gepubliceerd op 20 september 2001
Besluit van de Vlaamse regering houdende creatie van een globale arbeidsmarkt tussen het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, sommige Vlaamse Openbare Instellingen en de Vlaamse Wetenschappelijke Instellingen
1 JUNI 2001. - Besluit van de Vlaamse regering houdende creatie van een globale arbeidsmarkt tussen het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, sommige Vlaamse Openbare Instellingen en de Vlaamse Wetenschappelijke Instellingen
De Vlaamse regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, § 3, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988;
Gelet op het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het Gemeenschapsonderwijs, inzonderheid op artikel 67, § 2;
Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 11, § 1, gewijzigd bij de wet van 22 juli 1993;
Gelet op de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, inzonderheid op artikel 20ter, § 2, ingevoegd bij het decreet van 5 juli 1989 en gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging, inzonderheid op artikel 32ter, § 1, ingevoegd bij het decreet van 12 december 1990 en op artikel 32ter, § 3 en § 4, ingevoegd bij het decreet van 12 december 1990 en gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op de wet van 17 mei 1976 tot oprichting van een Dienst voor de Scheepvaart en van een « Office de la Navigation », inzonderheid op artikel 8, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, inzonderheid op artikel 38, gewijzigd bij de decreten van 20 april 1994 en 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 20 maart 1984 houdende oprichting van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling, inzonderheid op artikel 3, § 2, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 29 mei 1984 houdende oprichting van de instelling Kind en Gezin, inzonderheid op artikel 11, § 1, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, inzonderheid op artikel 9, § 3, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 27 juni 1990 houdende oprichting van een Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap, inzonderheid op artikel 18, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 31 juli 1990 betreffende het Onderwijs II, inzonderheid op artikel 160, gewijzigd bij de decreten van 9 april 1992, 7 juli 1998 en 18 mei 1999;
Gelet op het decreet van 12 december 1990 betreffende het bestuurlijk beleid, inzonderheid op artikel 24, 44, § 3, en 45, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 23 januari 1991 betreffende de vorming en de begeleiding van de zelfstandigen en de kleine en middelgrote ondernemingen, inzonderheid op artikel 48, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 23 januari 1991 tot oprichting van Export Vlaanderen, inzonderheid op artikel 20, § 3, gewijzigd bij het decreet van 24 juli 1996;
Gelet op het decreet van 4 mei 1994 betreffende de N.V. Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer Vlaanderen, inzonderheid op artikel 57, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, inzonderheid op artikel 32, § 3;
Gelet op het decreet van 7 juli 1998 betreffende de openbare instelling Toerisme Vlaanderen en de Vlaamse Raad voor het Toerisme, inzonderheid op artikel 20;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 1993 houdende organisatie van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en de regeling van de rechtspositie van het personeel, laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 20 april 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 28 januari 1997 houdende statuut en organisatie van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de regeling van de rechtspositie van het personeel, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 16 december 1997, 17 februari 1998, 23 juli 1998, 29 juni 1999, 5 oktober 1999, 4 februari 2000, 8 september 2000, 2 februari 2001 en 30 maart 2001;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 30 juni 2000 houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel van sommige Vlaamse openbare instellingen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 2 februari 2001;
Gelet op het advies van het college van secretarissen-generaal van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, gegeven op 6 november 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van de Dienst voor de Scheepvaart, gegeven op 18 oktober 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van Export Vlaanderen, gegeven op 20 oktober 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap, gegeven op 24 oktober 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van Kind en Gezin, gegeven op 25 oktober 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van de Vlaamse Landmaatschappij, gegeven op 25 oktober 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van Toerisme Vlaanderen, gegeven op 25 oktober 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van de Dienst voor Infrastructuurwerken van het Gesubsidieerd Onderwijs, gegeven op 27 oktober 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van het Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen, gegeven op 27 oktober 2000;
Gelet op het advies van het Vast Bureau van de Vlaamse Onderwijsraad, gegeven op 7 november 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van de N.V. Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer Vlaanderen, gegeven op 8 november 2000;
Gelet op het advies van het beheerscomité van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, gegeven op 8 november 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Rekem, gegeven op 9 november 2000;
Gelet op het advies van de raad van bestuur van het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Geel, gegeven op 9 november 2000;
Gelet op het feit dat het advies van de raad van bestuur van het Commissariaat-Generaal voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie, geacht wordt gegeven te zijn met toepassing van de artikelen 44 en 45 van het decreet van 12 december 1990 betreffende het bestuurlijk beleid, gewijzigd bij het decreet van 7 juli 1998;
Gelet op het advies van de directieraad van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap, gegeven op 13 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de Dienst voor Infrastructuurwerken van het Gesubsidieerd Onderwijs, gegeven op 16 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van Export Vlaanderen, gegeven op 16 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de Vlaamse Landmaatschappij, gegeven op 17 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de Dienst voor de Scheepvaart, gegeven op 17 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van het Vlaams Instituut voor Zelfstandig Ondernemen, gegeven op 17 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van Toerisme Vlaanderen, gegeven op 18 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Geel, gegeven op 18 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij, gegeven op 19 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de N.V. Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer Vlaanderen, gegeven op 24 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest, gegeven op 24 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van het permanent secretariaat van de Vlaamse Onderwijsraad, gegeven op 27 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van het Commissariaat-generaal voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie, gegeven op 30 oktober 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de Vlaamse Milieumaatschappij, gegeven op 6 november 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Rekem, gegeven op 7 november 2000;
Gelet op het advies van de directieraad van de administratieve diensten van het Gemeenschapsonderwijs, gegeven op 10 november 2000;
Gelet op het feit dat het advies van de directieraad van de Maatschappij van de Brugse Zeevaartinrichtingen, van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding en van Kind en Gezin geacht wordt gegeven te zijn met toepassing van artikel I 5 van het stambesluit VOI van 30 juni 2000;
Gelet op het feit dat het advies van de directieraden van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen, het Instituut voor Natuurbehoud, het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer, het Centrum voor Bevolkings- en Gezinsstudiën en het Instituut voor het Archeologisch Patrimonium geacht wordt gegeven te zijn met toepassing van artikel I 6, derde lid, van het besluit van 28 januari 1997 houdende statuut en organisatie van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de regeling van de rechtspositie van het personeel;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 oktober 2000;
Gelet op het protocol nr. 158.447 van 29 november 2000 van het sectorcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap - Vlaams Gewest;
Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering op 15 december 2000, betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State binnen een maand;
Gelet op het advies 31.112/3 van de Raad van State, gegeven op 13 maart 2001, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Huisvesting en Ambtenarenzaken;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 1993 houdende organisatie van het ministerie van de Vlaamse gemeenschap en de regeling van de rechtspositie van het personeel
Artikel 1.Aan artikel I 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 1993 houdende organisatie van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en de regeling van de rechtspositie van het personeel, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 8 december 1994, 12 juni 1995, 26 juni 1996, 11 maart 1997, 14 april 2000 en 8 september 2000, wordt een 21° toegevoegd, dat luidt als volgt : « 21° Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut : de Vlaamse Openbare Instellingen die onder het stambesluit VOI vallen »
Art. 2.In artikel I 3, § 3, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de bepaling onder 1°, a) worden de woorden "via examen" vervangen door de woorden "via examen voor verhoging in graad";2° er wordt een 2°bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « 2°bis de diensten van de Vlaamse regering, met uitzondering van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen, en de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut voor de bevordering van de geslaagden voor de vergelijkende overgangsexamens en voor de toepassing van de verruimde arbeidsmarkt.»
Art. 3.In artikel V 3 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 wordt de bepaling onder 1° vervangen door wat volgt : " 1° bevordering van de geslaagden voor de vergelijkende overgangsexamens, na oproep, gericht tot de geslaagden van het ministerie en terzelfder tijd tot de geslaagden van het niet-wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut, of voor, " 2° in § 2 wordt de bepaling onder 2° vervangen door wat volgt : " 2° de interne arbeidsmarkt en/of de verruimde arbeidsmarkt, of voor";3° in § 3 wordt de bepaling onder 2° vervangen door wat volgt : " 2° de interne arbeidsmarkt en/of de verruimde arbeidsmarkt, of voor";4° in § 4 wordt een 1°bis ingevoegd, dat luidt als volgt « : 1°bis de interne arbeidsmarkt en/of de verruimde arbeidsmarkt, of voor ».
Art. 4.Aan deel V, titel 2, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000, wordt een hoofdstuk 3 toegevoegd, dat luidt als volgt : « Hoofdstuk 3. Gemeenschappelijke bepalingen Art. V 13bis. Deze titel is tevens van toepassing op de stagiairs. »
Art. 5.In deel V van hetzelfde statuut, wordt een titel 2bis ingevoegd, die luidt als volgt : « TITEL 2BIS - DE VERRUIMDE ARBEIDSMARKT Art. V 13ter. Voor de toepassing van deze titel wordt onder verruimde arbeidsmarkt verstaan : 1° de overplaatsing van een ambtenaar van de diensten van de Vlaamse regering, met uitzondering van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen, naar een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, zonder dat de betrokken ambtenaar in graad verhoogd wordt;2° de overplaatsing van een ambtenaar van een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut naar de diensten van de Vlaamse regering, uitgezonderd de betrekkingen van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen, zonder dat de betrokken ambtenaar in graad verhoogd wordt. Art. V 13quater. § 1. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt door zich kandidaat te stellen of nadat de leidinggevende hem heeft aangemeld. § 2. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt door zich kandidaat te stellen : 1° hetzij door een gerichte kandidaatstelling naar aanleiding van een bekendmaking van een vacature;2° hetzij door een spontane kandidaatstelling. § 3. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt na aanmelding als hij om organisatorische, functionele of medische redenen overgeplaatst moet worden.
Art. V 13quinquies. Een ambtenaar komt slechts voor overplaatsing in aanmerking indien hij : 1° zich in de administratieve toestand van dienstactiviteit bevindt;2° voldoet aan de specifieke voorwaarden die overeenkomstig dit besluit voorgeschreven zijn om de vacante functie uit te oefenen. Art. V 13sexies. § 1. Indien de bevoegde overheid ervoor gekozen heeft een vacante betrekking te vervullen via de verruimde arbeidsmarkt, wordt de vacature bekendgemaakt en worden de gerichte en spontane kandidaatstellingen en de aanmeldingen onderling vergeleken. § 2. Het bericht dat een vacante betrekking via de verruimde arbeidsmarkt begeven kan worden, bevat de volgende informatie over de vacante betrekking : 1° een korte functiebeschrijving;2° het gewenste profiel;3° de wijze van kandidaatstelling en het adres waar meer inlichtingen kunnen worden ingewonnen. Art. V 13septies. § 1. De leidinggevende van de ontvangende entiteit kiest op zorgvuldige wijze de meest geschikte ambtenaar voor een bepaalde functie. Hij motiveert de selectiebeslissing en houdt bij zijn keuze rekening met : 1° de kandidaatstelling of de aanmelding;2° de functiebeschrijving van de vacature en het gewenste profiel;3° de functioneringsevaluatie;4° de beoordeling van de eventuele selectietest(s). In de procedure van overplaatsing van afdelingshoofden kan onder 4° het opstellen van een beleidsnota worden begrepen. § 2. De geselecteerde ambtenaar neemt binnen drie maanden na de selectiebeslissing, bedoeld in § 3, zijn nieuwe functie op. § 3. De ambtenaar kan een aangeboden betrekking weigeren. De ambtenaar die werd aangemeld kan hoogstens tweemaal een betrekking weigeren. Bij een derde weigering wordt hij ambtshalve overgeplaatst.
Art. V 13octies. In geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A2 en lager van of naar een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut ondertekenen de secretaris-generaal van het departement en de benoemende overheid bij de Vlaamse openbare instelling, die uitsturen of ontvangen, het overplaatsingsbesluit ambtshalve.
In geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A3 van of naar een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut ondertekent de benoemende overheid, die uitstuurt of ontvangt, het overplaatsingsbesluit ambtshalve.
Art V 13novies. § 1. De overgeplaatste personeelsleden worden ingeschakeld in de rechtspositieregeling van het personeel van de ontvangende entiteit. § 2. De overgeplaatste personeelsleden behouden hun hoedanigheid, hun graad of een gelijkwaardige graad. Ze behouden ten minste de graad-, niveau-, dienst- en schaalanciënniteit waarop zij recht hadden volgens de bestaande reglementering op het ogenblik van hun overplaatsing. De latere wijzigingen aan deze regelgeving zijn op hen niet meer van toepassing. § 3. De personeelsleden behouden ten minste het salaris dat zij genoten op het ogenblik van hun overplaatsing. Ze behouden de rechten, die hen voorheen reglementair werden toegekend, voor zover ze nog van toepassing zijn in de entiteit waar ze terechtkomen. § 4. Voor de personeelsleden die belast zijn met de uitoefening van het hoger ambt, wordt voor de overdracht alleen rekening gehouden met hun statutaire graad. § 5. De ambtenaren die voor hun overdracht geslaagd zijn voor een vergelijkend examen voor overgang naar een ander niveau of voor verhoging in graad, behouden de aanspraken die zij door het slagen van één van die examens hebben verworven.
Art V 13decies. Artikel V 13ter tot en met V 13novies zijn van toepassing op de stagiair. De stagiair wordt geacht de graad te bekleden, die verbonden is aan de betrekking waarin hij tot de stage is toegelaten.
Art. V 13undecies. § 1. De graad van preventieadviseur-coördinator kan begeven worden door overplaatsing volgens de procedure van de verruimde arbeidsmarkt. De secretaris-generaal van het bevoegde departement neemt deze beslissing. § 2. Een preventieadviseur-coördinator die wordt overgeplaatst vanuit of naar een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, verkrijgt tevens de graad waarin hij vast benoemd is. § 3. De secretaris-generaal van het bevoegde departement en de leidend ambtenaar van de instelling, die uitsturen of ontvangen, ondertekenen het overplaatsingsbesluit ambtshalve. Het vermeldt de termijn waarbinnen de preventieadviseur-coördinator zijn nieuwe functie opneemt. § 4. Artikel II 36, § 2, § 3 en § 4, is van toepassing op de overgeplaatste preventieadviseur-coördinator.
Art. V 13duodecies. § 1. De graad van afdelingshoofd kan begeven worden door overplaatsing volgens de procedure van de verruimde arbeidsmarkt. De betrokken leidend ambtenaar neemt deze beslissing. § 2. Voor overplaatsing volgens de procedure van de verruimde arbeidsmarkt komen de afdelingshoofden bij de diensten van de Vlaamse regering en de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut in aanmerking. § 3. Een afdelingshoofd, dat wordt overgeplaatst vanuit of naar een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, verkrijgt tevens de graad waarin hij vast benoemd is. § 4. De Vlaamse minister(s) bevoegd voor het individueel personeelsbeheer en bij overplaatsing vanuit of naar een Vlaamse openbare instelling tevens de voorzitter van de raad van bestuur van de instelling of de minister belast met het beheer van de instelling ondertekenen het overplaatsingsbesluit ambtshalve. Het vermeldt de termijn waarbinnen het afdelingshoofd zijn nieuwe functie opneemt. § 5. Artikel VIII 76bis, § 2, VIII 76quater, § 2, derde lid, VIII 76septies en VIII 76octies zijn van toepassing op het overgeplaatste afdelingshoofd. »
Art. 6.In artikel XI 25, § 3, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000, wordt tussen het tweede en het derde lid, een nieuw lid ingevoegd, dat luidt als volgt : « De dagen afwezigheid wegens ziekte die de ambtenaar heeft opgenomen als ambtenaar bij een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut worden aangerekend op het in het eerste lid vermelde aantal werkdagen vanaf 1 januari 1995 en wat Export Vlaanderen betreft vanaf 1 oktober 2000. »
Art. 7.In deel XIV, titel 3, hoofdstuk 3, van hetzelfde statuut wordt een artikel XIV 41bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. XIV 41bis. § 1. Contractuele personeelsleden kunnen zich kandidaat stellen voor vacatures in dezelfde betrekking bij de diensten van de Vlaamse regering of de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut. De procedure verloopt overeenkomstig titel 2 bis van deel V, met uitzondering van de overplaatsing na aanmelding. Het geselecteerde personeelslid neemt binnen drie maanden na de selectiebeslissing zijn nieuwe functie op. § 2. § 1 is niet van toepassing op de contractuelen die vervangingsopdrachten verrichten. »
Art. 8.In bijlage 7, gevoegd bij hetzelfde statuut, worden naast de vermelding van A2A afdelingshoofd en de vermelding van A2A preventieadviseur-coördinator in de zesde kolom telkens de woorden « en door overplaatsing volgens de procedure van de verruimde arbeidsmarkt » toegevoegd. HOOFDSTUK II. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 28 januari 1997 houdende statuut en organisatie van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de regeling van de rechtspositie van het personeel
Art. 9.Aan artikel I 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 28 januari 1997 houdende statuut en organisatie van de Vlaamse wetenschappelijke Instellingen en de regeling van de rechtspositie van het personeel, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt een 30° toegevoegd, die luidt als volgt : « 30 ° Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut : de Vlaamse Openbare Instellingen die onder het stambesluit VOI vallen ».
Art. 10.In artikel I 3 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de bepaling onder 1°, a) worden de woorden "via examen" vervangen door de woorden "via examen voor verhoging in graad";2° er wordt een 1°bis ingevoegd, dat luidt als volgt : "1°bis de diensten van de Vlaamse regering, met uitzondering van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse Wetenschappelijke instellingen en de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut voor de bevordering van de geslaagden voor de vergelijkende overgangsexamens en voor de toepassing van de verruimde arbeidsmarkt.»
Art. 11.In artikel V 4 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 wordt de bepaling onder 1° vervangen door wat volgt : "1° bevordering van de geslaagden voor de vergelijkende overgangsexamens na oproep, gericht tot de geslaagden van het niet-wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en terzelfder tijd tot de geslaagden van het ministerie en de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut, of voor »;2° in § 2 wordt de bepaling onder 2° vervangen door wat volgt : "2° de interne arbeidsmarkt en/of de verruimde arbeidsmarkt, of voor";3° in § 3 wordt de bepaling onder 2° vervangen door wat volgt : "2 ° de interne arbeidsmarkt en/of de verruimde arbeidsmarkt, of voor".
Art. 12.Aan deel V, titel 2, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt een hoofdstuk 3 toegevoegd, dat luidt als volgt : « Hoofdstuk 3. Gemeenschappelijke bepalingen.
Art. V 14bis. Deze titel is tevens van toepassing op de stagiairs. »
Art. 13.In deel V van hetzelfde statuut wordt een titel 2bis ingevoegd, die luidt als volgt : « TITEL 2bis. DE VERRUIMDE ARBEIDSMARKT Art. V 14ter. Voor de toepassing van deze titel wordt onder verruimde arbeidsmarkt verstaan : 1° de overplaatsing van een ambtenaar van de diensten van de Vlaamse regering, met uitzondering van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen, naar een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, zonder dat de betrokken ambtenaar in graad verhoogd wordt;2° de overplaatsing van een ambtenaar van een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut naar de diensten van de Vlaamse regering, uitgezonderd de betrekkingen van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen, zonder dat de betrokken ambtenaar in graad verhoogd wordt. Art. V 14quater. § 1. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt door zich kandidaat te stellen of nadat de leidinggevende hem heeft aangemeld. § 2. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt door zich kandidaat te stellen : 1° hetzij door een gerichte kandidaatstelling naar aanleiding van een bekendmaking van een vacature;2° hetzij door een spontane kandidaatstelling. § 3. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt na aanmelding als hij om organisatorische, functionele of medische redenen overgeplaatst moet worden.
Art. V 14quinquies. Een ambtenaar komt slechts voor overplaatsing in aanmerking indien hij : 1° zich in de administratieve toestand van dienstactiviteit bevindt;2° voldoet aan de specifieke voorwaarden die overeenkomstig dit besluit voorgeschreven zijn om de vacante functie uit te oefenen. Art. V 14sexies. § 1. Indien de bevoegde overheid ervoor gekozen heeft een vacante betrekking te vervullen via de verruimde arbeidsmarkt, wordt de vacature bekendgemaakt en worden de gerichte en spontane kandidaatstellingen en de aanmeldingen onderling vergeleken. § 2. Het bericht dat een vacante betrekking via de verruimde arbeidsmarkt begeven kan worden, bevat de volgende informatie over de vacante betrekking : 1° een korte functiebeschrijving;2° het gewenste profiel;3° de wijze van kandidaatstelling en het adres waar meer inlichtingen kunnen worden ingewonnen. Art. V 14septies. § 1. De leidinggevende van de ontvangende entiteit kiest op zorgvuldige wijze de meest geschikte ambtenaar voor een bepaalde functie. Hij motiveert de selectiebeslissing en houdt bij zijn keuze rekening met : 1° de kandidaatstelling of de aanmelding;2° de functiebeschrijving van de vacature en het gewenste profiel;3° de functioneringsevaluatie;4° de beoordeling van de eventuele selectietest(s). § 2. De geselecteerde ambtenaar neemt binnen drie maanden na de selectiebeslissing, bedoeld in § 1, zijn nieuwe functie op. § 3. De ambtenaar kan een aangeboden betrekking weigeren. De ambtenaar die werd aangemeld kan hoogstens tweemaal een betrekking weigeren. Bij een derde weigering wordt hij ambtshalve overgeplaatst.
Art. V 14octies. In geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A2 en lager van of naar een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut ondertekenen het instellingshoofd van de instelling en de benoemende overheid bij de Vlaamse openbare instelling, die uitsturen of ontvangen, het overplaatsingsbesluit ambtshalve.
Art V 14novies. § 1. De overgeplaatste personeelsleden worden ingeschakeld in de rechtspositieregeling van het personeel van de ontvangende entiteit. § 2. De overgeplaatste personeelsleden behouden hun hoedanigheid, hun graad of een gelijkwaardige graad. Ze behouden ten minste de graad-, niveau-, dienst- en schaalanciënniteit waarop zij recht hadden volgens de bestaande reglementering op het ogenblik van hun overplaatsing. De latere wijzigingen aan deze regelgeving zijn op hen niet meer van toepassing. § 3. De personeelsleden behouden ten minste het salaris dat zij genoten op het ogenblik van hun overplaatsing. Ze behouden de rechten, die hen voorheen reglementair werden toegekend, voor zover ze nog van toepassing zijn in de entiteit waar ze terechtkomen. § 4. Voor de personeelsleden die belast zijn met de uitoefening van het hoger ambt, wordt voor de overdracht alleen rekening gehouden met hun statutaire graad. § 5. De ambtenaren die voor hun overdracht geslaagd zijn voor een vergelijkend examen voor overgang naar een ander niveau of voor verhoging in graad, behouden de aanspraken die zij door het slagen van één van die examens hebben verworven.
Art V 14decies. Deze titel is tevens van toepassing op de stagiairs.
De stagiair wordt geacht de graad te bekleden, die verbonden is aan de betrekking waarin hij tot de stage is toegelaten. »
Art. 14.In artikel XI 25, § 3 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2001, wordt tussen het tweede en het derde lid een nieuw lid ingevoegd, dat luidt als volgt : « De dagen afwezigheid wegens ziekte die de ambtenaar heeft opgenomen als ambtenaar bij een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut worden aangerekend op het in het eerste lid vermelde aantal werkdagen vanaf 1 januari 1995 en wat Export Vlaanderen betreft vanaf 1 oktober 2000. »
Art. 15.In deel XIV, titel 3, hoofdstuk 3, van hetzelfde statuut, wordt een artikel XIV 43bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. XIV 43bis. § 1. Contractuele personeelsleden kunnen zich kandidaat stellen voor vacatures in dezelfde betrekking bij de diensten van de Vlaamse regering of de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut. De procedure verloopt overeenkomstig titel 2bis van deel V, met uitzondering van de overplaatsing na aanmelding. Het geselecteerde personeelslid neemt binnen drie maanden na de selectiebeslissing zijn nieuwe functie op. § 2. § 1 is niet van toepassing op de contractuelen die vervangingsopdrachten verrichten. » HOOFDSTUK III. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 30 juni 2000 houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel van sommige vlaamse openbare instellingen
Art. 16.Aan artikel I 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 30 juni 2000 houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel van sommige Vlaamse openbare instellingen worden een 20° en 21° toegevoegd, die luiden als volgt : « 20° Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut : de Vlaamse openbare instellingen die onder dit besluit vallen;21° diensten van de Vlaamse regering : het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse wetenschappelijke instellingen.»
Art. 17.In deel I van hetzelfde statuut wordt een artikel I 2bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. I 2bis. De diensten van de Vlaamse regering, met uitzondering van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen en de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut worden als een administratieve eenheid beschouwd voor de bevordering van de geslaagden van de vergelijkende overgangsexamens en voor de toepassing van de verruimde arbeidsmarkt. »
Art. 18.In artikel V 2 van hetzelfde statuut worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de bepaling onder 1°, a) wordt vervangen door wat volgt : "a) door bevordering van de geslaagden voor de vergelijkende overgangsexamens, na oproep, gericht tot de geslaagden van de instelling, en terzelfder tijd tot de geslaagden van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en de geslaagden van het niet-wetenschappelijk personeel van de Vlaamse Wetenschappelijke instellingen en de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut,";2° de bepaling onder 1°, b) wordt vervangen door wat volgt : " b) of door mutatie en/of de verruimde arbeidsmarkt";de bepaling onder d) wordt opgeheven; 3° de bepaling onder 2°, c) wordt vervangen door wat volgt : " c) of door mutatie en/of de verruimde arbeidsmarkt";4° een 3° wordt toegevoegd, dat luidt als volgt : « 3° een vacante betrekking in de rangen A3 en A2L : a) door aanwerving;b) of door de verruimde arbeidsmarkt.»
Art. 19.In deel V van hetzelfde statuut wordt titel IV « De overplaatsing », bestaande uit artikel V 16 tot en met V 22, vervangen door wat volgt : « TITEL IV. DE VERRUIMDE ARBEIDSMARKT Art. V 16. Voor de toepassing van deze titel wordt onder verruimde arbeidsmarkt verstaan : 1° de overplaatsing van een ambtenaar van een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut naar een betrekking van het niet-wetenschappelijk personeel in een wetenschappelijke instelling, het ministerie van de Vlaamse gemeenschap of een andere Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, zonder dat de betrokken ambtenaar in graad verhoogd wordt.2° de overplaatsing van een ambtenaar van een Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, de diensten van de Vlaamse regering, met uitzondering van het wetenschappelijk personeel van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen, naar een andere Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, zonder dat de betrokken ambtenaar in graad verhoogd wordt. Art. V 17. § 1. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt door zich kandidaat te stellen of nadat de leidinggevende hem heeft aangemeld. § 2. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt door zich kandidaat te stellen : 1° hetzij door een gerichte kandidaatstelling naar aanleiding van een bekendmaking van een vacature;2° hetzij door een spontane kandidaatstelling. § 3. De ambtenaar krijgt toegang tot de verruimde arbeidsmarkt na aanmelding als hij om organisatorische, functionele of medische redenen overgeplaatst moet worden.
Art. V 18. Een ambtenaar komt slechts voor overplaatsing in aanmerking indien hij : 1° zich in de administratieve toestand van dienstactiviteit bevindt;2° voldoet aan de specifieke voorwaarden die overeenkomstig dit besluit voorgeschreven zijn om de vacante functie uit te oefenen. Art. V 19. § 1. Indien de bevoegde overheid ervoor gekozen heeft een vacante betrekking te vervullen via de verruimde arbeidsmarkt, wordt de vacature bekendgemaakt en de gerichte en spontane kandidaatstellingen en de aanmeldingen onderling vergeleken. § 2. Het bericht dat een vacante betrekking via de verruimde arbeidsmarkt begeven kan worden, bevat de volgende informatie over de vacante betrekking : 1° een korte functiebeschrijving;2° het gewenste profiel;3° de wijze van kandidaatstelling en het adres waar meer inlichtingen kunnen worden ingewonnen. Art. V 20. § 1. De leidinggevende van de ontvangende entiteit kiest op zorgvuldige wijze de meest geschikte ambtenaar voor een bepaalde functie. Hij motiveert de selectiebeslissing en houdt bij zijn keuze rekening met : 1° de kandidaatstelling of de aanmelding;2° de functiebeschrijving van de vacature en het gewenste profiel;3° de functioneringsevaluatie;4° de beoordeling van de eventuele selectietest(s). In de procedure van overplaatsing van afdelingshoofden kan onder 4° het opstellen van een beleidsnota worden begrepen. § 2. De geselecteerde ambtenaar neemt binnen drie maanden na de selectiebeslissing, bedoeld in § 3, zijn nieuwe functie op. § 3. De ambtenaar kan een aangeboden betrekking weigeren. De ambtenaar die werd aangemeld kan hoogstens tweemaal een betrekking weigeren. Bij een derde weigering wordt hij ambtshalve overgeplaatst.
Art. V 21. § 1. In geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A2 en lager van of naar een andere Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut ondertekent de benoemende overheid bij de Vlaamse openbare instelling, die uitstuurt of ontvangt, het overplaatsingsbesluit ambtshalve. § 2. In geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A2 en lager van of naar een Vlaamse wetenschappelijke instelling ondertekenen het instellingshoofd van de wetenschappelijke instelling en de benoemende overheid bij de Vlaamse openbare instelling, die uitsturen of ontvangen, het overplaatsingsbesluit ambtshalve. § 3. In geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A2 en lager van of naar het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, ondertekenen de secretaris-generaal van het departement en de benoemende overheid bij de Vlaamse openbare instelling, die uitsturen of ontvangen, het overplaatsingsbesluit ambtshalve. § 4. In geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A3 van of naar een andere Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut of het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en in geval van overplaatsing van een ambtenaar van rang A2L van of naar een andere Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut, ondertekent de benoemende overheid, die uitstuurt of ontvangt, het overplaatsingsbesluit ambtshalve.
Art V 22. § 1. De overgeplaatste personeelsleden worden ingeschakeld in de rechtspositieregeling van het personeel van de ontvangende entiteit. § 2. De overgeplaatste personeelsleden behouden hun hoedanigheid, hun graad of een gelijkwaardige graad. Ze behouden ten minste de graad-, niveau-, dienst- en schaalanciënniteit waarop zij recht hadden volgens de bestaande reglementering op het ogenblik van hun overplaatsing. De latere wijzigingen aan deze regelgeving zijn op hen niet meer van toepassing. § 3. De personeelsleden behouden ten minste het salaris dat zij genoten op het ogenblik van hun overplaatsing. Ze behouden de rechten, die hen voorheen reglementair werden toegekend, voor zover ze nog van toepassing zijn in de entiteit waar ze terechtkomen. § 4. Voor de personeelsleden die belast zijn met de uitoefening van het hoger ambt, wordt voor de overdracht alleen rekening gehouden met hun statutaire graad. § 5. De ambtenaren die voor hun overdracht geslaagd zijn voor een vergelijkend examen voor overgang naar een ander niveau of voor verhoging in graad, behouden de aanspraken die zij door het slagen van één van die examens hebben verworven.
Art V 23. Artikel V 16 tot en met V 22 zijn van toepassing op de stagiair. De stagiair wordt geacht de graad te bekleden, die verbonden is aan de betrekking waarin hij tot de stage is toegelaten.
Art. V 24. § 1. De graad van preventieadviseur-coördinator kan begeven worden door overplaatsing volgens de procedure van de verruimde arbeidsmarkt. De leidend ambtenaar neemt deze beslissing. § 2. Een preventieadviseur-coördinator die wordt overgeplaatst vanuit of naar een andere Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut en vanuit of naar de diensten van de Vlaams regering, verkrijgt tevens de graad waarin hij vast benoemd is. § 3. De leidend ambtenaar van de Vlaamse openbare instelling en de secretaris-generaal van het bevoegde departement, die uitsturen of ontvangen, ondertekenen het overplaatsingsbesluit ambtshalve. Het vermeldt de termijn waarbinnen de preventieadviseur-coördinator zijn nieuwe functie opneemt. § 4. Artikel II 18, § 3, § 4 en § 5 is van toepassing op de overgeplaatste preventieadviseur-coördinator.
Art. V 25. § 1. De graad van afdelingshoofd kan begeven worden door overplaatsing volgens de procedure van de verruimde arbeidsmarkt. De leidend ambtenaar neemt deze beslissing. § 2. Voor overplaatsing volgens de procedure van de verruimde arbeidsmarkt komen de afdelingshoofden bij de diensten van de Vlaamse regering, de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut en de instelling zelf in aanmerking. § 3. Een afdelingshoofd dat wordt overgeplaatst vanuit of naar een andere Vlaamse openbare instelling met een vergelijkbaar personeelsstatuut en vanuit of naar de diensten van de Vlaamse regering, verkrijgt tevens de graad waarin hij vast benoemd is. § 4. De voorzitter van de raad van bestuur van de Vlaamse openbare instelling of de minister belast met het beheer van de Vlaamse openbare instelling, die uitsturen of ontvangen, ondertekenen het overplaatsingsbesluit ambtshalve. In geval van overplaatsing vanuit of naar de diensten van de Vlaamse regering ondertekent tevens de Vlaamse minister(s) bevoegd voor het individueel personeelsbeheer het overplaatsingsbesluit ambtshalve. Het vermeldt de termijn waarbinnen het afdelingshoofd zijn nieuwe functie opneemt. § 5. Artikel VIII 69, § 2, VIII 71, § 2, vierde lid, VIII 74 en VIII 75 zijn van toepassing op het overgeplaatste afdelingshoofd. »
Art. 20.In deel XIV, titel III, Hoofdstuk III, van hetzelfde statuut, wordt een artikel XIV 43bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. XIV 43bis. § 1. Contractuele personeelsleden kunnen zich kandidaat stellen voor vacatures in dezelfde betrekking bij de diensten van de Vlaamse regering of de Vlaamse openbare instellingen met een vergelijkbaar personeelsstatuut. De procedure verloopt overeenkomstig titel IV van deel V uitgezonderd de toepassing van de overplaatsing na aanmelding. Het geselecteerde personeelslid neemt binnen drie maanden na de selectiebeslissing zijn nieuwe functie op. § 2. § 1 is niet van toepassing op de contractuelen die vervangingsopdrachten verrichten."
Art. 21.In bijlage 5, gevoegd bij hetzelfde statuut, worden naast de vermelding van A2A afdelingshoofd en de vermelding van A2A preventieadviseur-coördinator in de zesde kolom telkens de woorden « en door overplaatsing volgens de verruimde arbeidsmarkt" toegevoegd. HOOFDSTUK IV. - Gemeenschappelijke bepalingen
Art. 22.Dit besluit treedt heden in werking.
Art. 23.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 1 juni 2001.
De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Huisvesting en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN