Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 06 februari 2025
gepubliceerd op 05 maart 2025

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 6 februari 2025 houdende wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 7 december 2023 tot uitvoering van artikel 15, § 2 van de gezamenlijke decreten en ordonnanties van 16 mei 2019 betreffende de Brusselse ombudsman

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2025001952
pub.
05/03/2025
prom.
06/02/2025
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

6 FEBRUARI 2025. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 6 februari 2025 houdende wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 7 december 2023 tot uitvoering van artikel 15, § 2 van de gezamenlijke decreten en ordonnanties van 16 mei 2019 betreffende de Brusselse ombudsman


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gezien artikel 15, § 2, 2de lid van het gezamenlijk decreet en ordonnantie van 16 mei 2019 met betrekking tot de Brusselse ombudsman, vervangen door het gezamenlijk decreet en ordonnantie van 27 april 2023 van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie houdende wijziging van het gezamenlijk decreet en ordonnantie van 26 april en 16 mei 2019 met betrekking tot de Brusselse Ombudsman;

Gezien het evaluatierapport dat werd opgemaakt overeenkomstig artikel 2 van de ordonnantie van 4 oktober 2018 tot invoering van de gelijkekansentest;

Gezien het advies van de Inspectie van Financiën van 19 april 2024;

Gezien het akkoord van de minister van Begroting van 21 mei 2024;

Gezien het advies van de raad van bestuur van de Gewestelijke Vennootschap van de Haven van Brussel van 30 augustus 2024;

Gezien het advies van het beheerscomité van Actiris van 26 september 2024;

Gezien het advies van de raad van bestuur van de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij van 12 september 2024;

Gezien het protocol nr. 2024-21 voor de onderhandeling van het Sectorcomité XV van 20 juni 2024;

Gezien het advies nr. 77224 van de Raad van State van 16 december 2024 in toepassing van artikel 84, eerste paragraaf, lid 1, 2°, van de samengeordende wetten over de Raad van State van 12 januari 1973;

Gelet op het advies van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Stedenbouw en Erfgoed van 11 september 2024;

Gelet op het advies van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel van 15 juli 2024;

Gelet op het advies van Leefmilieu Brussel van 26 juli 2024;

Gelet op het advies van Citydev van 12 september 2024;

Gelet op het advies van het Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap van 11 september 2024: Gelet op het advies van Hydria van 16 september 2024;

Gelet op het advies van het Brussels parkeeragentschap van 12 september 2024;

Gelet op het advies van Brussel Preventie en Veiligheid van 12 september 2024;

Gelet op het advies van de MIVB van 11 september 2024;

Op voorstel van de minister bevoegd voor Openbaar Ambt;

Na beraadslaging, Besluit :

HOOFDSTUK 1. - Wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 7 december 2023 houdende uitvoering van artikel 15, § 2, van het gezamenlijk decreet en ordonnantie van 16 mei 2019 met betrekking tot de Brusselse ombudsman

Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 7 december 2023 houdende uitvoering van artikel 15, § 2 van gezamenlijk decreet en ordonnantie met betrekking tot de Brusselse ombudsman van 16 mei 2019 wordt het woord " § 1." weggelaten.

Analoog worden de woorden "artikel 2, § 1" vervangen door "artikel 2" in de volgende artikelen van hetzelfde besluit: - Art. 3, 3°, 14° en 15° ; - Art. 4, 1° ; - Art. 6; - Art. 7, § 1; - Art. 12, § 2; - Art. 18, § 1; - Art. 20, § 3, 1° ; - Art. 21, § 1, 2 en 3; - Art. 22, § 1 en 2; - Art. 23, § 1; - Art. 26.

Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, worden volgende wijzigingen aangebracht: - In 9° worden de woorden ", dat de externe component vertegenwoordigt van het systeem voor melding van een vermoedelijke integriteitsschending" ingevoegd achter de woorden "aanspreekpunt voor de vermoedelijke integriteitsschendingen binnen de dienst van de Brusselse ombudsman beoogd in artikel 15, § 4 van het gezamenlijk decreet en ordonnantie"; - In 13° wordt het woord « of » vervangen door « en »; - In 14° wordt het symbool « - » weggelaten en het tweede streepje weggelaten.

Art. 3.In de Nederlandstalige versie van artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: - In 4° wordt het woord « vermoede » vervangen door de woorden « vermoedelijke melding ». - In 6° wordt het woord « vermoede » vervangen door het woord « vermoedelijke ».

Art. 4.In het artikel 6 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht: - De woorden " § 1" worden ingevoegd voor de woorden "Elke in artikel 2 bedoelde instantie"; - De woorden "en de verwerking" worden ingevoegd tussen "kanalen op voor de ontvangst" en "van meldingen die zodanig zijn ontworpen, ingericht en beheerd";

De woorden " § 2" worden ingevoegd voor de woorden "De interne actoren die bevoegd zijn voor de ontvangst van de meldingen ontvangen deze laatste via systemen die door hun ontwerp, uitvoering en beheer de vertrouwelijkheid van de volgende elementen in alle veiligheid beschermen:".

Art. 5.In artikel 10, § 1 van hetzelfde besluit wordt « 8, § 3 » vervangen door « 6 ».

Art. 6.In artikel 11 van hetzelfde besluit wordt een vierde lid ingevoegd als volgt "In afwezigheid van een bevoegde interne auditdienst informeert de actor bevoegd voor het ontvangen van de melding, in overeenstemming met artikel 15, § 2, de auteur van de melding erover dat hij zich rechtstreeks tot de bevoegde dienst bij de Brusselse ombudsman kan wenden.".

Art. 7.In artikel 12, § 2 van hetzelfde besluit worden de woorden "bevoegd binnen een andere instantie bedoeld in artikel 2,1° tot 6° " ingevoegd tussen de woorden "tussen een interne auditdienst" en "en de bedoelde instantie".

Art. 8.In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: - De woorden « ontvankelijkheid » worden geschrapt; - In 2° wordt het woorden « een intern onderzoek openen » vervangen door « ontvankelijk en opening van een intern onderzoek »; - In 3° wordt het woord « indien » ingevoegd na de woorden « integriteitschending »; - 3°, b) wordt vervangen door « de gerapporteerde feiten zijn het voorwerp van een intern onderzoek waarbij het risico bestaat op een belangenconflict voor de onderzoekers aangesteld door de bevoegde interne auditdienst of op inmenging van het personeelslid of de personeelsleden die betrokken zijn bij de gerapporteerde feiten ».

Art. 9.In artikel 14, § 4 van hetzelfde besluit wordt « 10, § 3 » vervangen door « 10, § 2 ».

Art. 10.In het artikel 15 van hetzelfde besluit worden de woorden " § 1. § " toegevoegd voor "Op elk moment". Een tweede paragraaf wordt ook ingevoegd als volgt: " § 2. Bij afwezigheid van een bevoegde instantie om meldingen te behandelen, kan de indiener van de melding contact opnemen met de bevoegde afdeling van de Brusselse Ombudsman. ".

Art. 11.In artikel 17 van hetzelfde besluit wordt de eerste alinea vervangen door « Tenzij er risico's voor het onderzoek zijn, ontvangt het lid dat het voorwerp van het onderzoek is, van de bevoegde interne controledienst een schriftelijke kennisgeving van het onderzoek. De ontstentenis van kennisgeving maakt het voorwerp uit van een met redenen omklede beslissing die bij het dossier wordt gevoegd. ».

Art. 12.In de Nederlandstalige versie van artikel 18, § 1 van hetzelfde besluit wordt « 3, § 1 » vervangen door « 2 ».

Art. 13.In de Nederlandstalige versie van artikel 21, § 2 van hetzelfde besluit wordt het woord « benoemd » vervangen door het woord « aangesteld ».

Art. 14.In artikel 24, § 1 van hetzelfde besluit worden de woorden « bepaald in artikel 23, § 3 » vervangen door de woorden « bepaald in artikel 23, § 2 ».

HOOFDSTUK 2. - slotbepalingen

Art. 15.De ministers van de regering worden, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 6 februari 2025.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk belang, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van meertaligheid en van het Imago van Brussel, S. GATZ De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, E. VAN DEN BRANDT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, A. MARON De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, de Plaatselijke besturen en Dierenwelzijn, B. CLERFAYT


^