gepubliceerd op 05 september 2016
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 1 juni 2016 in zake G. Karremans en V. Dos Santos tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 10 juni 2016, « Schenden de artikelen 32, tweede lid, 2°, en 31, tweede lid, 4°, van het Wetboek van de inkomsten(...)
GRONDWETTELIJK HOF
   Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere 
wet van 6    januari 1989Relevante gevonden documenten
	
		
			
				
					type
					wet
				
				
					prom.
					06/01/1989
				
				
					pub. 
					18/02/2008
				
				
					numac 
					2008000108
				
			
		
			
				
					
						bron
						federale overheidsdienst binnenlandse zaken
					
				
				
					Bijzondere wet op het Arbitragehof 
				
			
		
	sluiten    Bij vonnis van 1 juni 2016 in zake G. Karremans en V. Dos Santos tegen    de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is    ingekomen op 10 juni 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg    Luxemburg, afdeling Aarlen, de volgende prejudiciële vraag gesteld :    « Schenden de artikelen 32, tweede lid, 2°, en 31, tweede lid, 4°, van    het Wetboek van de inkomstenbelastingen de artikelen 10 en 11 van de    Grondwet in zoverre zij de vergoedingen belasten die zijn gevormd door    middel van premies als bedoeld in artikel 52, 3°, b), vierde streepje,    die door een vennootschap aan haar bedrijfsleider zijn betaald maar    door die laatste niet zijn afgetrokken, en die ter uitvoering van een    verzekeringsovereenkomst zijn toegekend wegens een    arbeidsongeschiktheid die niet tot een derving van bezoldigingen heeft    geleid, terwijl de begunstigde van een individuele    verzekeringsovereenkomst op zijn vergoedingen niet zou worden belast ?    ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6446 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux