28 MEI 1998. - Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot wijziging van het Reglement betreffende de vaststelling van de procedure voor de toelating van de werking in afwachting van de erkenning, de weigering, de intrekking van de weigering en de sluiting van de instellingen bedoeld in artikel 1 van het decreet van 10 mei 1984 betreffende de rustoorden voor bejaarden en tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden van het princiepsakkoord bedoeld in artikel 2bis van het decreet van 10 mei 1984 betreffende de rustoorden voor bejaarden

Het College van de Franse Gemeenschapscommissie, Gelet op het decreet van de Franse Gemeenschapsraad van 10 mei 1984 betreffende de rustoorden voor bejaarden, inzonderheid op artikel 4, gewijzigd bij decreet van 20 juli 1988;

Gelet op het Reglement van de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie van 17 december 1993 tot vaststelling van de procedure voor de toelating van de werking in afwachting van de erkenning, de weigering, de intrekking van de weigering en de sluiting van de instellingen bedoeld in artikel 1 van het decreet van 10 mei 1984 betreffende de rustoorden voor bejaarden en tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden van het princiepsakkoord bedoeld in artikel 2bis van het decreet van 10 mei 1984 betreffende de rustoorden voor bejaarden;

Gelet op het Reglement van de Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie van 17 december 1993 tot vaststelling van de normen waaraan de rustoorden voor bejaarden moeten voldoen;

Gelet op het advies van de Brusselse Franstalige Adviesraad voor Welzijnszorg en Gezondheid, gegeven op 21 maart 1997;

Overwegende dat het noodzakelijk is de evolutie van de uitgaven te beheersen in het raam van de algemene begroting die in 1997 door de federale regering werd vastgelegd voor de rusthuizensector en dat het bovendien nuttig zou zijn om in het Brussels Gewest te komen tot een harmonisering van de normen en een gezamenlijke programmering van de plaatsen in de rusthuizen en de rust- en vezorgingstehuizen alsook de alternatieven voor de begeleide opvang ter bevordering van het houden thuis of in plaatsen die gelijkstaan met het huis;

Op voorstel van het Lid van het College bevoegd voor Bijstand aan Personen, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 128 van de Grondwet krachtens artikel 138 van de Grondwet.

Art. 2.Een artikel 31bis wordt opgenomen in het Reglement betreffende de vaststelling van de procedure voor de toelating van de werking in afwachting van de erkenning, de weigering, de intrekking van de weigering en de sluiting van de instellingen bedoeld in artikel 1 van het decreet van 10 mei 1984 betreffende de rustoorden voor bejaarden en tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden van het princiepsakkoord bedoeld in artikel 2bis van het decreet van 10 mei 1984 betreffende de rustoorden voor bejaarden, en luidt als volgt : «

Art. 31bis.In afwijking van dit reglement kan het College zich over geen enkel verzoek om princiepsakkoord uitspreken tussen 1 mei 1998 en 30 april 1999 behalve in geval van gelijkwaardige vermindering of overdracht van princiepsakkoord. » Brussel, 28 mei 1998.

Namens het College, Lid van het College belast met Bijstand aan Personen, Ch. PICQUE Voorzitter van het College, H. HASQUIN