoordeling van de milieukennis moet het examencentrum over minstens de volgende technische voorziening beschikken :

TECHNISCHE INFRASTRUCTUUR VAN DE EXAMENCENTRA

Categorie I

Categorie II

Categorie IV

Bestanddelen van de koelvoorziening voor de centra van categorie I


Condensatiegroep of -eenheid bestaande uit :


- een compressor van minimum 0,75 CV (0,55 kW) voorzien van een olieniveauaanwijzer en van twee isolatiekleppen (zuigen en lozen) alsook van koppelingen waarop de manifolds geplaatst kunnen worden,


- een condensor,


- een vloeistoftank of -fles die aan de uitgang beschikt over een isolatieventiel met minstens een drukklep,


- een vulling van dehydreerfilters,


- een elektromagnetisch ventiel,


- een vloeistofaanwijzer,


- een thermostatische reduceerklep,

X

X

- een verdamper,


- twee isolatieventielen met minimum één drukklep. Eén klep wordt op de hoge druk gezet (uitgang vloeistoffles). De andere klep wordt op lage druk gezet (zuigen van de compressor),


- facultatief, bijkomende isolatieventielen, en/of een vullingsklep op de vloeistoflijn,


- veiligheids-, meet- en reguleringsbestanddelen, pressostaten, thermostaten.

Het koelcircuit moet minstens 2 kg koelmiddel kunnen bevatten.

Bovendien :


- is een uitrusting voorzien van een condensatieregulering (condensatiereguleringsklep, diferentiaal ventiel, terugslagklep),


- is een uitrusting voorzien van een verdamperdrukregeling (verdamperdrukregelaar),

X


- is een uitrusting voorzien van een drukregelaar bij het opstarten van de compressor (drukregelaar bij het opstarten),


- beschikt een uitrusting over een voorziening voor ontdooing met warmgas (elektromagnetische ontdooingsklep, vloeistofafscheider, thermostaat einde ontdooing).

Bestanddelen van de koelvoorziening voor de centra van categorie II


Condensatiegroep of -eenheid bestaande uit :


- een semi-hermetische compressor,


- een condensor,


- een vloeistoftank of -fles die aan de uitgang beschikt over een isolatieventiel met minstens een drukklep,


- een dehydreerfilter,


- een elektromagnetische klep,


- een vloeistofaanwijzer,


- een thermostatische afsluiter,


- een verdamper,


- twee isolatieventielen met minimum een drukklep. Eén klep wordt op hoge druk gezet (uitgang vloeistoffles). De andere klep wordt op lage druk gezet (zuigen van de compressor),


- facultatief, bijkomende isolatieventielen, en/of een vullingsklep op de vloeistoflijn,


- veiligheids-, meet- en reguleringsbestanddelen, pressostaten, thermostaten.

X


Facultatief, een deel (maximum de helft) van de uitrustingen mag samengesteld zijn uit de volgende bestanddelen :


- een compressor,


- een condensor,


- een filter droger behuizing,


- een capillaire reduceerafsluiter,


- een verdamper,


- twee isolatieventielen met minimum één drukklep. Eén klep wordt op hoge druk gezet (uitgang vloeistoffles). De andere klep wordt op lage druk gezet (zuigen van de compressor),


- facultatief, bijkomende isolatieventielen, en/of een vullingsklep op de vloeistoflijn,


- veiligheids-, meet- en reguleringsbestanddelen, pressostaten, thermostaten.

Het koelcircuit moet minstens 1 kg koelmiddel kunnen bevatten.

TECHNISCHE INFRASTRUCTUUR VAN DE EXAMENCENTRA

Catégorie I

Catégorie II

Catégorie IV

- Fles met inert gas voor spoeling (droge stikstof, argon, helium) voorzien van reduceerventiel en debietmeter,

X

X


- Fles voor de recuperatie van koelmiddelen met dubbele kleppen,

X

X


- Fles met nieuw (of gerecycleerd) koelmiddel, behoorlijk erkend voor het gebruikte koelmiddel,

X

X


- Recuperatiegroep voor koelmiddelen om het dode volume van de koelmiddelen die na recuperatie in de groep blijven of in de atmosfeer worden uitgestoten zoveel mogelijk te beperken en die het toepassen van een onderdruk van 0,5 bar op de koelvoorziening moet mogelijk maken,

X

X


- Vacuümpomp tweetraps met elektromagnetisch ventiel bij het zuigen.

X

X


Meetinstrumenten


- elektronische vacuümmeter,

X

X


- Weegschaal voor koelmiddelen (met een aanwijsnauwkeurigheid van minstens 10 g voor de flessen met een koelmiddelinhoud van minder dan 30 kg, met een aanwijsnauwkeurigheid van minstens 100 g voor de flessen met een koelmiddelinhoud tussen 30 kg en 300 kg en met een aanwijsnauwkeurigheid van minstens 0,3 % van de koelmiddelinhoud voor de flessen met een koelmiddelinhoud van meer dan 300 kg),

X

X


- Digitale thermometer met contactsonde,

X

X


- Vierweg manifold, waarvan de flexibele slangen van 1/4 over afsluitkleppen beschikken,

X

X


- elektronische multimeter,

X

X


- ampèremeter (indien de multimeter niet voorzien is van een stroomtang).

X

X


Lekdetectieuitrusting


- Elektronische lekdetector met een lekdetectiegevoeligheid van 5 g/jaar,

X

X

X

- Zeepoplossing of een gelijkaardig product.

X

X

X

Uitrusting voor de montageproef en de druktest


Werkbank :


- inert gasfles voor onderdrukzetting met gasdrukregelaar,

X

X


- verbindingselementen, leidingen, dichtingen,...

X

X


- buizen voorzien van terugslagkleppen en soepele verbindingen,

X

X


- snijgereedschap voor koperleidingen,

X

X


- ontbramer,

X

X


- buigapparaat,

X

X


- hardsoldeerinstallatie met gasdrukregelaar en zuurstofdrukregelaar voorzien van terugslagkleppen en soepele verbindingen,

X

X


- hardsoldeergas,

X

X


- aanhechtingsmateriaal voor hardsolderen (30 % zilver),

X

X


- fosforbevattend aanhechtingsmateriaal voor hardsolderen (5 % zilver),

X

X


- bijtmiddel of reinigingsproduct,

X

X


- kraagapparaat (flare-apparaten),

X

X


- handgereedschap : sleutels, schroevendraaiers, tangen, knipsleutel aangepast aan de kleppen van de compressor,...

X

X


- schuurpapier voor het reinigen van de kopere leiding (of gelijkwaardig),

X

X


- werkbank met schroefklem voor soldeertest,

X

X


- ijzeren tang en knijptang voor de visualisering van de lassing,

X

X


- kraagaanzetters.

X

X


Afwijking : het examencentrum dat kandidaten verplicht te beschikken over gelijkwaardig materieel kan vrijgesteld worden van de verplichting om zelf over dat materieel te beschikken.

Het aantal voorzieningen volstaat opdat elke kandidaat de proef inzake hantering van koelmiddelen en de proef inzake montage en druktest individueel kan afleggen. Aangezien doorgaans de helft van de kandidaten de proef inzake hantering van koelmiddelen aflegt terwijl de andere helft de proef inzake montage en druktest aflegt (en vervolgens omgekeerd) moet het aantal voorzieningen normaal gezien overeenstemmen met de helft van het aantal kandidaten die het examen tegelijkertijd afleggen.

II. Erkenning van de examencentra betreffende vaardigheden inzake energie Examenjury Het examencentrum moet een jury samenstellen dat voldoet aan de criteria omschreven in punt I A. of dat bestaat uit energeticaspecialisten inzake airconditioningssystemen, onder het voorzitterschap van een ingenieur (burgerlijk, industrieel of technicus) of van een persoon die het bewijs van minstens drie jaar ervaring in de sector van de energetica betreffende airconditioningssystemen kan overleggen.

De juryleden beschikken over een geldig certificaat voor de energie-inspectie van de airconditioningssystemen. Deze bepaling is pas één jaar na de erkenning van het eerste examencentrum van toepassing.

Organisatie van de examens De examenprocedures waarover het examencentrum moet beschikken bevatten : - de procedure van de keuze van de vragen en praktische oefeningen voor de examens; - de lijst van alle mogelijke vragen die aan de kandidaten gesteld kunnen worden tijdens het examen; - een becijferde evaluatierooster voor de beoordeling van de kandidaten en betreffende de examenvragen.

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2012 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Namen, 18 oktober 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY Bijlage 4 Bijlage XV bij het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Bijlage XV : Model van certificaat van goede afloop inzake koeltechniek en van certificaat voor de energie-inspectie van de airconditioningssystemen


I. Certificaat van goede afloop van het examen inzake koeltechniek

LOGO

« Gegevens van het examencentrum » : - Benaming; - nummer erkenning door het Waalse Gewest; - Adres; - telefoonnumer; - faxnummer; - e-mail.

Certificaat van goede afloop van het examen inzake koeltechniek

Afgegeven overeenkomstig artikel 34 van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Certificaatnummer : (1)/(2)

Afgegeven aan . . . . .

Geboren op ..../..../....... te . . . . .

Categorie van het examen betreffende de certificering : . . . . . (3) . . . . . .

Afgegeven aan . . . . . .., op . . . . . ..

Voor de Jury, De houder, De Directeur,


(*) Schrappen wat niet past Nummer van de erkenning van het examencentrum door het Waalse Gewest.

Nummering van het certificaat in stijgende volgorde.

I, of II, of III, of IV


II. Certificaat betreffende de energie-inspectie van de airconditioningssystemen

LOGO

« Gegevens van het examencentrum, het opleidingscentrum of de onderwijsinrichting » : - benaming; - nummer erkenning door het Waalse Gewest; - adres; - telefoonnumer; - faxnummer; - e-mail.

Certificaat betreffende de energie-inspectie van de airconditioningssystemen

Afgegeven overeenkomstig artikel 55 van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Nummer van het Certificaat : (1)/(2)

Afgegeven aan . . . . . .

Geboren op ......./......./........... te . . . . .

Afgegeven aan . . . . . .., op . . . . . ..

Voor de Jury, De houder, De Directeur,


(*) Schrappen wat niet past Nummer van de erkenning van het examencentrum, het opleidingscentrum of de onderwijsinrichting door het Waalse Gewest.

Nummering van het certificaat in stijgende volgorde.

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2012 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Namen, 18 oktober 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY

Bijlage 5 Bijlage XVI bij het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Bijlage XVI : Model van certificaat betreffende de voortgezette opleiding


LOGO

« Gegevens van het examencentrum » : - benaming; - nummer erkenning door het Waalse Gewest; - adres; - telefoonnumer; - faxnummer; - e-mail.

Certificaat voortgezette opleiding van categorie (2)

Afgegeven overeenkomstig artikel 48 van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Certificaatnummer : (1)/(2)/(3)

Afgegeven aan . . . . . .

Geboren op ........../............/......................... te . . . . . .

Nr. van het certificaat waarvoor het opfrissingsexamen aangevraagd werd : . . . . .

Datum van afgifte van dit certificaat : . . . . . ..

Afgegeven aan . . . . . .., op . . . . . ..

Voor de Jury, De houder, De Directeur,


(*) Schrappen wat niet past Nummer van de erkenning van het examencentrum door het Waalse Gewest.

I, of II, of III, of IV Nummering van het certificaat in stijgende volgorde.

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2012 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 juli 2007 tot voorkoming van verontreiniging bij de installatie en de inbedrijfstelling van vaste koelvoorzieningen die een gefluoreerd koelmiddel bevatten, alsook in geval van interventie op deze uitrustingen, en waarbij de energieprestatie van de airconditioningssystemen gewaarborgd wordt.

Namen, le 18 oktober 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY

^