gepubliceerd op 04 november 2022
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 28 september 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 oktober 2022, heeft de voorzitter van de Ondernemingsrechtbank te An « Schendt artikel 54 van de Wet van 21 november 2017 betreffende de verkoop van pakketreizen, gekop(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 28 september 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 oktober 2022, heeft de voorzitter van de Ondernemingsrechtbank te Antwerpen, afdeling Antwerpen, zitting houdende zoals in kort geding, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 54 van de Wet van 21 november 2017 betreffende de verkoop van pakketreizen, gekoppelde reisarrangementen en reisdiensten de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, samen gelezen met de vrijheid van ondernemen, doordat zij aan doorverkopers oplegt verzekerd te zijn voor de eigen insolventie, terwijl hierbij geen onderscheid wordt gemaakt in functie van de vraag of de doorverkoper zelf geen reisovereenkomsten sluit met de reiziger (nu zij al dan niet uitsluitend als handelsagent werkt) maar deze enkel als klant bij een principaal-reisorganisator die gevestigd is in de Europese Economische Ruimte aanbrengt ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7870 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut