gepubliceerd op 04 november 2010
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 1 september 2010 in zake Stéphane Vereecke tegen de nv « ING België », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 24 september 2010, « Zijn de bepalingen van de faillissementswet van 8 augustus 1997, en in het bijzonder artikel 72bi(...)
GRONDWETTELIJK HOF
   Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere 
wet van 6    januari 1989Relevante gevonden documenten
	
		
			
				
					type
					wet
				
				
					prom.
					06/01/1989
				
				
					pub. 
					18/02/2008
				
				
					numac 
					2008000108
				
			
		
			
				
					
						bron
						federale overheidsdienst binnenlandse zaken
					
				
				
					Bijzondere wet op het Arbitragehof 
				
			
		
	sluiten    Bij vonnis van 1 september 2010 in zake Stéphane Vereecke tegen de nv    « ING België », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is    ingekomen op 24 september 2010, heeft de Rechtbank van Koophandel te    Charleroi de volgende prejudiciële vraag gesteld :    « Zijn de bepalingen van de faillissementswet van 8 augustus 1997, en    in het bijzonder artikel 72bis van die wet, zoals ingevoegd bij de wet    van 20 juli 2005, in strijd met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet,    in zoverre zij het onderzoek van de aanvraag tot bevrijding van de    borg noodzakelijkerwijs verbinden met de plaats waar de    insolventieprocedure is geopend, met name ten aanzien van de    bevoegdheid en de toepasselijke wet, met als gevolg dat de Belgische    rechter binnen zijn rechtsmacht uitspraak kan doen over een aanvraag    tot bevrijding van een zekerheid die op het Belgisch grondgebied is    gedomicilieerd en die de verbintenissen waarborgt van een    hoofdschuldenaar wiens insolventieprocedure in het buitenland is    geopend, waardoor aldus een discriminatie wordt ingevoerd ten opzichte    van een zekerheid die op het Belgisch grondgebied of in het buitenland    is gedomicilieerd en die van haar kant de verbintenissen waarborgt van    een hoofdschuldenaar wiens insolventieprocedure op het Belgisch    grondgebied is geopend ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 5031 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.