gepubliceerd op 18 september 2018
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnissen van 5 juli 2018 respectievelijk in zake S.H. tegen de gemeente Merelbeke en het « Autonoom Gemeentebedrijf Merelbeke » en in zake Y.A. tegen de stad Gen « Schendt het artikel 28 van het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsbeleid van 10 juli 20(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnissen van 5 juli 2018 respectievelijk in zake S.H. tegen de gemeente Merelbeke en het « Autonoom Gemeentebedrijf Merelbeke » en in zake Y.A. tegen de stad Gent en de cvba « Farys » met de « Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Watervoorziening » (T.M.V.W.) als vrijwillig tussenkomende partij, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 17 juli 2018, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 28 van het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsbeleid van 10 juli 2008 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door dezelfde rechtsgevolgen toe te kennen aan de vaststelling van discriminatie ongeacht het gemaakte onderscheid door datzelfde decreet tussen directe en indirecte discriminatie volgens artikel 16 § 1 en 2 van dat decreet ? ».
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6986 en 6987 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.
De griffier, F. Meersschaut