Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 05 september 2024
gepubliceerd op 20 september 2024

Besluit van het verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschaps-Commissie van Brussel Hoofdstad tot vaststelling van de modaliteiten en de procedure voor de voordracht en de verkiezing van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2024008696
pub.
20/09/2024
prom.
05/09/2024
ELI
eli/besluit/2024/09/05/2024008696/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 SEPTEMBER 2024. - Besluit van het verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschaps-Commissie van Brussel Hoofdstad tot vaststelling van de modaliteiten en de procedure voor de voordracht en de verkiezing van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn


Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, artikel 11, gewijzigd door de ordonnantie van 14 maart 2019;

Gelet op het Koninklijk besluit van 22 november 1976 betreffende de verkiezing van de leden van de raden der plaatselijke openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

Gelet op het evaluatierapport betreffende de gelijke kansen, de zogeheten "gelijkekansentest", als vereist door artikel 2, § 1 van de ordonnantie van 4 oktober 2018 tot invoering van de gelijkekansentest en door artikel 1, § 1 van het uitvoeringsbesluit van 22 november 2018 tot uitvoering van deze ordonnantie, verricht op 06/05/2024;

Gelet op het advies 76.577/16 van de Raad van State, gegeven op 21 juni 2024, in toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het advies nr.65/2024 van de Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 26 juli 2024;

Op voorstel van de leden van het Verenigd College belast met Bijstand aan personen;

Na beraadslaging, Besluit :

HOOFDSTUK 1. - Het gebruik van de mannelijke vorm

Artikel 1.Het gebruik van de mannelijke vorm in dit besluit is gemeenslachtig.

HOOFDSTUK 2. - De indiening van de akten van voordracht

Art. 2.Elke akte van voordracht van kandidaat-leden van de raad voor maatschappelijk welzijn wordt in tweevoud ingediend in handen van de burgemeester, bijgestaan door de gemeentesecretaris en in aanwezigheid van een gemeenteraadslid van elke politieke fractie die een akte van voordracht indient.

De indiening van de akten van voordracht heeft plaats op de tiende dag voor de verkiezingsdag tussen 16 en 19 uur, hetzij door het gemeenteraadslid of een van de gemeenteraadsleden die de akte van voordracht ondertekenden hetzij door de persoon daartoe door het of door de vermelde gemeenteraadsleden aangewezen.

De gemeentesecretaris geeft het tweede exemplaar terug aan de indiener nadat hierop voor ontvangst werd getekend.

Art. 3.De burgemeester of de voorzitter van de raad herinnert de gemeenteraadsleden aan de bepalingen van artikel 2 op het moment van de installatie van de gemeenteraad.

Art. 4.De akte van voordracht vermeldt de naam, de voornamen, de geboortedatum, het geslacht en de hoofdverblijfplaats van de kandidaat-werkende leden en de kandidaat-opvolgers. De akte van voordracht duidt de kandidaat-opvolgers aan voor elk kandidaat-werkend lid en wel in de precieze volgorde waarin deze zijn voorbestemd om hem te vervangen.

De identiteit van de kandidaat die getrouwd of weduwe/weduwnaar is, mag worden voorafgegaan door de naam van haar of zijn echtgeno(ot)e of overleden echtgeno(ot)e.

De akte van voordracht vermeldt eveneens de naam, de voornamen en de hoofdverblijfplaats van het of de gemeenteraadsleden die de voordracht doen.

De kandidaten tekenen onderaan de akte van voordracht voor instemming.

Art. 5.Een gemeenteraadslid mag niet meer dan een akte van voordracht ondertekenen voor dezelfde verkiezing.

Een zelfde persoon kan tegelijk als kandidaat-werkend lid en als kandidaat-opvolger worden voorgedragen.

Art. 6.Bij de indiening onderzoekt de burgemeester of de voorwaarden bedoeld in de artikelen 4 en 5 werden nageleefd en kan hij in voorkomend geval aanbevelen dat de akte van voordracht wordt verbeterd of aangevuld.

Art. 7.Onmiddellijk na het verstrijken van de termijn bepaald voor het indienen van de akte van voordracht, sluit de burgemeester de kandidatenlijst af en rangschikt hij de kandidaten in alfabetische volgorde. Naast de naam en voornaam van elk kandidaat-werkend lid vermeldt hij de naam en voornaam van elke kandidaat-opvolger in de juiste volgorde waarin zij op de akte van voordracht staan.

Art. 8.De akten van voordracht en de door de burgemeester opgemaakte kandidatenlijst worden neergelegd bij het gemeentebestuur waar de gemeenteraadsleden en de kandidaten, vanaf de datum van de verzending van de bijeenroeping voor de zitting waarin de stemming wordt gehouden, er tijdens de diensturen kennis van kunnen nemen.

Een exemplaar van de kandidatenlijst wordt bijgevoegd aan de brief die de gemeenteraadsleden oproept tot de vergadering waarin de verkiezing zal plaatshebben.

Art. 9.De burgemeester laat de stembiljetten drukken of vermenigvuldigen. Deze stembiljetten zijn identiek van kleur en vorm.

Het stembiljet geeft in alfabetische volgorde de namen van de kandidaat-werkende leden alsook de namen van hun kandidaat-opvolgers in de precieze volgorde zoals vermeld op de akte van voordracht.

Evenwel komen de selectievakjes voor het stemmen slechts voor naast de namen van de kandidaat-werkende leden.

Het gebruik van elk ander stembiljet is verboden.

Art. 10.De burgemeester, bijgestaan door de twee jongste gemeenteraadsleden in jaren, is belast met het verzekeren van het goede verloop van de verrichtingen van de stemming en de stemopneming die in openbare zitting plaatsvinden.

De gemeentesecretaris neemt het secretariaat waar en is belast met het opstellen van het proces-verbaal.

Art. 11.Wanneer de stemming gesloten is, wordt, staande de vergadering, overgegaan tot de stemopneming.

De geldige stembiljetten worden gerangschikt volgens de naam van het kandidaat-werkend lid waarvoor een stem werd uitgebracht. De blanco of ongeldige stembiljetten worden apart gelegd.

Art. 12.Na de stemopneming stelt de burgemeester de lijst op van de verkozen werkende leden en de opvolgers.

Art. 13.Van de opeenvolgende fasen van de verrichtingen inzake de stemming en de stemopneming wordt een proces-verbaal opgesteld staande de vergadering welke wordt opgenomen in het register der notulen van de gemeenteraad.

Er wordt expliciet in vermeld dat de stemming in het geheim heeft plaatsgevonden.

Het proces-verbaal wordt ondertekend door de burgemeester, door de gemeenteraadsleden die hem bijstaan en door de gemeentesecretaris, alsook door de gemeenteraadsleden die daartoe de wens uitdrukken.

Art. 14.Onmiddellijk na ondertekening van het proces-verbaal kondigt de burgemeester de verkiezingsuitslag aan in openbare zitting

Art. 15.Het dossier van de verkiezing wordt onverwijld per aangetekende zending verzonden aan het Rechtscollege. Het bevat twee afschriften van het proces-verbaal, zowel de geldige als de ongeldige stembiljetten en alle nodige bewijsstukken.

Art. 16.Het Koninklijk besluit van 22 november 1976 betreffende de verkiezing van de leden van de raden der plaatselijke openbare centra voor maatschappelijk welzijn wordt opgeheven.

Art. 17.Dit besluit treedt inwerking vanaf de volledige vernieuwing van de gemeenteraden na de gemeenteraadsverkiezingen van 2024.

Art. 18.De leden van het Verenigd College, belast met het beleid inzake bijstand aan personen, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 5 september 2024.

De Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het beleid inzake Bijstand aan personen, A. MARON E. VAN DEN BRANDT


^