gepubliceerd op 13 juni 2022
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 6 mei 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 mei 2022, heeft de Nederlandstalige Rechtbank van eerste aanleg te Brussel « Schendt artikel I.1, 1° van het Wetboek van economisch recht, gelezen in samenhang met artikel 57(...)
GRONDWETTELIJK HOF
   Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere 
wet van 6    januari 1989Relevante gevonden documenten
	
		
			
				
					type
					wet
				
				
					prom.
					06/01/1989
				
				
					pub. 
					18/02/2008
				
				
					numac 
					2008000108
				
			
		
			
				
					
						bron
						federale overheidsdienst binnenlandse zaken
					
				
				
					Bijzondere wet op het Arbitragehof 
				
			
		
	sluiten    Bij vonnis van 6 mei 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het    Hof is ingekomen op 17 mei 2022, heeft de Nederlandstalige Rechtbank    van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld :    « Schendt artikel I.1, 1° van het Wetboek van economisch recht,    gelezen in samenhang met artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek, de    artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat zij de verenigingen van    mede-eigenaars op dezelfde wijze behandelt als de andere    rechtspersonen, waardoor er een verschil van behandeling ontstaat    tussen de rechtssubjecten die instaan voor het beheer en het behoud    van een gebouw naargelang zij een natuurlijke persoon (die deze taken    niet beroepsmatig uitoefent) dan wel een vereniging van mede-eigenaars    zijn ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7803 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut