Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 17 december 1999
gepubliceerd op 18 februari 2000

Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2000035107
pub.
18/02/2000
prom.
17/12/1999
ELI
eli/besluit/1999/12/17/2000035107/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

17 DECEMBER 1999. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen


De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 29 april 1991 tot instelling van een Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen en tot vaststelling van de algemene regelen inzake de erkenning en subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen, inzonderheid op de artikelen 4, 11 en 16;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 22 juli 1993 en 8 maart 1995;

Gelet op het advies van de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen, gegeven op 6 mei 1999;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 21 april 1999;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 29 juni 1999, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw;

Na beraadslaging;

Besluit :

Artikel 1.Artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen wordt vervangen door volgende bepaling : « Art.2. Om met het oog op subsidiëring erkend te worden en erkend te blijven moeten de milieu- en natuurverenigingen, onverminderd de voorwaarden bepaald in artikel 11 van het decreet, aantonen dat ze voldoen aan de algemene voorwaarden vermeld in artikel 4 en de in de artikelen 6 en 7 vermelde specifieke voorwaarden, van toepassing op het type vereniging waarvoor de erkenningsaanvraag wordt ingediend ».

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 22 juli 1993, wordt vervangen door wat volgt : « Art. 3 § 1. De erkenningsaanvraag wordt bij aangetekende brief ingediend bij de administratie. § 2. De erkenningsaanvraag, die opgemaakt wordt conform bijlage 2 bij dit besluit, omvat : 1° een afschrift van de statuten van de milieu- en natuurvereniging; § 3. De administratie neemt het aanvraagdossier door en maakt binnen een termijn van twee maanden te rekenen vanaf de datum van ontvangst een gemotiveerde ontwerpbeoordeling op, waarbij gewerkt wordt met een lijst van criteria conform bijlage 3 bij dit besluit. Dit ontwerp legt de administratie, samen met de vraag tot erkenning, voor advies voor aan de Raad. § 4. Het advies van de Raad is niet bindend. Als de Raad zijn advies niet binnen de maand, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van de ontwerpbeoordeling, uitgebracht heeft, mag aan de adviesverplichting worden voorbijgegaan. Als de Raad in zijn advies opmerkingen formuleert of suggesties doet, motiveert de administratie in zijn ontwerpbeoordeling op welke manier en om welke redenen wel of niet met deze opmerkingen of suggesties rekening wordt gehouden. Zo nodig vraagt de administratie bijkomende inlichtingen bij de vereniging die de aanvraag indiende. § 5. Twee weken na de ontvangst van het dossier, vergezeld van de ontwerpbeoordeling van de administratie en, in voorkomend geval, van het advies van de Raad, neemt de Vlaamse minister een beslissing over de erkenningsaanvraag ».

Art. 3.Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 4.Om erkend te worden, moet een milieu- of natuurvereniging beantwoorden aan volgende algemene voorwaarden : 1° Ze geeft een tijdschrift uit over milieu en natuur met een hoofdzakelijk sensibiliserende, vormende, wetenschappelijke en/of beleidsgerichte inhoud.Het tijdschrift wordt naar alle leden en/of ledenverenigingen en/of abonnees gestuurd, wat blijkt uit het verzendingsborderel of op een andere afdoende wijze; 2° Ze is actief over het hele door haar omschreven werkingsgebied, wat blijkt uit het spreidingsgebied van haar activiteiten en van het uitgegeven tijdschrift;3° Ze werft haar leden en/of ledenverenigingen in principe en in hoofdzaak in het Vlaamse Gewest en/of onder de Vlamingen en de Vlaamse verenigingen woonachtig of gevestigd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;4° Ze beschikt over een bestendig secretariaat;5° Ze organiseert jaarlijks een algemene vergadering waaraan alle effectieve of werkende leden of lidverenigingen die minstens voldoen aan de voorwaarden, vermeld in artikel 16, kunnen deelnemen of waarvoor ze stemgerechtigde leden kunnen afvaardigen ».6° Ze voldeed gedurende twee jaar voor de aanvraag, aan de in de artikelen 4, 6 of 7 vermelde toepasselijke erkenningsvoorwaarden.

Art. 4.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 5.§ 1. De erkenning gebeurt voor een onbepaalde termijn, voor zover de vereniging blijvend voldoet aan de toepasselijke voorwaarden. § 2. De erkenning wordt ingetrokken als blijkt dat niet langer voldaan wordt aan de toepasselijke erkenningsvoorwaarden. De vereniging wordt hier van op de hoogte gesteld.

De vereniging heeft binnen een termijn van 30 dagen de mogelijkheid om aangaande het voornemen om haar erkenning in te trekken, haar standpunt kenbaar te maken. § 3. Als evenwel slechts in beperkte mate afgeweken wordt bij de minimumaanwezigheden en het minimum aantal leden zoals bedoeld in artikel 6, § 2, 1°, 2°, 5° en 6°, artikel 6 § 4, 4°, 6°, 7° en artikel 7 § 1, 2°, 3°, 6° wordt de betrokken vereniging daarvan op de hoogte gesteld om zich in de toekomst in regel te stellen. De vereniging motiveert om welke reden zij niet aan de voorwaarde of voorwaarden heeft kunnen beantwoorden. Als in het daaropvolgende werkingsjaar blijkt dat aan de aangegeven erkenningsvoorwaarden nog niet is voldaan, wordt de voor dit jaar toegekende subsidie verminderd met 2A per niet nageleefde erkenningsvoorwaarde voor de gewestelijke verenigingen en met 1A per niet nageleefde erkenningsvoorwaarde voor de regionale verenigingen. Als in het derde opeenvolgende werkingsjaar blijkt dat aan de aangegeven erkenningsvoorwaarden nog steeds niet is voldaan, wordt erkenning ingetrokken.

Art. 5.Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 6.§ 1. Om erkend te kunnen worden als subsidieerbare gewestelijke vereniging, dient een vereniging te beantwoorden aan volgende algemene voorwaarden : 1° Ze is actief in minstens vier provincies van het Vlaamse Gewest, wat blijkt uit het spreidingsgebied van haar activiteiten en van het uitgegeven tijdschrift;2° Haar tijdschrift verschijnt minstens viermaal per jaar en, bevat minstens 120 bladzijden per jaar;3° Ze beantwoordt aan de specifieke voorwaarden van één van de hierna vermelde types van gewestelijke verenigingen. § 2. Een gewestelijke vereniging komt in aanmerking voor erkenning als een gewestelijke ledenvereniging, wanneer ze voldoet aan de volgende specifieke voorwaarden : 1° Ze telt minstens 1 500 abonnees of leden die elk hun tijdschrift ontvangen;2° Op haar jaarlijkse algemene vergadering zijn minstens 40 stemgerechtigde leden of minstens 30 ledenverenigingen aanwezig of vertegenwoordigd, wat blijkt uit de door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst;3° De door de algemene vergadering gemandateerderbestuursorganen komen minstens tien maal per jaar samen, wat blijkt uit de uitnodiging en de ondertekende aanwezigheidslijst;4° Haar secretariaat is gedurende minstens 35 uren per week bemand;5° Ze organiseert jaarlijks minstens één gewestelijke activiteit rond een thema van natuur- of milieubeleid, waarop tenminste 50 deelnemers aanwezig zijn, wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst.Een verslag wordt opgemaakt; 6° Ze organiseert jaarlijks minstens tien vormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten van enige omvang, waarop minstens 20 deelnemers aanwezig zijn, wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst.Een verslag wordt opgemaakt. § 3. Een gewestelijke vereniging komt in aanmerking voor erkenning als een gewestelijke koepelorganisatie, wanneer zij voldoet aan de volgende specifieke voorwaarden : 1° Ze is erkend alslgewestelijke vereniging en voldoet aan de voorwaarden vermeld in § 2, 3° tot en met 6° van dit artikel;2° Ze telt minstens één derde van de erkende gewestelijke verenigingen en minstens één derde van de erkende regionale verenigingen als aangesloten ledenvereniging.Een erkende vereniging die zou deel uitmaken van meerdere koepelverenigingen bepaalt zelf welke koepelorganisatie haar in rekening mag brengen voor het vervullen van deze erkenningsvoorwaarde; 3° Voor de ledenverenigingen verzorgt ze een coördinatiestructuur en een beleidswerking, ondermeer via gezamenlijke standpunten en acties inzake natuur- en milieubeleid.In milieu- en natuuraangelegenheden treedt ze op als spreekbuis voor de ledenverenigingen; 4° Ze verspreidt haar tijdschrift niet alleen onder de ledenverenigingen, maar bovendien nog onder minstens 1 500 abonnees. § 4. Een gewestelijke vereniging komt in aanmerking als gewestelijke thematische vereniging, wanneer zij voldoet aan volgende specifieke voorwaarden : 1° Ze telt minstens 750 abonnees of leden die elk hun tijdschrift ontvangen;2° Ze ontplooit een permanente onderzoeks-, educatie-, en/of sensibilisatieactiviteit ronde een specifiek thema van natuur- en milieubeleid, inhoudelijk relevant voor in minstens vier provincies;3° Haar secretariaat is gedurende minstens 20 uren per week bemand, en omvat een toegankelijk informatiecentrum;4° Op haar jaarlijkse algemene vergadering zijn minstens 20 stemgerechtigde leden of 20 ledenverenigingen aanwezig of vertegenwoordigd, wat blijkt uit de door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst;5° Haar door de algemene vergadering gemandateerde bestuursorganen komen minstens zesmaal per jaar samen, wat blijkt uit de uitnodiging en de ondertekende aanwezigheidslijst;6° Ze organiseert jaarlijks minstens één gewestelijke activiteit rond een thema van natuur- of milieubeleid, waarop tenminste 50 deelnemers aanwezig zijn, wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst.Een verslag van die activiteit wordt opgemaakt; 7° ze organiseert jaarlijks minstens zes vormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten van enige omvang, waarop minstens 15 deelnemers aanwezig zijn, wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst.Een verslag daarvan wordt opgemaakt ».

Art. 6.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht : « 1° § 1 wordt vervangen door wat volgt : Om erkend te kunnen worden als subsidieerbare regionale vereniging, dient een vereniging te beantwoorden aan volgende algemene voorwaarden : 1° Ze heeft een werkingsgebied van minstens vijf aaneengesloten gemeenten en is bovendien vertegenwoordigd in minstens vijf gemeentelijke milieuadviesraden en/of gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening en/of commissies voor het gemeentelijk natuurontwikkelingsplan en/of gemeentelijke cultuurraden;2° Ze telt jaarlijks minstens 500 abonnees of leden die elk hun tijdschrift ontvangen, ofwel minstens 20 aangesloten thematische verenigingen, regionale verenigingen of streekgebonden verenigingen die voldoen aan de voorwaarden omschreven in artikel 16;3° Op haar jaarlijkse algemene vergadering zijn minstens 20 stemgerechtigde leden of 15 ledenverenigingen aanwezig of vertegenwoordigd, wat blijkt uit de door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst;4° De door de algemene vergadering gemandateerde bestuursorganen komen minstens zes maal per jaar samen, wat blijkt uit de uitnodigingen en de ondertekende aanwezigheidslijst;5° Haar secretariaat is gedurende minstens 20 uur per week bemand;6° Ze organiseert jaarlijks minstens zes vormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten, waarop minstens 15 deelnemers aanwezig zijn, wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst.Een verslag daarvan wordt opgemaakt; 7° Haar tijdsschrift verschijnt minstens vier maal per jaar en bevat minstens 80 bladzijden per jaar.2° § 2 wordt opgeheven ».

Art. 7.Aan artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 22 juli 1993, worden een § 3 en § 4 toegevoegd, die luiden als volgt : « § 3. De in § 1 bedoelde subsidie wordt verminderd met de andere subsidies die bekomen worden van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap andere dan deze opgenomen in dit besluit en deze opgenomen in het besluit van 29 juni 1999 houdende vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van natuurreservaten en van terreinbeherende natuurverenigingen alsook voor toekenning van subsidies. Het te verwachten bedrag van deze subsidies dient bij de subsidieaanvraag, vermeld in artikel 10, 1° of 13, a), duidelijk te worden aangegeven. De in mindering gebrachte bedragen blijven ter beschikking van het Mina-fonds om de A-waarde en de toekenning van de A's van dat werkingsjaar te kunnen berekenen. § 4. Per erkende vereniging wordt het subsidiebedrag berekend op basis van de activiteiten, verenigingskenmerken en subsidiecriteria van het voorgaande werkjaar ».

Art. 8.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen door wat volgt : « De erkende gewestelijke koepelverenigingen zoals bepaald in artikel 6 § 3 ontvangen jaarlijks, naast de basissubsidie als gewestelijke vereniging, zoals bepaald in artikel 11, § 1, 1°, 2°, 3°, 4°, 5° en 6°, een bijzonder subsidie die als volgt is samengesteld : 1° een bijkomende forfaitaire subsidie gelijke aan 25 A;2° een subsidie die 2A bedraagt per aangesloten erkende gewestelijke ledenvereniging, die 1A bedraagt per aangesloten erkende gewestelijke thematische of regionale vereniging die minstens 20 aangesloten streekgebonden verenigingen telt en die 0,5 A bedraagt per aangesloten erkende regionale vereniging.Een erkende vereniging die deel zou uitmaken van meerdere koepelverenigingen bepaalt zelf welke koepelorganisatie haar in rekening mag brengen. Voor de aangesloten erkende regionale of thematische verenigingen bedraagt deze subsidie 0,4 A als deze aangesloten vereniging ook aangesloten is bij een erkende gewestelijke vereniging ». 2° de paragrafen 2 tot en met 6 worden opgeheven.

Art. 9.Artikel 10 van hetzelfde besluit gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 8 maart 1995, wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 10.Om in aanmerking te komen voor de toekenning van subsidies dienen de erkende verenigingen volgende documenten naar de bevoegde administratie toe te sturen : 1. Voor 15 oktober van het voorgaande jaar : a) een door de algemene vergadering of door de algemene vergadering gemandateerd beheersorgaan goedgekeurde begroting, respectievelijk ontwerp-begroting voor het volgend werkjaar, b) een door de algemene vergadering of het door de algemene vergadering gemandateerd beheersorgaan goedgekeurd werkingsprogramma voor het volgend jaar, c) het aantal aangesloten verenigingen en individuele leden, d) de wijzigingen die zijn aangebracht aan de gegevens van het erkenningsdossier;2. voor 31 januari van het lopend jaar : a) een werkingsverslag over het voorbije jaar, b) het rapport volgens het model in bijlage 2 bij dit besluit;3. voor 1 april van het lopende jaar een door de algemene vergadering goedgekeurd gedetailleerd financieel verslag van het voorbije kalenderjaar, met balans, volgens het boekhoudkundig plan, gevoegd in bijlage 1 bij dit besluit ».

Art. 10.In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de §§ 1 en 2, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 8 maart 1995, vervangen als volgt : « § 1. De erkende gewestelijke ledenverenigingen zoals bepaald in artikel 6, § 2, ontvangen jaarlijks een basissubsidie die als volgt is samengesteld : 1° Een forfaitaire subsidie gelijk aan 8 A;2° Voor zover in het permanent secretariaat van de vereniging minimum een voltijds personeelslid is tewerkgesteld, een bijkomende subsidie van 6A per voltijds personeelslid dat gedurende een volledig werkjaar is tewerkgesteld met een maximum van 30A per werkjaar;3° Voor zover elke publicatie die een welomschreven thematiek inzake natuur- en/of milieubeleid op een samenhangende en educatief verantwoorde manier uiteenzet, een subsidie van 1A per publicatie van minstens 90 bladzijden met een oplage van minstens 400 exemplaren en/of een subsidie van 0,5 A per publicatie van minstens 40 bladzijden met een oplage van minstens 400 exemplaren, met een maximum van 2A per werkjaar;een themanummer van het tijdschrift dat aan hogervermelde voorwaarden voldoet (40 bladzijden) en dat wordt uitgegeven naast de tijdschriftedities vermeld in de algemene erkenningsvoorwaarden, kan in aanmerking komen als publicatie in de zin van dit artikel; 4° Voor zover er naast het ledentijdschrift minstens acht maal per jaar een vormings- en kaderblad uitgebracht wordt dat minstens 20 bladzijden telt per aflevering en minstens een oplage heeft van 400 exemplaren, een subsidie van 2A;5° Voor zover de vereniging over een website op het internet beschikt die de vereniging en haar activiteiten voorstelt en die regelmatig up to date gehouden wordt, een subsidie van 1A;6° Voor zover de in artikel 6 vermelde rvormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten van enige omvang aangekondigd werden in het tijdschrift of in het vormings- en kaderblad, voor zover er telkens minstens 50 deelnemers aanwezig waren wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst en voor zover er een vormingsmap was voorzien, een subsidie van 0,5 A per activiteit die wordt georganiseerd naast het aantal activiteiten vermeld in de erkenningsvoorwaarden, met een maximum van 1 A per provincie;7° Voor zover de vereniging minstens 50 aangesloten verenigingen telt, een subsidie die 1A bedraagt per aangesloten erkende thematische of regionale vereniging die minstens 20 aangesloten streekverenigingen telt, die 0,5 A bedraagt per aangesloten erkende regionale vereniging en 0,3 A per streekgebonden vereniging die minstens voldoet aan de voorwaarden omschreven in artikel 16 van dit besluit.Een streekgebonden vereniging die aangesloten is bij meerdere gewestelijke verenigingen, bepaalt zelf welke gewestelijke vereniging haar in mag brengen met het oog op het bepalen van het subsidiebedrag; 8° Een subsidie die 1A bedraagt per bijkomende begonnen schijf van 2 500 aangesloten individuele leden boven de eerste schijf van 1 500 aangesloten individuele leden voor zover deze leden het tijdschrift ontvangen en uiterlijk vanaf 2001 uitgenodigd worden of stemrecht hebben op de algemene vergadering of op de algemene vergadering stemgerechtigde leden kunnen afvaardigen en voor zover het door de algemene vergadering gemandateerd bestuursorgaan samengesteld is uit minstens 1/3 leden van het andere geslacht;9° Voor zover de vereniging vertegenwoordigd is in minimum 12 provinciale en/of bovengemeentelijke adviesorganen en/of adviesorganen in het raam van regionale landschappen, bekkencomités of landinrichting of natuurinrichting, gespreid over minstens 4 provincies, een subsidie van 3A. § 2. De erkende gewestelijke thematische verenigingen zoals bepaald in artikel 6, § 4, ontvangen jaarlijks een basissubsidie die als volgt is samengesteld : 1° Een forfaitaire subsidie gelijk aan 8A;2° Voor zover in het permanent secretariaat van de vereniging een voltijds personeelslid tewerkgesteld is, een bijkomende subsidie van 6A per voltijds personeelslid dat gedurende een volledig werkjaar is tewerkgesteld, met een maximum van 12A per werkjaar;3° Voor elke publicatie die een welomschreven thematiek over natuur- en/of milieubeleid op een samenhangende en educatief verantwoorde manier uiteenzet, een subsidie van 1A per publicatie van minstens 90 bladzijden met een oplage van minstens 400 exemplaren en/of een subsidie van 0,5 A per publicatie van minstens 40 bladzijden met een oplage van minstens 400 exemplaren, met een maximum van 2A per werkjaar.Een themanummer van het tijdschrift dat aan hoger vermelde voorwaarden voldoet (40 bladzijden) en dat wordt uitgegeven naast de tijdschriftedities vermeld in de algemene erkenningsvoorwaarden, kan in aanmerking komen als publicatie in de zin van dit artikel; 4° Voor zover er naast het ledentijdschrift minstens acht maal per jaar een vormings- en kaderblad uitgebracht wordt dat minstens 20 bladzijden telt per aflevering en minstens een oplage heeft van 400 exemplaren, een subsidie van 2A;5° Voor zover de vereniging over een website op het internet beschikt die de vereniging en haar activiteiten voorstelt en die regelmatig up to date gehouden wordt, een subsidie van 1A;6° Voor zover de in artikel 6 vermelde vormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten van enige omvang aangekondigd werden in het tijdschrift of in het vormings- en kaderblad, voor zover er telkens minstens 50 deelnemers aanwezig waren wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst en rvoor zover er een vormingsmap was voorzien, een subsidie van 0,5 A per activiteit die wordt georganiseerd naast het aantal activiteiten vermeld in de erkenningsvoorwaarden, met een maximum van 2 A;

Art. 11.In artikel 14 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 8 maart 1995, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen door wat volgt : « De erkende regionale verenigingen zoals bepaald in artikel 7 ontvangen jaarlijks een basissubsidie die als volgt is samengesteld : 1° Een forfaitaire subsidie gelijk aan 3A als het werkingsgebied minstens vijf gemeenten beslaat. Deze forfaitaire subsidie wordt verhoogd tot 4A als het werkingsgebied minstens tien gemeenten beslaat of als het werkingsgebied een agglomeratie van minstens 200 000 inwoners beslaat Deze forfaitaire subsidie wordt verhoogd tot 5A als het werkingsgebied minstens 15 gemeenten beslaat;

Deze forfaitaire subsidie wordt verhoogd tot 6A als het werkingsgebied minstens 20 gemeeenten beslaat Deze forfaitaire subsidie wordt verhoogd tot 6A als de vereniging minstens 20 aangesloten thematische, regionale of streekgebonden verenigingen telt die minstens voldoen aan de voorwaarden omschreven in artikel 16 van dit besluit; 2° Voor zover in het permanent secretariaat van de vereniging minstens een halftijds personeelslid tewerkgesteld is, een bijkomende subsidie van 3A per halftijds personeelslid dat gedurende een volledig werkjaar werd tewerkgesteld met een contract van onbepaalde duur, met een maximum van 6A per werkjaar.Dit maximum van 6A wordt verhoogd tot 12A voor de regionale verenigingen waarvan het werkingsgebied minstens 20 gemeenten beslaat of als de vereniging minstens 20 aangesloten thematische, regionale of streekgebonden verenigingen telt die minstens voldoen aan de voorwaarden omschreven in artikel 16 van dit besluit; 3° Voor elke publicatie die een welomschreven thematiek over natuur- en/of milieubeleid op een samenhangende en educatief verantwoorde manier uiteenzet, een subsidie van 1A per publicatie van minstens 90 bladzijden met een oplage van minstens 200 exemplaren en/of een subsidie van 0,5 A per publicatie van minstens 40 bladzijden met een oplage van minstens 200 exemplaren, met een maximum van 2A per werkjaar.4° Voor zover er naast het ledentijdschrift minstens viermaal per jaar een vormings- en kaderblad uitgebracht wordt dat minstens 20 bladzijden telt per aflevering en minstens een oplage heeft van 100 exemplaren, een subsidie van 0,5 A;5° Voor zover de vereniging over een website op het internet beschikt die de vereniging en haar activiteiten voorstelt en die regelmatig up to date gehouden wordt, een subsidie van 1A;6° Voor zover de in artikel 7 vermelde vormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten van enige omvang aangekondigd werden in het tijdschrift of in het vormings- en kaderblad, voor zover er telkens minstens 50 deelnemers aanwezig waren wat blijkt uit een door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijst en voor zover er een vormingsmap was voorzien, een subsidie van 0,5 A per activiteit die wordt georganiseerd naast het aantal activiteiten vermeld in de erkenningsvoorwaarden, met een maximum van 2 A;7° Voor zover de vereniging vertegenwoordigd is in minimum 3 bovengemeentelijke adviesorganen en/of adviesorganen in het raam van regionale landschappen, bekkencomités, landinrichting-, natuurinrichting- of andere regionale structuren een subsidie van 1A;8° Voor zover de vereniging minstens 20 aangesloten verenigingen telt, een subsidie die 0,2 A bedraagt per aangesloten streekgebonden vereniging die voldoet aan de voorwaarden omschreven in artikel 16 van dit besluit.Een streekgebonden vereniging die aangesloten is bij meerdere regionale verenigingen, bepaalt zelf welke regionale vereniging haar in mag brengen met het oog op het bepalen van het subsidiebedrag; 9° Een subsidie die 0,5 A bedraagt per begonnen schijf van 750 leden, voor zover deze leden hun tijdschrift ontvangen, en uiterlijk vanaf 2001 uitgenodigd worden of stemrecht hebben op de algemene vergadering of op de algemene vergadering stemgerechtigde leden kunnen afvaardigen en voor zover het door de algemene vergadering gemandateerd bestuursorgaan samengesteld is uit minstens 1/3 leden van het andere geslacht.

Art. 12.Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 21.§ 1. Jaarlijks wordt, naar aanleiding van de subsidieaanvragen, vermeld in artikelen 10, 1° en 13, a), een volledige of gedeeltelijke controle van de erkende verenigingen doorgevoerd. § 2. Met het oog op de toepassing van artikel 5 voert de administratie geregeld inspecties en steekproeven uit om vast te stellen of de verklaringen die door de verenigingen, onder meer op grond van de artikelen 3,4, 6, 7, 10, 12, 15 of 16, afleggen overeenstemmen met de werkelijkheid. § 3. De administratie maakt jaarlijks, op basis van de op grond van vorige paragrafen verkregen gegevens evenals van alle andere gegevens betreffende aangevraagde en geldende erkenningen, een overzichtsrapport op, overeenkomstig bijlage 4. Hierbij wordt nagegaan of de erkende verenigingen blijvend voldoen aan de toepasselijke erkenningsvoorwaarden en in welke mate ze voldoen aan de gestelde subsidievoorwaarden. De resultaten van deze doorlichting worden voor 31 maart van het werkingsjaar medegedeeld aan de Raad. § 4. De erkende verenigingen alsmede de verenigingen die een erkenningsaanvraag ingediend hebben verlenen de toegang voor eventuele controles, ter plaatse, door de ambtenaren van de administratie of door de bevoegde ambtenaren van de Inspectie van Financiën en van het Rekenhof. De nodige verantwoordingstukken dienen door de erkende verenigingen ter beschikking te worden gehouden ».

Art. 13.Artikel 22 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 22.Luidens artikel 57, eerste lid, van de wetten op de rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, is de vereniging tot onmiddellijke terugbetaling van de subsidie gehouden indien zij de voorwaarden niet naleeft waaronder de subsidie verleend werd, indien zij de subsidie niet aanwendt voor de doeleinden, waarvoor ze verleend werd en indien zij de in artikel 21 bedoelde controle verhindert ».

Art. 14.Bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt vervangen door de bepalingen opgenomen als bijlage I bij dit besluit ».

Art. 15.De bijlagen II en III bij dit besluit worden opgenomen als bijlage 3 en bijlage 4 bij het voornoemde besluit van 3 juni 1992.

Art. 16.Voor de verenigingen die na de inwerkingtreding van dit besluit voor het eerst een erkenningsaanvraag indienen, hebben de wijzigingen die bij dit besluit aangebracht worden in het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en subsidiëring van milieu- en natuurverenigingen, onmiddellijke uitwerking Voor de verenigingen die reeds erkend waren en gesubsidieerd werden op grond van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen, zoals gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 22 juli 1993 en 8 maart 1995, blijft de vorige erkenning gelden onder de voorwaarden waaronder de erkenning gegeven werd tot vijf jaar na de beslissing die dot deze erkenning aanleiding gaf. Vanaf dat moment gaat de administratie na of deze vereniging voldoet aan de erkenningsvoorwaarden zoals gewijzigd bij dit besluit. De subsidies worden voor deze verenigingen toegekend overeenkomstig de voorwaarden zoals gewijzigd bij artikel 8, 10 en 11 van dit besluit.

Voor de verenigingen die reeds een erkenningsaanvraag hadden ingediend voor de inwerkingtreding van dit besluit, wordt het dossier afgehandeld volgens de procedures van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 22 juli 1993 en 8 maart 1995 met toepassing van de huidige criteria van het besluit. De subsidies worden voor deze verenigingen toegekend overeenkomstig de voorwaarden zoals gewijzigd bij het artikel 8, 10 en 11 van dit besluit.

Art. 17.Dit besluit treedt in werking vanaf 1 januari 2000. Voor het eerste jaar bewijzen de reeds erkende en gesubsidieerde verenigingen en de verenigingen die reeds een erkenningsaanvraag indienden, uiterlijk een maand na de publicatie dat ze voldoen aan de subsidiecriteria van dit besluit.

Art. 18.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Leefmilieu, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 17 december 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA

BIJLAGE 1 - MODEL VAN INHOUDELIJKE ELEMENTEN VAN DE ERKENNINGSAANVRAAG, CONFORM ARTIKEL 3 VAN HET BESLUIT EN VAN DE JAARLIJKSE RAPPORTAGE, CONFORM ARTIKEL 10 VAN HET BESLUIT Voorafgaande opmerking : In geval van de jaarlijkse rapportage dienen de gegevens enkel te worden verstrekt voor het voorgaande werkingsjaar.

DEEL I : GEGEVENS BETREFFENDE DE VERENIGING Naam : Maatschappelijke zetel : Telefoon : Telefax : Contactpersoon : DEEL II : VOORSTELLING VAN DE VERENIGING Omschrijving van de doelstellingen : Aantal leden : Aantal aangesloten verenigingen : Voeg de lijst van de aangesloten verenigingen toe en specificeer of deze verenigingen zijn erkend als gewestelijke, regionale of thematische vereniging dan wel of zij als streekvereniging in de zin van artikel 16 van het besluit worden beschouwd.

Voeg een door de aangesloten verenigingen ondertekende verklaring toe waaruit blijkt dat de aanvrager de aangesloten verenigingen in rekening mag brengen voor het vervullen van de erkenningsvoorwaarden.

Omschrijving van het werkingsgebied : (toon aan d.m.v. het spreidingsgebied van de activiteiten en het tijdschrift dat de vereniging actief is in het volledige werkingsgebied) Adres van het secretariaat : Kopie van de statuten en wijzigingen, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad Kopie van de benoemingsbesluiten van de beheerders, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad (gedurende de drie jaren voorafgaand aan de aanvraag) Verklaring op eer dat de sociale en fiscale verplichtingen zijn voldaan DEEL III : BESCHRIJVING VAN ACTIVITEITEN VAN DE VERENIGING 1° Tijdschrift Voeg de originelen of kopieën toe van het tijdschrift zoals uitgegeven gedurende de drie jaren voorafgaand aan de aanvraag Voeg de verzendingsborderel of de facturen toe, waaruit de oplage blijkt 2° Algemene vergadering Duid aan wie stemrecht heeft in de algemene vergadering, aan de hand van de statuten en desgevallend het huishoudelijk reglement Voeg de door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijsten toe van de algemene vergaderingen gedurende de drie jaren voorafgaand aan de aanvraag 3° Raad van Beheer Voeg de uitnodigingen en de ondertekende aanwezigheidslijsten toe van de vergaderingen van de raad van beheer van de drie jaren voorafgaand aan de aanvraag 4° Secretariaat Omschrijf de dienstverlening van het secretariaat(openingsuren, telefonische bereikbaarheid, wijze van opstelling) 5° Verslag van de gewestelijke activiteiten Geef een beschrijving van de gewestelijke activiteiten die de voorbije drie jaar hebben plaatsgevonden, met opgave van onderwerp, plaats en aantal aanwezigen Voeg de verslagen en de door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijsten toe 6° Verslag van de kadervormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten Geef een beschrijving van de kadervormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten die de voorbije drie jaar hebben plaatsgevonden, met opgaven van onderwerp, plaats en aantal aanwezigen. Voeg de verslagen en de door de deelnemers ondertekende aanwezigheidslijsten toe BIJZONDERHEDEN VOOR DE KOEPELVERENIGINGEN Geef een omstandige beschrijving van de coördinatiestructuur ten behoeven van de lidverenigingen BIJZONDERHEDEN VOOR DE THEMATISCHE VERENIGINGEN Geef een omstandige beschrijving van de permanente studie, educatie- en/of sensibilisatieactiviteit rond een specifiek thema van natuur- of milieubeleid BIJZONDERHEDEN VOOR DE REGIONALE VERENIGINGEN Toon aan, aan de hand van verslagen, dat de vereniging gedurende de voorbije drie jaar, vertegenwoordigd was in minstens vijf gemeentelijke milieuadviesraden, en/of gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening, en/of commissies voor het gemeentelijk natuurontwikkelingsplan en/of gemeentelijke cultuurraden.

DEEL IV : SUBSIDIECRITERIA 1° Geef het aantal op van de in het secretariaat tewerkgestelde personeelsleden die worden ingebracht voor de subsidieberekening.Voeg de arbeidscontracten en loonbriefjes of individuele rekeningen toe. 2° Thematische publicaties : Voeg de originelen of kopieën toe van de publicaties Voeg de verzendingsborderel of de facturen toe, waaruit de oplage blijkt 3° Vormings- en kaderblad : Voeg de originelen of kopieën toe van het vormings- en kaderblad Voeg de verzendingsborderel of de facturen toe, waaruit de oplage blijkt 4° Kadervormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten Voeg de originelen of kopieën toe van de vormingsmap 5° Web-site Voeg een outprint toe.6° Vertegenwoordiging in provinciale of regionale adviesorganen (voor de regionale verenigingen) Toon aan, aan de hand van verslagen, dat de vereniging vertegenwoordigd was in minstens drie provinciale adviesorganen of adviesorganen in het raam van regionale landschappen of bekkencomités of ruilverkaveling, landinrichting of natuurinrichting. Datum en handtekening Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1999 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en de subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen Brussel, 17 december 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA

BIJLAGE 2 - CRITERIA VOOR DE BEOORDELING VAN DE ERKENNINGSAANVRAAG EN VAN DE JAARLIJKSE RAPPORTAGE CONFORM ARTIKELEN 3 EN 10 VAN HET BESLUIT Algemene erkenningsvoorwaarden Is de verklaring op eer toegevoegd dat de sociale en fiscale verplichtingen zijn voldaan ? Blijkt uit de ingediende verzendingsborderel of de facturen dat het tijdschrift aan alle leden en/of lidverenigingen werd verzonden ? Blijkt uit het spreidingsgebied van de activiteiten en het tijdschrift dat de vereniging actief is over het gehele werkingsgebied ? Worden de leden in Vlaanderen geworven en zijn de lidverenigingen in Vlaanderen actief ? Beschikt de vereniging over een bestendig secretariaat ? Blijkt uit de statuten dat er een jaarlijkse algemene vergadering wordt gehouden, met stemrecht voor de leden en lidverenigingen.

Specifieke erkenningsvoorwaarden Komt het opgegeven ledenaantal overeen met de oplage van het tijdschrift ? Voldoet het tijdschrift aan de voorwaarden, met name oplage, prijs, aantal edities en aantal bladzijden.

Is de lijst van de aangesloten verenigingen bijgevoegd, alsook de ondertekende verklaringen van die verenigingen ? Waren er voldoende deelnemers op de algemene vergadering (te controleren aan de hand van de deelnemerslijst) ? Kwam de raad van beheer voldoende malen bijeen (te controleren aan de hand van de uitnodigingen en ondertekende aanwezigheidslijsten) ? Blijkt uit de benoemingsbesluiten van de beheerders dat de gelijkheid tussen de geslachten wordt gerespecteerd ? Is het secretariaat voldoende uren bemand (te controleren aan de hand van de omschrijving van de dienstverlening) ? Voldoen de gewestelijke activiteiten aan de voorwaarden (aantal, aantal deelnemers en thema - te controleren aan de hand van het verslag en de aanwezigheidslijsten) ? Voldoen de kadervormingsactiviteiten do studiebijeenkomsten aan de voorwaarden (aantal, aantal deelnemers en thema - te controleren aan de hand van het verslag en de aanwezigheidslijsten ) ? Specifieke erkenningsvoorwaarden voor de koepelverenigingen Blijkt uit de beschrijving van de coördinatiestructuur ten behoeve van de lidverenigingen dat aan de voorwaarde is voldaan ? Specifieke erkenningsvoorwaarden voor de thematische verenigingen Blijkt uit de beschrijving van de permanente studie, educatie- en/of sensibilisatie-activiteit rond een specifiek thema van natuur- of milieubeleid, dat aan de voorwaarde is voldaan ? Specifieke erkenningsvoorwaarden voor de regionale verenigingen Blijkt uit de ingediende stukken dat de vereniging gedurende de voorbije drie jaar, vertegenwoordigd was in minstens vijf gemeentelijke milieuadviesraden en /of gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening en/of commissies voor het gemeentelijke natuurontwikkelingsplan en/of gemeentelijke cultuurraden.

Subsidiecriteria Zijn de arbeidscontracten en loonbriefjes of individuele rekeningen van de personeelsleden bijgevoegd ? Zijn de thematische publicaties toegevoegd ? Voldoen zij aan de voorwaarden inzake inhoud, aantal bladzijden en oplage ? Is het vormings- en kaderblad toegevoegd ? Voldoet dit aan de voorwaarden inzake inhoud, aantal bladzijden en oplage ? Beschikt de vereniging over een Web-site ? Is een outprint toegevoegd ? Voldoen de kadervormingsactiviteiten of studiebijeenkomsten aan de voorwaarden (inhoud, aantal, aantal deelnemers, vormingsmap) ? Voor de regionale vereniging : toont de vereniging aan dat zij vertegenwoordigd is in gemeentelijke milieuadviesraden en/of gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening en/of commissies voor het gemeentelijk natuurontwikkelingsplan en/of gemeentelijke cultuurraden.

Voor de regionale vereniging : toont de vereniging aan dat zij vertegenwoordigd was in minstens drie provinciale adviesorganen of adviesorganen in het raam van regionale landschappen of bekkencomités of ruilverkaveling, landinrichting of natuurinrichting ? Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1999 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en de subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen Brussel, 17 december 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA

BIJLAGE 3 - OVERZICHTSRAPPORT CONFORM ARTIKEL 21 VAN HET BESLUIT DEEL I : GEGEVENS BETREFFENDE DE VERENIGING Naam : Maatschappelijke zetel : Telefoon : Telefax : Contactpersoon : DEEL II : TOETSING VAN DE ERKENNINGSVOORWAARDEN Gedetailleerde oplijsting van de verschillende erkenningsvoorwaarden waaraan de vereniging voldoet.

Gedetailleerde oplijsting van de erkenningsvoorwaarden waaraan de vereniging niet voldoet, met opgave van de aard van de afwijking.

DEEL III : TOETSING VAN DE SUBSIDIEVOORWAARDEN Gedetailleerde oplijsting van de subsidievoorwaarden waaraan de vereniging voldoet.

BIJLAGE 2, zoals ingevuld door de vereniging en BIJLAGE 3 zoals ingevuld door de administratie worden toegevoegd.

Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1999 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 3 juni 1992 tot vaststelling van de bijzondere regelen inzake de erkenning en de subsidiëring van de milieu- en natuurverenigingen Brussel, 17 december 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA

^