gepubliceerd op 05 januari 2024
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 tot organisatie van de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering
15 DECEMBER 2023. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/07/2009 pub. 10/08/2009 numac 2009035721 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot organisatie van de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering type besluit van de vlaamse regering prom. 24/07/2009 pub. 10/08/2009 numac 2009035722 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2009 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering sluiten tot organisatie van de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering
Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - het bijzonder decreet van 7 juli 2006 over de Vlaamse instellingen, artikel 21, eerste lid.
Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord gegeven op 16 november 2023; - Er is op 29 november 2023 bij de Raad van State een aanvraag ingediend voor een advies binnen 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. De ingediende aanvraag, ingeschreven op de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het nummer 74.996/3, werd op 5 december 2023 van de rol afgevoerd, overeenkomstig artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de minister-president van de Vlaamse Regering.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.Artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 24/07/2009 pub. 10/08/2009 numac 2009035721 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot organisatie van de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering type besluit van de vlaamse regering prom. 24/07/2009 pub. 10/08/2009 numac 2009035722 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2009 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering sluiten tot organisatie van de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 3.De leden van de Vlaamse Regering beschikken over een kabinet dat bestaat uit stafleden en ondersteunende personeelsleden.".
Art. 2.Artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 januari 2010 en 22 mei 2015, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 6.§ 1. Voor de uitoefening van de bevoegdheden, vermeld in artikel 1, kunnen de volgende personeelsleden worden ingezet: 1° bij het kabinet van de minister-president: a) één kabinetschef, belast met de algemene leiding van het kabinet van de minister-president;b) één kabinetschef, belast met de inhoudelijke beleidsmateries van de minister-president;c) één woordvoerder;d) één protocolverantwoordelijke;e) één institutioneel raadgever;f) één kabinetssecretaris;g) negen raadgevers algemeen beleid;h) één begrotingsraadgever;2° bij het kabinet van een viceminister-president: a) één kabinetschef, belast met de algemene leiding van het kabinet van de viceminister-president;b) één kabinetschef, belast met inhoudelijke beleidsmateries van de viceminister-president;c) één woordvoerder;d) één kabinetssecretaris;e) negen raadgevers;f) één begrotingsraadgever;3° bij het kabinet van de andere Vlaamse ministers: a) één kabinetschef, belast met de algemene leiding van het kabinet;b) één woordvoerder;c) één kabinetssecretaris;d) één begrotingsraadgever. § 2. Naast de personeelsleden, vermeld in paragraaf 1, kunnen 112 inhoudelijke raadgevers ingezet worden in de kabinetten in functie van de bevoegdheidsverdeling binnen de Vlaamse Regering.
De inhoudelijke raadgevers worden toegewezen op basis van inhoudelijke structuurelementen overeenkomstig de tabel die is opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.
Onverminderd het bepaalde in het eerste en tweede lid kunnen twaalf personeelsleden verdeeld toegewezen worden aan een Vlaams minister in functie van de bevoegdheidsverdeling binnen de Vlaamse Regering. § 3. De minister-president en de viceminister-presidenten kunnen aan vijf raadgevers de functie van adjunct-kabinetschef toevertrouwen.
De andere Vlaamse ministers kunnen aan twee raadgevers de functie van adjunct-kabinetschef toevertrouwen. In functie van een correcte vervulling van de toegewezen bevoegdheden kan een minister, mits toelating van de minister-president bijkomend één raadgever de functie van adjunct-kabinetschef toevertrouwen.
Elk lid van de Vlaamse Regering kan, mits toelating van de minister-president, één raadgever belasten met een bijzondere en tijdelijke opdracht van een dergelijk niveau, dat de gelijkstelling van deze functie met de rang van kabinetschef toegelaten is.
Art. 3.In hoofdstuk II van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 januari 2010, 10 februari 2012 en 22 mei 2015 worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° afdeling 3 tot en met 5, die bestaan uit artikel 7 tot en met 12, worden vervangen door wat volgt: "Afdeling 3.Ondersteunende personeelsleden
Art. 7.Bij het kabinet van de minister-president en de viceminister-presidenten bestaat het ondersteunend personeel uit maximaal veertien personeelsleden.
Bij het kabinet van de andere Vlaamse ministers bestaat het ondersteunend personeel uit maximaal negen ondersteunende personeelsleden.
Art. 8.Binnen de perken van de kabinetsbegroting kunnen de leden van de Vlaamse Regering een functie van ondersteunend personeelslid omzetten in een functie van staflid.
Art. 9.Voor het vervullen van facilitaire ondersteunende taken, zoals schoonmaak, onthaal, catering, verzending, ICT, economaat en vervoer, kunnen de leden van de Vlaamse Regering een beroep doen op personeelsleden uit de Vlaamse administratie, in overleg met de betrokken leidend ambtenaar en in overeenstemming met de bepalingen van het Vlaams Personeelsstatuut. Afdeling 4. Tijdelijke ondersteuning uittredende ministers
Art. 10.Bij het kabinet van de minister-president wordt een cel opgericht waarbij per uittredend lid van de Vlaamse Regering dat geen ministeriële functie meer uitoefent, noch deel uitmaakt van een wetgevende vergadering, in een medewerker wordt voorzien gedurende maximaal twee jaar te rekenen vanaf de datum van het beëindigen van de functie in de Vlaamse Regering.
Het salaris van de medewerker van een uittredend lid van de Vlaamse Regering mag de salarisschaal A212 niet overschrijden.
De medewerkers van deze cel maken deel uit van het kabinet van de minister-president, maar worden niet in aanmerking genomen voor de berekening van het aantal stafleden en leden van het ondersteunend personeel waarover de minister-president volgens artikel 6, § 1, 1°, en artikel 7, eerste lid, kan beschikken."; 2° artikel 11 en 12 worden opgeheven.
Art. 4.Aan hetzelfde besluit wordt een bijlage toegevoegd, die bij dit besluit is gevoegd.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking op de datum van de beëdiging van de Vlaamse Regering na de eerstvolgende volledige vernieuwing van het Vlaams Parlement.
Art. 6.De minister-president van de Vlaamse Regering is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 15 december 2023.
De minister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Buitenlandse Zaken, Cultuur, Digitalisering en Facilitair Management, J. JAMBON
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld